Een stukje papier veroverde de wereld onder het teken van de posthoorn
Onze
Week-end,
Reportage
Geschiedenis
var» het Postwezen
DE OUDSTE
POSTDIENSTEN
IN DE MIDDELEEUWEN
DE POST VAN
FRANCESCO DE TASSIS
HOE HET BRIEFPORT
BETAALD WERD
wwww'www ww ww w rtmf t»t m
II.
Se Postzegels
HUN ONTSTAAN
IN ENGELAND
OP WERELDREIS
HET UITZICHT
VAN DE NIEUWELING
ONGETAND OF GETAND
DE WERELDPOST
VERENIGING
III.
Postzegel
verzamelaars
ZELDZAAMHEID
DER POSTZEGELS
MANIEREN
VAN VERZAMELING.
AANGENAAM EN NUTTIG
«HET WEKELIJKS NIEUWS» saterdag 1 Not. 1952 Bladz. 12.
f*i 1 *i' 'i' t*t 'i*1 f*ir 1 V 'i* iHr 1''i* *i* 'i* f*i V W v
OVER POSTDIENSTEN EN POSTZEGELS
;*r«rrw w
UlfXIUMUUUIJUUUUUM
lie Kruisafdoening, door P. P. Ru
bens, prachtig afgebeeld op een der
zegels der Rubens-reeks.
I.
Alhoewel wij over het postwe
zen tegenwoordig een gans andere
mening hebben dan onze voorva
ders, toch heeft de mens er altijd
behoefte aan gehad onder een of
andere vorm berichten aan andere
mensen door te zenden op een heel
persoonlijke wijze.
De Spaanse veroveraars, die het
Inca-rijk in Zuid-Amerika overwel
digden, ondervonden tot hun scha
de dat de Indianen over een voor
treffelijke postdienst beschikten.
Zij bezigden de zogenaamde qui-
poeen bundel draden van ver
schillende kleur en waarin elke
draad een aantal min of meer in
gewikkelde knopen bevatte. De
verschillende kleuren en knopen
hadden een goed bepaalde bete
kenis door afzender en bestemme
ling bekend, zodat de quipo een
allerbest middel was om medede
lingen te doen.
De «quipo»-post van de Indianen
is eeuwen en eeuwen oud, maar
eigenaardig genoeg wordt hij he
den nog door sommige Zuid-Ame
rikaanse veehouders beoefend om
berichten aan hun meesters door
te zenden.
Hetgeen wij thans geschrift noe
men is zeer oud. De Egyptenaren
bezigden hun hiëroglyphen ruim
4000 jaar vóór Christus. Het pa
pyrus waarop zij schreven is in
vele gevallen nog bewaard. Ouder
dan het papyrus is het wassen ta
feltje bij verschillende volkeren
der oudheid gebezigd. De Chinezen
schreven op hout, metaal of zijde.
De Hindoes vertrouwden hun be
richten toe aan palmbladeren.
Deze verschillende vormen van
brieven moesten ter bestemming
geraken.
De eerste sporen van een post
dienst, die zorgde voor het over
brengen der berichten, vinden wij
in het Indische rijk. Door de troe
pen der veroveraars waren de no
dige wegen gebaand langswaar
koerierdiensten een vaste verbin
ding verzekerden. De briefdra
gers deden een bepaalde afstand
tussen twee posten en gaven de
geschreven boodschappen over aan
een andere koerier die op zijn
beurt een nieuwe afstand over
brugde. De Egyptenaren hadden
een één-persoons postdienst. Een
zelfde boodschapper moest gans
de afstand afleggen, het was de
zogenaamde faichatdie vaak
aan grote gevaren bloot stond.
Een Egyptisch handschrift uit de
jaren 2300 vóór Christus schrijft
inderdaad over de faichat: «hij
vermaakt, eer hij naar vreemde
landen- trekt, zijn vermogen aan
zijn kinderen, uit vrees voor de
Aziaten en de wilde dieren
De grondlegger van een der
oudste regelmatige staatsposten
was Cyrus, de stichter van het
Perzische wereldrijk. Hij deed de
voctboden en lopers vervangen
door bereden koeriers, angaroi
genaamd, terwijl op bepaalde
plaatsen aflossingsstations werden
gevestigd. De angaroiwaren
bekend om hun snelheid en kon
den per dag tot 400 km. afleggen.
De Romeinen, in later eeuwen,
hadden behoefte aan een goed ge
organiseerde postdienst. Meer dan
80.000 km.-heirbanen werden door
hen aangelegd en langs deze we
gen onderhielden zij een goed in
gerichte berichtendienst. Keizer
Augustus zorgde ex-voor dat deze
postdienst regelmatig werd.
Alhoewel de hoger vermelde
postdiensten uitstekend werkten
zijn zij toch alleen maar een in
strument geweest in de handen
van de machtigen der aarde en
kon de gewone man er geen nut
uit trekken. In de Middeleeuwen
kwam er groter ontwikkeling bij
het volk en dus ook meer behoef
ten. Het zakenwezen nam toe en
begrijpelijkerwijze verlangden de
kooplieden in briefwisseling te tre
den met leveranciers en afnemex-s.
Van een officiële koerierdiens
gebruik maken ging meestal niet.
Monniken en troubadours warei
veelal goede tussenpersonen ci
gelegenheidsboden. De koopliedei
zelf die op reis trokken namen wei
eens boodschappen mede voor an
dei-en.
In Duitsland kende men zelfs de
zeer eigenaardige «slagex-spost» die
vooral in het Zuiden van het land
nog lange tijd in voege bleef. Sla
gers en veehandelaars, die uit
hoofde van hun bedrijf dikwijls
grote afstanden moesten afleggen,
belastten zich mét het overbren
gen van brieven. Aanvankelijk ge
beurde dit op kleine schaal, doch
stilaan nam deze postdienst grote
uitbreiding en zat er werkelijk
een goede organisatie in. Deze
diensten werden van overheids
wege ei-kend en aangemoedigd en
deze briefdragers genoten zelfs
vrijstelling van belasting omwille
van de goede diensten die zij be
wezen aan hun medeburgers. Tot
in de 17" eeuw vond men nog spo
ren van deze slagerspost in Wux--
temberg.
Vermelden wij ook de koerier
diensten die door verschillende
Universiteiten ondei-houden wer
den, o.m. door deze van Parijs.
Deze hadden echter uitsluitend be
lang voor deze inrichtingen en
werkten alleen in de grote centra
zelf.
Roger de Tassis, die onder Kei
zer Frederik II in het midden der
15' eeuw opper.iachtmeest.er van
de keizer in Tyx-ol was, had voor
zijn meester, tijdens een veldtocht
in Italië, een goedwei-kende post
dienst vex-zekerd. De koeriers droe
gen een uniform en onderhielden
regelmatig de verbinding tussen
het hoofdkwartier te velde en het
hof. Hij was afkomstig uit Milaan
on zijix familienaam de Tassis
Torreanizou later in het Duits
vertaald worden Thurn und Ta
xis
Zijn zoon Fi-ancesco volgde ge
trouw de stappen van zijn vader.
Hij had postmeestersbloed in de
aderen en droomde ervan het in
die bi-anche nog verder te brengen
dan zijn vader het had gedaan.
Reeds stond hii aan het hoofd van
een betrekkelijk goed werkende
koerierdienst, maar hij besefte
maar al te goed dat een uitbrei
ding hiervan het Rooms-Duitse
keizerrijk zou ten goede komen.
Daarom deed hij aan de toenma
lige keizer Maximiliaan het voor
stel de keizer kosteloos te laten
genieten van een postdienst, met
Brussel als centraal punt, op voor
waarde dat hij, Francesco de Tas
sis, en ziin nakomelingen alleen
van de netto-inkomsten der poste
rijen zouden profiteren. De keizer
stemde hierin toe en in 1516 open
de de Tassis de eerste officiële
postdienst tussen Wenen en Brus
sel. In hetzelfde jaar werd hij
door de keizer benoemd tot opper-
postmeester van het keizerrijk. Hij
verkreeg verder nog een leen als
generaal-postmeester in Spanje en
de Nederlanden en werd belast
met het inrichten van een post-
courstussen Brussel en Italië.
Van Wenen ging het over de Al
pen naar Rome. In het Noorden
bereikte hij Hamburg. Neurenberg
werd verbonden met Schaffhausen
en Frankfurt a. d. Main. Een vast
personeel zorgde in grote steden
voor de verzending en de verde
ling van de post, het wisselen dei'
paarden, enz...
Alhoewel de Tassis erin slaagde
gans Europa met een dicht net te
overspannen en hij zowel als ziin
nazaten de rijkste vruchten pluk
te van dit werk, viel er toch af
te rekenen met allerhande tegen
werking.
De verschillende bondsvors'"n en
de stedelijke regeringen von,. on er
graten in dat de keizer opper
machtig dit monopolium afstond
aan één bepaalde persoon. Tegen
de keizerlijke richtlijnen in begon
nen allerwege afzonderliike post
diensten op te duiken. Thurn en
Taxis, zoals men de inrichting ge
meenzaam was gaan noemen, tel
de veel vijanden. In 1659 moest te
Antwei-pen de gewapende macht
ingrijpen om het zogenaamde post-
oproer te dempen, de opstandelin
gen maakten zich schuldig aan
plundering en brandstichting.
Ten tijde van de Napoleontische
oorlogen begon het er bedenkelijk
uit te zien, want het vex-spreidings-
gebied werd sterk ingekrompen en
beperkt. De verbx-okkeling van het
Duitse Rijk in 1806 was het teken
dat de hoge bescherming had op
gehouden te bestaan. Het glorie-
tijdoerk was voorbij voor Thurn
en Taxis. Terwjl de afbrokkeling
zich stelselmatig voltrok, kon al
leen in Pruisen worden standge
houden tot. in 1867 toen von Ste-
phan, de latere directeur-genex-aal
der Duitse posterijen, de gehele
Thurn en Taxische post, in handen
kreeg ten betaling van een scha
deloosstelling ten bedrage van drie
millioen Thalexx
Alle werk moet betaald worden.
Daarmede is iedereen het. eens, en
dat geldt ook wanneer wij aan de
postdienst vragen een brief ter be
stemming te bx-engen.
De Chinezen wareix eeuwen ge
leden reeds van mening dat de af
zender vaxx een brief er zox-g moest
voor dragen dat de vex-zendings-
onk'osten betaald werden. Daarvoor
kreeg de afzender een kwijting en
werd er ook een betalingsbewijs
xai de brief gehecht. Dat is dus
:aker de oudste voorloper geweest
an de huidige postzegels. Bij an-
iore volkeren uit de oudheid is
een spoor te vinden van derge-
ijke manier van frankering.
Zelfs de zeer georrt seerdo post-
lienst van Thurn en Taxis kende
n het begin geen b ding van het
riefport door de i.fzender, en
..lechts op het laats,, van zijn be
staan vatte Thurn en Taxis de ge
dachte op het zelfde systeem Loc
te passen.
'F®
ilkS, A
Ter gelegenheid van het 13' Congres der Wereldpostvereniging, dat in Mei jl. te Brussel
gehouden werd, heeft men in ons land de adellijke familie «Thurn en Tassis» herdacht, het
oude geslacht dat gedurende ruim 300 jaar het postwezen in Europa op voorbeeldige wijze
organiseerde en beheerde. Bij deze gelegenheid werd zelfs een speciale reeks van zeer mooie
postzegels jitgegeven die herinnert aan de grote figuren van dit «postmeestersgeslacht)).
Een brief verzenden is tegenwoordig een heel gewoon feit geworden. Wij steken hem In
een omslag, plakken die veilig toe (want de wet waarborgt het briefgeheim), schrijven er
duidelijk het adres op van de bestemmeling en nadat wij in de rechter bovenhoek een post
zegel geplakt hebben, ten bewijze dat wij de onkosten betaalden van het verzenden, glijden
wij onze brief in de postbus om dan met gerust gemoed huiswaarts te keren in de zekerheid
dat onze boodschap haar bestemming zal bereiken.
Zó is het niet altijd geweest, want de regelmatige postdiensten, gelijk wij ze nu ken
nen, zijn pas een goede 100 jaar oud. Op 1 Juli 1849 werd in ons land de eerste postzegel
uitgegeven, het was veertien jaar nadat de eerste trein van Brussel naar Mechelen in gebruik
genomen werd, dus op het tijdstip dat het verkeerswezen stilaan op moderne leest geschoeid
werd en aan snelheid won.
Het postwezen is immers geen verkeersmiddel, doch niets anders dan een verzamel- en
verdelingsdienst. Daar tussenin ligt een verkeersprobleem en om dit op te lossen gebruikt het
postwezen de bestaande vervoermiddelen.
Vroeger had het postwezen een andere betekenis. Van in de oudheid vinden wij dui
delijke sporen van een min of meer goed ingericht postwezen, dat wel is waar over geen
regelmatige vervoerdiensten kon beschikken en er zich dan zelf aanschafte. Zelfs ten tijde
van Thurn en Tassis was dit nog het geval.
De oudste postzegels in ons land, en ook meestal elders, zijn reeds eerbiedwaardige
eeuwelingen geworden die grotendeels een veilig plaatsje vonden in de verzamelingen van
verstokte liefhebbers. In al de lagen der maatschappij, van schooljongen tot koning, vindt
men tegenwoordig postzegelverzamelaars, ieder volgens zijn middelen en ambities. Dit heeft
misschien de postzegel, het nietig stukje papier, wel enigszins van zijn oorspronkelijk doel
afgeleid. De zeldzaamheden worden met fortuinen betaald.
Om u va., dit alles wat meer te laten vernemen geven wij onze lezers onderstaand
historisch overzicht dat achtereenvolgens de geschiedenis van het postwezen en deze van de
postzegel behandelt en dat ook enkele aspecten zal belichten van het postzegelverzamelen.
Nlepce en Daguerrc, uitvinders der fotografie, vereeuwigd in een
mooie Franse postzegel.
Er was trouwens bij de eerder
primitieve postdiensten een gi-oot
bezwaar tegen het betalen van het
port op het ogenblik der verzen
ding van de brief. Vaste tarieven
bestonden meestal niet alhoewel
de Tassis grote vei'beteringen deed
in die zin. Vaak stond men voor
onvoorziene onkosten en de koe
riers, die de brieven ter bestem
ming brachten, takseerden vaak
het port volgens de sociale rang
van de bestemmeling. Uit die wille
keur sproot natuurlijk veel miste
vredenheid tegenover de post.
Omstreeks 1653 vinden wij noch
tans te Pariis een zeer merkwaar
dige nieuwigheid in de zogenaam
de Detite poste de stedelijke
post die alleen binnen Pariis fun
geerde. Deze innovatie komt van
een zekere graaf de Velayer die
op verschillende plaatsen in Parijs
brievenbussen liet plaatsen waar
men brieven kon deponeren nadat
men ze in een zogenaamd billet
de port payé» gewikkeld had. Deze
bonneties waren langwerpige vel
len papier die verkocht tegen de
prijs van één «sol» (10 centiemen).
Tot op heden kon geen enkel van
deze bonneties teruggevonden wor
den alhoewel het historisch vast
staat dat. zij gebezigd werden
In het oude Koninkrijk Sardinië
vinden wij een andere manier van
frankering terug en daarvan be
staan er op heden nog enkele zeld
zame exemplaren. Het betreft, hier
een door de post afgestemoelde
omslag waarin men de brieven
sloot die men op een andere ma
nier dan langs de Koninklitke Post
wilde ter bestemming brengen.
Ter verduidelijking moeten wij
hieraan toevoegen dat de post van
Sardinië een der souvereiniteits-
rechten van de koning was. Het
port van brieven, die per staats-
post vervoerd werden, viel ten las
te van de bestemmeling. Wilde men
het anders doen en wilde de af
zender zelf de onkosten van ver
zending dragen dan moest hij het
doen buiten de staatspost om maar
dan was hij vex-plicht naar het
postkantoor te gaan en er een ge
stempelde omslag te kopen, die hij
van 15 tot 50 centimes betaalde,
naar gelang de afstaxxd die moest
worden afgelegd.
Terloops vermelden wij dat in
Italië van dergelijke maatregel
nog een spoor bestaat in de zoge
naamde recapito autorizato »-ze-
gels die moeten geplakt worden
op brieven die buiten de post om
door particulieren besteld worden.
Rond de jaren 1835 heerst er in
Engeland veel ontevredenheid over
de toestand van de postdiensten.
De duurte en de traagheid waren
de grootste redenen tot mist.evre-
denheid. De post was eenvoudig
weg een fiscale instelling gewor-
den die zoveel mogelitk geld pers
te uit. het brievenschrijven. Om
een gewone brief van Londen naar
Edinburgh te vei'zenden betaalde
men 2 shilling 4 pence, wat. op on
geveer 21 fr. neerkomt. Ook de
uitgevers van dagbladen weren er
niet. over te spreken en maakten
van hun invloed gebruik om dage
lijks klachten tegen het bestaan
de postsysteem af te drukken.
De algemene ontvredenheid werd
zo groot dat de x-egering uiteinde
lijk besloot het publiek de gele
genheid te geven met. voorstellen
voor de dag te komen. Niet min
der dan 2000 voorstellen kwamen
binnen opi door een speciale com
missie onderzocht te worden die
daartoe in 1835 in het leven was
geroepen.
Twee voorstellen werden weer
houden, namelijk een eerste dat
het gebruik vooi'stelde van «fran
co-stempels», go tree's- genoemd.
Het. ander voorstel behelsde hef
invoeren van vooi'af gezegeld
schrijfpapier.
Na lang beraad werden beide
voorstellen verworpen en dreigde
alles weer naar de oude slenter te
gaan toen Rowland Hill, secreta
ris der commissie tot kolonisatie
in Australië, zich met de zaken
ging bemoeien en de ingediende
ontwerpen op zijn beurt bestu
deerde.
Zijn aandacht werd gelrokken
door het voorstel van de druk
ker James Chalmers, uit. Dundee
(Schotland), die reeds voorhoen
erop aangedrongen had dat men
(1 dagbladen van een speciale
stempel zou voorzien bij wijze van
frankering.
Chalmei's was nu met een nieuw
frankeermiddel voor de dag geko
men, door hem «slips» genoemd.
Deze slips waren niets anders dan
zegels zoals wij ze tegenwoordig
kennen. De wet vaxx 17 Augustus
1839 bracht het gebruik van ge
stempelde omslagen invoege en op
26 December verscheen de wet die
het gebruik van postzegels toeliet.
Dj beeldenaar van Koningin
Victoria was het motief voor deze
eerste postzegels die verschenen
in de waardén 1 penny zwart en
2 penny blauw. .Tames Chalmers,
geboren op 2 Februari 1782 te Ar
broath (Schotland), komt dan ook
de eer toe uitvinder te zijn van
de postzegel die op 6 Mei 1840 zijn
zegetocht begon door de wereld.
De postzegel was voorbestemd
om een wereldburger te worden,
want in alle landen had men van
langs om meer met moeilijkheden
af te rekenen inzake postverkeer.
Op sommige plaatsen had het
betalen van het port door de be
stemmeling zelfs aanleiding gege
ven tot misbruiken vanwege het
publiek en als treffend staaltje
hiervan geldt het, volgende.
Een postbode van een rustig
bergdorp had schier wekelijks een
brief thuis te bestellen bij een boe
renzoon. die zowat een goed uur
buiten de dorpplaats in de bergen
woonde. Het was de postbode op
gevallen dat hij reeds viermaal te
vergeefs een brief had aangebo
den. Telkens had de jonge boer de
brief eens keurend in de hand ge
nomen maar hem dan weer vrien
delijk geweigerd en aan de bode
teruggegeven.
Dat was het voed recht van de
bestemmeling. Hij hoefde inder
daad de brief niet te aanvaarden
en in dat geval moest er geen port
betaald worden. De postbediende
vond de zaak verdacht en bracht
er zijn oversten van op de hoogte.
Een onderzoek werd ingesteld en
het bleek dat de jonge boer en
zijn correspondent een goed mid
del gevonden hadden om zonder
woorden veel te zeggen. Een teken,
buiten op de brief aangebracht.,
volstond om een laconisch bericht
door te zenden. Een verder onder
zoek wees uit. dat ook in andere
localiteiten de Zwitserse post op
deze wijze doör spaai'zame boeren
in bet. ootje genomen werd. Men
besloot dan maar het. nieuwe sys
teem van voorafbetaling bij mid
del van postzegels, zoals men het,
in Engeland begonnen was, nader
te onderzoeken.
Ieder Zwitserse bondsstaat re
gelde echter toexx zijn postaan ge
legenheden afzonderink en zo zien
wi.i het kanton Zurich in Maart
1843. de eerste Zwitserse postzegels
uitgeven, nog het zelfde jaar daar
in gevolgd door Genftve, Bazel
volgde in 1845 tot: in 1850 de eerste
bondszegels over het hole land ver-
krifgbaar waren.
België liet zijn eerste postzegels
verschijnen in 1849, Nedex-land pas
in 1852.
Buiten Europa was het Brazilië
dat als eerste land het Britse
voorbeeld volgde en wel op 1
Juli 1843.
Thurn en Taxis, dat. in Duits
land de post nog in handen had,
volgde er in 1852 het postzegel-
voorbeeld.
Het is wel eigenaardig na te
gaan wat, er op de eei-ste postze
gels zoal vermeld stond.
In Engeland twijfelde men er
geen ogenblik aan om de beelde
naar van Koningin Victoria op de
eerste postzegels af te drukken.
Men is in dat land tx-ouwens nooit
van die traditie afgeweken. Ko
ning of koningin bekleden er de
ereplaats op de postzegels. Ook in
ons land was dit met de eerste
postzegels het geval en de beelde
naar van Koning Leopold I prijkt
op de oudste postzegels. Later is
er af on toe van deze regel afge
weken, want x-eeds in 1866 zien we
de leeuw als staatswapen op de
zegels, pritken.
Zurich liet zich bij de. keuze van
het postzegelmotief leiden door
overwegingen van practische aard.
Op de eerste zegels van dit kanton
staat, in het midden een groot cij
fer 4 of 6. Genève koos als beelde-
nc-het stadswapen.
Bx-azilië was er vooral op be
dacht de eventuele namakers van
postzegels hot leven zuur te ma
ken. Een zeer vernuftige tekening
vac in elkaar lopende liinen. mei
in het groot een waardecPfer in
het. midden, gaf deze vernuftig in
elkaar gestoken maar weinig ssste-
tische zegels spoedig do bijnaam
van «ossenogen».
Wat het formaat bel reft hxxldig-
do men van in het, begin de recht
hoekige verhouding van 5/3, ver
houding die reeds tijdens de ren-
naissanco door de kunstenaars
aangeprezen werd als de ideale af
meting.
Alleen Kaap de Goede Hoop
maakte van in h"t begin uitzon
dering op de regel. De eerste ze
gels die er uitgegeven werden had
den de vorm van een driehoek.
Deze afwitking vond haar oor-
spi-ong in het feit dat men duide
lijk en opvallend versch'l wenste
mot. de Britse zego's.
De eerste zegels in Engeland,
alsmede in do landen die het Brits
voorbeeld volgden, werden onge
tand uitgegeven. De postbediende,
die met de verkoop van postzegels
belast was, moest dus met de
schaar de zegels van de bladen
knippen.
Dat gebeurde niet altijd met
evenveel zorg en wanneer het pu-
b" zelf moest knippen in aange
kochte bladen werd er dikwijls
brokwerk verricht, zodat er vaak
van het zegelbeeld niet veel over
bleef. Het verknippen nam zelfs
gevaarlijke afmetingen aan en men
ondervond dat de Schotten reeds
het middel gevonden hadden om
uit een rij van 10 wel 11 zegels te
knippen. Men besloot tandingsma-
chines in dienst te stellen.
De eerste toestellen voldeden
niet. De Engelse Ingenieur Henry
Archen vond een degelijke tand-
machinc uit en voor zijn ontdek
king kreeg hij 4.000 pond. In 1854
vex-schenen de eerste getande ze
gels in Engeland. In sommige lan
den, o.m. in het Groot Hertogdom
Luxembux-g, werd nog lange tijd
gebruik gemaakt van een perfo
ratie in lijnvorm, in de trant der
perforaties van kortingszegels die
men tegenwoordig in de winkels
uitreikt.
Niets heeft wellicht in korte tijd
zulkdanige ommekeer teweeg ge
bracht als het invoeren van de
postzegel en de medegaande om
vorming van de postdiensten.
Ten tijde van het niet franco
verzenden der brieven werd maar
briefwisseling gedaan in de hoogst
nodige gevallen, want niemand
wilde graag iemand anders ten
laste zijn en op onkosten jagen.
Nu kon iedereen ziin rekening
zelf vooraf betalen. De adminis
tratie was eveneens verplicht een
eenheid van tarieven en vereen
voudiging der tarieven na te stre
ven- Daar men verwachtte dat het
publiek een veelvuldiger gebruik
van de postdiensten zou maken
mits verlaging en vereenvoudiging
der tarieven, besloot men in En
geland kordaat de weg op te gaan
van het goedkope.
Het publiek begreep en toonde
zich dankbaar. In 1839 werden 82
millioen poststukken verzonden in
Engeland; in 1840 verdubbelde dit
getal en werd het 168 millioen. De
aangroei bleef duren en in 1848
werden 339 millioen poststukken
verzonden in Engeland.
Do inkomsten van de posterijen
waren in verhoxxding sterk ge
daald, want men had een grote ta
riefvermindering toegepast, maar
dcor de aangi'oei van het aantal
poststukken kon de verzendings-
dienst zeer vereenvoudigd worden
en in 1874 werd het betrachte re-
sul'aat bereikt en was het batig
saldo der posterijen reeds groter
dan in 1838.
In talrijke geschriften werd ook
buiten Engeland het prachtig re
sultaat belicht van het niexxwmo-
disch postverkeer en langs ver
schillende zijde werd aangedron
gen op betere internationale sa
menwerking, ten einde de tarieven
no te kunnen verminderen. Bij
zonder van Duitse zijde ondervon
den de promotors van de interna
tionale samenwerking veel steun.
Het. was dan ook op initiatief
van de Duitse post, waar inmid
dels von Stephan aan het hoofd
was gekomen te staan, dat op 15
September 1874 de afgevaardigden
van de postadministraties van 22
Staten in Bern bijeenkwamen.
Het ontwerp van von Stephan
bevatte slechts 14 artikelen, wel
'een bewits voor de klare geest van
deze practicus.
Op 9 October 1874 werd reeds de
sticlxtingsacte van de Union Gé
nérale des Postesondertekend;
350 millioen mensen zouden als
eei'ste begin de weldaden deelach
tig worden van het nieuw insti
tuut. Het Congres stichtte voorts
nog het Internationaal Bureel, een
soort permanent secx-etariaat, ge
vestigd te Bern en belast met. de
onderlinge afrekeningen, do voor
bereiding der congx-essen, de be
handeling der geschillen, enz.
In de volgende jaren werd voort
durend gewerkt, aan de uitbi'eiding
van de nieuw-opgerichfe Postunie,
die op het volgende congres te Pa
rijs in 1878 werd omgedoopt in
Union Postale Universclleof
Wereldpostvereniging
In de loop der jaren zijn tal van
x-egelingen en bepalingen vastge
steld, uitgebreid en weer gewijzigd
of vervallen. Doch onveranderd is
steeds gebleven do grondslag van
het internationale verkeex', ïxanxe-
lijk het. recht van transit of doox--
voer, waarmede bedoeld wordt het.
recht van de aangesloten landen
om haar poststukken aan andex-e
landen te verzenden met gebruik
making van de bestaande verkeers
middelen in tussengelegen landen.
Duitsland en Zwitserland b.v. mo
gen niet weigeren de poststukken
van België voor Italië door te zen
den. Volledigheidshalve weze opge
merkt dat het transitverkeer niet
kosteloos geschiedt.
Uit de akkoorden van Wereld
postvereniging is eenheid van ta
rieven gegroeid die meebrengt dat
in elk land, rekening gehoxxden
met de muntwaarde, het verzenden
van een brief ongeveer even veel
kost.
Het postwezen is uitgegroeid tot
een bloeiende inrichting. Ons land
alleen telt tegenwoox-Sig 8,169 brie
venbestellers. Op het spoor, in ons
land, rijden dagelijks 24 postrij-
txxigen voor het overbrengen van
de ongeveer 2 milliard poststuk
ken die in 14.300 brievenbussen
van de Posterijen ingezameld wor
den.
Te Meisbroek en te Deurne stij
gen iedere dag 40 postvliegtuigen
de lucht in om saxxxen gemiddeld
36 ton koerier te vex-voeren.
Deze enkele beschouwingen over
postdienstexx en postzegels mogen
niet besloten worden zonder een
woord over de postzegelverzame
laars en hun werk.
Men kan gerust zeggen dat reeds
na enkele jaren postzegelpraktijk
sommigen belang begonnen te to
nen voor het verzamelen van die
nieuwsoortige frankeermiddelen.
Evengoed als oude munten waren
postzegels een geliefkoosd onder
werp voor de verzamelaars.
Ijverig begonnen de liefhebbers
de zegels op blaadjes en in schrijf
boeken te plakken.
Reeds in 1842 maakte het En
gelse blad Puncher melding
van dat het stilaan een liefheb
berij werd gebruikte postzegels te
bewaren en men maakte van de
toenmalige «Koninginnekopjes» in
Engeland zeer aardige kamer
schermen.
Maar de echte verzamelaars
knipten niet aan de zegels maar
hielden ze zorgvuldig bij. Zij kre
gen in 1862 een eigen maandblad,
The Monthly Advertiser en wie
er zich op abonneerde kreeg maan
delijks een of andere zegel als ge
schenk toegezonden. Het jaar voor
dien had de Fransman Oscar Ber-
ger-Levrault reeds een catalogus
uitgegeven waarin al de toen be
staande postzegels vermeld ston
de.,.
Uit die jaren stammen dan
ook merkwaardige verzamelingen.
Vooral is bekend deze van Phi
lippe la Renotière, beter bekend
als Ferrary, die een fortuin be
steedde aan zegels en de zeld
zaamste exemplaren de zijne kon
noemen. Hij was o.m. in het bezit
van 's werelds zeldzaamste zegel,
ixamelijk de 1 cent karmijn van
Bxuts Guyana 1856. waarvan slechts
één exemplaar bekend is. Bij vei
ling van de Ferrary-collectie in het
jaar 1922 bracht dit zegel het. res
pectabel bedrag op van 352 500 fr.
en ging toen over in de handen
van Arthur Hind, een Amerikaans
verzamelaar, wiens collectie ook
zeer vermaard geworden is.
Bekendheid geniet ook de col
lectie van de Britse Koningen, on
der wie George V zeker de ver-
woedste verzamelaar was. Daarin
ontbraken natuurlijk de beroemde
Mauritiuszegels niet, want als er
ooit frankeermerken beroemd zijn
gewonden dan zijn het wel de «Post
Office »-zegels van 1 en 2 penny.
Het eigenaardige van deze zegels
is dat ze aan de linkerkant het
opschrift Post Office in plaats
van Post Paiddragen, dit ten
gevolde ener vergissing van de et
ser- die een verkeerde tekst aan
bracht. Van deze laatst genoemde
zeldzaamheden zijn er 1000 ge
drukt doch nog slechts een 25-tal
bekend.
De waarde der postzegels spruit
voort uit hun zeldzaamheid. De
oplage bij het uitgeven van zegels
speelt daar een grot.e rol in. Te
genwoordig woi'den sommige hcr-
denkingszegels in beperkt aantal
gedrukt,, hetgeen natuurlijk mee
brengt. dat de zegels in kwestie
een zekere graad van zeldzaam
heid bereiken.
/at eveneens een grote rol
speelt in de waardebepaling is de
afwijking die zich vaak voordoet
bij postzegels en die te wijten is
aan allerlei omstandigheden van
het. drukken of de vei'dere afwer
king.
Tegenwoordig komen afwijkin
gen minder voor daar het druk-
ma.erf aal veel verbeterd is, maar
vroeger gebeurde het vaak dat
men fouten ontmoette in post
zegels, zelfs bij heel gewone uit
giften en daar werd natuurlijk
door de verzamelaars duchtig
jacht op gemaakt. Voorbeelden
daarvan vindt men bij de vleet.
Wij citei'exx alleen maar volgend
typisch geval. In 1920 vei'schcen
in ons land een 65 centiem-zegel,
in twee-kleurendruk, met. een wijn-
kleurige omlijsting en in het mid
den, in het zwart gedrukt, de af
beelding van het stadhuis te Den-
dermonde. Eerst werd de kader
gedrukt en vei'volgens gingen al
de zegelbladen terug onder de pers
voor de druk van het middenmo
tief. Eexx der bladen was echter
bij de herneming verkeex-d inge
legd zodat op gans dat blad liet
stadhuis van Dendermonde onder
ste boven stond afgebeeld. Het ge
volg daarvan is dat de juist ge
drukte 65 ccnl iem-zegel een zeer
gewone cataloogwaarde heeft van
75 centiem en dat de foutieve te
genhanger 50.000 fr. kost. Dat is
één voorbeeld uit de honderden
die kunnen aangehaald worden.
Zijn er valsmunters die valse
bankbriefjes vervaardigen dan zijn
er ook postzegelvervalsers die er
niet voor terugschrikken zeld
zaamheden na te maken.
Gelukkig heeft men van ln het
begin met deze mogelijkheid re
kening gehouden en worden te-
gerxwoordlg nog ln vele landen de
zegels gedrukt op speciaal papier
waarin een watermerk ls aange
bracht.
Wij zouden hier volledigheids
halve nog moeten handelen over
de verschillende manleren van
tanding der postzegels, maar 'wij
mogen er geen cursus voor ver
zamelaars van maken, hetgeen
trouwens in het. bestek van deze
reportage onmogelijk is. Alleen
nog een woord der verschillende
Wij leven niet meer ln de ge
lukkige tijd toen de postzegel al
leen een frankeermiddel was en
dat de uitgiften gedaan werden
volgens de behoeften van ieder
land. Vroeger werden in ieder
land zegels uitgegeven volgens de
noodwendigheden en het duurte
vaak verschillende jaren eer men
tot nieuwe uitgiften overging.
Waar ook ter wereld heeft Vader
tje Staat met veel genoegen vast
gesteld dat er jacht gemaakt werd
op postzegels door verwoede ver
zamelaars en in vele landen re
gende het almaardoor nieuwe uit
giften al was het maar om de
staatskas te spijzen op kosten van
de verzamelaars. Uitgiften met
bijtaks ten voordele van een of
ander liefdadig werk zagen het
licht, zodat ln zekere zin van het
oorspronkelijk doel werd afgewe
ken.
Sommige kleine Staten, wij noe
men hier b.v. Lichtenstetn en San
Marino, zagen er een rijke bron
van verdienste in. Bij een bezoek
aan de Jaarbeurs te Brussel b.v.
kon men een paar jaar geleden
vaststellen dat de Republiek San
Marino in haar stand niets anders
dan postzegels ten toon stelde.
Er is dus zeker aan ovex-pro-
ductie gedaan en tegenwoordig
een postzegelverzameling aanleg
gen van alle landen is onbegon
nen werk. Verzamelaars beperken
zich tegenwoordig dan ook tot één
land of hoogstens tot enkele lan
den slechts die zij dan zoveel mo
gelijk volledig trachten bij elkaar
te krijgen.
Voor een beginneling is het zelfs
in dat geval nog moeilijk een ge
nietbare verzameling tot stand te
brengen.
Er zijn echter andere mogelijk
heden die misschien minder be
kend zijn en die nochtans zeer be
langrijk zijn.
Deze manier van werken ver
trekt van een bepaalde gedachte
of een i? naald ondenverp. De
rijke vexyheidenheid van de in
postzegel» gebruikte motieven gaf
aanleiding tot het ontstaan van
verzamelingen die van de gewone
werkwijze helemaal afwijken.
Naast de uitbeelding van rege
rende vorsten vindt men op post
zegels ook andere motleven, tafe
relen uit de geschiedenis, afbeel
dingen van heiligen, van geleer
den en ontdekkers, van kunste
naars en ambachtslieden. De plan
tengroei en de dierenwereld wordt
veelvuldig afgebeeld.
Aldus zagen wH de laatste ja
ren. vooral in Nederland, prac
tische en goedkope handleidingen
ontstaan die aanduidingen ver
strekken tot het bijeenbrengen
van postzegelverzamelingen vol
gens een bepaald motief. Zo ont
stonden, dieren- en plantenverza-
melingen, godsdienstige en ge
schiedkundige verzamelingen, enz.
Bij dergelijke manier van werken
wordt doorgaans geen gebruik ge
maakt van dure exemplax-en en
zeldzaamheden, zodat hier een
werkterrein ligt dat door ieder
liefhebher kan betreden worden.
Postzegels verzamelen is een
aangenaam tijdverdrijf, dat hoeft
zeker geen verder betoog. Maar
het is ook nuttig, vooral als men
dit opvat volgens een der ver
schillende methodes die wij zo pas
aanhaalden. Het is aanschouwe
lijk materaal voor het ondei-wij-
zend personeel en laatst troffen
wij in een klaslokaal door leerlin
gen getekende landkaarten aan
waar zij zelf de landsgrenzen had
den aangeduid bij middel van post
zegels.
Beste lezer, wilt U over de ver
schillende aspecten van deze lief
hebberij nader ingelicht zijn, ga
dan op 1 of 2 November een be
zoek brengen aan de tentoonstel
ling van postzegels die door de
Ieperse Postzegelclub werd inge
richt in de bovenzaal van het
Christen Volkshuis, Sint-Jacobs-
straat te leper, ter gelegenheid
van het 10-jarig bestaan der club.
Ieder verzamelaar, gevorderde of
beginneling, zal er zeer nuttige
richtlijnen vinden in het ten toon
gestelde materiaal. De bezoekers
zullen met hun Ingangsticket deel
nemen aan een tombola waarvan
de prijzen bestaan uit mooie reek
sen zegels.
Misschien zult. U aldus het gild
der verzamelaars komen aanvul
len om dan in de ioekomst, tijdens
de lange winteravonden, over uw
postzegels gebogen te zitten, ge
wapend met vergrootglas en post
zegeltangetje. Misschien wordt U
zelf wol liefhebber, lezer, en zult
gij zelf eens ervaren dat de post
zegels U een nieuwe en rijke we
reld laat kennen. GEMO
Benelux in postzegels; v. I. n. r.: de eerste Belgische, Nederlandse en Luxemburgse postzegel.