Een stukje papier veroverde de wereld onder het teken van de posthoorn Onze Week-end, Reportage Geschiedenis var» het Postwezen DE OUDSTE POSTDIENSTEN IN DE MIDDELEEUWEN DE POST VAN FRANCESCO DE TASSIS HOE HET BRIEFPORT BETAALD WERD wwww'www ww ww w rtmf t»t m II. Se Postzegels HUN ONTSTAAN IN ENGELAND OP WERELDREIS HET UITZICHT VAN DE NIEUWELING ONGETAND OF GETAND DE WERELDPOST VERENIGING III. Postzegel verzamelaars ZELDZAAMHEID DER POSTZEGELS MANIEREN VAN VERZAMELING. AANGENAAM EN NUTTIG «HET WEKELIJKS NIEUWS» saterdag 1 Not. 1952 Bladz. 12. f*i 1 *i' 'i' t*t 'i*1 f*ir 1 V 'i* iHr 1''i* *i* 'i* f*i V W v OVER POSTDIENSTEN EN POSTZEGELS ;*r«rrw w UlfXIUMUUUIJUUUUUM lie Kruisafdoening, door P. P. Ru bens, prachtig afgebeeld op een der zegels der Rubens-reeks. I. Alhoewel wij over het postwe zen tegenwoordig een gans andere mening hebben dan onze voorva ders, toch heeft de mens er altijd behoefte aan gehad onder een of andere vorm berichten aan andere mensen door te zenden op een heel persoonlijke wijze. De Spaanse veroveraars, die het Inca-rijk in Zuid-Amerika overwel digden, ondervonden tot hun scha de dat de Indianen over een voor treffelijke postdienst beschikten. Zij bezigden de zogenaamde qui- poeen bundel draden van ver schillende kleur en waarin elke draad een aantal min of meer in gewikkelde knopen bevatte. De verschillende kleuren en knopen hadden een goed bepaalde bete kenis door afzender en bestemme ling bekend, zodat de quipo een allerbest middel was om medede lingen te doen. De «quipo»-post van de Indianen is eeuwen en eeuwen oud, maar eigenaardig genoeg wordt hij he den nog door sommige Zuid-Ame rikaanse veehouders beoefend om berichten aan hun meesters door te zenden. Hetgeen wij thans geschrift noe men is zeer oud. De Egyptenaren bezigden hun hiëroglyphen ruim 4000 jaar vóór Christus. Het pa pyrus waarop zij schreven is in vele gevallen nog bewaard. Ouder dan het papyrus is het wassen ta feltje bij verschillende volkeren der oudheid gebezigd. De Chinezen schreven op hout, metaal of zijde. De Hindoes vertrouwden hun be richten toe aan palmbladeren. Deze verschillende vormen van brieven moesten ter bestemming geraken. De eerste sporen van een post dienst, die zorgde voor het over brengen der berichten, vinden wij in het Indische rijk. Door de troe pen der veroveraars waren de no dige wegen gebaand langswaar koerierdiensten een vaste verbin ding verzekerden. De briefdra gers deden een bepaalde afstand tussen twee posten en gaven de geschreven boodschappen over aan een andere koerier die op zijn beurt een nieuwe afstand over brugde. De Egyptenaren hadden een één-persoons postdienst. Een zelfde boodschapper moest gans de afstand afleggen, het was de zogenaamde faichatdie vaak aan grote gevaren bloot stond. Een Egyptisch handschrift uit de jaren 2300 vóór Christus schrijft inderdaad over de faichat: «hij vermaakt, eer hij naar vreemde landen- trekt, zijn vermogen aan zijn kinderen, uit vrees voor de Aziaten en de wilde dieren De grondlegger van een der oudste regelmatige staatsposten was Cyrus, de stichter van het Perzische wereldrijk. Hij deed de voctboden en lopers vervangen door bereden koeriers, angaroi genaamd, terwijl op bepaalde plaatsen aflossingsstations werden gevestigd. De angaroiwaren bekend om hun snelheid en kon den per dag tot 400 km. afleggen. De Romeinen, in later eeuwen, hadden behoefte aan een goed ge organiseerde postdienst. Meer dan 80.000 km.-heirbanen werden door hen aangelegd en langs deze we gen onderhielden zij een goed in gerichte berichtendienst. Keizer Augustus zorgde ex-voor dat deze postdienst regelmatig werd. Alhoewel de hoger vermelde postdiensten uitstekend werkten zijn zij toch alleen maar een in strument geweest in de handen van de machtigen der aarde en kon de gewone man er geen nut uit trekken. In de Middeleeuwen kwam er groter ontwikkeling bij het volk en dus ook meer behoef ten. Het zakenwezen nam toe en begrijpelijkerwijze verlangden de kooplieden in briefwisseling te tre den met leveranciers en afnemex-s. Van een officiële koerierdiens gebruik maken ging meestal niet. Monniken en troubadours warei veelal goede tussenpersonen ci gelegenheidsboden. De koopliedei zelf die op reis trokken namen wei eens boodschappen mede voor an dei-en. In Duitsland kende men zelfs de zeer eigenaardige «slagex-spost» die vooral in het Zuiden van het land nog lange tijd in voege bleef. Sla gers en veehandelaars, die uit hoofde van hun bedrijf dikwijls grote afstanden moesten afleggen, belastten zich mét het overbren gen van brieven. Aanvankelijk ge beurde dit op kleine schaal, doch stilaan nam deze postdienst grote uitbreiding en zat er werkelijk een goede organisatie in. Deze diensten werden van overheids wege ei-kend en aangemoedigd en deze briefdragers genoten zelfs vrijstelling van belasting omwille van de goede diensten die zij be wezen aan hun medeburgers. Tot in de 17" eeuw vond men nog spo ren van deze slagerspost in Wux-- temberg. Vermelden wij ook de koerier diensten die door verschillende Universiteiten ondei-houden wer den, o.m. door deze van Parijs. Deze hadden echter uitsluitend be lang voor deze inrichtingen en werkten alleen in de grote centra zelf. Roger de Tassis, die onder Kei zer Frederik II in het midden der 15' eeuw opper.iachtmeest.er van de keizer in Tyx-ol was, had voor zijn meester, tijdens een veldtocht in Italië, een goedwei-kende post dienst vex-zekerd. De koeriers droe gen een uniform en onderhielden regelmatig de verbinding tussen het hoofdkwartier te velde en het hof. Hij was afkomstig uit Milaan on zijix familienaam de Tassis Torreanizou later in het Duits vertaald worden Thurn und Ta xis Zijn zoon Fi-ancesco volgde ge trouw de stappen van zijn vader. Hij had postmeestersbloed in de aderen en droomde ervan het in die bi-anche nog verder te brengen dan zijn vader het had gedaan. Reeds stond hii aan het hoofd van een betrekkelijk goed werkende koerierdienst, maar hij besefte maar al te goed dat een uitbrei ding hiervan het Rooms-Duitse keizerrijk zou ten goede komen. Daarom deed hij aan de toenma lige keizer Maximiliaan het voor stel de keizer kosteloos te laten genieten van een postdienst, met Brussel als centraal punt, op voor waarde dat hij, Francesco de Tas sis, en ziin nakomelingen alleen van de netto-inkomsten der poste rijen zouden profiteren. De keizer stemde hierin toe en in 1516 open de de Tassis de eerste officiële postdienst tussen Wenen en Brus sel. In hetzelfde jaar werd hij door de keizer benoemd tot opper- postmeester van het keizerrijk. Hij verkreeg verder nog een leen als generaal-postmeester in Spanje en de Nederlanden en werd belast met het inrichten van een post- courstussen Brussel en Italië. Van Wenen ging het over de Al pen naar Rome. In het Noorden bereikte hij Hamburg. Neurenberg werd verbonden met Schaffhausen en Frankfurt a. d. Main. Een vast personeel zorgde in grote steden voor de verzending en de verde ling van de post, het wisselen dei' paarden, enz... Alhoewel de Tassis erin slaagde gans Europa met een dicht net te overspannen en hij zowel als ziin nazaten de rijkste vruchten pluk te van dit werk, viel er toch af te rekenen met allerhande tegen werking. De verschillende bondsvors'"n en de stedelijke regeringen von,. on er graten in dat de keizer opper machtig dit monopolium afstond aan één bepaalde persoon. Tegen de keizerlijke richtlijnen in begon nen allerwege afzonderliike post diensten op te duiken. Thurn en Taxis, zoals men de inrichting ge meenzaam was gaan noemen, tel de veel vijanden. In 1659 moest te Antwei-pen de gewapende macht ingrijpen om het zogenaamde post- oproer te dempen, de opstandelin gen maakten zich schuldig aan plundering en brandstichting. Ten tijde van de Napoleontische oorlogen begon het er bedenkelijk uit te zien, want het vex-spreidings- gebied werd sterk ingekrompen en beperkt. De verbx-okkeling van het Duitse Rijk in 1806 was het teken dat de hoge bescherming had op gehouden te bestaan. Het glorie- tijdoerk was voorbij voor Thurn en Taxis. Terwjl de afbrokkeling zich stelselmatig voltrok, kon al leen in Pruisen worden standge houden tot. in 1867 toen von Ste- phan, de latere directeur-genex-aal der Duitse posterijen, de gehele Thurn en Taxische post, in handen kreeg ten betaling van een scha deloosstelling ten bedrage van drie millioen Thalexx Alle werk moet betaald worden. Daarmede is iedereen het. eens, en dat geldt ook wanneer wij aan de postdienst vragen een brief ter be stemming te bx-engen. De Chinezen wareix eeuwen ge leden reeds van mening dat de af zender vaxx een brief er zox-g moest voor dragen dat de vex-zendings- onk'osten betaald werden. Daarvoor kreeg de afzender een kwijting en werd er ook een betalingsbewijs xai de brief gehecht. Dat is dus :aker de oudste voorloper geweest an de huidige postzegels. Bij an- iore volkeren uit de oudheid is een spoor te vinden van derge- ijke manier van frankering. Zelfs de zeer georrt seerdo post- lienst van Thurn en Taxis kende n het begin geen b ding van het riefport door de i.fzender, en ..lechts op het laats,, van zijn be staan vatte Thurn en Taxis de ge dachte op het zelfde systeem Loc te passen. 'F® ilkS, A Ter gelegenheid van het 13' Congres der Wereldpostvereniging, dat in Mei jl. te Brussel gehouden werd, heeft men in ons land de adellijke familie «Thurn en Tassis» herdacht, het oude geslacht dat gedurende ruim 300 jaar het postwezen in Europa op voorbeeldige wijze organiseerde en beheerde. Bij deze gelegenheid werd zelfs een speciale reeks van zeer mooie postzegels jitgegeven die herinnert aan de grote figuren van dit «postmeestersgeslacht)). Een brief verzenden is tegenwoordig een heel gewoon feit geworden. Wij steken hem In een omslag, plakken die veilig toe (want de wet waarborgt het briefgeheim), schrijven er duidelijk het adres op van de bestemmeling en nadat wij in de rechter bovenhoek een post zegel geplakt hebben, ten bewijze dat wij de onkosten betaalden van het verzenden, glijden wij onze brief in de postbus om dan met gerust gemoed huiswaarts te keren in de zekerheid dat onze boodschap haar bestemming zal bereiken. Zó is het niet altijd geweest, want de regelmatige postdiensten, gelijk wij ze nu ken nen, zijn pas een goede 100 jaar oud. Op 1 Juli 1849 werd in ons land de eerste postzegel uitgegeven, het was veertien jaar nadat de eerste trein van Brussel naar Mechelen in gebruik genomen werd, dus op het tijdstip dat het verkeerswezen stilaan op moderne leest geschoeid werd en aan snelheid won. Het postwezen is immers geen verkeersmiddel, doch niets anders dan een verzamel- en verdelingsdienst. Daar tussenin ligt een verkeersprobleem en om dit op te lossen gebruikt het postwezen de bestaande vervoermiddelen. Vroeger had het postwezen een andere betekenis. Van in de oudheid vinden wij dui delijke sporen van een min of meer goed ingericht postwezen, dat wel is waar over geen regelmatige vervoerdiensten kon beschikken en er zich dan zelf aanschafte. Zelfs ten tijde van Thurn en Tassis was dit nog het geval. De oudste postzegels in ons land, en ook meestal elders, zijn reeds eerbiedwaardige eeuwelingen geworden die grotendeels een veilig plaatsje vonden in de verzamelingen van verstokte liefhebbers. In al de lagen der maatschappij, van schooljongen tot koning, vindt men tegenwoordig postzegelverzamelaars, ieder volgens zijn middelen en ambities. Dit heeft misschien de postzegel, het nietig stukje papier, wel enigszins van zijn oorspronkelijk doel afgeleid. De zeldzaamheden worden met fortuinen betaald. Om u va., dit alles wat meer te laten vernemen geven wij onze lezers onderstaand historisch overzicht dat achtereenvolgens de geschiedenis van het postwezen en deze van de postzegel behandelt en dat ook enkele aspecten zal belichten van het postzegelverzamelen. Nlepce en Daguerrc, uitvinders der fotografie, vereeuwigd in een mooie Franse postzegel. Er was trouwens bij de eerder primitieve postdiensten een gi-oot bezwaar tegen het betalen van het port op het ogenblik der verzen ding van de brief. Vaste tarieven bestonden meestal niet alhoewel de Tassis grote vei'beteringen deed in die zin. Vaak stond men voor onvoorziene onkosten en de koe riers, die de brieven ter bestem ming brachten, takseerden vaak het port volgens de sociale rang van de bestemmeling. Uit die wille keur sproot natuurlijk veel miste vredenheid tegenover de post. Omstreeks 1653 vinden wij noch tans te Pariis een zeer merkwaar dige nieuwigheid in de zogenaam de Detite poste de stedelijke post die alleen binnen Pariis fun geerde. Deze innovatie komt van een zekere graaf de Velayer die op verschillende plaatsen in Parijs brievenbussen liet plaatsen waar men brieven kon deponeren nadat men ze in een zogenaamd billet de port payé» gewikkeld had. Deze bonneties waren langwerpige vel len papier die verkocht tegen de prijs van één «sol» (10 centiemen). Tot op heden kon geen enkel van deze bonneties teruggevonden wor den alhoewel het historisch vast staat dat. zij gebezigd werden In het oude Koninkrijk Sardinië vinden wij een andere manier van frankering terug en daarvan be staan er op heden nog enkele zeld zame exemplaren. Het betreft, hier een door de post afgestemoelde omslag waarin men de brieven sloot die men op een andere ma nier dan langs de Koninklitke Post wilde ter bestemming brengen. Ter verduidelijking moeten wij hieraan toevoegen dat de post van Sardinië een der souvereiniteits- rechten van de koning was. Het port van brieven, die per staats- post vervoerd werden, viel ten las te van de bestemmeling. Wilde men het anders doen en wilde de af zender zelf de onkosten van ver zending dragen dan moest hij het doen buiten de staatspost om maar dan was hij vex-plicht naar het postkantoor te gaan en er een ge stempelde omslag te kopen, die hij van 15 tot 50 centimes betaalde, naar gelang de afstaxxd die moest worden afgelegd. Terloops vermelden wij dat in Italië van dergelijke maatregel nog een spoor bestaat in de zoge naamde recapito autorizato »-ze- gels die moeten geplakt worden op brieven die buiten de post om door particulieren besteld worden. Rond de jaren 1835 heerst er in Engeland veel ontevredenheid over de toestand van de postdiensten. De duurte en de traagheid waren de grootste redenen tot mist.evre- denheid. De post was eenvoudig weg een fiscale instelling gewor- den die zoveel mogelitk geld pers te uit. het brievenschrijven. Om een gewone brief van Londen naar Edinburgh te vei'zenden betaalde men 2 shilling 4 pence, wat. op on geveer 21 fr. neerkomt. Ook de uitgevers van dagbladen weren er niet. over te spreken en maakten van hun invloed gebruik om dage lijks klachten tegen het bestaan de postsysteem af te drukken. De algemene ontvredenheid werd zo groot dat de x-egering uiteinde lijk besloot het publiek de gele genheid te geven met. voorstellen voor de dag te komen. Niet min der dan 2000 voorstellen kwamen binnen opi door een speciale com missie onderzocht te worden die daartoe in 1835 in het leven was geroepen. Twee voorstellen werden weer houden, namelijk een eerste dat het gebruik vooi'stelde van «fran co-stempels», go tree's- genoemd. Het. ander voorstel behelsde hef invoeren van vooi'af gezegeld schrijfpapier. Na lang beraad werden beide voorstellen verworpen en dreigde alles weer naar de oude slenter te gaan toen Rowland Hill, secreta ris der commissie tot kolonisatie in Australië, zich met de zaken ging bemoeien en de ingediende ontwerpen op zijn beurt bestu deerde. Zijn aandacht werd gelrokken door het voorstel van de druk ker James Chalmers, uit. Dundee (Schotland), die reeds voorhoen erop aangedrongen had dat men (1 dagbladen van een speciale stempel zou voorzien bij wijze van frankering. Chalmei's was nu met een nieuw frankeermiddel voor de dag geko men, door hem «slips» genoemd. Deze slips waren niets anders dan zegels zoals wij ze tegenwoordig kennen. De wet vaxx 17 Augustus 1839 bracht het gebruik van ge stempelde omslagen invoege en op 26 December verscheen de wet die het gebruik van postzegels toeliet. Dj beeldenaar van Koningin Victoria was het motief voor deze eerste postzegels die verschenen in de waardén 1 penny zwart en 2 penny blauw. .Tames Chalmers, geboren op 2 Februari 1782 te Ar broath (Schotland), komt dan ook de eer toe uitvinder te zijn van de postzegel die op 6 Mei 1840 zijn zegetocht begon door de wereld. De postzegel was voorbestemd om een wereldburger te worden, want in alle landen had men van langs om meer met moeilijkheden af te rekenen inzake postverkeer. Op sommige plaatsen had het betalen van het port door de be stemmeling zelfs aanleiding gege ven tot misbruiken vanwege het publiek en als treffend staaltje hiervan geldt het, volgende. Een postbode van een rustig bergdorp had schier wekelijks een brief thuis te bestellen bij een boe renzoon. die zowat een goed uur buiten de dorpplaats in de bergen woonde. Het was de postbode op gevallen dat hij reeds viermaal te vergeefs een brief had aangebo den. Telkens had de jonge boer de brief eens keurend in de hand ge nomen maar hem dan weer vrien delijk geweigerd en aan de bode teruggegeven. Dat was het voed recht van de bestemmeling. Hij hoefde inder daad de brief niet te aanvaarden en in dat geval moest er geen port betaald worden. De postbediende vond de zaak verdacht en bracht er zijn oversten van op de hoogte. Een onderzoek werd ingesteld en het bleek dat de jonge boer en zijn correspondent een goed mid del gevonden hadden om zonder woorden veel te zeggen. Een teken, buiten op de brief aangebracht., volstond om een laconisch bericht door te zenden. Een verder onder zoek wees uit. dat ook in andere localiteiten de Zwitserse post op deze wijze doör spaai'zame boeren in bet. ootje genomen werd. Men besloot dan maar het. nieuwe sys teem van voorafbetaling bij mid del van postzegels, zoals men het, in Engeland begonnen was, nader te onderzoeken. Ieder Zwitserse bondsstaat re gelde echter toexx zijn postaan ge legenheden afzonderink en zo zien wi.i het kanton Zurich in Maart 1843. de eerste Zwitserse postzegels uitgeven, nog het zelfde jaar daar in gevolgd door Genftve, Bazel volgde in 1845 tot: in 1850 de eerste bondszegels over het hole land ver- krifgbaar waren. België liet zijn eerste postzegels verschijnen in 1849, Nedex-land pas in 1852. Buiten Europa was het Brazilië dat als eerste land het Britse voorbeeld volgde en wel op 1 Juli 1843. Thurn en Taxis, dat. in Duits land de post nog in handen had, volgde er in 1852 het postzegel- voorbeeld. Het is wel eigenaardig na te gaan wat, er op de eei-ste postze gels zoal vermeld stond. In Engeland twijfelde men er geen ogenblik aan om de beelde naar van Koningin Victoria op de eerste postzegels af te drukken. Men is in dat land tx-ouwens nooit van die traditie afgeweken. Ko ning of koningin bekleden er de ereplaats op de postzegels. Ook in ons land was dit met de eerste postzegels het geval en de beelde naar van Koning Leopold I prijkt op de oudste postzegels. Later is er af on toe van deze regel afge weken, want x-eeds in 1866 zien we de leeuw als staatswapen op de zegels, pritken. Zurich liet zich bij de. keuze van het postzegelmotief leiden door overwegingen van practische aard. Op de eerste zegels van dit kanton staat, in het midden een groot cij fer 4 of 6. Genève koos als beelde- nc-het stadswapen. Bx-azilië was er vooral op be dacht de eventuele namakers van postzegels hot leven zuur te ma ken. Een zeer vernuftige tekening vac in elkaar lopende liinen. mei in het groot een waardecPfer in het. midden, gaf deze vernuftig in elkaar gestoken maar weinig ssste- tische zegels spoedig do bijnaam van «ossenogen». Wat het formaat bel reft hxxldig- do men van in het, begin de recht hoekige verhouding van 5/3, ver houding die reeds tijdens de ren- naissanco door de kunstenaars aangeprezen werd als de ideale af meting. Alleen Kaap de Goede Hoop maakte van in h"t begin uitzon dering op de regel. De eerste ze gels die er uitgegeven werden had den de vorm van een driehoek. Deze afwitking vond haar oor- spi-ong in het feit dat men duide lijk en opvallend versch'l wenste mot. de Britse zego's. De eerste zegels in Engeland, alsmede in do landen die het Brits voorbeeld volgden, werden onge tand uitgegeven. De postbediende, die met de verkoop van postzegels belast was, moest dus met de schaar de zegels van de bladen knippen. Dat gebeurde niet altijd met evenveel zorg en wanneer het pu- b" zelf moest knippen in aange kochte bladen werd er dikwijls brokwerk verricht, zodat er vaak van het zegelbeeld niet veel over bleef. Het verknippen nam zelfs gevaarlijke afmetingen aan en men ondervond dat de Schotten reeds het middel gevonden hadden om uit een rij van 10 wel 11 zegels te knippen. Men besloot tandingsma- chines in dienst te stellen. De eerste toestellen voldeden niet. De Engelse Ingenieur Henry Archen vond een degelijke tand- machinc uit en voor zijn ontdek king kreeg hij 4.000 pond. In 1854 vex-schenen de eerste getande ze gels in Engeland. In sommige lan den, o.m. in het Groot Hertogdom Luxembux-g, werd nog lange tijd gebruik gemaakt van een perfo ratie in lijnvorm, in de trant der perforaties van kortingszegels die men tegenwoordig in de winkels uitreikt. Niets heeft wellicht in korte tijd zulkdanige ommekeer teweeg ge bracht als het invoeren van de postzegel en de medegaande om vorming van de postdiensten. Ten tijde van het niet franco verzenden der brieven werd maar briefwisseling gedaan in de hoogst nodige gevallen, want niemand wilde graag iemand anders ten laste zijn en op onkosten jagen. Nu kon iedereen ziin rekening zelf vooraf betalen. De adminis tratie was eveneens verplicht een eenheid van tarieven en vereen voudiging der tarieven na te stre ven- Daar men verwachtte dat het publiek een veelvuldiger gebruik van de postdiensten zou maken mits verlaging en vereenvoudiging der tarieven, besloot men in En geland kordaat de weg op te gaan van het goedkope. Het publiek begreep en toonde zich dankbaar. In 1839 werden 82 millioen poststukken verzonden in Engeland; in 1840 verdubbelde dit getal en werd het 168 millioen. De aangroei bleef duren en in 1848 werden 339 millioen poststukken verzonden in Engeland. Do inkomsten van de posterijen waren in verhoxxding sterk ge daald, want men had een grote ta riefvermindering toegepast, maar dcor de aangi'oei van het aantal poststukken kon de verzendings- dienst zeer vereenvoudigd worden en in 1874 werd het betrachte re- sul'aat bereikt en was het batig saldo der posterijen reeds groter dan in 1838. In talrijke geschriften werd ook buiten Engeland het prachtig re sultaat belicht van het niexxwmo- disch postverkeer en langs ver schillende zijde werd aangedron gen op betere internationale sa menwerking, ten einde de tarieven no te kunnen verminderen. Bij zonder van Duitse zijde ondervon den de promotors van de interna tionale samenwerking veel steun. Het. was dan ook op initiatief van de Duitse post, waar inmid dels von Stephan aan het hoofd was gekomen te staan, dat op 15 September 1874 de afgevaardigden van de postadministraties van 22 Staten in Bern bijeenkwamen. Het ontwerp van von Stephan bevatte slechts 14 artikelen, wel 'een bewits voor de klare geest van deze practicus. Op 9 October 1874 werd reeds de sticlxtingsacte van de Union Gé nérale des Postesondertekend; 350 millioen mensen zouden als eei'ste begin de weldaden deelach tig worden van het nieuw insti tuut. Het Congres stichtte voorts nog het Internationaal Bureel, een soort permanent secx-etariaat, ge vestigd te Bern en belast met. de onderlinge afrekeningen, do voor bereiding der congx-essen, de be handeling der geschillen, enz. In de volgende jaren werd voort durend gewerkt, aan de uitbi'eiding van de nieuw-opgerichfe Postunie, die op het volgende congres te Pa rijs in 1878 werd omgedoopt in Union Postale Universclleof Wereldpostvereniging In de loop der jaren zijn tal van x-egelingen en bepalingen vastge steld, uitgebreid en weer gewijzigd of vervallen. Doch onveranderd is steeds gebleven do grondslag van het internationale verkeex', ïxanxe- lijk het. recht van transit of doox-- voer, waarmede bedoeld wordt het. recht van de aangesloten landen om haar poststukken aan andex-e landen te verzenden met gebruik making van de bestaande verkeers middelen in tussengelegen landen. Duitsland en Zwitserland b.v. mo gen niet weigeren de poststukken van België voor Italië door te zen den. Volledigheidshalve weze opge merkt dat het transitverkeer niet kosteloos geschiedt. Uit de akkoorden van Wereld postvereniging is eenheid van ta rieven gegroeid die meebrengt dat in elk land, rekening gehoxxden met de muntwaarde, het verzenden van een brief ongeveer even veel kost. Het postwezen is uitgegroeid tot een bloeiende inrichting. Ons land alleen telt tegenwoox-Sig 8,169 brie venbestellers. Op het spoor, in ons land, rijden dagelijks 24 postrij- txxigen voor het overbrengen van de ongeveer 2 milliard poststuk ken die in 14.300 brievenbussen van de Posterijen ingezameld wor den. Te Meisbroek en te Deurne stij gen iedere dag 40 postvliegtuigen de lucht in om saxxxen gemiddeld 36 ton koerier te vex-voeren. Deze enkele beschouwingen over postdienstexx en postzegels mogen niet besloten worden zonder een woord over de postzegelverzame laars en hun werk. Men kan gerust zeggen dat reeds na enkele jaren postzegelpraktijk sommigen belang begonnen te to nen voor het verzamelen van die nieuwsoortige frankeermiddelen. Evengoed als oude munten waren postzegels een geliefkoosd onder werp voor de verzamelaars. Ijverig begonnen de liefhebbers de zegels op blaadjes en in schrijf boeken te plakken. Reeds in 1842 maakte het En gelse blad Puncher melding van dat het stilaan een liefheb berij werd gebruikte postzegels te bewaren en men maakte van de toenmalige «Koninginnekopjes» in Engeland zeer aardige kamer schermen. Maar de echte verzamelaars knipten niet aan de zegels maar hielden ze zorgvuldig bij. Zij kre gen in 1862 een eigen maandblad, The Monthly Advertiser en wie er zich op abonneerde kreeg maan delijks een of andere zegel als ge schenk toegezonden. Het jaar voor dien had de Fransman Oscar Ber- ger-Levrault reeds een catalogus uitgegeven waarin al de toen be staande postzegels vermeld ston de.,. Uit die jaren stammen dan ook merkwaardige verzamelingen. Vooral is bekend deze van Phi lippe la Renotière, beter bekend als Ferrary, die een fortuin be steedde aan zegels en de zeld zaamste exemplaren de zijne kon noemen. Hij was o.m. in het bezit van 's werelds zeldzaamste zegel, ixamelijk de 1 cent karmijn van Bxuts Guyana 1856. waarvan slechts één exemplaar bekend is. Bij vei ling van de Ferrary-collectie in het jaar 1922 bracht dit zegel het. res pectabel bedrag op van 352 500 fr. en ging toen over in de handen van Arthur Hind, een Amerikaans verzamelaar, wiens collectie ook zeer vermaard geworden is. Bekendheid geniet ook de col lectie van de Britse Koningen, on der wie George V zeker de ver- woedste verzamelaar was. Daarin ontbraken natuurlijk de beroemde Mauritiuszegels niet, want als er ooit frankeermerken beroemd zijn gewonden dan zijn het wel de «Post Office »-zegels van 1 en 2 penny. Het eigenaardige van deze zegels is dat ze aan de linkerkant het opschrift Post Office in plaats van Post Paiddragen, dit ten gevolde ener vergissing van de et ser- die een verkeerde tekst aan bracht. Van deze laatst genoemde zeldzaamheden zijn er 1000 ge drukt doch nog slechts een 25-tal bekend. De waarde der postzegels spruit voort uit hun zeldzaamheid. De oplage bij het uitgeven van zegels speelt daar een grot.e rol in. Te genwoordig woi'den sommige hcr- denkingszegels in beperkt aantal gedrukt,, hetgeen natuurlijk mee brengt. dat de zegels in kwestie een zekere graad van zeldzaam heid bereiken. /at eveneens een grote rol speelt in de waardebepaling is de afwijking die zich vaak voordoet bij postzegels en die te wijten is aan allerlei omstandigheden van het. drukken of de vei'dere afwer king. Tegenwoordig komen afwijkin gen minder voor daar het druk- ma.erf aal veel verbeterd is, maar vroeger gebeurde het vaak dat men fouten ontmoette in post zegels, zelfs bij heel gewone uit giften en daar werd natuurlijk door de verzamelaars duchtig jacht op gemaakt. Voorbeelden daarvan vindt men bij de vleet. Wij citei'exx alleen maar volgend typisch geval. In 1920 vei'schcen in ons land een 65 centiem-zegel, in twee-kleurendruk, met. een wijn- kleurige omlijsting en in het mid den, in het zwart gedrukt, de af beelding van het stadhuis te Den- dermonde. Eerst werd de kader gedrukt en vei'volgens gingen al de zegelbladen terug onder de pers voor de druk van het middenmo tief. Eexx der bladen was echter bij de herneming verkeex-d inge legd zodat op gans dat blad liet stadhuis van Dendermonde onder ste boven stond afgebeeld. Het ge volg daarvan is dat de juist ge drukte 65 ccnl iem-zegel een zeer gewone cataloogwaarde heeft van 75 centiem en dat de foutieve te genhanger 50.000 fr. kost. Dat is één voorbeeld uit de honderden die kunnen aangehaald worden. Zijn er valsmunters die valse bankbriefjes vervaardigen dan zijn er ook postzegelvervalsers die er niet voor terugschrikken zeld zaamheden na te maken. Gelukkig heeft men van ln het begin met deze mogelijkheid re kening gehouden en worden te- gerxwoordlg nog ln vele landen de zegels gedrukt op speciaal papier waarin een watermerk ls aange bracht. Wij zouden hier volledigheids halve nog moeten handelen over de verschillende manleren van tanding der postzegels, maar 'wij mogen er geen cursus voor ver zamelaars van maken, hetgeen trouwens in het. bestek van deze reportage onmogelijk is. Alleen nog een woord der verschillende Wij leven niet meer ln de ge lukkige tijd toen de postzegel al leen een frankeermiddel was en dat de uitgiften gedaan werden volgens de behoeften van ieder land. Vroeger werden in ieder land zegels uitgegeven volgens de noodwendigheden en het duurte vaak verschillende jaren eer men tot nieuwe uitgiften overging. Waar ook ter wereld heeft Vader tje Staat met veel genoegen vast gesteld dat er jacht gemaakt werd op postzegels door verwoede ver zamelaars en in vele landen re gende het almaardoor nieuwe uit giften al was het maar om de staatskas te spijzen op kosten van de verzamelaars. Uitgiften met bijtaks ten voordele van een of ander liefdadig werk zagen het licht, zodat ln zekere zin van het oorspronkelijk doel werd afgewe ken. Sommige kleine Staten, wij noe men hier b.v. Lichtenstetn en San Marino, zagen er een rijke bron van verdienste in. Bij een bezoek aan de Jaarbeurs te Brussel b.v. kon men een paar jaar geleden vaststellen dat de Republiek San Marino in haar stand niets anders dan postzegels ten toon stelde. Er is dus zeker aan ovex-pro- ductie gedaan en tegenwoordig een postzegelverzameling aanleg gen van alle landen is onbegon nen werk. Verzamelaars beperken zich tegenwoordig dan ook tot één land of hoogstens tot enkele lan den slechts die zij dan zoveel mo gelijk volledig trachten bij elkaar te krijgen. Voor een beginneling is het zelfs in dat geval nog moeilijk een ge nietbare verzameling tot stand te brengen. Er zijn echter andere mogelijk heden die misschien minder be kend zijn en die nochtans zeer be langrijk zijn. Deze manier van werken ver trekt van een bepaalde gedachte of een i? naald ondenverp. De rijke vexyheidenheid van de in postzegel» gebruikte motieven gaf aanleiding tot het ontstaan van verzamelingen die van de gewone werkwijze helemaal afwijken. Naast de uitbeelding van rege rende vorsten vindt men op post zegels ook andere motleven, tafe relen uit de geschiedenis, afbeel dingen van heiligen, van geleer den en ontdekkers, van kunste naars en ambachtslieden. De plan tengroei en de dierenwereld wordt veelvuldig afgebeeld. Aldus zagen wH de laatste ja ren. vooral in Nederland, prac tische en goedkope handleidingen ontstaan die aanduidingen ver strekken tot het bijeenbrengen van postzegelverzamelingen vol gens een bepaald motief. Zo ont stonden, dieren- en plantenverza- melingen, godsdienstige en ge schiedkundige verzamelingen, enz. Bij dergelijke manier van werken wordt doorgaans geen gebruik ge maakt van dure exemplax-en en zeldzaamheden, zodat hier een werkterrein ligt dat door ieder liefhebher kan betreden worden. Postzegels verzamelen is een aangenaam tijdverdrijf, dat hoeft zeker geen verder betoog. Maar het is ook nuttig, vooral als men dit opvat volgens een der ver schillende methodes die wij zo pas aanhaalden. Het is aanschouwe lijk materaal voor het ondei-wij- zend personeel en laatst troffen wij in een klaslokaal door leerlin gen getekende landkaarten aan waar zij zelf de landsgrenzen had den aangeduid bij middel van post zegels. Beste lezer, wilt U over de ver schillende aspecten van deze lief hebberij nader ingelicht zijn, ga dan op 1 of 2 November een be zoek brengen aan de tentoonstel ling van postzegels die door de Ieperse Postzegelclub werd inge richt in de bovenzaal van het Christen Volkshuis, Sint-Jacobs- straat te leper, ter gelegenheid van het 10-jarig bestaan der club. Ieder verzamelaar, gevorderde of beginneling, zal er zeer nuttige richtlijnen vinden in het ten toon gestelde materiaal. De bezoekers zullen met hun Ingangsticket deel nemen aan een tombola waarvan de prijzen bestaan uit mooie reek sen zegels. Misschien zult. U aldus het gild der verzamelaars komen aanvul len om dan in de ioekomst, tijdens de lange winteravonden, over uw postzegels gebogen te zitten, ge wapend met vergrootglas en post zegeltangetje. Misschien wordt U zelf wol liefhebber, lezer, en zult gij zelf eens ervaren dat de post zegels U een nieuwe en rijke we reld laat kennen. GEMO Benelux in postzegels; v. I. n. r.: de eerste Belgische, Nederlandse en Luxemburgse postzegel.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Wekelijks Nieuws (1946-1990) | 1952 | | pagina 12