i
I
Aderspatkousen
ras en zijn Rakkers j
ITALIAANS
gas*
DUBBEL CONCENTRAAT
TOMATEN
ME?
i
Peiswareitfabrlek G. Bouckaert
Kapellestraat - Tel. 245 MEULEBEKE
HEBT U REEDS NAGEDACHT, MEVROUW?
U KUNT 30 WINNEN
door heden nog uw pelsmantel te kopen
voor het komend Winterseizoen!
ONZE ZOMER- WINTERCOLLECTIES.
uw REISKOSTEN WORDEN IMMERS TERUGBETAALD.
Waarom nog geaarzeld, Mevrouw?
VAN FABRIKANT TOT VERBRUIKER
MEULEBEKE
van goede kwaliteit.
E. DE PONTHIÈRE
In «poor Tan Fra Dfarolo!.., TEKENVERHAAL c HET WEKELIJKS NIEUWS
KLEUTERTAAL WORDT MENSENTAAL
/-/xsr soa/s
X'ovszgs GEzsew, vervrjes
[DE GELUKKIGE HAARD
NUTTIGE WENKEN"
EN RECEPTEN
FIJNPROEVERS
Voor de ware specialiteiten van PALING
slechts één adres
HOTEL RESTAURANT DE L'YSER
rechtover d« brug van de IJzer, te Nieuwpoort.
OOK Z'N FIJNE KEUKEN,
VERSE VIS EN OESTERS.
Eig.Oscar Deny-De Jonghe.
(d-N.3476) Tel. 233.83.
ie. POELJEN
Mr en EENDAG-
KUIKENS
LEON ARTEEL
Weststr. 14, ZUIDSCHOTE.
MANTELKLEED
Het Dubbe! Concentraat van Tomaten
LIEBIG wordt door geen enkele
andere puree geëvenaard. Het
smijdig, gezond, smakelijk en zonder
bitterheid want het is ZUIVER.
VAN
LICHTE LENTEMANTEL
RADIO KORTRIJK
Nr 49.
J JjM filtfMdLSnn. ïioeatóa. .00
jO Vervolgt),
100%
naaMJ-,
1
5
1
i
1
Waarom zoudt U ook van deze gelegenheid geen gebruik
maken?
De PELSWARENFABRIEK van Meulebeke doet al het
mogelijke om zijn kliënteel te bevredigen.
Niet alleen zult U een grote besparing doen wegens het
dood seizoen, maar U zult tevens onze mooie collectie voor de
komende Winter kunnen bewonderen.
In de Zomer vindt U de grootste keus.
Vergeet ook niet, Mevrouw, dat we met genoegen uw man
tel gratis bewaren zolang U het wenst.
Een informerend bezoek loont de moeite voor
VERGEET HET NIET:
Herstelling en bewft-
ring van uw mantel
imillHM Wfii'l' i' I' i'iWI' 'iW irrTïiTirXïï^lii'XnirT*1Wi?yffi 8 Zomers. Gemak
van betaling.
Steeds .aarborg.
Gratis bewaring.
^betaling van
reiskosten aan elke
koper bij minimum
aankoop van 1.000 ft.
De magazijnen
zijn steeds open, ook
's Zondags. Te be
reiken met de auto
bus, lijn Kortrijk-
Tlelt, tot Meulebeke
Koelvoet, de beton-
baan vqlgen. Ge
it vraagd: Depotbou-
reu 245 H ders kunnende waar-
borg geven.
BIJHUIZEN TE:
BOEZINGEi Mej. Hollynck, Dorpstraat, 89.
BLANKENBEK GEMad. Waes, Langestraot, 79.
DIKSMUIDE: Mr Desmot, Vaartstraat, 60.
DUDZELE: Mr Denecker, Nieuwstraat, 6.
KORTEMABK: Mr Delos Victor, Kerkstraat, 10.
MENEN: Mevr. Coucke, Wfthlsstraat, 149.
PASSEND ALE i Mr Kindt, Molenstraat, 21.
POELKAPELLEMevr. Vandeputte, Nleuwplaats, 15.
RUMBEKE: Mevr. Vermander, Plaats 88, «De Vier Seizoenen».
STADENj MeJ. Nouwynck, Statiestraat, 28.
WERVIK: Mr Demyttenaere, Nieuwstraat, 23. (1831)
les zonder beurzen! En zo kreeg
leder en alles zijn plaatsje en ston
den we vertrekkensgereed. Doch...
toen we bulten kwamen, stond Jef
met een martelaarsgezicht te kijken
pp een platte band, die behoorde
aan de nets van Marijke, z'n ver
loofde. Natuurlijk I Zonder een
lekke band zou het geen uitstap ge
weest zijn. Dat ligt nou eenmaal in
de traditie. Enfin, Jef nam ai z'n
moed in de handen en begon te her
stellen. Dat heb J'ervan als Je ver
loofd bent, Jef, met Marijke I On
dertussen was de groep ongeduldig
geworden en in verschillende groep
jes van twee, drie A vier man werd
er gestart.
Leo en IS reden in tweede posi
tie. Vóór ons slenterden Dirk, Bart,
Wïm en Jan in 'n heel gezellig on-
derhoudje. Ik keek eens achterom
en het was werkelijk mooi can zien:
al die verschillende trosjes als kleu
rige brokstukken pp de weg ver
spreid en heel in de verte ont-
waardde ik plots het duo Jef en Ma
rijke, die reeds op hun stalen ros
zaten en op de groep afholden. Stil
aan kreeg de bende formatie. Leo
en ik namen de leiding en lieten
thans de groep aan ons voorbijrij
den, teneinde een telling te houden,
want het aantal deelnemers was nog
onbekend. In groepjes van twee
snelden ze ons voorbij en wanneer
de rode lantaarn, Dirk en Bart, ons
voorbijstaken, hadden we er negen
tien geteld, dus waren we met z'n
één en twintig. Dit was werkelijk
een echte groeps-uitstap En zo
fietsten we de bergen in, naar de
kermis. Het was bijna zoals in het
liedje: «Twee en twintig benen en-
een leren bal, shot!»; doch hier
was het: «Twee en veertig benen
en een lekke band, stop!
Klokslag vier uur zwaaide de een
en twintig lange ketting met een
zwierige zwaai een eerste dorpje
binnen. Thans kregen we een bete
re, doch steilere weg. D'r kwamen
hier van die eindjes weg dat er
moest op de pedalen geduwd wor
den. Doch, waar een wil ls, is een
weg en boven geraakten we toch.
We reden thans op een steile hel
ling. Wim en ik bengelden aan het
staartje van de groep. Ja, een re
porter dient gewoonlijk aan het
staartje te bengelen en je kunt me
geloven of niet, doch het was een
enig-mooi, wonder-mooi tafereel
dat daar voor ons zich openspreldde.
Die kleurige, bonte lange sliert te
zien opklauteren, de ruggen ge
kromd, de spieren gespannen, die
bonte wemeling van kleuren en daar
dan de zon er boven op. Het was
Iets enigs! Het was als een veel
kleurige rups, die langzaam, maar
zeker, zich omhoog wroette. Rika
kreeg denkelijk een inzinking, want
Bert duwde haar heel galant en
dienstvaardig naar boven en Jan,
die, wanneer hij de bergen ruikt,
een wriemeling voelt in de benen
en dus sprinten wilde, stelde voor
om met mij een sprintje uit te ha
len. Ik maakte me gereed, doch een
waarschuwende stern van Jan's
verloofde riep ons tot de orde terug
en... we klauterden verder zonder
sprinten. Wat achteraf beschouwd
wel het verstandigste zal zijn ge
weest. En zo geraakten we zonder
ZOALS IEDER JAAR beginnen
we terug in de kennissen te zitten.
Iedere Zondag is er nu wel ergens
een kermis, een gezonde ontspan
ning voor jong en oud. Een mens
Heeft wel eens nood aan een gezon
de ontspanning, aan een gezonde,
plezierige uitstap. En wanneer er
's Zondags sprake zou wezen van
eens de vleugelen uit te slaan en
even uit te wieken boven alle mie
zerige-levenszorgen, dat het dage
lijks leventje ons brengt, dan kan
ik maar één raad geven: «Doe
het in groep!
In groep geniet men meer den
alleen of met tweeën. In groep vonkt
er ook meer levensvreugd en le
venskracht. In groep wordt het een
mooie uitstap.
Ik kan er van mee praten, want
Zondag laatst ben ik ook eens van
de partij geweest. Enfin, geheel op
Het onverwachts, hoor. Zo rond twee
uur Zaterdagnamiddag kwam Jef
Laag» met z'n korte beentjes bij
me blnaengewaggeld
Ge zoudt morgen met ons eens
moeten meegaan naar een berg
kennis als verslaggever. We zullen
met een ganse bende jong volk eens
d'r op uit trekken!
Wat moet Ik, pruttelde ik te
gen, bij al dat jong gedoe gaan
doen? Het ware precies een stuk
antikiielt tussen een bos bloemen!
Niet te doen, reageerde Jef, gij
moet mee! We zouden van die uit
stap graag eens een verslag zien en
daar hen Jij de man voorl Dusse...
Met dlspentatle van Marenta
kwam alles in kannen en kruiken
en zo trok ik, samen met een bonte
groep, Zondag laatst de bergen inl
Ergens op een klein dorpje, dat
gekoesterd, lag tussen woeste berg
flanken. was net kermis en het was
naar die dorpskermis dat we
naartoe trokken. Er waren er reeds
enkele®, uit de groep verloofd ge
raakt en natuurlijk zou het een ge
mengde familie-groep zijn, die deze
uitstap zou aanvatten.
Vanuit mijn dorp zouden we fiet
sen naar het gehucht van Jef Lan
ge om vandaar de verzamelplaats
naar de bergkennis te peddelen.
Het laatste trio, dat bestond uit
Bert, zijn verloofde en de verslag
gever, bolde om drie uur het ge
hucht binnen. De groep zat reeds
bij hun ledige kofïletassen ongedul
dig te wachten op de départen
zullen, denkelijk bij onze aankomst
wel even gezucht hebben:
Eindelijk, we kunnen vertrek
ken!
Stilaan begon men dan ook aan
stalten te maken om aan te zetten.
Alles was tot nu toe ordentelijk ver
lopen, doch toen ze allen rechtston
den oen hier en daar nog wat schik
kingen te treffen, kon men. in die
grote zomerkeuken van Jef noch
draalen noch keren. Was me d^t
een affaire! Het leeek wel of er plots
een hele bleënzwerm was logebro-
ken, Het was werkelijk Interessant
om dat gewriemel even op Je gemak
in een hoekje van de keuken in
ogenschouw te nemen. Knapzakken
werden nagezien, hier en daar vie
len er enkele mannelijke slachtof
fers, die van him verloofde identi
teitskaarten, zakdoeken, halsdoeken,
geldbeugels, enfin, een heel stel en
een heel ménage in hun zakken kre
gen gestopt ter veilige bewaring,
wat ze natuurlijk met grote liefde
gestopl
atuurlijk met gro
en volle verantwoordelijkheid aan
vaardden.
Ja, wat wil J'er aan doen, da's
non eenmaal de mode met die kleed-
KOSTELOOS
voor Mutualisten.
Breukmeester- Orthopedist
Te leper: RIJgelstraat 1.
Te Veurne: Zuidstraat 11.
Te Wervik: Ooievaarstraat 24.
(d-10.722)
verder noemenswaardige gebeurte
nissen op de dorpskermis. Men kon
best zien dat het hier kermis was,
want het stroomde van het volk.
Vooraleer we ons als deftige bur
gers ondier de kermisgasten waag
den, want we zagen er bij onze aan.,
komst een beetje verwaaid uit,
bexgden we onze fietsen weg en be
steedden we wat zorg aan onze op
schik, want ze mochten op dat dorp
niet gaan denken dat net woord
«opvoeding» in onze woordenschat
niet te vinden was. En opgefrist
trok dan die jonge, levenslustige
groep de berg op. Een schellebellend
geschermlnkel zei ons dat de kermis
hier aan volle gang was. We lieten
echter dat razende gedoe opzij lig
gen dat zou dienen als nagerecht, i
Eerst naar de bergtop, op zoek naar
een fijn plekje om te picnikken,
want er waren er terug uit de groep
die begonnen honger te krijgen.
Heel menselijk natuurlijk! Op eenl
mooie asphaltweg, naar- de bergtop1
toe, was er hier zeker geen sprake
van even op je dooie gemak en
zonder hindernissen te kuieren, het
was waarlijk een echte mensenzee,
die in stijgende golvingen omhoog
klauterde naar de groene heuveltop.
Je diende waarempel goed uit je
doppen te kijken om de groep te
kunnen bijhouden en telkens er er
gens een openingske te zien was,
schaverdijnden we er als gladde
palingen tussendoor en kregen zo
terug het einde van de groep te pak
ken om hem even later terug kwijt
te spelen. Enfin, na veel acrobati
sche draalen en zwaaien, geraakten
we toch waar we zijn moesten. Wie
het vond is me tot nu toe een raad
sel, de vinder echter mag werkelijk
een natuurliefhebber genoemd wor
den. We stonden plots op een mooi
schilderachtig woudplekje, dat wat
afgescheiden lag van de grote baan.
Het was er hier zo stil en vreed-t
zaam, dat je je plots voelde als ©en j
krekeltje in een dicht woud. Het
was er hier zo lachend-mooi, vol
groen en zon en fluitende vogels,
dat de spreuk me naar de lippen
kwam: «Laten we hier drie tenten
bouwen!Doch in plaats van ten
ten te bouwen, werden de knapzak
ken aangesproken, wat voor mijn
part gezonder was. Een flink kruis
en de buitenlucht-maaltijd begon.
Zonnig is het even te kunnen pic
nikken onder Gods blauwe hemel.
Zonnig ls het te mogen leven en het
leven tot een zingende opgang naar
God te maken. Heerlijke gedachte!
Toen allen verzadigd waren, was
het natuurlijk Dirk, die het eerst
uit z'n schelp kroop en met Wim
enkele lutteurskampen ten beste
gaf. Ze kringelden en wringelden
hun Jonge lijven in het groene gras,,
het ging er zelfs zo lutteursachtig
aan toe dat de juffers er kippenvel
van kregen en er hier en daar een
angstig gilletje werd geslaakt. Ten
slotte werden al de mannen gemo
biliseerd en werd Wim als een vers
gebakken baby in de lucht gezwierd,
terug opgevangen. Er werd met hem
gespeeld als een kind met een pop.
Enfin, dat is kwestie van smaak!
De uitslag van dit intermezzo was
natuurlijk, om in die gewoonte te
blijven, een paar kapotte schoenen,
die behoorden aan Jan. Na de tra
ditionele groepsfoto, die welwillend
door Dirk werd genomen, verlieten
we dit mooi woudplekje en begaven
we ons terug in de woelige mensen
massa, terug in de lawaaierige wer
kelijkheid. Verzadigd en ontspan
nen, ging het thans bergaf, terug
naar het dorpje, waar de kermis
ons wachtte. Het geroezemoes van
het volk, het klaaglijk getjingel-
tjangel van het draaiorgeltje, dat
heel gebrekkig enkele populaire
wijsjes vooisde, het feestelijk ge-
zwier op de slingermolen, dit alles
getuigde van een echte kermisstem-
ming. We beslisten dan ook ons
even te wagen op de slingermolen.
Doch... hoe ln Godsnaam daar op
geraken? Bij iedere stilstand was
het effenaf een stormloop om een
bakje te bemachtigen en wanneer
men eerst een vijftal minuten had
staan discuteren om te vragen en
uit te leggen of men bij de volgende
stilstand die plaats zou vrijhouden,
moest men ljjdelijk toezien dat die
beloofde plaats dopr een ander Werd
bestormd en zonder pardon bezet.
Enfin, zo kon het niet gaan en ik
zeg altijd: Men kan alles wat men
wil, maar 't is toch 't beste te wil
len wat men kan! en daarom werd
besloten een algemene groepsaan-
val te wagen op dat slingermolentje.
De aanval werd gewaagd en met
een prachtig resultaat: Dirk en
Wim bemachtigden leder een balkje!
Ziezo, nu waren we gered. En we
zwierden er lustig op los, hoog ba
lancerend in de ijl-blauwe lucht
met onder ons de krioelende mens-
les, die nu en dan het hoofd moes
ten intrekken, wanneer onze Dirk,
met z'n lange slungelbenen, voorbij
slingerde. Had Marenta me daar
moeten zien opzitten, ze zou heel
zeker gezegd hebben:
Kijk nu daar eens naar die
ouwe zot!
Na deze kermls-ontspanning gin
gen we dan samen op het terras
van een lachend fris restaurantje
een pintje snappen, want onze mond
klokte open van de dorst. Het deed
ons goed daar nu een ogenblikje te
verpozen onder een wabberend en
fris vooravond-briesje.
Eindelijk werd de terugreis aan
gevat en deze verliep onder heel
andere omstandigheden. We had
den te kampen met felle, killige
wind, die ondertussen was opgesto
ken, zodat de grote groep In ver
schillende kleine brokstukken werd
versplinterd. Wim krulde op z'n
fiets van de tandpijn, Jan kreeg een
lekke band en om de kroon op het
werk te zetten, kregen Dirk en Leo
nog een prooes-verbaal van een
waanwijze siampetter, die met een
even waanwijze burger op de steen
weg te paraderen stond. Enfin, met
de boete te betalen zouden z'er van
af wezen.
Dit was in korte trekken de kale
terugreis van een grote groep, die,
versplinterd en uiteengerukt in
duo's en trio's naar de heimat te
rug peddelde. Doch deze kleine dé
tails hadden hoegenaamd geen
domper gezet op het welslagen van
deze kennis-uitstap. Allen hebben
uiterst tevreden en met een hart vol
blije kermistrilling hun nestje te
rug opgezocht.
Ten andere, er is een spreekwoord
dat zegt: Een kermis is een gese
ling waarden dat hebben Wim,
Dirk en Leo ondervonden, op die
terugreis vol wind en tegenslag.
En toch blijf Ik zeggen: «Doe het
in groep!
Het Manneke uit de Maan.
%HET WEKKLOTEB HmüWBlt,
6y
GEDKOOMZ.
Niemand verstaat beter de kin
dertaal dan de moeder van dit
kind zelf. Wat voor de buiten
staanders geheel onbegrijpelijk is,
heeft voor moeder geen geheimen
want zij kent de betekenis van
iedere klank die uit de mond van
haar kindje komt
De taal van het knd moet een
heel groeiproces doormaken. In
het eerste levensjaar zal het één
lettergrepige woorden gebruiken
en meest zal het die éne letter
greep herhalen. In plaats van een
paardje Jute noemen, klinkt
het ln de kindertaal ju-Ju Een
hond zal het noemen wau-wau
De enkele lettergrepen worden
eenvoudig verdubbeld.
Maar stilaan groeit daar lets
meer uit en reeds worden er an
dere woorden gevormd die meer
op de gewone spreekwijze begin
nen te gelijken.
Dat ls precies het ogenblik dat
moeder flink moet ingrijpen om
misvormingen tegen te gaan. Ook
op dit moment moet moeder zelf
goed haar eigen taal en spreek
wijze in acht nemen.
Het kind is immers vaak veel
opmerkzamer dan wij het wel eens
(zouden vermoeden. Het heeft geen
enkele bron om zijn woordenschat
aan te vullen tenzij de woorden
schat van moeder zelf.
Al te dikwijls gebeurt het dat
moeder er zich toe leent op speel
se wijze de kindertaal na te boot
sen omdat zij zich in zekere zin
dichter bij haar kind wil voelen.
Dat gebeurt instinctmatig en heeft
wellicht voor gevolg dat het kindje
veel vertrouwelijker met moeder
omgaat als het van moeder een
taal hoort waar het gemakkelijker
bij kan.
Daarin ligt nochtans het groot
gevaar dat wij het kleintje een
goed voorbeeld onttrekken waar
aan het nochtans zo'n behoefte
heeft Het is juist op dat ogenblik,
wanneer het kind zijn eerste woor
den en zinnetjes vormt, dat wij
aan zijn taal en spreekwijze een
goede plooi moeten geven. Boots
de fouten van de kindertaal niet
werk der Kath. Huwelijken. Talr.
gelegenh., strikte geheimh., waarb.
verz. - Schr. om inlichtingsdocum
Statiestraat 35, LEISELE. (882)
ALLE RASSEN
s|ɧfir van geselectionneer-
jfY de stammen, ingeënt
tegen alle plagen.
Ter Kwekerij
Elverdinge 108.
(1113)
Tel
LIEBIG
MILANESE KROKETTEN
Laat noedels in warm, gezouten
water gaar koken; voeg er een
stukje boter of margarine bij op
dat ze niet aan de bodem zouden
kleven. Zijn ze gaar, giet ze in de
zeef, er zorg voor dragend dat het
water opgevangen wordt; het kan
dienen om de soep aan te lengen.
Laat 50 gr. boter of margarine
bruin braden, breek er twee eet
lepels tarwebloem in. Voeg er bij:
1 lepel Concentraat van Tomaten
Liebig, een weinig water en 2 le
pels Oxo Bouillon, meng alles zorg
vuldig op 't vuur. Laat koken. Zet.
de sauspan bezijden 't vuur en
voeg er bij: 25 50 gr. geraspte
kaas, 2 dooiers van eieren, de noe
dels en een weinig vlees: bv. een
restje kalfsvlees of hesp ofwel
Fray Bentos Corned Beef, Hak -het
vlees. Laat goed afkoelen; maak
kroketten, wentel ze in licht ge
klopt eiwit, daarna in paneermeel.
Bak ze In heet vet in de frituur-
pot. Dien op met takjes peterselie.
na, zelfs niet om ta schertsen.
Roei liever tegen stroom op en
dring liever aan opdat het kind
zijn taal zuivere en spreke zoals
het hoort.
WIJ hebben het hier niet over
de gewesttaai want zij ls altijd de
moederspraak van het kind en wij
menen niet dat het geraadzaam is
mordicus beschaafd Nederlands te
leren aan de kleinen dia nog moe
ten leren spreken. De leerkrach
ten ln het onderwijs zullen de taal
van uw kind wel beschaven
Leer maar gerust da geweattaal,
uw eigen onvervalste taal, aan uw
kind, maar leer haar niet aan on
der een gebrekkige vorm.
De taaiverminking waaraan uw
kinderen thans zouden doen, zal
hen Immers later duur te staan
komen.
Wees anderzijds niet te erg ver
legen om zwijgzame kinderen. De
lulde praters zijn niet altijd de
verstandlgsten. Sommigen zijn wat
laattijdig met vlot spreken. Dat
geeft niet, de traagste sprekers
worden misschien nog de verstan
digste zwijgers.
TANTE KOBA
Voor de slanke dames is dit model
van Dior zeker het ideaal. Bemerk
de onzichtbare sluiting die zeer
elegant aandoet.
Een eenvoudige mantel van Dior
Christian, ontworpen voor het
Lenteseizoen. De mouwen zijn drie
kwart en men draagt er lange
zwarte handschoenen bij. Op te
merken is de grote soberheid der
garniering
Week van 19 tot en met 25 April.
PROGRAMMA-OVERZICHT
ZONDAG 19 APRIL
10.03: Mooie opera-aria's. 10.30:
Concert door de Kon. Katholieke Har
monie ran Menen, o.l.v. Emlle Onraet.
11.00: Boekenschouw. 11.30: Zon
dagmorgen zonder zorgen.
MAANDAG 20 APRIL
12.00 Maandagmiddagmelodie.
12.30 Nieuwe plaatjes. 13.00
Nieuwsberichten, overname Brussel' en
eigen mededelingen. 13.15: Tweede
symfonie ln D. L. van Beethoven.
13.45: De Franse chansonnière Elyane
Cells.
DINSDAG 21 APRIL
16.30: Concerto voor hoorn en or
kest. Jozef Haydn. 16.45: In ons
operettentheater. 17.30: Kinderuur
tje. 18.15: Jean Walter zingt.
18.30: Westvlaamse Wetenswaardighe
den. 18.40: Uit onze Westvlaamse
muziekschat. 19.00: Nieuwsberich
ten, overname Brussel en eigen mede
delingen. 19.15: Wielersport.
WOENSDAG 22 APRIL
19.30 Ons Uefdadlgheidsradlocro-
chet. 3» reeks. 20.45: Het orkest
Xavler Cugat. 21.00: Dit is West-
vlaanderen: «Mensen spreken men
sen», gesproken allerlei met verschil
lende mensen; De Bekentenis luis
terspel door Gaston Durlbreux; «Vraag
en Wederwoord vraaggesprek met de
letterkundige Gaston Durlbreux.
22.00: Casinoconcert.
DONDERDAG 23 APRIL
16.30 Notenkrakersballet, Peter
Tchalkowsky. 16.50: Horst Winter
en zijn orkest. 17.10: De vrolijke
golf. 17.45: Hoborecital door Werner
Cuvron, aan het klavier Marlette De-
melre. 18.20: Onder de Italiaanse
zon, potpourri. 18.30: De kat ten
kore... 18.40: Het mooie Vlaamse
lied. 19.00: Nieuwsberichten, over
name Brussel en eigen mededelingen.
19.15: Voetbalsportpraatje. - Dui
vensport.
VRIJDAG 24 APRIL
10.03: Lichte Inzet. 10.25: Sonate
voor altviool en klavier, Prosper van
Eeckhaute. 11.00: Ons radiozieken
bezoek. 11.30: Ons refrelntjesalbum.
ZATERDAG 25 APRIL
16.30: Ons verzoekplatenprogramma.
17.45: Ons wekelijks operaconcert.
18.30: Marlabalfuur. 19.00:
Nieuwsberichten, overname Brussel en
eigen mededelingen. 19.15: Met de
micro door Westvlaanderen. - De
gouwdag van het A.W.T. te Rumbeke.
KORTE INHOUD:
Joan Mathews, kantoorbediende, die
met een vriendin, Elisabeth, een ap
partement huurt, ontvangt zekere
morgen drie brieven. Een van haar
verlooide, die haar verlaat en een van
een hcrer aanbidders, Richard Wynn.
Ze wordt uit haar dienst ontslagen. Ze
vertrekt naar liet landleger, samen
met hear vriendin. Ze maakt er ken
nis met Kapitein Holiday. Enkele tijd
nadien komt Kapitein Fielding, hun
vroegere verhuurder, met rust in het
ziekenhuis. Joan en Elisabeth worden
verheid, respectievelijk op Kapitein
Holiday en Kapitein Fielding, doch ze
vrezen in de mondaine Muriel Elvey
een medeminnares te zien. Beide land
meisjes slagen in hun examen, maar
mogen op de hoeve blijven. Elisabeth
verlooft zich met Kolonel Fielding. Ze
worden samen uitgenodigd met Kapi
tein Holiday en Joan naar een cock
tail.
Natuurlijk was hij boos geweest!
Het, was waarschijnlijk zijn eerste
teleurstelling in Muriel. Misschien
nadl hij haar nog nooit eerder op
heterdaad betrapt bij flirten en
aanstellerij. Het was op een uur
afstand te zien geweest, dat Mu
riels «babbeltje» met de knappe
zeeman niet uitsluitend menslie
vende belangstelling was. Ik was
er vaster dan ooit van overtuigd,
dat zij «het» meisje was, waar
hij zijn zinnen op gezet had!
'i Was niet, omdat het Duit
sers waren peinsde Price hardop
verder. «Zo is de kapitein niet.
Maar juffrouw Muriel kan wel ereis
wat erg... wat erg liefies doen, als
t helemaal nergens voor nodig ls...
En misschien had de kapitein ook
wel juist verstaan, wat ze daar
't laatst tegen die snuiter zei...
waar u óók zo boos om scheen te
worden... 't Zijn anders beste jon
gens, allemaal. Geen haar kwaad
bij
En daar had de heer Price gelijk
in, althans wat drie van zijn vier
Duitse helpers betrof. De vierde...
Zoals hij zelf na afloop van het
geval hoofdschuddend en verbijs
terd zei:
Wie had dat nu kunnen den
ken? Ik zou 't nooit van die man
gedacht hebben; nee, heus niet
Maar laat ik geregeld vertellen,
wat er gebeurde.
XXX" HOOFDSTUK
De oogst van 1918.
Het was oogsttijd...
Oogst! Was dat woord niet als
een gouden glimlach, die zich wijd
en zijd over het land spreidde, dat
we nu al zoveel maanden bewerkt
hadden? Heel de streek rondom on
ze boerderij was ln drie kleuren ge
tint lichtgroen van de kort-ge-
maaide hooivelden, donkergroen
van de zomerse bossen, geelblond
van het rijpe koren. En ik wilde dat
ik genoeg talent bezat om een schil
derij te maken van boer Price's
grootste korenveld, zoals 't er op die
gedenkwaardige dag uitzag!
Het veld glooide vrij sterk naar
een hoge heg van elzen, en in glooi
ende rijen stonden de schoven
vijf aan vijf. Zo hadden ze gestaan
om van elke warme, rijpende zon
nestraal nog zoveel mogelijk te pro
fiteren. Vie had nu tot taak, die
schoven weer plat neer te leggen,
zodat ze op de grote oogstvorken
gestoken konden worden. Het vo
rig jaar had ze ook al bij de oogst
geholpen en daarom kreeg ze nu dit
secure karweitje op te knappen, dat
Price niet aan ons, beginnelingen,
durfde toevertrouwen, uit vrees dat
te veel van het kostelijk graan ver
loren zou kunnen gaan.
Z-e knikte me vrolijk toe, toen ik
in het veld verscheen, veegde met
de mouw van haar kiel langs haar
bruin voorhoofd en riepWe
schieten al wat lekker op, hoor! O,
daar heb je de anderen ook! Nou
gaat 't spel beginnen!
Tegen de helling van de heuvel
verscheen de grote, roodgeschilder
de kar met het merkwaardig ge
mengde gezelschap, dat zijn beste
krachten aan de oogst zou wijden:
twee Duitsers de Welse herder
Ivor, de Engelse remplagant, twee
Landmeisjes en een kleine jongen
van veertien jaar, die het paard bij
de teugel zou lelden gedurende het
laden.
Het laden begon een 'werk, dat
inspanning eiste. Met de grote vor
ken werden de schoven één voor
één opgepikt en met een handige
zwaai in de kar gedeponeerd. Eli
sabeth en ik volgden de wagen op
de voet en harkten alle losgeraakte
en verloren aren zorgvuldig tussen
de stoppels uit. De kleine jongen
drilde manmoedig de twee reusach
tige, grijze paarden, leidde ze onbe
vreesd aan de teugel of bracht ze
tot staan met een indrukwekkend:
Ho-tomtiYiWfrU liij .werke
stuurde Ivor de kar, de remplagant,
ordende de sehoven daarin en de
twee Duitsers laadden ze op hun
lange vorken in. Zo wisselden ze bij
elke reis de verschillende werk
zaamheden om. Langzaam kroop de
hete morgen voorbij.
's Middags na het eten kwam er
nog een andere verandering: Ivor
en de remplagant gingen naar de
schuren en hun plaatsen werden
ingenomen door kolonel Fielding en
kapitein Holiday, die in flanellen
pakken van de portierswoning kwa
men aangewandeld. Ze werkten
even hard en stoer als de Duitsers
en even zwijgzaam. Na de eerste
begroeting behoefden noch Elisa
beth noch ik op een blik ofj glim
lach van haar verloofde en zijn
vriend te rekenen. En we verwacht
ten dat ook geen ogenblik. We wa
ren hier om te werken. Alle parti
culiere betrekkingen werden uitge
schakeld, zolang onze taak hier
duurde.
En toch zelfs terwijl mijn ogen
gevestigd waren op mijn houten
hark en op de stoppels, waaraan ik
elke bruikbare aar ontwoekerde,
ontging me geen van zijn bewegin
gen! Hoe kon Elisabeth toch bewe
ren, dat alle mannen zo lelijk
waren, uitgenomen dan haar meis
jesachtige «Valkenier»? Was ze
dan blind voor de gratie van Dick
Holiday's slanke en toch manne
lijke gestalte, die zo licht en veer
krachtig het zware oogst-gereed-
schap hanteerde?
Dit soort van werk deed Dlck
Holiday, die ik bij mezelf steeds
zijn voordeligst uitkomen. Terwijl
ik schijnbaar voor niets anders oog
had dan voor mijn eigen werk, nam
ik elk van zijn bewegingen in me
op. Met wat 'n prachtig gebaar hief
hij telkens de zware schoof aan de
houten vork geprikt, hoog boven
zijn hoofd, om ze met een forse
zwaai in de volgestapelde kar te
werpen! Alles aan hem had ik lief,
maar het meest van alles zijn in
nerlijke eigenschappen, zijn moed,
zijn eenvoud, zijn voorliefde voor
het simpele, gezonde landleven. Z'n
vriendschap met zijn wapenmak
ker, die zoveel van hem verschilde,
zijn zorg voor de gewonde jongens
in zijn hospitaal, zijn verontwaar
diging over het geflirt van zijn uit
verkorene met de krijgsgevangenen.
Och, er was niets in zijn uitlatin
gen of gedragingen dat ik niet aan
bad en heimelijk toejuichte!
Wat een prachtmens was hij...
Hij was alles, wat goed en nobel
was...
En niets van dat alles zou ik het
mijne mogen noemen.
Maar dat kon niets veranderen
aan het onherroepelijk feit dat ik
de zijne was even volledig zijn
eigendom als de gehoorzame witte
collie, die daar in het veld zijn jas
lag te bewaken, haar trouwe ogen
vol liefde op haar meester gericht.
Mijn lot was beslist. Een leven
zonder hem betekende voor mij een
leven zonder liefde of huwelijk
nooit zou ik mij tevreden kunnen
stellen met een tweede-rangsgeluk.
Maar hijzelf had me gewezen op
andere belangen, die het leven.
Het land! Ik zou het land trouw
blijven, dat me had genezen en een
vrouw van me had gemaakt. Het
zou al mijn belangstelling behou
den, mijn trots en mijn vreugde
blijven. Het land zou mijn levens
gezel zijn, wanneer Dick (die de
mijne had kunnen zijn) met een
ander meisje getrouwd was.
Deze gedachte sterkte me, en
zwijgend zwoegde ik voort, de lan
ge, drukke zomermiddag door.
Tegen een uur of vier was ik zo
dorstig, dat ik even naar het kleine
drinkwaterkraantje liep achter de
schuur om me wat te verfrissen.
Terwijl ik het geschuurde tinnen
bekertje, dat altijd op een plankje
ernaast stond, aan mijn lippen
bracht, zag ik een van de Duitsers,
die aan het bergen van de graan
voorraad werkten, om de hoek van
de schuur kijken. Hij gluurde me
in het gezicht; zodra hij merkte
dat ik hem in het oog kreeg, trok
hij opvallend snel zijn hoofd terug.
Het bevreemdde me vluchtig. Maar
daar het de bewuste matroos was,
met wie Muriel gepraat had, meen -
de ik dat hij het misschien niet op
mij begrepen had, omdat ik die
middag zo plotseling een einde aan
hun gesprek had gemaakt met mijn
bruuske, verwijtende uitroep aan
haar adres, die hij wel niet ver
staan had, maar waarvan hij de
betekenis toch wellicht uit de klank
had bunnen afleiden. Ik dronk mijn
bekertje leeg en dacht er verder
niet oyer na.
lijk met. enig succes een dreunende
bas wist te imiteren.
Ja, d'r is van alles en nog wat
bij, hé? hoorde ik Price tegen zijn
vrouw opmerken, toen ze eens naar
de oogsters kwamen kijken, op weg
naar de schuur. «Wels, Engels,
Duits! En allemaal in de beste een
dracht! Ze hebben allemaal maar
één gedachte: hoe ze die grote oogst
het vlugst en veiligst binnen zullen
krijgen. En 't komt in orde, daar
hoef je niet bang voor te zijn!
Als die grote beesten maar niet
hun hoef op die peuter z'n voetje
zetten,mompelde juffrouw Price
bezorgd. Dat is het enige waar ik
bang voor ben!
Ho-huuut! donderde de dreu
mes onder de koppen der geweldige
uaarden,
Weer bleef de kar stilstaan. Nieu
we schoven werden ingeladen en
ordelijk opgestapeld. Dan ging het
weer verder, terwijl Elisabeth en ik
volgden, het vermorste zorgvuldig
vergarend. Zo zakten we langzaam
de lange rij schoven af, onder de
schroeiende Augustus-zon, naar de
hoek van het veld, waar de over
dekte mijt stond. Hier werkten de
twee andere Duitsers; één van hen
was de matroos, met wie Muriel
zich zo beminnelijk had onderhou
den. En toen begon de lege kar weer
aan een andere rij. De schooljon
gen, die van het oponthoud voor
het overladen gebruik had gemaakt
om jacht te maken op een veld
muis, die uit een der schoven was
komen dartelen, keerde haastig
BllBLfifiSiS JffiEHKi, Ditmaal be-