Gazette Tan Yperen. jetten (avertissements) van den ryksont- vanger. Men geve dezelve over aen den burge meester of zynen plaetsvervanger tegen een recipisse of ontvangstschriftgeleekend door dien persoon. Wordt nu dit reklaem van het gemeen- tebestuer afgewezen, dan eische men die stukken terug en men zendt ze onmiddelyk daerop aen de bestendige deputatie van den provincialen raed. Indien deze ook het rekwest afslaet, heeft men nog bet Hof van verbreking (Cour de cassation), om daer tegen in te gaen; maer dit moet geschieden binnen de vyf dagen na de bekendmaking van de beslissing der permanente deputatie. Men zal ditberoeponmiddelyk ter greffie van den provincialen raed bekend maken, en zal dit beroep zoo aenstonds met opschor ting van alle andere behandeld worden met vrystelling van zegel, registratie en boete. Elk, die zyne burgerregten geniet, kan ook tegen alle onwettige of onbehoorlyke inschryving reklameren. Daerom moet dit reklaem aen den belang hebbenden, die tien dagen heeft om op dezelve te antwoorden, bekend gemaekt worden, en moet die bekendmaking by de andere stukken van het reklaem gevoegd zyn en aen hetgemeentebestuer ingediend. Binnen de vyf dagen moet geineente- besluer, deputatie en hof van verbreking over alle reklamatien antwoorden, en hunne beslissingen moeten met de redens er van (moti vees) aen den reldamant hekend gemaekt en aen den dislrikt kommissaris overgegeven worden. N. B. Alle deze reklamen en akten daer- toe betrekkelyk, mogen op ongezegeld papier geschreven worden, zyn vry van registratie of zullen gratis geregistreerd worden. Het negatief attest, dat men kan noodig hebben, indien men tegen eenen onwet- tigen ingeschreven, die niet kiezer is, reklameert, kan men als het affirmatief, waervan wy in vorig nummer gesproken hebben, by den ryksonlvanger bekomen tegen betaling van 10 centiemen. anderen kofferloebehoorende aen Josepha De Cans, dien zy hebben opengebroken en daer uyt hebben ontweerd eenen jak en rok, eenen rok van kalemande, een roklyf, eene fusteyne veste en andere effecten, mitsgaders uyt de schouwe eene wilgen pers met tien of elf stukken zwynen vleesch en twee hamraekens. Dan zyn zy vertrokken en welhaest wedergekeerd om te eysschen de agt stuyvers, waerof de dogter Le Maire te vooren gezeyd had voorzien te zyn. Een vac hun bedreygde deze dogters huys in brand te steken, indien zy wegens deze diefte en grauwzanie faitelykheden eenige klagle zou gedaen hebben. Al de voormelde gestolene effecten zyn daerna verdeeld geworden in een bosch langs de straet omtrent eene halve uer over de Pypegaele, gaende naer de Reeke. Pieter Flamez heeft er van ont vangen een gestriept jaksken, eene schorte, den franschen kalemanden rok, wit van grond met oranje striepen, hier ter greffie gesequestreerd, het overdekt roklyf en vyf of zes stukken zwynen vleesch. [Wvrdt voortgezet.) Ziet daer wat men te onderhouden heeft by geval men tegen de kiezerslyst iets hebbe in le brengen. Wy weten, dat vele ongeregeldheden bestaen en wy hopen dat alle vrienden van vrede en voorspoed des vaderlands ons zullen ondersteunen, otn de kiezerslysten zoo geregeld en wettig mogelyk te doen opmaken. Onze politieke tegenstrevers durven alles en zyn stout genoeg om velen onzer medeburgers hun stemregt te ontzeggen en anderen onbehoorlykstemregt te geven. Dus, kiezers, doet uwe pligt en maekt, dat ieder onzer dezelve volbrenge. Van den keus hangt de toekomst des Vaderlands, rust en vrede en het behoud onzer grond wettige vryheden af. Doch om te kunnen kiezen moeten onze namen op de kiezers lysten geschreven zyn; dus moeten wy daer ook by tyds voor zorgen. Wervick, 8° april 1858. Onze stad is in rouw gedompeld; wy betreuren het groot, het algemeene verlies het welk ons overvallen is. Gisteren tegen den avond is, na eene kortstondige ziekte, in den Heer ontslapen, ons Eerbiedweerdig Herder, Mr Leynaerls, in den ouderdom van 67 jaren. Gedurende vyf en twintig jaren hebben wy konnen den iever, de liefde, den geest van eigen slagtoffering, dewelke dienen goeden Herder bezielden, mogen bewon deren en er het voorwerp van zyn. Deze slag treft ons allen; 't is hertroe- rend, de diepe droefheid te aenschouwen dewelke op alle aenziglen geprint is; maer 't is onmogelyk de aendoening te uiten welke men gevoelt wanneer men bittere tranen ziet rollen uit de oogen der armen waervan M'Leynaerts de vader was, en aen wie hy alles wat hy ooit bezat, gegeven heeft. Uit den samenhang der afstellingen en benamingen van burgmeesters en schepe nen door het ministerie gedaen, moet men besluiten dat het doel hetwelk men in de oogen heeft, is: by middel van liberale gemeentelyke overheden, de gemeenten te liberaliseren, dat is: naer de ongodsdien- ligheid over te trekken; daerenboven nog het land in partijen le verdeelen; de kalholyken uit alle bedieningen te sluiten; ons achter uit te dryven naer de tyden van den protestantschen en liberalen dwingeland Willem. Al de eerambten gaf hy zoo veel mogelyk aen de protestanten of liberale creaturen, wy weten er van tot Yperen te spreken! en de belgen, de kalholyken werden uit alles gesloten. Wy zyn op den zelfden weg!! Van de hoogste tot de leegste besturen, overal vindt men deze wending. Vraegt gy het minste postje, het kleinste voordeel? men onderzoekt wie en wat gy zyt: en op het minste achterdenken dat gy katho- lyk of godsdienstig zyt, er is voor u niets te krygen, niets te versterken, waret gy nog meest geleerd en meest bekwaem!! Wy antwoorden daerop met vele libe ralen die in de Kamer zetelen, dat het ministerie niets heeft uitgerigt. Beloften in overvloed maer beloften en vorte appels kwetsen niemand. Ja! beloften van allen aerd beloften van verbeteringen in de geldkas; beloften van verandering aen het stelsel der douanen; beloften van al de Belgen,onderheiliberael beheer, gelukkig te maken in weerwil van den tegenstand der kalholyken enz enz,... Wanneer de mei-muiters hunnen veld- togt inspandden legen het zoo gezeide klerikael, hadden zy by honderde bezwaer- nissen op te tellen tegen dit afgrysselyk spook dat het land, zoo zy zeiden, ten onderen bragt en opat met huid en hair. De slag wierd geslegen in de straten van BrusselM. de Decker gaf zynen zetel over aen M. Rogier, M. Vilain XIIII den zynen aen baron de Vrière, en het geluk liep over in België!! het liberael bezit immers eene tooverroede om de volkeren met éénen slag, gelukkig of ongelukkig te maken! Eene liberale bol of twee aen het minis- terieele schotelkenis genoeg om alles te redden. Ja maer dat maekt de rekening niet der schatpligtigen. De heeren ministers hebben elk eenen budjet aen de Kamer voorgesteld; aen het hoofd van ieder staet er Pen sioen van den minister:francs 21,000; dat is, met wat schrepelingen daer by, twee dui zend franken te maende, boven het loge ment, licht, vier, etc., etc., etc. Waeragtig de ministers hebben wat gedaen; zy hebben zich voorgezegenden zy hebben het overige van de koek verdeeld met hunne mede makkers. Zy hebben nog al wat gedaen, de minis ters!! De klerikalen zouden kunnen roeren en, wie weet het, aen de ministerieele zetels wat wikkelen. Hola!... Men stelt geheel het land door, wat spions aen; de kluiten van de sekrete politie moeten toch tot wat dienen. In dees of dit gemeente is er een burgemeester die wat naer het klerikael riekt, daer een schepen die niet genoeg gefaisandeerd is op zyn liberaels, daer een ander ambtenaer, waerop men niet genoeg mag steunen.... krak! men kuischt die mannen weg, en men stelt er in hunne plaets andere aen die wat oostersch l'orient de Bruxellesrieken. Is dat niets doen?.... Wel ja dal is iels; maer dat is de libe rale kronyk van het ministerie. Wat stoffelyke voordeelen hebben ons de liberalen toegebragt? Willen zy de vry heid van den koophandel? Eertyds, toen zy minderheid waren, ja; nu dat zy meer derheid zyn, neen. Zullen zy het kadaster doen overzien, en ons, Westvlamingen dry honderd duizend franken 's jaers min doen betalen, om alzoo ons regt te doen? M. Frère zeide eertyds ja; maer sedert dat hy minister is geworden, is hy'stom gelyk een visch. Zullen de ministers den basis, den onregtveerdigen basis van onze per- sooneele contribulien veranderen? Nu spreekt men daer niet meer van, het ware le moeijelyk daer aen te likken; maer te vooren eischten liberalen deze verandering 'zonder uitstel. Wat zal er geworden van de octrooijen, waerover men zoo veel schreeuwde onder het ministerie De Decker? Dat de stads WAT GOED HEEFT HET MINISTERIE FRÈRE-ROGIER GEDAEN?

HISTORISCHE KRANTEN

Gazette van Yperen (1857-1862) | 1858 | | pagina 2