Gazette van Yperen. heid, omdal zy weigert den knie te buigen voor de goden van den oproer, omdat zy wit wit en zwart zwart blyft noemen. Dat is de oorzaek der bestendige fransche co lore van onzen buitenlandschen minister van binnenlandscbe zaken. En die colère werkt hy boven al uit op de katholyke burgemeesters en schepenen. Behalve de afstellingen die de dagbladen aengekondigd hebben, zyn er nog verschei dene welke M. Rogier beraemt. Er is kwestie van eenen voute weg te maken onder de zee tusschen Kales en Douvres.om ereenespoorbaen in te leggen, die de fransche en engelsche yzeren wegen zou vervoegen. De studiën worden in EngeJand en in Frankryk ter zeiver tyd gedaen; de twee staetsbesturen zouden zich met de engelsche en fransche kom- panien der yzeren wegen verstaen, om dit ontwerp uit te voeren. Worde dit eens uitgevrogt, 't zal zeker een der grootste wonders zyn die konnen gezien worden. Men weet dat in Londen er eene dusdanige voute weg bestaet onder de rivier de Teems;deEngelschen hebben liever gehad eenen weg onder de rivier te maken dan eene brug er boven te leggen. De wisselvalligheid der maet de mu ziekmeester slaet ze, de kleêrmaker neemt ze, de winkelier geeft ze te kort, ver standige menschen doen ze vol, iedereen gaet ze te boven. KAMER DER VOLKSVERTEGENWOORDIGERS. Door vier verzoekschriften wordt de afschaffing der militie loting gevraegd. M. Coomans legt het verslag neêr over de talryke verzoekschriften die aen de Kamer zyn toegezonden geworden, ten einde eene aenzienelyke verandering te bekomen in de wyze der ligting voor het leger. De Kamer beveelt de onmiddelyke in- drukgeving en uitdeeling; de bepleiling er van is na het dagorde gesteld. Men gaet over tot de discussie van het budjet van 's lands werken. M. D'IIoffsclimidt spreekt tegen de ver mindering der brieventaks. M. Julliot zegt dat het gouvernement zekere streken des lands eenen grooten voorkeur heeft gegeven in de verdeeling der werken van openbaer nut, daer andere streken in tegendeel niets bekomen hebben. MM. De Theux en B. Dumoriier spreken ten voordeele der regte lyn van Brussel op Leuven. M. Vermeire is voorstaender der vermin dering vandebrieventaksaen lOcentimen. MM. B. Dumortier en Coomans verwisse len eenige bemerkingen nopens het vervoer der dagbladen in Engeland. M. Frère, minister der finantien spreekt tegen de vermindering der brieventaks. Verscheide inwoners van Langemarck vragen de afschaffing der loting en hare vervanging door vrywillige dienstnemin- gen. Verscheide molenaers en olie stampers vragen eene vermindering van patenlregt. M. Manilius spreekt ten voordeele van eene regte linie des yzeren wegs van Brussel op Leuven. MM. Loos, Prévinaire en A. Vanden Pee reboom vragen dat de brieventaks gebragt worde op 10 cenlimen voor iederen brief geheel het ryk door. Door dry verzoekschriften wordt de afschaffing der loting gevraegd. M. Vanderdonckt geeft verslag over de verzoekschriften der onderwyzers van het kanton Durbuy en van dit van Virton vragende dat hunne toestand zou worden verbeterd. Deze verzoekschriften worden gezonden tot den minister van het inwen dige. De Kamer erneemt de algemeene beplei ting over het budjet van 's lands werken. M. Moncheur zegt dat het eene schand is voor ons land, (hy had moeten zeggen voor onze ministers) dat sedert het vierde eener eeuw, men bezig is aen het leggen van yzeren wegen en dat men nog dit nationael werk niet voltrokken heeft. Hy zegt waerby het komt dat de yzeren weg niet opbrengt wat men er zou mogen van verwachten; hy bewyst klaerlyk dat deze schuld te wyten is aen het staetsbestuer. M. Lelièvre handeltoverhetverminderen van het brieven port, en zou willen den taks van 10 centiemen zien inbrengen. M. Partoes, minister van 's lands werken, belooft groote verbeteringen in den dienst der yzeren wegen. Beloften en vorte appels, zegt hel spreekwoord, kwetsen niemand. MM. Lesoinne en Deboe, spreken over de beplantingen te doen langs de kasseijen en over de voltrekking der werken van kana lisering en bewatering der Kempen van Turnhout naer Antwerpen. M. Partoes verklaert dat hy rekening zal houden der aenmerkingen van MM. Lesoinne en Deboe. Yier verzoekschriften vragen de afschaf fing der loting en hare vervanging door vrywillige dienstnemingen. Men zet het onderzoek des budjets van 's lands werken voort. M. Deliaerne spreekt ten voordeele der vermindering van de tollen te betalen op de Leije en ten voordeele der opening van den vaert van Deynze op Schipdonck. M. Tack spreekt over zekere gebreken bestaende in het bestuer van den West- vlaenderschen yzeren weg. MM. Allard en B. Dumortier, vragen dat men eenen yzeren weg legge in regte lyn van Ryssel op Leuvenlangs Ath en Brussel. M. Thiéfry spreekt tegen het pensioen van den algemeenen bestuerder der posten. De Kamer stelt vast dat zy zal handelen over het verslag der verzoekschriften betrekkelyk de loting en de militie wetten, na de stemming van het budjet van 's lands werken. De Kamer heeft nog vier verzoekschrif ten ontvangen betrekkelyk de afschaffing der militie loting. Dan vaert men voort tot het onderzoek der art. 7, 8 en 9 van het budjet der lands werken, die worden aenveerd. Deze artikels zyn betrekkelyk op de openbare wegen. De redetwisten over de artikels van liet budget van 's lands werken worden voortgezet. MM. de Naeyer en de Theux houden staen dat men de belangen van den landbouw moet ondersteunen met het leggen van kasseiwegen en het onderhouden der buevtwegen. De artikels 7, 8 ere 9 worden aenveerd. De bepleiling op het art. 10 van het budget van 's lands werken gaet voorter is kwestie van de onderhoudswerken der vaerten en rivieren. In deze zitting is er iels drollig gebuerd. M. Jouret eene verandering hebbende voor gesteld om de ijzeren weg van Aeth door eene vaert aen den Dender te verbinden, heeft Mores Verhaeghen gezeidDeze die de verandering van M. Jouret goedkeuren worden verzocht de hand op te steken. (Men lacht.) Daerop zegt M. Rodenbach Wij bevinden ons in geen francmagons logie. (Luidryk gelach.) Waerachlig Mores Verhaeghen was distrakt of lig droomde; wat het is van te veel bedie ningen en voorzitterschappen te bedienen! Voorders is er vastgesteld van eene schuil- have te Blanckenberghe te maken. De bepleiting der art. van het budget van 's lands werken wordt hernomen, en men vangt het kap. IV aen betrekkelyk de yzeren wegen; ter dier gelegendheid hebben de 11H. de Muelenaere, Le Bailly de Tilleghem, Roden bach en Tack bemerkingen gedaen over den dienst van den Westvlaenderschen yzeren weg nopens de noodige vermenigvuldiging van het uitdeelen der brieven in Westvlaenderen. YPEREN. Donderdag 11.25" dezer, juist op het slag van 8 uren 's avonds is alhier de brand klok begonnen te kloppen. De verloo- ningbarak van M. C.-P. Verplancke van Gent die op de Groote Markt tegen bet stadhuis nog geplaetst was,stond in brand. Er was vertooning dezen avond, en reeds was zy begonnen, toen men het vuer al van buiten is gewaer geworden. Weldra was er, op het alarrnteeken, hulp toegesneld en in korten tyd is men door het aftrekken van een groot deel der barak meester geworden van het vuer. Een groot gedeelte der barak en meest al de thealerversiersels zyn door het vuer verslonden. ffT is zaterdag avond 11. om 9 ure 42 m. dat de lente begonnen is; de zon is in het rainteeken getreden. Op het oogenblik der nachtevening de wind in den westen gezeten hebbende, verwachten zich de hoveniers aen een zeer zacht voorjaer. In onze stad en in verscheidene gemeenten onzer omstreken heerschen de mazelen onder de kinders. Deze kwael heeft tot nu geene slagtoffers gemaekt. ARRONDISSEMENT YPEREN. Clyte (Reninghelst.) In den nacht van 16° tot 17" dezer, zyn dieven ingedrongen in 't huis van M. Vandenberghe, Proost alhier. Zy zyn langs eenen venster in den achter keuken geraekt; van daer, by middel van eene opening gemaekt in den muer, hebben zy eene tweede duer geopend, en terwyl zy bezig waren met de duer van het binnen huis uit de sporen te ligten, WAT EU IN DE XIX EEUW NOG AL ZAL TE ZIEN ZYN. Zitting van iïen ïilaerte. EitUns van 18,n Maerte. Zittiug van f»eri Maerte. Xlttlug van «otn Maerte. Kitting; van den 21en Zitting van 82=" Maerte. Zitting van 2 3=" Maert. Kitting; van 24en Maert.

HISTORISCHE KRANTEN

Gazette van Yperen (1857-1862) | 1858 | | pagina 3