ANTWOORD
2.
9
tael,
Kunst- en Letternieuws.
Wen spreekt op dit oogenblik
gende, hetwelk wy ons verhaesten in ons
blad overtenemen
In antwoord op het bovenstaende gele-
gentheids kouplct zend men ons het vol-
In vervanging van wylen den heer
Vietor Gailard, iid’heer Eduard van Damme-
Bernier benoemd tot Schatbewaerder dor
koninglyke maetschappy van sohoone Kuns
ten en Letterkunde, on tot sekretaris van de
Op het gelegenheids kouplct, gezongen ten
slotte der tooneclverloaning op den Nieu-
portschen schouwburg, door de koninklijke
maetschappy van Rhetorika te I'eurne,
op 7 december 1856.
men spreeKt op uit oogentdik van een
werktuig door den heer Thomas, van Colmar
na zes-en-dertigjarige navorsching uitge
vonden. Dat tuigarithomètre genaemd dient
tot de mekanisehe oplossing van al de opera
tion derrekenkunde Niet alleenlyk maekt dit
tuig op- en aftellingen, vermenigvuldigingen
en deeiingen, maer ook de mocijelyksteope
ration der meest verwikkelde regels. De
vlugste rekenaers kunnen het tegen dat tuig
niet vol houden. Eene vermenigvuldiging
van acht cyfers door acht eyfers geschiedt
op achttien seconden. Op minder dan oenen
minuet doet men met de proeve de uilhaling
uitgaefscommissie der Graf- en Gedenk
schriften van Oostvlaenden,ïe Geut.
Te Brussel, in de kamer der volksver
tegenwoordigers, is eene petitie uit Vlim-
meren ontvangen, vragende dal aen den ko-
ning de benaming zou gegeven worden van
Leopold de Welbeminde, s De kommissie
besluit lot de nederlegging van dit ver
zoekschrift op het bureel der inlichtingen.
Men spreekt van een nieuwe wyze van
aenkooping van het ossenvleesch voor het
leger, welke de minister van oorlog voor
nemens zou zyn door den staet zelven te
doen gebeuren. Hel vee zou gekocht zyn door
den plaets-bevelhebber.Gelyk voorliet brood
zou men afhouden op de saidy van iederen
soldaet en voor 15 cent, daegs zou men zyn
niael bekomen.
Men denkt, dat het gouvernement den kilo
goed vleesch ten pryzevan 60 centimen zou
kunnen leveren. Derwyze zou er geen groot
verschil meer bestacn in de soldy, daer de
korps-oversten maer een leverancier zouden
hebben, terwyl er heden zelf verschil is lus-
scheu de verscheidene regementen van een
zelfde garnizoen.
Het is zoo, dat het 2.’jagers te peerd, in
garnizoen te Brussel, den kilo 83 cent be-
taelt; het 3.'jagers 86; het-i.' kanonniers 95
de depot van het 5.' linieregeineiil 83; het
militaire hospilael 87. liet is waer, dat men
in zekere garnizoenen het vleesch voor 65
cent, heeft, maer het ware nog altoos eene
winst van 5 cent.
tonaenhang en tooneclkunde uitgevoerd;
tnuzyk, kostumes, en verdere onderhoorig-
heden alle» beantwoorde aen hetgene men
van de Veurnsche kunstbroeders verwachte.
Door eene zuivere taeluitsprack deden zy
tich uitmunten ook de toejuichingen, de
biavos en het bisseren hebben zy niet te kort
ontvangen en zulks verdienen zy.
Ofschoon wy in het byzonder overdo
verdiensten van eiken acteur niet mogen
handelen, achten wy het ons ten pligte, by
Uitzondering melding te maken, over de
Goede en verdienstvolle uitvoering der
kunstzuster Mev. C., die al de moeijelyk-
heden welke zy by het vervullen dier lastige
e,t versehillige rollen in deze drie ver
sheide stukken heeft weten overtekomen.
Hare taek heeft zy by uitstek goed en met
kunstsmaak vervuld. Broederscharen die
lich op zulke verdienstelyke zusteren kun
nen roemen, moeten bloeijen en vooruit-
G:'en. Eere zy de mannen die zulke genoot
schappen besturen dank, driemaal dank
aen de vrouwen, die begrypen dal zy ook
veel aen de beschaving, aen lael en kunst
kunnen toebrengen, en onbeschroomd die
vooroordeelen trotseren, die van overlang
niet meer by bet vlaemsche volk zouden
moeten hun vergif strooijen.
Op het einde der vertooning werd het
volgende couplet ouder de l alryke aenschou-
wers rondgestrooid, door ecu tier spelers
gezongen,en ten w.irmslen toegejuicht, dit
loowel als hel couplet door Klara met ge
pastheid gezongen moest herhaald worden.
Door kunstvlyt aengedreven,
Voor’l vlaemsch tooneel en
Wil Veurne ook wat geven
Op Nieuporl’s schouwburgzaal.
Kan u ons spel vereeren,
Dan zyn wy recht voldaen
’t Zal liefd’ en kunst verineercn
Die onder ons bestacn.
Om kort tc zyn laet ons zeggen dat deze
vertooning in het algemeen ten hoogsten
voldaen heeft.
1.
Ik ook aen U in antwoord zing
De Voortgang en Verbroedering!
Met dit schoon voorbeeld der stad Veurne,
Ook dit der franschc ons nageburen
Stuwt de elektrieke kracht op ’t spoor,
Waer Gy vooruit treedt de eerste door.
Dat uwen kunstgeest nimmer fale
Voor ’t Vlaemsch tooneel en Moedcrtale!
Met onze broeders van het noord
Gaen wy met reuzen schreden voort
Ja, de verbroedering word gemeene
En alle natiën zyn slechts eene.
Gelykheid voor de Vlaem en Wael
De voortgang in de moedertaal
Wy vergen ’t recht tot voor de bare;
De Vlacmscbe zaek vry van bezwaren!
3.
Tot ’t volk is ’t dat ons doelwit streeft,
Dat hun den lukstact wedergeeft.
Hen ketens pletten zyn onz’ wenschen
Hen wedergeven ’t recht der menschen
Dan door oprechte Broedermin
Treên wy een hcmelsch tydperk in.
Dat uwen kunstgeest nimmer fale
Voor ’t Vlaemsch tooneel en Moedertale/
door
Een kunst en menschen vriend.
E.v improviso.
Uit Nieuport 8 december 1856.
lichamen byna geheel en leek het, dat een
cental geraamten daer hunnen doodundans
hielden. Geen loon liet zich daerby hooren
dan het doffe gebons op de gespannen opos-
sumvellcn; zelfs het blaffen der honden
stierf in de verte weg, en al wilder, al onna-
luerlyker werden de bewegingen der spook
achtige geraamten, die hunne bleeke kno
ken slingerend bewogen en by ’l stampen
op den grond schenen te rammelen en te
klapperen.
W ie onzer heeft al wel niet eens aen een
afgrond, op eene hooge brug, op een toren
gestaen en daerby een onbepaeld verlangen
gevoeld, om in de diepte neder te springen?
Zulk een aendrift is by my althans dikwyls
en soms zoo sterk opgekomen, dat ik my
met geweld afwenden moest, om het gevoel
te keer tc gaen, dat my, als ik er de mogelyke
gevolgen van bedacht, het hart deed stil
staan. Zoo ook drong het my ook hier met
een geweld, dat my zelf deed schrikken myn
geweer los te branden en de werking tezien,
welke het onverwachte schot, het inslaan
van den kogel in een der noeste hoornen op
den wilden troep dansers uitoefenen moest;
ik legde eindelyk't geweer naest my neer,
om maer niet, welligt onwillekeurig, den
haen te spannen en los tc drukken, in welk
geval ik met het aenbreken van den dag den
ganschcn stam op myne hielen zou hebben
gehad.
Men ging tot een anderen dans over en da
dansers verdeelden zich in twee parlyen,
waervan de eene digt by het vuer bleef en
de andere nacr den woudkant terug week.
Waerschynlyk zou het een krygs- of jagt-
dans worden of hadden zy op eenige
wyze iets van my gemerkt misschien de
canoe vermist? ’t Verstandigst was, dat
ik de geenzins veilige streek verliet, omray
aen eene onmogclyke vervolging te onttrek
ken. Myn geweer weder opvattend, liet ik
my dus zoo stil inogelyk van den rivierkant
afglyden, zocht den open boschrand weder
te bereiken en vervolgde in de donkerheid
moedig niynen weg.
Nog lang hoorde ik hetgebom der trom
men en nu en dan wille gillende kreten. Die
echter konden myne treden slechts ver
haesten, tot zy in de verte wegstierven, alles
stil werd en ik dus overtuigd kon zyn, dat
ik my buiten gevaar bevond.
Hel zuidelvke kruis wees juist midder
nacht aen, toenik my, doodmoe, zonder
een brok te eten en zelfs zonder dat ik een
vuer durfde aenleggen, onder een boom
nederwierp. Met den dageraed was ik weer
op de been en een arme zwarte pagegaai, die
over myn hoofd heen streek, moest my myn
ontbyt leveren.
En diesmaekte?
Delikact. Als men in 2-1 uren niet gegeten
heeft en ik weet niet hoe veel uren in een
adem door gemarscheerd heeft, smaekt zelfs
een papegaei.
r‘ger was ik echter ook, om van hier de
tegenover liggende legerplaels tc overzien,
Cl>, door de struiken ten volle gedekt, tot
•<en den uitersten rand des hier van oever
tol oever willigt honderd voet breeden
strooms vooruit gaande, zag ik eensklaps
het ganschc wilde bivak door hel vlammend
*ucr verlicht voor my liggen.
Voorde vlammen, de ruggen nacr my toe
Gekeerd, zoodat ik slechts de donkere ont
trekken der naekte lichamen kon onder
scheiden, zalen de vrouwen, die nog allyd
regelmatige slagen metderegter hand op
hel opossumvel trommelden; achter de
vJim, maer slechts een twintigtal passen
daarvan verwyderdzoodat liet helder
s,'hynscl de zwarte gedaanten slechts Hauw
Verlichtte, stonden en sprongen <le beschil
derde dansers, en nooit van myn leven beb
iel» akeligers en spookachtige» gezien,
dan dit wilde feest
De Indianen hadden zich namelyk op
‘enne wyze met wille strepen beschilderd,
Iu ttaer voren by de armen en langs de
eetien afliepen en tegelyk in soortelyke
ynen de ribben omgaven, kortom op vry
ril"c, maer toch vry duidelyke wyze do
*;;uer van een geraemte nageteekend. .Op
'en afstand nu en by de flauwe flikkering
'<>n het vuer, alsook door de rasschebe-
''eG*i>g der springenden, die echter voort
durend front nacr het vuer maakten, ver-
1 *euen do donkere oiutrekkswi hunner