i I Aderspatkousen ras en zijn Rakkers j ITALIAANS gas* DUBBEL CONCENTRAAT TOMATEN ME? i Peiswareitfabrlek G. Bouckaert Kapellestraat - Tel. 245 MEULEBEKE HEBT U REEDS NAGEDACHT, MEVROUW? U KUNT 30 WINNEN door heden nog uw pelsmantel te kopen voor het komend Winterseizoen! ONZE ZOMER- WINTERCOLLECTIES. uw REISKOSTEN WORDEN IMMERS TERUGBETAALD. Waarom nog geaarzeld, Mevrouw? VAN FABRIKANT TOT VERBRUIKER MEULEBEKE van goede kwaliteit. E. DE PONTHIÈRE In «poor Tan Fra Dfarolo!.., TEKENVERHAAL c HET WEKELIJKS NIEUWS KLEUTERTAAL WORDT MENSENTAAL /-/xsr soa/s X'ovszgs GEzsew, vervrjes [DE GELUKKIGE HAARD NUTTIGE WENKEN" EN RECEPTEN FIJNPROEVERS Voor de ware specialiteiten van PALING slechts één adres HOTEL RESTAURANT DE L'YSER rechtover d« brug van de IJzer, te Nieuwpoort. OOK Z'N FIJNE KEUKEN, VERSE VIS EN OESTERS. Eig.Oscar Deny-De Jonghe. (d-N.3476) Tel. 233.83. ie. POELJEN Mr en EENDAG- KUIKENS LEON ARTEEL Weststr. 14, ZUIDSCHOTE. MANTELKLEED Het Dubbe! Concentraat van Tomaten LIEBIG wordt door geen enkele andere puree geëvenaard. Het smijdig, gezond, smakelijk en zonder bitterheid want het is ZUIVER. VAN LICHTE LENTEMANTEL RADIO KORTRIJK Nr 49. J JjM filtfMdLSnn. ïioeatóa. .00 jO Vervolgt), 100% naaMJ-, 1 5 1 i 1 Waarom zoudt U ook van deze gelegenheid geen gebruik maken? De PELSWARENFABRIEK van Meulebeke doet al het mogelijke om zijn kliënteel te bevredigen. Niet alleen zult U een grote besparing doen wegens het dood seizoen, maar U zult tevens onze mooie collectie voor de komende Winter kunnen bewonderen. In de Zomer vindt U de grootste keus. Vergeet ook niet, Mevrouw, dat we met genoegen uw man tel gratis bewaren zolang U het wenst. Een informerend bezoek loont de moeite voor VERGEET HET NIET: Herstelling en bewft- ring van uw mantel imillHM Wfii'l' i' I' i'iWI' 'iW irrTïiTirXïï^lii'XnirT*1Wi?yffi 8 Zomers. Gemak van betaling. Steeds .aarborg. Gratis bewaring. ^betaling van reiskosten aan elke koper bij minimum aankoop van 1.000 ft. De magazijnen zijn steeds open, ook 's Zondags. Te be reiken met de auto bus, lijn Kortrijk- Tlelt, tot Meulebeke Koelvoet, de beton- baan vqlgen. Ge it vraagd: Depotbou- reu 245 H ders kunnende waar- borg geven. BIJHUIZEN TE: BOEZINGEi Mej. Hollynck, Dorpstraat, 89. BLANKENBEK GEMad. Waes, Langestraot, 79. DIKSMUIDE: Mr Desmot, Vaartstraat, 60. DUDZELE: Mr Denecker, Nieuwstraat, 6. KORTEMABK: Mr Delos Victor, Kerkstraat, 10. MENEN: Mevr. Coucke, Wfthlsstraat, 149. PASSEND ALE i Mr Kindt, Molenstraat, 21. POELKAPELLEMevr. Vandeputte, Nleuwplaats, 15. RUMBEKE: Mevr. Vermander, Plaats 88, «De Vier Seizoenen». STADENj MeJ. Nouwynck, Statiestraat, 28. WERVIK: Mr Demyttenaere, Nieuwstraat, 23. (1831) les zonder beurzen! En zo kreeg leder en alles zijn plaatsje en ston den we vertrekkensgereed. Doch... toen we bulten kwamen, stond Jef met een martelaarsgezicht te kijken pp een platte band, die behoorde aan de nets van Marijke, z'n ver loofde. Natuurlijk I Zonder een lekke band zou het geen uitstap ge weest zijn. Dat ligt nou eenmaal in de traditie. Enfin, Jef nam ai z'n moed in de handen en begon te her stellen. Dat heb J'ervan als Je ver loofd bent, Jef, met Marijke I On dertussen was de groep ongeduldig geworden en in verschillende groep jes van twee, drie A vier man werd er gestart. Leo en IS reden in tweede posi tie. Vóór ons slenterden Dirk, Bart, Wïm en Jan in 'n heel gezellig on- derhoudje. Ik keek eens achterom en het was werkelijk mooi can zien: al die verschillende trosjes als kleu rige brokstukken pp de weg ver spreid en heel in de verte ont- waardde ik plots het duo Jef en Ma rijke, die reeds op hun stalen ros zaten en op de groep afholden. Stil aan kreeg de bende formatie. Leo en ik namen de leiding en lieten thans de groep aan ons voorbijrij den, teneinde een telling te houden, want het aantal deelnemers was nog onbekend. In groepjes van twee snelden ze ons voorbij en wanneer de rode lantaarn, Dirk en Bart, ons voorbijstaken, hadden we er negen tien geteld, dus waren we met z'n één en twintig. Dit was werkelijk een echte groeps-uitstap En zo fietsten we de bergen in, naar de kermis. Het was bijna zoals in het liedje: «Twee en twintig benen en- een leren bal, shot!»; doch hier was het: «Twee en veertig benen en een lekke band, stop! Klokslag vier uur zwaaide de een en twintig lange ketting met een zwierige zwaai een eerste dorpje binnen. Thans kregen we een bete re, doch steilere weg. D'r kwamen hier van die eindjes weg dat er moest op de pedalen geduwd wor den. Doch, waar een wil ls, is een weg en boven geraakten we toch. We reden thans op een steile hel ling. Wim en ik bengelden aan het staartje van de groep. Ja, een re porter dient gewoonlijk aan het staartje te bengelen en je kunt me geloven of niet, doch het was een enig-mooi, wonder-mooi tafereel dat daar voor ons zich openspreldde. Die kleurige, bonte lange sliert te zien opklauteren, de ruggen ge kromd, de spieren gespannen, die bonte wemeling van kleuren en daar dan de zon er boven op. Het was Iets enigs! Het was als een veel kleurige rups, die langzaam, maar zeker, zich omhoog wroette. Rika kreeg denkelijk een inzinking, want Bert duwde haar heel galant en dienstvaardig naar boven en Jan, die, wanneer hij de bergen ruikt, een wriemeling voelt in de benen en dus sprinten wilde, stelde voor om met mij een sprintje uit te ha len. Ik maakte me gereed, doch een waarschuwende stern van Jan's verloofde riep ons tot de orde terug en... we klauterden verder zonder sprinten. Wat achteraf beschouwd wel het verstandigste zal zijn ge weest. En zo geraakten we zonder ZOALS IEDER JAAR beginnen we terug in de kennissen te zitten. Iedere Zondag is er nu wel ergens een kermis, een gezonde ontspan ning voor jong en oud. Een mens Heeft wel eens nood aan een gezon de ontspanning, aan een gezonde, plezierige uitstap. En wanneer er 's Zondags sprake zou wezen van eens de vleugelen uit te slaan en even uit te wieken boven alle mie zerige-levenszorgen, dat het dage lijks leventje ons brengt, dan kan ik maar één raad geven: «Doe het in groep! In groep geniet men meer den alleen of met tweeën. In groep vonkt er ook meer levensvreugd en le venskracht. In groep wordt het een mooie uitstap. Ik kan er van mee praten, want Zondag laatst ben ik ook eens van de partij geweest. Enfin, geheel op Het onverwachts, hoor. Zo rond twee uur Zaterdagnamiddag kwam Jef Laag» met z'n korte beentjes bij me blnaengewaggeld Ge zoudt morgen met ons eens moeten meegaan naar een berg kennis als verslaggever. We zullen met een ganse bende jong volk eens d'r op uit trekken! Wat moet Ik, pruttelde ik te gen, bij al dat jong gedoe gaan doen? Het ware precies een stuk antikiielt tussen een bos bloemen! Niet te doen, reageerde Jef, gij moet mee! We zouden van die uit stap graag eens een verslag zien en daar hen Jij de man voorl Dusse... Met dlspentatle van Marenta kwam alles in kannen en kruiken en zo trok ik, samen met een bonte groep, Zondag laatst de bergen inl Ergens op een klein dorpje, dat gekoesterd, lag tussen woeste berg flanken. was net kermis en het was naar die dorpskermis dat we naartoe trokken. Er waren er reeds enkele®, uit de groep verloofd ge raakt en natuurlijk zou het een ge mengde familie-groep zijn, die deze uitstap zou aanvatten. Vanuit mijn dorp zouden we fiet sen naar het gehucht van Jef Lan ge om vandaar de verzamelplaats naar de bergkennis te peddelen. Het laatste trio, dat bestond uit Bert, zijn verloofde en de verslag gever, bolde om drie uur het ge hucht binnen. De groep zat reeds bij hun ledige kofïletassen ongedul dig te wachten op de départen zullen, denkelijk bij onze aankomst wel even gezucht hebben: Eindelijk, we kunnen vertrek ken! Stilaan begon men dan ook aan stalten te maken om aan te zetten. Alles was tot nu toe ordentelijk ver lopen, doch toen ze allen rechtston den oen hier en daar nog wat schik kingen te treffen, kon men. in die grote zomerkeuken van Jef noch draalen noch keren. Was me d^t een affaire! Het leeek wel of er plots een hele bleënzwerm was logebro- ken, Het was werkelijk Interessant om dat gewriemel even op Je gemak in een hoekje van de keuken in ogenschouw te nemen. Knapzakken werden nagezien, hier en daar vie len er enkele mannelijke slachtof fers, die van him verloofde identi teitskaarten, zakdoeken, halsdoeken, geldbeugels, enfin, een heel stel en een heel ménage in hun zakken kre gen gestopt ter veilige bewaring, wat ze natuurlijk met grote liefde gestopl atuurlijk met gro en volle verantwoordelijkheid aan vaardden. Ja, wat wil J'er aan doen, da's non eenmaal de mode met die kleed- KOSTELOOS voor Mutualisten. Breukmeester- Orthopedist Te leper: RIJgelstraat 1. Te Veurne: Zuidstraat 11. Te Wervik: Ooievaarstraat 24. (d-10.722) verder noemenswaardige gebeurte nissen op de dorpskermis. Men kon best zien dat het hier kermis was, want het stroomde van het volk. Vooraleer we ons als deftige bur gers ondier de kermisgasten waag den, want we zagen er bij onze aan., komst een beetje verwaaid uit, bexgden we onze fietsen weg en be steedden we wat zorg aan onze op schik, want ze mochten op dat dorp niet gaan denken dat net woord «opvoeding» in onze woordenschat niet te vinden was. En opgefrist trok dan die jonge, levenslustige groep de berg op. Een schellebellend geschermlnkel zei ons dat de kermis hier aan volle gang was. We lieten echter dat razende gedoe opzij lig gen dat zou dienen als nagerecht, i Eerst naar de bergtop, op zoek naar een fijn plekje om te picnikken, want er waren er terug uit de groep die begonnen honger te krijgen. Heel menselijk natuurlijk! Op eenl mooie asphaltweg, naar- de bergtop1 toe, was er hier zeker geen sprake van even op je dooie gemak en zonder hindernissen te kuieren, het was waarlijk een echte mensenzee, die in stijgende golvingen omhoog klauterde naar de groene heuveltop. Je diende waarempel goed uit je doppen te kijken om de groep te kunnen bijhouden en telkens er er gens een openingske te zien was, schaverdijnden we er als gladde palingen tussendoor en kregen zo terug het einde van de groep te pak ken om hem even later terug kwijt te spelen. Enfin, na veel acrobati sche draalen en zwaaien, geraakten we toch waar we zijn moesten. Wie het vond is me tot nu toe een raad sel, de vinder echter mag werkelijk een natuurliefhebber genoemd wor den. We stonden plots op een mooi schilderachtig woudplekje, dat wat afgescheiden lag van de grote baan. Het was er hier zo stil en vreed-t zaam, dat je je plots voelde als ©en j krekeltje in een dicht woud. Het was er hier zo lachend-mooi, vol groen en zon en fluitende vogels, dat de spreuk me naar de lippen kwam: «Laten we hier drie tenten bouwen!Doch in plaats van ten ten te bouwen, werden de knapzak ken aangesproken, wat voor mijn part gezonder was. Een flink kruis en de buitenlucht-maaltijd begon. Zonnig is het even te kunnen pic nikken onder Gods blauwe hemel. Zonnig ls het te mogen leven en het leven tot een zingende opgang naar God te maken. Heerlijke gedachte! Toen allen verzadigd waren, was het natuurlijk Dirk, die het eerst uit z'n schelp kroop en met Wim enkele lutteurskampen ten beste gaf. Ze kringelden en wringelden hun Jonge lijven in het groene gras,, het ging er zelfs zo lutteursachtig aan toe dat de juffers er kippenvel van kregen en er hier en daar een angstig gilletje werd geslaakt. Ten slotte werden al de mannen gemo biliseerd en werd Wim als een vers gebakken baby in de lucht gezwierd, terug opgevangen. Er werd met hem gespeeld als een kind met een pop. Enfin, dat is kwestie van smaak! De uitslag van dit intermezzo was natuurlijk, om in die gewoonte te blijven, een paar kapotte schoenen, die behoorden aan Jan. Na de tra ditionele groepsfoto, die welwillend door Dirk werd genomen, verlieten we dit mooi woudplekje en begaven we ons terug in de woelige mensen massa, terug in de lawaaierige wer kelijkheid. Verzadigd en ontspan nen, ging het thans bergaf, terug naar het dorpje, waar de kermis ons wachtte. Het geroezemoes van het volk, het klaaglijk getjingel- tjangel van het draaiorgeltje, dat heel gebrekkig enkele populaire wijsjes vooisde, het feestelijk ge- zwier op de slingermolen, dit alles getuigde van een echte kermisstem- ming. We beslisten dan ook ons even te wagen op de slingermolen. Doch... hoe ln Godsnaam daar op geraken? Bij iedere stilstand was het effenaf een stormloop om een bakje te bemachtigen en wanneer men eerst een vijftal minuten had staan discuteren om te vragen en uit te leggen of men bij de volgende stilstand die plaats zou vrijhouden, moest men ljjdelijk toezien dat die beloofde plaats dopr een ander Werd bestormd en zonder pardon bezet. Enfin, zo kon het niet gaan en ik zeg altijd: Men kan alles wat men wil, maar 't is toch 't beste te wil len wat men kan! en daarom werd besloten een algemene groepsaan- val te wagen op dat slingermolentje. De aanval werd gewaagd en met een prachtig resultaat: Dirk en Wim bemachtigden leder een balkje! Ziezo, nu waren we gered. En we zwierden er lustig op los, hoog ba lancerend in de ijl-blauwe lucht met onder ons de krioelende mens- les, die nu en dan het hoofd moes ten intrekken, wanneer onze Dirk, met z'n lange slungelbenen, voorbij slingerde. Had Marenta me daar moeten zien opzitten, ze zou heel zeker gezegd hebben: Kijk nu daar eens naar die ouwe zot! Na deze kermls-ontspanning gin gen we dan samen op het terras van een lachend fris restaurantje een pintje snappen, want onze mond klokte open van de dorst. Het deed ons goed daar nu een ogenblikje te verpozen onder een wabberend en fris vooravond-briesje. Eindelijk werd de terugreis aan gevat en deze verliep onder heel andere omstandigheden. We had den te kampen met felle, killige wind, die ondertussen was opgesto ken, zodat de grote groep In ver schillende kleine brokstukken werd versplinterd. Wim krulde op z'n fiets van de tandpijn, Jan kreeg een lekke band en om de kroon op het werk te zetten, kregen Dirk en Leo nog een prooes-verbaal van een waanwijze siampetter, die met een even waanwijze burger op de steen weg te paraderen stond. Enfin, met de boete te betalen zouden z'er van af wezen. Dit was in korte trekken de kale terugreis van een grote groep, die, versplinterd en uiteengerukt in duo's en trio's naar de heimat te rug peddelde. Doch deze kleine dé tails hadden hoegenaamd geen domper gezet op het welslagen van deze kennis-uitstap. Allen hebben uiterst tevreden en met een hart vol blije kermistrilling hun nestje te rug opgezocht. Ten andere, er is een spreekwoord dat zegt: Een kermis is een gese ling waarden dat hebben Wim, Dirk en Leo ondervonden, op die terugreis vol wind en tegenslag. En toch blijf Ik zeggen: «Doe het in groep! Het Manneke uit de Maan. %HET WEKKLOTEB HmüWBlt, 6y GEDKOOMZ. Niemand verstaat beter de kin dertaal dan de moeder van dit kind zelf. Wat voor de buiten staanders geheel onbegrijpelijk is, heeft voor moeder geen geheimen want zij kent de betekenis van iedere klank die uit de mond van haar kindje komt De taal van het knd moet een heel groeiproces doormaken. In het eerste levensjaar zal het één lettergrepige woorden gebruiken en meest zal het die éne letter greep herhalen. In plaats van een paardje Jute noemen, klinkt het ln de kindertaal ju-Ju Een hond zal het noemen wau-wau De enkele lettergrepen worden eenvoudig verdubbeld. Maar stilaan groeit daar lets meer uit en reeds worden er an dere woorden gevormd die meer op de gewone spreekwijze begin nen te gelijken. Dat ls precies het ogenblik dat moeder flink moet ingrijpen om misvormingen tegen te gaan. Ook op dit moment moet moeder zelf goed haar eigen taal en spreek wijze in acht nemen. Het kind is immers vaak veel opmerkzamer dan wij het wel eens (zouden vermoeden. Het heeft geen enkele bron om zijn woordenschat aan te vullen tenzij de woorden schat van moeder zelf. Al te dikwijls gebeurt het dat moeder er zich toe leent op speel se wijze de kindertaal na te boot sen omdat zij zich in zekere zin dichter bij haar kind wil voelen. Dat gebeurt instinctmatig en heeft wellicht voor gevolg dat het kindje veel vertrouwelijker met moeder omgaat als het van moeder een taal hoort waar het gemakkelijker bij kan. Daarin ligt nochtans het groot gevaar dat wij het kleintje een goed voorbeeld onttrekken waar aan het nochtans zo'n behoefte heeft Het is juist op dat ogenblik, wanneer het kind zijn eerste woor den en zinnetjes vormt, dat wij aan zijn taal en spreekwijze een goede plooi moeten geven. Boots de fouten van de kindertaal niet werk der Kath. Huwelijken. Talr. gelegenh., strikte geheimh., waarb. verz. - Schr. om inlichtingsdocum Statiestraat 35, LEISELE. (882) ALLE RASSEN s|ɧfir van geselectionneer- jfY de stammen, ingeënt tegen alle plagen. Ter Kwekerij Elverdinge 108. (1113) Tel LIEBIG MILANESE KROKETTEN Laat noedels in warm, gezouten water gaar koken; voeg er een stukje boter of margarine bij op dat ze niet aan de bodem zouden kleven. Zijn ze gaar, giet ze in de zeef, er zorg voor dragend dat het water opgevangen wordt; het kan dienen om de soep aan te lengen. Laat 50 gr. boter of margarine bruin braden, breek er twee eet lepels tarwebloem in. Voeg er bij: 1 lepel Concentraat van Tomaten Liebig, een weinig water en 2 le pels Oxo Bouillon, meng alles zorg vuldig op 't vuur. Laat koken. Zet. de sauspan bezijden 't vuur en voeg er bij: 25 50 gr. geraspte kaas, 2 dooiers van eieren, de noe dels en een weinig vlees: bv. een restje kalfsvlees of hesp ofwel Fray Bentos Corned Beef, Hak -het vlees. Laat goed afkoelen; maak kroketten, wentel ze in licht ge klopt eiwit, daarna in paneermeel. Bak ze In heet vet in de frituur- pot. Dien op met takjes peterselie. na, zelfs niet om ta schertsen. Roei liever tegen stroom op en dring liever aan opdat het kind zijn taal zuivere en spreke zoals het hoort. WIJ hebben het hier niet over de gewesttaai want zij ls altijd de moederspraak van het kind en wij menen niet dat het geraadzaam is mordicus beschaafd Nederlands te leren aan de kleinen dia nog moe ten leren spreken. De leerkrach ten ln het onderwijs zullen de taal van uw kind wel beschaven Leer maar gerust da geweattaal, uw eigen onvervalste taal, aan uw kind, maar leer haar niet aan on der een gebrekkige vorm. De taaiverminking waaraan uw kinderen thans zouden doen, zal hen Immers later duur te staan komen. Wees anderzijds niet te erg ver legen om zwijgzame kinderen. De lulde praters zijn niet altijd de verstandlgsten. Sommigen zijn wat laattijdig met vlot spreken. Dat geeft niet, de traagste sprekers worden misschien nog de verstan digste zwijgers. TANTE KOBA Voor de slanke dames is dit model van Dior zeker het ideaal. Bemerk de onzichtbare sluiting die zeer elegant aandoet. Een eenvoudige mantel van Dior Christian, ontworpen voor het Lenteseizoen. De mouwen zijn drie kwart en men draagt er lange zwarte handschoenen bij. Op te merken is de grote soberheid der garniering Week van 19 tot en met 25 April. PROGRAMMA-OVERZICHT ZONDAG 19 APRIL 10.03: Mooie opera-aria's. 10.30: Concert door de Kon. Katholieke Har monie ran Menen, o.l.v. Emlle Onraet. 11.00: Boekenschouw. 11.30: Zon dagmorgen zonder zorgen. MAANDAG 20 APRIL 12.00 Maandagmiddagmelodie. 12.30 Nieuwe plaatjes. 13.00 Nieuwsberichten, overname Brussel' en eigen mededelingen. 13.15: Tweede symfonie ln D. L. van Beethoven. 13.45: De Franse chansonnière Elyane Cells. DINSDAG 21 APRIL 16.30: Concerto voor hoorn en or kest. Jozef Haydn. 16.45: In ons operettentheater. 17.30: Kinderuur tje. 18.15: Jean Walter zingt. 18.30: Westvlaamse Wetenswaardighe den. 18.40: Uit onze Westvlaamse muziekschat. 19.00: Nieuwsberich ten, overname Brussel en eigen mede delingen. 19.15: Wielersport. WOENSDAG 22 APRIL 19.30 Ons Uefdadlgheidsradlocro- chet. 3» reeks. 20.45: Het orkest Xavler Cugat. 21.00: Dit is West- vlaanderen: «Mensen spreken men sen», gesproken allerlei met verschil lende mensen; De Bekentenis luis terspel door Gaston Durlbreux; «Vraag en Wederwoord vraaggesprek met de letterkundige Gaston Durlbreux. 22.00: Casinoconcert. DONDERDAG 23 APRIL 16.30 Notenkrakersballet, Peter Tchalkowsky. 16.50: Horst Winter en zijn orkest. 17.10: De vrolijke golf. 17.45: Hoborecital door Werner Cuvron, aan het klavier Marlette De- melre. 18.20: Onder de Italiaanse zon, potpourri. 18.30: De kat ten kore... 18.40: Het mooie Vlaamse lied. 19.00: Nieuwsberichten, over name Brussel en eigen mededelingen. 19.15: Voetbalsportpraatje. - Dui vensport. VRIJDAG 24 APRIL 10.03: Lichte Inzet. 10.25: Sonate voor altviool en klavier, Prosper van Eeckhaute. 11.00: Ons radiozieken bezoek. 11.30: Ons refrelntjesalbum. ZATERDAG 25 APRIL 16.30: Ons verzoekplatenprogramma. 17.45: Ons wekelijks operaconcert. 18.30: Marlabalfuur. 19.00: Nieuwsberichten, overname Brussel en eigen mededelingen. 19.15: Met de micro door Westvlaanderen. - De gouwdag van het A.W.T. te Rumbeke. KORTE INHOUD: Joan Mathews, kantoorbediende, die met een vriendin, Elisabeth, een ap partement huurt, ontvangt zekere morgen drie brieven. Een van haar verlooide, die haar verlaat en een van een hcrer aanbidders, Richard Wynn. Ze wordt uit haar dienst ontslagen. Ze vertrekt naar liet landleger, samen met hear vriendin. Ze maakt er ken nis met Kapitein Holiday. Enkele tijd nadien komt Kapitein Fielding, hun vroegere verhuurder, met rust in het ziekenhuis. Joan en Elisabeth worden verheid, respectievelijk op Kapitein Holiday en Kapitein Fielding, doch ze vrezen in de mondaine Muriel Elvey een medeminnares te zien. Beide land meisjes slagen in hun examen, maar mogen op de hoeve blijven. Elisabeth verlooft zich met Kolonel Fielding. Ze worden samen uitgenodigd met Kapi tein Holiday en Joan naar een cock tail. Natuurlijk was hij boos geweest! Het, was waarschijnlijk zijn eerste teleurstelling in Muriel. Misschien nadl hij haar nog nooit eerder op heterdaad betrapt bij flirten en aanstellerij. Het was op een uur afstand te zien geweest, dat Mu riels «babbeltje» met de knappe zeeman niet uitsluitend menslie vende belangstelling was. Ik was er vaster dan ooit van overtuigd, dat zij «het» meisje was, waar hij zijn zinnen op gezet had! 'i Was niet, omdat het Duit sers waren peinsde Price hardop verder. «Zo is de kapitein niet. Maar juffrouw Muriel kan wel ereis wat erg... wat erg liefies doen, als t helemaal nergens voor nodig ls... En misschien had de kapitein ook wel juist verstaan, wat ze daar 't laatst tegen die snuiter zei... waar u óók zo boos om scheen te worden... 't Zijn anders beste jon gens, allemaal. Geen haar kwaad bij En daar had de heer Price gelijk in, althans wat drie van zijn vier Duitse helpers betrof. De vierde... Zoals hij zelf na afloop van het geval hoofdschuddend en verbijs terd zei: Wie had dat nu kunnen den ken? Ik zou 't nooit van die man gedacht hebben; nee, heus niet Maar laat ik geregeld vertellen, wat er gebeurde. XXX" HOOFDSTUK De oogst van 1918. Het was oogsttijd... Oogst! Was dat woord niet als een gouden glimlach, die zich wijd en zijd over het land spreidde, dat we nu al zoveel maanden bewerkt hadden? Heel de streek rondom on ze boerderij was ln drie kleuren ge tint lichtgroen van de kort-ge- maaide hooivelden, donkergroen van de zomerse bossen, geelblond van het rijpe koren. En ik wilde dat ik genoeg talent bezat om een schil derij te maken van boer Price's grootste korenveld, zoals 't er op die gedenkwaardige dag uitzag! Het veld glooide vrij sterk naar een hoge heg van elzen, en in glooi ende rijen stonden de schoven vijf aan vijf. Zo hadden ze gestaan om van elke warme, rijpende zon nestraal nog zoveel mogelijk te pro fiteren. Vie had nu tot taak, die schoven weer plat neer te leggen, zodat ze op de grote oogstvorken gestoken konden worden. Het vo rig jaar had ze ook al bij de oogst geholpen en daarom kreeg ze nu dit secure karweitje op te knappen, dat Price niet aan ons, beginnelingen, durfde toevertrouwen, uit vrees dat te veel van het kostelijk graan ver loren zou kunnen gaan. Z-e knikte me vrolijk toe, toen ik in het veld verscheen, veegde met de mouw van haar kiel langs haar bruin voorhoofd en riepWe schieten al wat lekker op, hoor! O, daar heb je de anderen ook! Nou gaat 't spel beginnen! Tegen de helling van de heuvel verscheen de grote, roodgeschilder de kar met het merkwaardig ge mengde gezelschap, dat zijn beste krachten aan de oogst zou wijden: twee Duitsers de Welse herder Ivor, de Engelse remplagant, twee Landmeisjes en een kleine jongen van veertien jaar, die het paard bij de teugel zou lelden gedurende het laden. Het laden begon een 'werk, dat inspanning eiste. Met de grote vor ken werden de schoven één voor één opgepikt en met een handige zwaai in de kar gedeponeerd. Eli sabeth en ik volgden de wagen op de voet en harkten alle losgeraakte en verloren aren zorgvuldig tussen de stoppels uit. De kleine jongen drilde manmoedig de twee reusach tige, grijze paarden, leidde ze onbe vreesd aan de teugel of bracht ze tot staan met een indrukwekkend: Ho-tomtiYiWfrU liij .werke stuurde Ivor de kar, de remplagant, ordende de sehoven daarin en de twee Duitsers laadden ze op hun lange vorken in. Zo wisselden ze bij elke reis de verschillende werk zaamheden om. Langzaam kroop de hete morgen voorbij. 's Middags na het eten kwam er nog een andere verandering: Ivor en de remplagant gingen naar de schuren en hun plaatsen werden ingenomen door kolonel Fielding en kapitein Holiday, die in flanellen pakken van de portierswoning kwa men aangewandeld. Ze werkten even hard en stoer als de Duitsers en even zwijgzaam. Na de eerste begroeting behoefden noch Elisa beth noch ik op een blik ofj glim lach van haar verloofde en zijn vriend te rekenen. En we verwacht ten dat ook geen ogenblik. We wa ren hier om te werken. Alle parti culiere betrekkingen werden uitge schakeld, zolang onze taak hier duurde. En toch zelfs terwijl mijn ogen gevestigd waren op mijn houten hark en op de stoppels, waaraan ik elke bruikbare aar ontwoekerde, ontging me geen van zijn bewegin gen! Hoe kon Elisabeth toch bewe ren, dat alle mannen zo lelijk waren, uitgenomen dan haar meis jesachtige «Valkenier»? Was ze dan blind voor de gratie van Dick Holiday's slanke en toch manne lijke gestalte, die zo licht en veer krachtig het zware oogst-gereed- schap hanteerde? Dit soort van werk deed Dlck Holiday, die ik bij mezelf steeds zijn voordeligst uitkomen. Terwijl ik schijnbaar voor niets anders oog had dan voor mijn eigen werk, nam ik elk van zijn bewegingen in me op. Met wat 'n prachtig gebaar hief hij telkens de zware schoof aan de houten vork geprikt, hoog boven zijn hoofd, om ze met een forse zwaai in de volgestapelde kar te werpen! Alles aan hem had ik lief, maar het meest van alles zijn in nerlijke eigenschappen, zijn moed, zijn eenvoud, zijn voorliefde voor het simpele, gezonde landleven. Z'n vriendschap met zijn wapenmak ker, die zoveel van hem verschilde, zijn zorg voor de gewonde jongens in zijn hospitaal, zijn verontwaar diging over het geflirt van zijn uit verkorene met de krijgsgevangenen. Och, er was niets in zijn uitlatin gen of gedragingen dat ik niet aan bad en heimelijk toejuichte! Wat een prachtmens was hij... Hij was alles, wat goed en nobel was... En niets van dat alles zou ik het mijne mogen noemen. Maar dat kon niets veranderen aan het onherroepelijk feit dat ik de zijne was even volledig zijn eigendom als de gehoorzame witte collie, die daar in het veld zijn jas lag te bewaken, haar trouwe ogen vol liefde op haar meester gericht. Mijn lot was beslist. Een leven zonder hem betekende voor mij een leven zonder liefde of huwelijk nooit zou ik mij tevreden kunnen stellen met een tweede-rangsgeluk. Maar hijzelf had me gewezen op andere belangen, die het leven. Het land! Ik zou het land trouw blijven, dat me had genezen en een vrouw van me had gemaakt. Het zou al mijn belangstelling behou den, mijn trots en mijn vreugde blijven. Het land zou mijn levens gezel zijn, wanneer Dick (die de mijne had kunnen zijn) met een ander meisje getrouwd was. Deze gedachte sterkte me, en zwijgend zwoegde ik voort, de lan ge, drukke zomermiddag door. Tegen een uur of vier was ik zo dorstig, dat ik even naar het kleine drinkwaterkraantje liep achter de schuur om me wat te verfrissen. Terwijl ik het geschuurde tinnen bekertje, dat altijd op een plankje ernaast stond, aan mijn lippen bracht, zag ik een van de Duitsers, die aan het bergen van de graan voorraad werkten, om de hoek van de schuur kijken. Hij gluurde me in het gezicht; zodra hij merkte dat ik hem in het oog kreeg, trok hij opvallend snel zijn hoofd terug. Het bevreemdde me vluchtig. Maar daar het de bewuste matroos was, met wie Muriel gepraat had, meen - de ik dat hij het misschien niet op mij begrepen had, omdat ik die middag zo plotseling een einde aan hun gesprek had gemaakt met mijn bruuske, verwijtende uitroep aan haar adres, die hij wel niet ver staan had, maar waarvan hij de betekenis toch wellicht uit de klank had bunnen afleiden. Ik dronk mijn bekertje leeg en dacht er verder niet oyer na. lijk met. enig succes een dreunende bas wist te imiteren. Ja, d'r is van alles en nog wat bij, hé? hoorde ik Price tegen zijn vrouw opmerken, toen ze eens naar de oogsters kwamen kijken, op weg naar de schuur. «Wels, Engels, Duits! En allemaal in de beste een dracht! Ze hebben allemaal maar één gedachte: hoe ze die grote oogst het vlugst en veiligst binnen zullen krijgen. En 't komt in orde, daar hoef je niet bang voor te zijn! Als die grote beesten maar niet hun hoef op die peuter z'n voetje zetten,mompelde juffrouw Price bezorgd. Dat is het enige waar ik bang voor ben! Ho-huuut! donderde de dreu mes onder de koppen der geweldige uaarden, Weer bleef de kar stilstaan. Nieu we schoven werden ingeladen en ordelijk opgestapeld. Dan ging het weer verder, terwijl Elisabeth en ik volgden, het vermorste zorgvuldig vergarend. Zo zakten we langzaam de lange rij schoven af, onder de schroeiende Augustus-zon, naar de hoek van het veld, waar de over dekte mijt stond. Hier werkten de twee andere Duitsers; één van hen was de matroos, met wie Muriel zich zo beminnelijk had onderhou den. En toen begon de lege kar weer aan een andere rij. De schooljon gen, die van het oponthoud voor het overladen gebruik had gemaakt om jacht te maken op een veld muis, die uit een der schoven was komen dartelen, keerde haastig BllBLfifiSiS JffiEHKi, Ditmaal be-

HISTORISCHE KRANTEN

Het Wekelijks Nieuws (1946-1990) | 1953 | | pagina 9