Het Huis AU RENARD BLEU AANBESTEDINGEN Kruiswoordraadsel Nr 16 Voor U, k Mevrouw Ct verm MAHIAK ADERLATE Eff| |§E SIS IEDEH A S E MfTREDE S T R I KgSiE S T E V E E SgO H S E jHE R A|H HUE E A HE LI E Z E R Uitslagen Télé-Rljsel RADIO KORTBtlJK VOOR DE GASTVROUW AU RENARD BLEU po\S^>83 - RIJSELSTRAAT - MENEN I S. P. R. L. Telefoon 565 Einde Seizoen PROFITEER VAN DE GROTE TOEGESTANE AFSLAG OP AL ONZE ARTIKELEN. Altijd maximum kwaliteit aan de laagste prijzen. HERSTELLINGEN - VERANDERINGEN VAN MANTELS EN PELSEN VAN ALLE AFKOMST. rpp- ADRES GOED OPMERKEN -^jjgjjjj STIJGENDE BEDRIJVIG HEID VAN MAILDIENST OOSTENDE-DOVER UW PLICHT NAMIDDAGKLEED NUTTIGE WENKEN EN RECEPTEN WNSSN. T>£2£ 6ROND£N B£HO- ■REN AAN EEN R'JK PERSOON 2>t£ V££L AANZISN HEEFT B'J 2>£-REGETtiN(S.NIEMAND ZAL HET IN Z'jN HOOFD HR'JGEN Hi ER EEN ONDERZOEN !N TE STELLEN.. Nu,Di T TOESTEL HEB IrC Nl£ UN ,yuN>^ON TNoR Ten r MELDT U AAN 3'j NUMMER t HONDERDZESTiEN EN ZOALS GEZEGD,HOuDT U TE ONZER BESCHIKKING jmgmjH 33 KORTE INHOUD: Jean Pierre Grossar, oud-piloot, ls thans werkloos. Op zekere dag ont moet hij Eenée, een meisje waarvoor hij veel belangstelling koestert, maar zij kan nem niet uitstaan. BIJ haar thuis wordt er een feestje gegeven Een baron vraagt haar hand. doch zij zegt reeds verloofd te zijn met zekere Jean Pierre, die ze In Engeland leerde kennen. Tot overmaat van ramp kom: de oud-piloot, die ook Jean Pierre heet, die avond bij haar aankloppen En ledereen denkt dat hij de echte verloofde ls. Renée doet. In het bij zijn van de gasten, zeer verliefd, maar wanneer ze later samen Is met Jean Pierre, zegt ze hem dat alles maar huichelarij ls. Toch vraagt Renée op dat Jean Pierre op het kasteel zou blij ven, totdat de baron vertrekt. Op ze kere dag worden zij bij een tante uitgenodigd en trekken er met het yacht heen. Jean Pierre keek omhoog en ont dekte het visje. Het hing hoog in de mast te glinsteren. De lijn was in de vlucht blijkbaar rond de top geslagen en het visje hing er nog aan maar het leek een beetje van streek, want het hing helemaal roerloos. Jean Pierre lachte, iet wat onzeker. «De mast,» zei aij. «Natuur lijk... Ik had het kunnen weten. Ik had er aan moeten denken, dat de mast achter mij stond. Hij keek lachend naar Renée om van haar de bevestiging te krijgen, dat hij inderdaad had kunnen we ten en dat het feitelijk de schuld was van de mast. Maar Renée keek strak voor zich uit en Jean Pierre bleef even staan aarzelen en dan begon hij met de roede te zwaaien om de lijn los te krijgen. Hij kreeg ze niet los. Hij ging aan do andere kant staan, maar ook langs daar ging het niet. Dan verzon hij erop of hij in de mast zou klimmen. De mast was nogal dun, en zo hoog boven het water. En toen eerst dacht hij eraan dat alle masten naar beneden kunnen. Hij lachte zich uit, draaide de mast naar be neden, maakte de lijn los en liet de mast terug omhoog. Hij keek naar het visje en zag dat het dood was. Hij gooide het in het water en nam een ander. Dit maal ging hij schuin naar achter staan, hield met één oog de mast in het oog, zwaaide de lijn en zwiepte ze vooruit. De lijn zoefde. Het visje beschreef een wijde boog door de lucht en plonsde in het water een tiental meters van het schip verwijderd. Het was een prachtige worp. Jean Pierre ging nu helemaal op de achtersteven zitten en liet de lijn afrollen. Toen hij vijftig meter afgelaten had, zette hij het katrol letje vast, en ging zitten. Hij duwde de roede stevig tegen zijn buik en hield ze met beide handen om klemd. Hij kon de lijn volgen tot over de rand van het yacht, maar hij zag niets dan de lijn, die strak gespannen, rukkend door het water sneed. Dan was er opeens weer geen druk meer op de lijn. Ha, kereltje,dacht hij sluw. Ditmaal ben je eraan. En hij begon snel en opgewonden aan het katrolletje te draaien, en toen hij dacht, dat hij wel dertig meter opgerold had, keek hij triom fantelijk om naar Renée, en riep: Ik heb hem En hij klemde stevig de roede vast, omdat hij ieder ogenblik de nieuwe schok verwachtte. Hij beet zich op de lippen van spanning, en hij lag krampachtig op de roede als op een wild beest, dat hij slechts met moeite in bedwang kon hou den. De roede was anders niet wild meer. Ze lag rustig in zijn handen, en de lijn hing slapjes naast de boot. Maar zo was het daarjuist ook, dacht Jean Pierre, vastbeslo ten zich geen tweede keer te laten verschalken. Toen hij echter minutenlang als een arend op de roede had gelegen, werd hij ongerust. En hij loste zijn greep een beetje, en schudde eens met de roeue. De lijn hing slap, en ze bleef slap, en toen Jean Pierre aarzelend aan het katrolletje be gon te draaien, kwam ze gewillig mee, veel te gewillig. En Jean Pier re wierp een voorzichtige blik ach teruit naar Renée cm te zien, of ze hem in het oog hield. Ze hield hem niet in het oog,- maar hij was zeker dat ze alles zag. Hij haalde de lijn boven, verder, en verder, en ten slotte was ze er helemaal. Er hing niets aan. Niets dan de haak. En dat die haak er nog aan was, dat was nog het ergste van al. Ais de haak eraf geweest was, was het de schuld geweest van de slechte lijn. Nu kon hij geen enkele ver ontschuldiging geven voor het kwijtraken van zijn buit. Hij kroop recht, keek nog eens schuw haar Renée, en hing dan een nieuw visje aan de haak. Hij gooi de in, en ging opnieuw op de blok aan de achtersteven postvatten. Tien minuten duurde het. Dan rukte de lijn weer strak. «Nu ben je eraan,» gromde Jean Pierre. Hij schoorde zich weer met zijn benen tegen de rand van het yacht, en hield de roede met twee handen vast. Er werd heftig gerukt. En Jean Pierre had alle moeite van de wereld om zich in evenwicht te houden, en niet overboord te gaan. Hij was echter niet van plan zijn prooi een tweede keer te lossen, en toen heel even de druk op de lijn verzwakte, begon hij snel de lijn in te halen. De haai werd echter wild, en Jean Pierre moest opnieuw i: twee handen gebruiken,om hem bedwang te houden. Ieder ogenblik dat de haai zwakte, benutte hij echter om 8! het katrolletje te werken, en t<*: hij dacht dat hij nog hoogstens t' meter of acht in te halen b»1 zwom de haal opeens naar b schip toe, en duikelde dan de dier in. De roede klikte om, de vn>' onderkant trof Jean Pierre alsf: kanjer van een uppercut tegen; kin, en toen Jean Pierre weer ogen opende, lag hij op zijn rug, hij rook gin. Open j" mond,zei iemand. Hij deed het, en terwijl hij deed, was het of ze met messen zijn kaken sneden. Dan was mond vol gin, en hij slikte om te stikken, en dan zag hij, dat née op haar knieën voor hem 'en dat het yacht stillag. Hij keek rond, en zag, dat opstond, naar de stu-urcablne en het yacht weer op gang brs' Hij kwam moeizaam recht, ent:" te naar zijn kin. Het was of V met een voorhamer op ges!*1 hadden. En hij vroeg zich nh hem die vuile streek gelapt had' pas als hij daar een hele tijd f nagedacht had, herinnerde hij dat het bij het vissen gebeurd' en dat het de haai was gewe^ :<HET WEKELIJKS NIEUWS» Zaterdag 26 Januari 1952 Bladz. 12.' DAT KINDERVERSTAND be perkt is, bewijst wel het volgende: Jantje vraagt aan moeder: Moeder, verjaar ik op een Maandag? Ja, kleine Jan, zegt moeder. Maar verleden jaar was het toch op een Zondag! En toeko mend jaar? Zal het op een Dinsdag zijn, jongen. Zo! zegt Jantje, ben ik dan geboren op elke dag van de week? We hadden nog zo'n geval bij de Janssens. D'r werd tot ieders verbazing een drieling geboren. Men legde ze in een wasmand om dat men op deze overrompeling niet was voorzien. De kleine Jef werd naar vader gestuurd, die op het land werkte, om hem het. ver heugende nieuws mede te delen. Jantie kwam bij vader en riep: Rap, rap, vake, naar huis! We krijgen voortdurend kinderen De wasmand ligt al vol!! KINDEREN OPVOEDEN? Ho, ho, niet altijd zo gemakkelijk, hoor. Overlaatst zei me een jonge moeder: Ik heb er zes, mijnheer. Zes pronte en lieve kinderen, dat kan ik u met de hand op het hart ver zekeren. Van de grootsten heb ik de laatste tijd niet zo veel zorgen meer. Die groeien met Gods hulp reeds uit de kluiten en beginnen hun doen en laten al wijs te bere deneren. Maar met de beide jong ste, met mijn twee kleine meisjes van vier en vijf, is het anders. Die schreien namelijk tegenwoordig voor een niets en zetten van de ochtend tot de avond het. huis vol onbehaaglijke muziek. Ik steek dan wel mijn vingers in de oren om er niets meer van te horen, maar dat is blijkbaar geen oplos sing. Integendeel. Want hoe meer ik mil inspan om er geen aandacht aan te verlenen, hoe meer hun schreien mij irriteert. Het is wer kelijk om er horendul van te wor den. Kunt u, mijnheer, me niet uit leggen hoe dat komt? Ik versta er niks van. Te meer daar ze vroe ger, toen ze nog kleiner waren, bPna nooit schreiden. Daar sta ik nu zelf tegenover die twee kleine muzikale meisjes en zit ik, op mijn beurt, met de vingers in de oren. Niet om hun geschrei niet te moeten horen, maar om er een uitleg voor te vinden. Die uitleg is, volgens mij, de volgende: Toen uw twee kleine meisjes nog in de wieg lagen, moeder, en hun eten op tijd kregen en op tijd wer den droog geleed, vonden ze 't niet nod!" te schreien. Omdat ze altijd automatisch kregen wat ze wen sten te krijgen. Maar nu ze gro ter zijn geworden, zijn ze opgeno men in het voor hen reusachtige leven van uw gezin en staan ze als de hulpeloze kleinsten tegen over hun zusters en broertjes. En ze moeten zien dat ze hun bekomst ook nu nog blijven krijgen. Mis schien willen ze b.v. graag mee spelen met de grootsten, maar la ten deze ze van meet af aan of na een korte wijl als lastverko- pende konkurrenten opzij liggen. En dan zien ze in hun schreien hun enig en beste wapen. Ofwel mogen ze meespelen, maar krijgen ze slechts een zeldzame keer de bal in hun handen. En ook dan zullen ze algauw weer aan 't schreien gaan. Op 't eerste gezicht ziet gij, moeder, niet onmiddellijk waarom, maar de reden bestaat bestaat, altijd hierin: dat ze hun eigen belangen verdedigen met het enige wapen dat tot hun beschik king staat. Hou ze maar eens goed in de gaten in 't vervolg, moeder, en ge zult het wel spoedig door hebben. Voor kinderen is het schreien vooral een wapen. Ook tegenover u, moeder! EEN TOERIST is op reis in Zwitserland. Doet een uitstapje in de bergen en, over de rand van een steile rots heenkijkend, vraagt hij aan de gids: De mensen vallen hier zeker dikwijls af, hé? Nee, antwoordde de gids droog, meestal hebben ze aan één keer genoeg!! M'N BESTE VRIENDEN, moed blijkt eerst als men In de minder heid is, doch verdraagzaamheid wanneer men in de meerderheid is. Onthoudt dit en tot later! Het Manneke nit de Maan. UITSLAG KRUISWOORDRAADSEL Nr 15. 1 2 3 4 5 6' TEKENVERHAAL HET WEKELIJKS NIEUWS Nr 25 OCH IN PLAATS FAN ZICH AAN ,TE MELDEN. BEGINT V£ MAN 1D£ RAPIEREN VAN KUN TE DOOR SNUFFELEN HM Taqfessor Harenberg is HEEL wat verder met zui WERK DAN NUhl.DlE TWEE KERELS MOGEN ECHTER NIET TOT B VAREN BERG GERAKEN GAS- EN WATERLEIDINGEN 6 Febr. KOKSIJDE. Te 11 u., op de Dienst der Militaire Gebouwen- Luchtmacht, Géruzetkazerne, Gen. Jac- queslaan, Etterbeek, aanleggen van een waterleiding naar nieuwe loodsen op het Vliegveld te Koksljde. Bestek: 396.000 fr. GRONDWERKEN 13 Febr. BOESELARE. Te 11 u., in 't Hoofdgebouw van Telegraaf en Telefoon, 42, Paleizenstraat, Brussel (4e verd,, lok. 20), leggen van onder grondse telefoonkabels te Roeselare. WEGENBOUW- EN RIOOLWERKEN 29 Jan. MIDDELKERKE. Te 11 uur, ten gemeentehuize te Middelker- ke, verbeteren van de Normandlaan. Bestek: 220.000 fr. 31 Jan. WOESTEN. Te 11 u., ten gemeentehuize te Woesten, onder houdswerken aan buurtweg van groot verkeer nr 104 (steenweg naar Pope- rlnge), zijnde vertind steenslag of bl- tumenbestrijkingen. 1 Febr. INGELMUNSTER. Te 11 u., op de Dienst voor Stedebouw, 15, Beenhouwersstraat, Brugge, wegenis-, riool- en beplantingswerken op de wijk Nleuwstraatte Ingelmunster. Bewoner van Denemarken: Iedere. Horizontaal: 1. Gemeente bij Roeselare: 2. Eveneens; Engelse biersoort; uitroep van afkeer. 3. Een der kleine profeten; studeren. 4. Met alle krachtinspanning trach ten; afk. van Idem. 5. Naaldboom. 6. Sneeuw- schaats; voorstelling van Iets ln zijn hoogste volmaaktheid. 7. Emmer; Ivoor. 8. Zangvogel, ook zwarte lijster genoemd; dapper. 0. Eer bewijzen; theorie. 10. Be kend kerkvervolger; vochtig. Vertikaal: 1. Hoge vissers- laars; bij malkaar; 2. Bede vaartplaats in Oostvlaancle- ren. 3. Gele aardsoort; be woners van Ierland. 4. Plechtige verklaring; Jongens naam. 5. Muzieknoot; vruchtbaar. 6. Beklagens waardige toestand; gemeente ln Westvlaanderen. 7. 8. Gesneden haan. 9. Bezlë; tijd perk. 10. Blndzolen met banden om de voeten vastgemaakt. BRUG- EN WATERBOUWWERKEN I Febr. NIEUWPOORT. Te 11 uur, op de Dienst der Kust, 69, Lan- gestraat, Oostende, verwijderen van overblijfselen van een wrak van vis sersvaartuig, gestrand op een 400-tal meter ten Oosten van de haveningang te Nieuwpoort. ALGEMENE BOUWWERKEN 15 Jan. WEVELGEM. Te 11 u., op de Dienst der Militaire Gebouwen- Luchtmacht, Géruzetkazerne, Gen. Jacqueslaan. Etterbeek, bouwen van een controletoren op het vliegveld te Wevelgem. Bestek: 227.000 fr. J. VAN HOUTTE, Gullegem, 241.538 of 245.038 plus andere varianten; P. Van Marcko, Tiegem, 252.320. VERSCHILLENDE II Jan. Te 11 u., op de Geweste lijke Directie van Posterijen, 12, Vrij dagmarkt te Brugge, vervoer van post zakken en postcolll met autowagen, tussen: 1) Koekelare-Ichtegem; 2) Nleuwpoort-Veurne-Houtem. 1) VANDENBUSSCHE C„ Zuidburg straat 64, Veurne, 4,50 fr. per Km.; 2) MüYLLE C„ Markt 19, Ichtegem, 4.50 fr. per Km., 20 fr. per uur wachttijd (niet voorzien); Ramboer J., Ichtegem, 5 fr. per Km.: Vannleuwkerke, ld., 5,50 fr. per Km.: Tyvaart S., ld., 6,00 fr. per Km.; Cuylle A., Koekelare, 6,75 fr. per Km. ZONDAG 27 JANUARI. 11.00: Hoogmis. 20.53: Zichten uit het Noorden. 21.10: «Les Surprises du Wagon-lit film. DINSDAG 29 JANUARI. 20.50: Reis door de U. S. A. 21.00: Rebecca toneelstuk. WOENSDAG 30 JANUARI. 20.50: Voor de vrouwen. 21.10: «Cap au Large», film. DONDERDAG 31 JANUARI. 21.10: Vlaamse uitzending. VRIJDAG 1 FEBRUARI. 20.50: Reis naar Engeland. 21.00: Jericho film. ZATERDAG 2 FEBRUARI. 15.15: Kwartuur der vrouw. 21.31: «Het Noorden zingt», regionale uitzending. Week van 27 Jan. tot en met 2 Febr. ZONDAG 27 JANUARI 10.03: Westvlaamse muziekmaat schappijen voor onze micro: Concert door de Konlnkl. Harmonie Slnt- Leenaardszonen uit Bellegem. 10.45: Het mooie Vlaamse lied. 11.00: Boekenschouw. 11.10: Zon dagmorgen zonder zorgen. MAANDAG 28 JANUARI 12.00: Het Weens Bohemerorkest speelt walsen. 12.15: Derde bedrijf uit Mme Butterfly Giacomo Puc cini. 12.40: Charlie Kunz speelt. - 13.15: Concerto's van Ludwig von Beethoven. DINSDAG 29 JANUARI 16.00: Het kwartet Lucien Geklere. 16.30: In ons operettentheater. 17.00: Nieuwe geluiden. 17.30: Kin deruurtje. 18.15: The Andrews Sis ters. 18.30: Westvlaamse Wetens waardigheden. - Dr J. Soete spreekt over Grillige Woorden en grappige Wendingen». 18.45:' Eerste Peer Gyntsuite, Edward Grieg. 18.55: Eigen mededelingen. WOENSDAG 30 JANUARI 19.10: Het Regent Claasld Orches tra. 19.20: Voetbalsportpraatje. 19.30: Uit de opera «De Vrijschut ter van Carl Maria Von Weber. 20.00: Populair fonoprogramma. 21.00: Rond den Heerd, een program ma waarin Willem Denijs vertelt over de lotgevallen van Peegle van de Roeselaarse Nieuwmarkten U het luisterspel hoort van De Baby door Oswald Valcmar. 22.00: Po pulaire symfonische muziek. DONDERDAG 31 JANUARI 16.00: Gezongen selectie uit «De Lustige WeduweFranz Lehar. 16.25: Vijfde symfonie opus 54 ln klein van Peter Tchaikowsky. 17.15: De vrolijke golf. 17.45: Zangrecital. 18.25: Bird of love divine - Haydn Wood. 18.30: De kat ten kore. 18.40: Het orkest Victor Sylvester. VRIJDAG 1 FEBRUARI 10.03: Kwartet nr 15 opus In a klein - Ludwig von Beethoven. 10.45: Beroemde vrouwenstemmen. 11.00Ons radioziekenbezoek. 11.30: Ons refreintjesalbum. ZATERDAG 2 FEBRUARI 16.00: Ons verzoekplaten program - ma. 17.30: Met de micro door Westvlaanderen. Op bezoek bij de Mllac. 17.45: Ons wekelijks opera concert. 18.30: Marlahalluurtje. In grijze jersey uitgewerkt is dit het ideaal kleed der voorname gastvrouw. De brede kraag is op vallend. Een smalle lacqué-gordel is het enig versiersel. Merk op dat de rok over gans de hoogte met knopen sluit. M'N BESTE LEZERSSCHAAR, het is verbluffend vast te stellen hoeveel mensen er flauwhertig en vreesachtig zijn. Ze schijnen ieder een en allen te zullen verslaan, en als het op de daad aankomt, dan vinden ze allerlei verontschuldigin gen uit om zich achteruit te trek ken. Er is tegenwoordig te veel bluf en te weinig durf. Bluffen! Tegen de sterren op tot het fantastische toe, maar durven! Nee, dan vallen ze plots stil, ze worden zo mak, zo vreesachtig, zo flauwhertig tot het armzalige toe. Iets durven aanpakken, dat is eenvoudig-weg de moed hebben om de gevaren te trotseren en spijts alles daar te komen waar men wil. Dat is heldhaftigheid! Dat is mooi! Dat is te bewonderen! Wanneer iemand die moed niet bezit om dé moeilijkheden te over winnen, dat hij dan asjeblief niet zit op te scheppen over zijn talen ten, zjin kracht, zijn durf, zijn on verschrokkenheid, maar gewoon weg zwijgt... zwijgt als een graf! Ik breng hier een eresaluut aan al onze vaders en moeders van kroostrijke gezinnen, die met een keiharde moed, geschraagd door hun grote liefde voor hun kroost en gelouterd door al hun zware lasten, iedere dag van het leven met beide handen blijmoedig aan grijpen en afwerken kijkend naar omhoog, aan Wien ze het recht hebben te vragen: «Heer, zo is het goed, maar geef ons de no dige kracht! Zij zijn de grote helden, voor wie men gerust standbeelden zou mogen oprichten. Ze hebben Carlsen, de zeekapi tein, als een held triomfantelijk ontvangen en toegejuicht Karei Sys, de gazetten staan er vol van maar wie schrijft er of spreekt er van onze heldhaftige vaders en moeders uit kroostrijke gezinnen? Niemand! En toch... zij staan to renhoog verheven boven een Carl sen of een Sys of gelijk welk an der zogezegde held. Wie voor zulke mensen geen eerbied en bewondering voelt, is zelf iemand, die het leven niet aan durft en de moed niet heeft om moedig te zijn. Zulke lui doen best met heel fewoon te zwijgen. Aan vele weldenkende, maar al te dikwijls flauwhertige en vrees achtige lieden, zou men heden daags het volgende mogen ver tellen: Een jonge Romeinse soldaat wei gerde naar de slag te gaan. Hii j-'-agde aan zijn moeder dat zijn degen te kort was. Ga toch maar, antwoordde zitn onverschrokken moeder, is uw degen te kort om de vijand te ra ken, doe dan een stap verder!! IK STOND over enkele tijd wer kelijk voor een raadsel. Ik kwam toevallig bij een moederke terecht, nog een van de vele uitzonderin gen, een mens uit de goeie, ouwe tijd. We praatten zo een beetje over koetjes en kalfjes, over de slechte tijd, over de zedenverwil dering der jeugd, over de reuze- snelle vooruitgang van de wereld, tot ik haar plots vroeg hop het ging met haar oudste zoon>' Goed zei ze, hij wint nu toch eindelijk de kost voor me. Zo! zei ik. Ja, knikte ze, hij draagt de peste van het heilig graf! Wat? vroeg ik verbaasd, de peste van het heilig graf? Hier stond ik werkelijk voor een raadsel. Ja, mijnheer, zei ze, en hij moet er wel 20 op één dag dragen! Ik brak m'n hersens er op. Wat zou dat kunnen zijn: de peste van het heilig graf. Eindelijk begreep ik, na een lange uitleg, dat het de dépêchen van de telegraaf waren! WIE GEZONDE KINDEREN heeft, welstellend is en hen de no dige opvoeding kan geven, is door gaans geneigd zich met een geluk kige zelfvoldaanheid te nestelen in hun geluksatmosfeer. Men denkt zo weinig, wanneer alles goed gaat, aan anderen, die het min goed hebben verwaarloosd wor den en als schooiertjes langs de straat slenteren. Schaapjes van kinderen, die zo diep te beklagen zijn. Ontmoeten we zulke kinde ren, gaan we ze niet achteloos voorbij, maar laat ons hart spre ken en doen we aan die dutsen goed, waar we kunnen. Ik heb er eens zo eentje gezien: zijn kousen kapot, ongewassen, diep-liggende oogjes, een versleten vestje, dat meer op een vod dan op een vestje geleek, een bleek, mager gezichtje. Het liep er te slenteren langs de straat, doelloos en alles was van hem. Ja, voor zulke kinderen is de wereld van hen; Gaten ln zijn kousen, Gaten in zijn mouw, Gaten in z'n schoenen, Bibberend van de kou, Zit ie op een stoepje, Modd'rend in een plas, Of hij maar alleentjes Op die wereld was. Of de auto's tuffen, 't Tramgebammel gaat. Niets verstoort z'n aandacht, 't In zich zelf gepraat, In 't vieze gootje, Peutert hij tevree, Laat paplerkens drijven: Schepen op de zee! Regen door z'n ruitje, Regen door het dak, Slaapt ie in z'n kribje Onder 't voddenpak. Droomt le van z'n pretjes, Wonderlijk verhaal; Rijke en arme jongens Dromen allemaal. Schooieren langs de wegen, Hangen aan een tram, Elke kar de zijne, Elke stoep van hem. Koning ln z'n lompen! Koning ln z'n zin! De wereld in een doosje, En hij er midden in! een meter of zes achter het schip. Daar verdween ze in het glimmen de spoor, dat het yacht door de golven trok. Jean Pierre hield oplettend de lijn in het oog, en ock het water hield hij in het oog, om te zien of hij geen verdachte beweging zag. En opeens zag hij, dat de lijn iets ongewoons deed. Ze ging even naar links, dan naar rechts, en dan met een ruk stond ze strak. Jean Pierre vloog onxhoog, en schreeuwde; ik heb beet, schoorde zich met zijn beide benen tegen de rand van het schip, en leunde achterover, terwijl hij met beide handen krampachtig de snokkende roede omkneld hield. Met zijn rech terhand probeerde hij nu en dan het katrolletje te bereiken, cm de lijn in te halen, maar de haai was zo woest, dat hij onmogelijk de roede met één hand kon houden. Dan opeens was er geen weer stand meer, en Jean Pierre die met zijn volle gewicht aan de lijn had gehangen, tuimelde met zijn benen omhoog achterover het dek op. Hij bonsde tegen de stuurcabine, vlak achter de hielen van Renée, en Re née keek naar beneden, en vroeg: Wat zoek je? Hij is weg,riep Jean Pierre. Ik had hem goed vast. En ineens loste hij. De haak moet 't begeven SOLDEN Onze leuze: verkoopt in volle vertrouwen en waarborgt de nieuwste modellen. Teruggave van 10 aan Oudstrijders, Oor logsinvaliden en Staatsagenten. REISKOSTEN VERGOED BIJ AANKOOP. BEZOEKT ONS ZONDER VERBINTENIS. Magazijnen open gans de Zondag Gemak van betaling Goedkoper dan in Frankrijk (4729) haastig zijn armen rond. Hier lig ik goed,dacht hij. «Als ik nu de lijn kan inhalen, ben ik gered. Hij lag met zijn lichaam op de roede, en de haai had goed rukken en snokken, de roede begaf niet. Maar zo kon hij niet bij het ka trolletje. Hij bracht de lijn voor zichtig een decimeter of twee voor uit, en op een ogenblik dat de druk op de lijn iets minderde, begon hij snel aan het katrolletje te draalen. Het ging prachtig. Tot hij bij een nieuwe snok weer zijn twee han den nodig had, om de roede vast te houden. Hij keek voorzichtig hebben. Ik ben zeker, dat de haak er slecht aanstond. Hij keek naar de roede, die hij nog in zijn rechterhand had en op eens kwam die roede tot leven, ze draaide in zijn hand lijk een mo lentje, en ze sloeg hem met een smak tegen de kin. Au! riep hij. En hij het verschrikt los. Maar dan begreep hij ineens, dat het de haai was, en hij wierp zich op de roede, en klampte er zich met beide handen aan vast. Hij lag plat op zijn buik, en werd een meter ver meegesleurd, tot hij tegen een meerblok aanbonsde. Hij sloeg er 477.788 passagiers in 1951. In de loop van het jaar 1951 be droeg het aantal reizigers in bekt richtingen, die zich hebben inge scheept aan boord van de mail boten Oostende-Dover: 477.788. De mailboten hebben 18.426 auto's en 12.362 ton goederen vervoerd. Ten opzichte van het Jaar 1950 is het vervoer met ongeveer 140 t.h- gestegen. Een mooi namiddagkleed komt altijd te pas. Zwarte wol krijgt de voorkeur voor dit model. Als bij zonderste kenmerken dienen ver meld de practische ritssluiting en de rok in plissê. De brede lederen gordel is onontbeerlijk. VROUWENHOEKJE De wereldpers heeft zich gedu rende meer dan twee weken bezig gehouden met het avontuur van de zeekapitein Kurt Carlsen. Een stoere zeeman is hij, die helemaal niets over zich zelf heeft van een sentimentele fat of van een film ster. Het verhaal van zijn avontuur met de Flying Enterprise heeft van hem een figuur gemaakt van legendarische grootheid. Toen op 29 December de storm zijn schip tot een hulpeloos wrak kapot beuk te bleef Carlsen alleen achter om het goed van anderen, dat onder zijn hoede stond, te beschermen zolan^ er nog een greintje kans over bleef schip en lading ln een haven binnen te loodsen. Passa giers en bemanning waren eerst onder zijn kalme leiding gered tot de laatste man. Dertien dagen lang zwalpte hij rond op een ontketen de zee, slechts dezes laatste dagen kreeg hij gezelschap van de moe dige Kenneth Dancy, maar in het zicht van de haven moesten bei»1" voor het noodlot de duimen leg gen. Carlsen en ziin maat, konden op het nippertje gered worden en zagen de Enterprise onder hun ogen in de golven verdwHnen. Iedereen vindt die Carlsen een sympathieke kerel en toen Fill weer veilig aan wal stapte was er nie mand die woorden genoeg vond om bet. maar altijd te herhalen: «wii ziin fier op u... Carlsen ant woordde op al die lof slechts dat én-v «ik heb mijn plicht gedaan». D'e woorden ziin het reisver haal over een troosteloze en een zame tocht. Tlij ziin het motto van een man die gedurende dertien dageh en dertien nachten ieder se- conde de dood voor ogen zag als een bestendige bedreiging. Alleen zijn plicht verbood hem aan eigen veiligheid te denken omdat hij zijn plicht als de hoogste wet be schouwde ln zijn leven. Het komt maar zelden voor dat de wereld een Carlsen als voor beeld gesteld krijgt en het zou ze ker jammer zijn moest deze Carl sen alleen maar de herinnering achterlaten van een bewogen avon tuur zonder meer. Hij zelf zorgde er voor dat het anders zal gaan en dat de wereld de herinnering meedraagt van de volbrachte plicht en niets anders. Waar een huismoeder van 's mor- gens tot 's avonds slaaft en de ge volgen van een gezonde levenabe- schouwlng tot het uiterste aan vaardt ls het ook alleen de plicht die als richtlijn dient. In deze tijden van gemakzucht is ook deze plichtvervulling zeldzaam ge worden. Het zal misschien nooit van ons gevraagd worden dat wij dagen aan een stuk ieder seconde ons leven moeten op een wipplank stellen die ieder ogenblik naar de fatale kant kan overslaan. Wij moeten echter wel in ons de b». slistheid meedragen dat ieder ogen blik te aanvaarden wanneer onze plicht dit vereist. Daarom is het goed aan ons le ven een vaste plooi van plichtsbe trachting te geven, niet door uit zonderlijke daden, maar door Iede re dag en ieder ogenblik te doe» wat wij moeten zonder toegevin gen tegenover ons zelf. Indien wij ons karakter op deze wijze vormen bestaat er geen ge vaar dat wij zullen twijfelen wan neer wü voor zware beslissingen staan. Dan zullen wij ook kunnen handelen zoals die legendarische kapitein het deed en alleen onze plicht doen, niets anders dan onze plicht. TANTE KOBA. ITA! IAANSE SOEP Snijd een ajuin in dunne schlif. jes en laat ze in boter fruiten tot ze goudgeel zijn. Giet er 1 liter bouillon bij (1 liter kokend water waarbij 1 soeplepel Oxo). Voeg er 125 gr. rijst bil. De soep moet dik ziin. Doe er bij: een weinig saf fraan, boter en fijn gemalen par mezaankaas. Neem de soep van 't vuur en voeg er een weinig kruid noot en peper bij. EIERKOEK MET GEHAKTE TUINKRUIDEN EN CROUTONS Bereid fijngehakte tuinkruiden en laat kleine broodblokjes inrund: vet bruin worden. Maak een goeds eierkoek, voeg er de gehakte it- den bij, en vul hem alvorens duh- bel toe te vouwen, met de brood- brokles en kleine stukjes Fray Bentos Corned Beef. WIJTING MET TOMATENSAUS Kies een zware wijnting vooi dit gerecht. Maak hem schoon er. verdeel hem in sneden. Wentel dr schijven in bloem en laat ze ii vet fruiten. Doe wat boter in eer ander pannetje, alsook een klei» doosje dubbel cencentraat van To maten Liebig, giet er wat w; wijn bij, strooi peper en zout op de saus en giet ze over de sneetje: wijting.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Wekelijks Nieuws (1946-1990) | 1952 | | pagina 12