SN EEUWMIJMERINGEN Folklore van de Louwmaand hst wekelijks nieuws Zaterdag 80 Dec. 1950, m Eladli 15, r *awvmiP,M*\,wvm>w vv S8-. lÉÉÉÉ Knapt januari niet van kou, Dan ziet men in de oogsttijd rouw In «Rond den Heeird» (I, 1866, blz. 33) zegt Guido Gezelle. January Is de tweede naamver- wisseling van *t woord Januarius, de Latijnse name dezer maand. Keizer Karei de Grote hiet hem Wintermtaóth, Wintermaand. Har- Üemaend, Hardmaend, Lechmaend, Lauwe, Lauwmaand of Loumaend, zeggen onze oude boeken, en wat Lauwe te zeggen is ligt verloren onder de diepe verholentheden on zer tale, t Volk zegt hedendaags nog geerne Nieuwjaeirmaend. Dia- nus of Janus en Fortuimnus waren, bij de Romeinen, de afgoden van de ingang; daarom hiet een deure bij hen dlanua, of Janna, en Janua rius hiet de eerste maand of poor- temaend, omdat zij bij hen de poorte of Ingang van t jaer was». Maar Guido Geeelle was wel een groot taalvirtuoos, docfc niet zo'n groot taalgeleerde. Op het gebied van «te etymologie kaatste hij de bal er wel eens naast. Wij weten nu, dat Lauwmaand in feite Loot maand betekent, maand waarin de hulden gelooid weiden. Onze voor oudiers gaven haar ook volgende na men: Harmaend (Haardmaanad), Bneeuw-, IJs- en Wolf maand. La ter ook Jezusmaand. Wat Janus betreft, zeer waarschijnlijk werd de Latijnse benaming dezer maand van de god met het dubbele voor hoofd afgeleid, maar Janus was de godheid van het begin en het einde en men weet, dat Januari niet al tijd de eerste maand van het jaar is geweest. Ook na de geboorte van Christus heeft het neg eeuwen ge duurd, vooraleer er eenvormigheid in het kalender kwam en men het Jaar definitief op 1' Januari liet be ginnen. Het gebruik, elkaar gelukwensen toe te sturen bij de ingang van het nieuwe Jaar, is zeer oud en wortelt in het volksgeloof, dat aan de wens een magische kracht van uitvoering toekent. Een wens werd eertijds be schouwd als het begin van de ver wezenlijking. Zo ook trouwens hef) (.«verwensen», Het volk verkeert In d» mening, dat het ganse jaar in essentie sal rijn ais de eerste dag. Dus wenst men op nieuwjaarsdag in overvloed en goede sier te leven. Men spaart eten noch drinken. De winkeliers wensen hun tooglade vol geld en lokken daarom op 1 Januari zoveel klanten mogelijk, door het aanbie den van een nieuwjaarsgeschenk. De bedeltochten van de Jeugd zijn op sommige plaatsen nog immer populair. Een" minder bekend nieuwjaarsliedje luidt als volgt: Daar reden twee begijntjes Met schaverdijntjes 7c Wens u een zalig nieuwe jaar Paar en paar, De oude Germanen traden de nieuwe maankring, de Wolfsmaand, zo feestelijk en vrolijk in, dat ach ter de twaal feestdagen van de Joelkring nog een dertiende ge voegd werd, die .daarom de naam yan Heilige Dertdendag draagt. Guido Gezelle vertelt in Rond den Heerd» van 1868: Als ik kiene was, daar kwamen In mijn geboorteplaatse, rond Drie Koningen, twee rare comparanten te voorschijn. De eerste was 'ne man met een sterre; hij had op zijn hoofd iet gelijk een miter of krone, en een lange tabbaard om zijn lijf. t Ander was een jongen met een goube of rommelpot, ge maakt van een stropijpe en een blaze, op een cafékanne gespan nen; hij was verkleed in een her der. De eerste gaf te lijve maar smeer met zijn sterre, en de jongen rommelde op zijn rommelpot, 'k En heb nooit juist kunnen achterleren wat zij zongen, maar ik schrijve iets dat er op trekt: elk kom aan ulder deurke staan, Mijn alderiiefste vrienden, Al om het Godsdeel te ontvaan, Ik hoop dat ik 't zal vinden; Wilt mijne redens wel verstaan; De meulen en heeft niet rond ge lgaan, Daarom moet ik om 't Godsdeel lgaan Deze bedeltochten zijn reeds eeuwen oud. Ze vonden hun oor sprong in de vroegere Mysteriespe len, werden tot half geestelijke en half wereldlijke stoeten, om ten slotte tot een loutere bedelomme- gang af te dalen. Ziellier hoe de latere Middel eeuwen een driekoningenstoet za gen: «Onder from- en pijpgieklank, treedt ons een optocht tegemoet. De kroontjes, gemaekt van click pa pier vercicrt met geile Foclgle, de gesteenten gecolcurt met waterver- we, wijzen er op dat het een Drie koningen-ommegang is. In Holland waren door de reformatie de spon tane, soms al te uitbundige volks ontboezemingen verboden, zodat de vroegere optochten der Retro- sijns'de in hun wagenspel de Drie Koningen, de twaalf Aposte len, de reus Goliath e.a. symbolische wezens aan het volk vertoonden, in onbruik geraakten. Maar de omme gang bleef plaats vinden. Op som mige plaatsen geschiedt dat bijzon der door de kinderen der behoef- tigen, elders door volwaasenen, die het ofwel deden om geld en giften in te zamelen, ofwel om zich eens flink te vermaken. En. al waren er, die beweerden dat zulks een Shcriftblamatiewas, niet te geheugen bij die van de zuivere planten zou, geen wortel kunnen schieten en totaal uitdrogen. Sint Antonlus-Abt, die op 17 Ja nuari wordt gevierd, is de tweede van de harde koppenHet zou dus eveneens moetan vriezen dat het kraakt. Deze heilige heeft oij ons volk een zeer voorname plaats ingenomen, wegens zijn bescher ming van de veestapel. Getuigen daarvan zijn de talrijke beganke- nlssen, die op zijn feestdag plaats hebben. In sommige plaatsen, zo als Pulle en Oostmalle, oflert men hem kippen en konijnen, te Lille zijn het hele of halve zwijnekoppen en spek. St Antoniusdag te Lille ls thans nog een fel gevierd feest met honderden deelnemer», waarbij tal rijke ruiters. Tijdens de ommegang wordt af en toe halt gehouden, om stallen en hoeven te zegenen en na de optocht worden de offers in na- tura publiek verkocht aan bet ge meentehuis. De opbrengst keent Ho goede san de Kerk. Daarna rijd» de bonte mengeling versierde paar den met hun fikse ruiters door het dorp, ln draf door de Reohteetraat. Sint Antonius wordt voorgesteld mat een varkSke. Men heeft lang gedacht dat zulks een louter volks- reilgieuse betekenis had, maar der gelijke varkens, Teuntjesverkena, die in de Middeleeuwen vrij rond liepen en overal welkom waren, schijnen reeds in de Germaanse tijd gekend te zijn geweest. Die al- lemans-zwijntjes waren heel popu lair. Men beweert dat er zelfs een orde van St Antoniusbroeders ont stond, die rondgingen om voedsel voor de armen en... voor de zwijn tjes ln te zamelen en tevens op die zwijntjes moesten passen. Later werd het aantal Theuniszorkens wettelijk bepaald. Te Gent moch ten er niet meer dan 40 rondlopen. Ze hebben het kunnen volhouden tot ln ds 17» eeuw, maar hier en daar, zoals te NIJvel, werden ze eerst afgeschaft kort vóór de Fran se revoluüs. Op 18 Januari Is bet Stnte Ple ten Koudoranesseeegt bet volk. Regent bet vandaag, dan volgt er •ca vochtig jaar, maar als bet vriest zal bet een droog Jaar rijn. Woe- gar vierde msn op desa dag het overlijden van Onao Lieve Vrouw en sprak men van O. L Wouw Blanpdsg Later noemde men hem aerdslaepdagen meende men, dat de grond onaangeroerd moest blijven. Te Brussel vierde men vroeger op 19 Januari Vrouwkensavond De vrouwen lieten zich door hun echtgenoot trakteren en vieren. De oorsprong van dit gebruik meende men te kunnen vinden ln de triom fantelijke terugkeer van de Brus selse kruisvaarders ten Jare 100, toen zij door hun vrouwen de stad werden binnengedragen. Een ande re sage luidt, bij de belegering van de stad liet de vijand aan de vrou wen toe de stad te verlaten, met het korstbaarste dat ze bezaten en persoonlijk dragen konden. De vrouwen namen hun man op de rug en hielpen hen zo buiten de be legerde vesting. Maar deze sage ls op talrijke plaatsen, ook buiten België, bekend. Het ls steeds ge waagd een gebruik door een plaat selijke overlevering te willen ver klaren. Sint Sebastiaan (20 Januari) la de patroon van menige schutters gilde. Vroeger deelden de bakkers dan gratis brood uit onder de arm» lieden. Sint Sebastiaan is de derde en laatste der harde koppen al hoewel het volk anderzijds beweert: Sint Sebastiaan en Sint Fabiaan, Doen het sap in de bomen gaan. 's Anderendaags wordt de H. Agnes gevierd, patrones van de maagden, van de verloofden, ja van alle vrouwen. Te Rome worden die dag de schapen gewijd, waar van men de wol gebruikt voor het maken der pallia. Vroeger was het Netenda; en kregen de vrouwen van hun man of de verloofden van huw s*J*at «een geschenkw 1; jb Als Agnes en Vincenth:,n dnan. Begint men 't wintèrvfiulf te schromen. St Vincsntius is de patroon dei wijngaardeniers en wordt aange roepen tegen koorts, maag- en oogziekten, evenals tegen een on tijdige dood. M:n kende vroeger Vincentiusbroodjes en Vincen- ti us water Op 25 Januari, St Paulus' beke ring, trekt de Galmaarden de Pau- welbende uit en worden er door de boeren takken ln de velden ge stoken tot het bekomen van een weelderige oogst. Het volk zegt: Met Sint Paulus' bekering legt de ekster haar eerste tak en daarna wacht zij tot half Mei om haar eerste el te leggen St Jan Chrysostomus (27 Jan.) is de patroon van de imkers en van de redenaars, 's Anderendaags doet men beroep op Sint Enebertus, te gen koorts en de dag daarop wordt St Juliaan door de reizigers ge vierd. Op 36 Januari wordt de H Aldegondiis vereerd te Zwevezeie, Deurle en Mespelare en gediend tegen kanker, koorts en andere kwa len. De maand wordt besloten met de feestdag van de H. Veronus, ver eerd te Lembeek en aangeroepen tegen hoofdpijn, koorts en typhus. Volgens het volksgeloof worden er heden alleen jongens geboren en hun lichaam zal na de dood onge rept blijven. Zo sluiten wij de Louwmaand af. godsdiensthet volk kon zich niet zo plotseling van die oude, vrolijke gewoonte losmaken. Zij kozen drie «Koningen», kleedden er twee in wit en een, de Moor, ln t zwart, gaven elk een papleren ster met een brandende kaars er achter, en begeleidden dit driemanschap langs de straten tot in een herberg waar ze onthaald werden op bier met suiker en oliekoeken». (Scho tel: Geschiedkundig, Letterkundige en Oudheidkundige Uitspanningen, blz. 166). Onderweg zongen de drie konin gen op slepende toon: Wij komen getreden met onze starre. Lauwerier de cransio, Wij zoeken Heer Jezus, wij hadden hem gaarnes. En het refrein werd meegezongen. Lauwerier de knier Zijn Koning Kareis kinderen Pater bonne Franselijn, Jeremie En zo zongen zij ook de andere strofen; t Wij kwamen al voor Herodes zijn deur. Lauwerier de cransio, H erodes de Koning kwam selver veur Lauwerier de knier. Zijn Koning Kareis kinderen pater bonne Franselijn, Jeremie Herodes die sprak er met valse Ihart: Hoe ziet er de jongste van drie Izo zwarte t Al is hij wat zwart, hij is wel Ibekend: Hij is de Koning uit Oriënt We kwamen de hoge berg op Igegaan, Daar zag men de star zo stille Lstaan «O starrel ge moet daar zo stille [niet staan; Ge moet er met ons naar Beth- [lehem gaans. Te Bethlehem inne de schone [stad, Daar Maria met haar kleine kind izat Hoe kleiner kind, hoe groter God! Een zalig nieuw-jaar verleen ons IGod i, (Hoffman ron Fallersloben: Korea Belglcae, Et, 69), De Maandag, ttte op Driekonin gen of Dertiendag volgde, onze Verloren Maandag, was bij de heidense Germanen eveneens een feestdag, waarop de bruidswerving van de zonnegod Freyr in Aafheim werd gevierd. Daarom heette die dag ook «Koppelmaandag», want hij herinnert ons de zegenrijke vereni ging. Omdat het een. bruidsdag was, gunden de gehuwden hun echtge note op die dag de totale heer schappij in huis en hof. Andere benamingen zijn: Vercorenof OoppermaandagEr werd flink op los gecopperdof gedronken en worstebrood gesmi^d. Hoogst waarschijnlijk werd hij vercoren Maandag geheten omdat eertijds de magistraten op die dag werden gekozen en omdat de gilden sa menkwamen, zodat er niet gewerkt werd. Vermelden wij tevens dat hij lange üjd de speciale dag was om hanengevechten en gansrijden te beoefenen. Op 16 Januari woeden de HH. Maurua en Paulus gevierd. Bint Maurus la de patroon van kleer makers, ketellappers en loodgieters. Hij wordt om. vereerd te Lier, Ba- vlkhove, Elsegem, Grimde en Aalst en daar aangeroepen tegen selatlca, lamheid, rheuma, pijn ln de rug en tegen het gevaar van verdrinking. Te Grimde wordt hij ook be schouwd als beschermer tegen hoofdpijn. Daar zetten de pelgrims daartoe speciaal bestemde IJzeren kronen op het hoofd. De kluizenaar St Paulus ls de patroon van de mandenmakers en mattenvlechters. Hij wordt de eerste van de harde koppengenoemd, omdat zijn feestdag doorgaans krakend vries weer meebrengt. Nochtans beweert het volk anderzijds, dat reeds op 15 Januari de eerste leeuwerik de lucht inschiet De volgende dag, 16 Januari, wordt beschouwd door on ze oude almanakken als ongunstig voor land- en tuinbouw. Men meent dat de bomen, die men vandaag Het icintert gelijk in de oude tijd. Be sneeuw heeft zich taai op de grond vastgezet en sloeg een akkoord met de vriezeman. Zo werd dan het oude jaar onder een wit lijkkleed begraven terwijl de witte vacht terzelfderiijd diende om het nieuwe jaar als een frisse boorling aan te bieden. Op grote banen vocht het moderne verkeer tegen de sneeuwpracht' en geholpen door een korte dooipcriode werden overal door gangen vrijgemaakt. Te lande echter triomfeerde koning Winter over gans de lijn en moesten de mensen zich beperken tot het trekken van enkele sneeuwsporen. Ce ouderwetse slede is bij dergelijke gelegenheid nog het veiligst verkeersmiddel. Zacht schuiven de gladde sleeijzers door de sneeuw terwijl alleen rinkelen van de bellen aan het gareel van het paard de stilte breekt. Sneeuw brengt een gemoedelijke stemming vooral wanneer men van uit een gezellig verwarmde woonkamer op het prachtig landschap kan neerkijken. Voor velen echter brengen sneeuw en koude slechts ellende, voor de sukkelaars die in deze dagen meer dan ooit de armoede voelen nijpen. Wanneer gij het V gezellig maalet lezer, en met familie, vrienden en kennissen Nieuwjaar viert, denk dan aan de sukkelaars voor vile Winter en sneeuw een marteling is. Wanneer gij die ellende met een edelmoedige gift kunt lenigen doe het dan met een groot hart, gij zult er uw eigen nieuwjaarsvreugde mede verdubbelen. Want sneeuw is moot... maar voor vele schamels kinderkes zo pijnigend koud.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Wekelijks Nieuws (1946-1990) | 1950 | | pagina 16