en maakte van dit onbekende dorpje het grootste Maria-oord Onze Week-end Reportage verscheen Millioenen bedevaarders trokken sinds die heugelijke dag naar het verre Lourdes tonic*»— Mjsmm «HET WEKELIJKS NIEUWS» Zaterdag 13 Febr. 1954. Blz. 16. uuu n»i~iru* injj»i~iu*iij'iifi>i~n.rv f»»*rn,*itirfr**"rf*i*""l""ft'**"'f'*""''""t" j. IN HET KADER VAN HET MARIAAL JAAR bernadette soubirous Donderdag 25 Maart J -v ->f N." ft LOÜRDES 11 Februari 1858 NZE Lira a De naam Lourdesheeft bij ons volk steeds een diepe weerklank gevonden. Duizen den Vlamingen hebben de verre pelgrimstocht gedaan. Meerdere personen hebben jaren na- een de verre tocht ondernomen, terwijl elk reisbureau, of het wil of niet, een ereplaats in zijn prospectus moet laten aan Lourdes-reizen. Wat bezorgt aan dat Franse dorpje die blijvende toeloop van zoveel mensen? Ziedaar de vraag waarop wij in deze reportage zullen pogen een antwoord te geven. Wij doen het nu omdat wij op 11 Februari de verjaardag van de eerste verschijning, in dit Mariaal Jaar, hebben herdacht. Het is tevens niet van belang ontbloot in een beknopt overzicht de wondere feiten, die indertijd te Lourdes gebeurd zijn, opnieuw te verhalen. Het zou ons immers ook wel eens kun nen gebeuren dat wij de hoofdoorzaak vergeten voor de bijkomstigheden. Wij weten allen dat er jaarlijks zeer veel volk naar Lourdes trekt, hoeveel er echter zijn en hoe deze volkstoeloop zich in de jaren heeft ontwikkeld, weten wij niet zo bepaald. Hier voor zijn wij op zoek gegaan en hebben wij de nodige gegevens verzameld om een overzich telijke statistiek te kunnen geven. Wij hebben dit alles geschreven en opgezocht met een zeer grote liefde en toewijding omdat het ons aller wens is dat in dit Maria-jaar de godsvrucht tot O. L. Vrouw nog leven diger zou mogen te voorschijn komen in het openbaar leven en vooral opdat de inwendige ge steltenissen van de zielen nog meer de invloed van die godsvrucht zouden mogen ondergaan. EEN KORTE LEVENSSCHETS VAN Vooraleer, In détail, een over zicht te geven van de verschijnin gen, vinden wij het best een korte beschrijving te geven van het le ven van het meisje, dat door O. L. Vrouw uitverkoren werd om aan de wereld de bevestiging te bren gen van de uitspraak van de H. Vader, over de Onbevlekte Ont vangenis van de Heilige Maagd. Op 7 Januari 1844 werd Berna dette geboren in het molenhuis Moulin de Bolyuit Frangois Soubirous en Louise Casterot. Op het einde van hetzelfde jaar beslis ten haar ouders het meisje uit te besteden bij mensen in het dorpje Bartrex, op 3 Km. van Lourdes. Spoedig kwamen de ouders echter op hun besluit terug en reeds het volgend jaar vertoefde het kleine meisje terug in de familiekring. Toch zal zij gedurende haar kin derjaren nu en dan een poosje ver blijven bij haar voedster, Maria Aravant. Daar hielp zij 'zorgen voor de kindertjes en ook mocht zij af en toe de schapen hoeden. Het zeer eenvoudige meisje groeide op in alle eer en deugd, maar was op 14-jarige leeftijd nog altijd ongeletterd. Ondertussen was de vader van Bernadette zonder werk gevallen, de watermolen rendeerde niet meer. Er heerste ellende in het huishouden van de Soubirous. Door de bittere nood gedwongen, werd haar vader dagloner. Hij krijgt orujerdak door toedoen van zijn kozijn A. Sajous, in een arm tierig verblijf le Cachot de ge wezen stadsgevangenis. Toen maakte het nederige kind een reeks gebeurtenissen mede, die wij hieronder uitvoerig be schrijven en die op haar verder le ven een blijvende stempel drukten. Op 22-jarige leeftijd trad Ber nadette in het klooster van de Zwarte Zusters te Nevers. Zij was er slechts 13 jaar, want reeds op 35-jarige ouderdom over leed zij aldaar. Zoals het genoeg zaam uit het voorgaande blijkt, was het leven van de uitverkorene van O. L. Vrouw, de verschijnings periode daar gelaten, zo eenvou dig als het maar kan. In 1925 werd Bernadette Soubi rous zalig verklaard. Acht jaar la ter volgde de Heiligverklaring van het nederige Franse meisje. Over heel de gelovige wereld ging het gejuich op van de duizenden en nog eens duizenden, die in hun leven reeds de verre pelgrimstocht naar het Verre Lourdes onder nomen hadden. DE ACHTTIEN VERSCHIJNIN GEN VAN DE ONBEVLEKTE MAAGD EN MOEDER GODS MARIA, TE LOURDES, VAN 11 FEBRUARI TOT 17 JULI 1858 Donderdag 11 Februari. Met drie trekken zij er op uit, Bernadette Soubirous, haar zuster en haar vriendinnetje Jeanne Aba- die, om hout te sprokkelen. Ter wijl de twee anderen spelend en stoeiend vooruit lopen, komt Ber nadette achter hen aan. Voor de Massabiellerots gekomen, wordt haar aandacht getrokken door verschillende krachtige windsto ten. Instinctmatig kijkt zij op naar de lucht om te zien of het misschien slecht weer zal maken, maar wat ziet zij daar? In de nis- vormige holte van de rots staat een wondermooie vrouw, helemaal in het wit met een blauwe gordel. Twee rozen liggen op haar blote voeten. Bernadette zinkt op haar knieën, maakt, naar het voorbeeld van die schone jonge Dame, een kruisteken en begint te bidden. De Dame blijft zo een kwartier zichtbaar voor Bernadette en ver dwijnt dan plots als bij toverslag. Steeds met de blikken op de rots gericht komt Bernadette langzaam recht, maar de verschijning is voor goed weg. Wanneer haar vriendinnetje en haar zuster te rugkeren staat zij daar, nog altijd onder de indruk van het gebeurde, als weg van de wereld. Ten slotte vertelt zij hen wat zij gezien en meegemaakt heeft. Beiden moeten echter ten stelligste beloven het zwijgen te bewaren over hetgeen zij hen verteld heeft. Bij het avondgebed breekt Bernadette uit in een hartverscheurend gesnik, haar zuster ziet zich dan wel ver plicht haar ouders in te lichten. Zondag 14 Februari. Het wonderlijke verhaal van Bernadette wekt velerlei reacties bij diegenen die het te horen krijgen. Sommigen gewagen van een tussenkomst van de duivel, en gezien deze gedachte het meest ingang vindt, raadt men het kind aan de mooie Dame met gewijd water te besprenkelen. In gezelschap van enkele vrien dinnetjes zit Bernadette terug op dezelfde plaats geknield te bid den. Plots verheldert haar ge laat, verschrikt kijken de meisjes haar aan en zij durven zich schier niet meer verroeren wanneer Ber nadette, zoals afgesproken, de nis met wijwater besprenkelt. Meteen zegt Bernadette zachtjes tot haar gezellinnen: De Dame maakt zich niet boos, Zij lacht Het verhaal van deze tweede verschijning doet de ontsteltenis in de onmiddellijke omgeving van Bernadette nog toenemen. Men kan nu niet meer aan een tussen komst van de duivel denken. Goe de raad is duur en de ouders we ten zelf niet wat zij ervan moeten zeggen. Donderdag 18 Februari. Zoals zij het tegenwoordig veel doet, is Bernadette terug voor de grot aan het bidden. Opnieuw ver schijnt haar de mooie Dame. Het schuchtere meisje durft nauwe lijks haar mond openen, en noch tans moet zij aan de verschijning iets vragen. Het is alsof de Dame haar bemoedigend toelacht en stil letjes waagt Bernadette het dan te zeggen: «Mevrouw, indien gij mij iets aan te kondigen hebt, zoudt gij zo goed willen zijn hier op te schrijven: wie gij zijt, en wat gij verlangt». Meteen reikt zij aan de mooie Dame pen, pa pier en inkt. En dan gebeurt het wonderlijke dat de Dame voor het eerst enkele woorden richt tot Bernadette. Met een zangerige stem, vol warmte en goedheid, zegt Zij: «Wat Ik u te zeggen heb hoeft niet per geschrift mede gedeeld te worden. En wat later zegt Zij nog: «Wilt gij mij het genoegen doen te komen geduren de veertien dagen. Nadat Berna dette aan de Dame beloofd heeft te zullen komen, zegt de Verschij ning nog: «Ik verlang dat hier volk kome, en ik beloof u, niet u gelukkig te maken in deze wereld, maar in de andere. Vrijdag 19 Februari. Zoals zij het dus aan de Dame belooft heeft, zit Bernadette 's an derendaags opnieuw aan de grot te bidden. Zo groot was haar verlan gen om de Verschijning terug te zien, dat zij reeds bij het aanbre ken van de dag op de haar ver trouwde plaats zit. De aanwezigen zien hoe Bernadette ruim een half uur als 't ware van de aarde weg is en in een soort van een vergees telijkte toestand verkeert. In het huiswaarts keren vertelt Berna dette dat de Dame opnieuw het woord tot haar heeft gericht. Zij heeft mij bedankt, zegt ze, omdat ik mijn belofte heb gehouden en Zij heeft ook gesproken over me dedelingen die Zij mij later zal verstrekken. Binst de tijd dat Ber nadette in een toestand van op perste verrukking was had het. meisje stemmen gehoord als van een rumoerige menigte en één klonk er boven uit: «Vlucht, vluchtHierop had de Dame met gefronste wenkbrauwen naar de rivier gekeken, waarop de gelui den als vanzelf verdwenen. Zaterdag 20 Februari. De moeder van Bernadette, door al die vreemde verhalen van haar kind in verwarring gebracht, gaat deze keer mee naar de grot. Zodra het kind wederom in een schijn baar verheven toestand aan het bidden is, schreit de moeder in angstige bezorgdheid: «Ik verlies mijn hoofd. Ik ken mijn dochter niet meerNa de verschijning vertelt Bernadette dat de Dame haar een speciaal gebed geleerd heeft, dat Zij haar woord voor woord gespeld heeft, en dat zij zal moeten opzeggen als zij in de toe komst zware beproevingen zal ken nen. Bernadette heeft dit gebed nooit aan iemand bekend ge maakt. Zondag 21 Februari. Ditmaal is een grote menigte toegestroomd, waaronder zich Dr Dozous bevindt. Deze geneesheer van Lourdes, die ook iets van de vele geruchten die de ronde doen heeft gehoord, spreekt van de ge volgen van een zenuwziekte, die men nogal eens bij vrouwen aan treft. Naar de dokter zelf met eigen ogen vaststelt, is er niets dat ook maar op de geringste ze nuwoverspanning wijst bij het, in onaardse sferen levende, meisje. Na enige tijd glimlachend te heb ben gebeden, begint het meisje plots met een droevige blik voor zich uit te kijken en twee tranen ontvallen haar ogen. Wanneer men nadien haar de vraag stelt waar om dit gebeurd is, geeft zij als enige verklaring dat de Dame, na enige tijd in de verte te hebben gekeken, haar zegde: '«Gij zult bidden voor de zondaars. Dinsdag 23 Februari. Na 's Maandags vergeefs op de Verschijning te hebben gewacht, komt Bernadette vandaag met nieuwe moed naar de grot. Ruim twee honderd personen staan bij de grot. Ditmaal is het dhr Estra de, ontvanger der Registratie te Lourdes, die als vertegenwoordi ger van de officiële ongelovige we reld, een kijkje komt nemen. Het is pas zes uur 's morgens. Zodra Bernadette geknield begint te bid den, valt zij terug in zielsverruk king. Het duurt dees maal één uur, en tijdens de terugkeer ver telt Bernadette dat de Dame haar drie geheimen heeft kond gedaan die zij echter aan niemand mag bekend maken. Woensdag 24 Februari. Terwijl Bernadette opnieuw in bovenaardse sferen schijnt te ver toeven, komt er weer een droevige uitdrukking op haar gelaat. Plots draait zij zich om naar de toege stroomde menigte, en herhaalt tot driemaal toe, met snikkende stem: «Boetvaardigheid, boetvaardigheid, boetvaardigheid». Nadien hierover- ondervraagd zegt het meisje dat de mooie Dame het haar gevraagd had dit te doen. Het moet wel een zeer dwingende wenk geweest zijn die de Verschijning haar gaf, want om een eenvoudig schuchter boe renmeisje het woord te doen ne men ten overstaan van een grote menigte, is er meer nodig dan een simpel verzoek. Donderdag 25 Februari. Na amper drie tientjes te heb ben gebeden, doet de Dame haar een vreemdsoortig verzoek waar door Bernadette ste^c in de ver legenheid geraakt. Ga drinken en u wassen aan de fontein. Ga het gras eten dat gij aldaar zult vin den beveelt haar de Dame. Wan neer het in de war gebrachte meis je, enkele stappen in de richting van de Gave heeft gedaan, roept, de Dame haar terug en beduid* haar met een teken van haar hand te kijken links onder de grot. Voor de verbaasde blikken van de me nigte, krabt Bernadette een wei nig aarde weg en onmiddellijk komt slijkachtig water te voor schijn. Wanneer het een weinig helderder wordt, drinkt het meisje er van. Nadien wast zij zich met het water van de nieuwe bron en eet een weinig van het groen dat daar groeit. Het kleine, onogelijke waterstraaltje wordt ondertussen groter en groter en doet een bron ontdekken. Het is de eerste won dere gebeurtenis, die door ieder een kan waargenomen worden. Zaterdag 27 Februari. Het verspreiden van het nieuws van het ontspringen der bron heeft nog meer volk op de been ge bracht. Terwijl Bernadette ander maal de verschijning ziet, kust zij plots de grond. Achteraf om uit leg hierover gevraagd, zegt zij: De Dame heeft het mij geboden om boetvaardigheid te doen, eerst voor mij zelf en ook voor de an deren. Zondag 28 Februari. Dit wordt voor Bernadette een pijnlijke dag. Na weerom de Ver schijning te hebben gezien, vol gen veel toeschouwers van het ge beuren aan de grot, het kind naar de Hoogmis. De Onderzoeksrech ter uit Lourdes, dhr Rives, die reeds lang de zaak der verschij ning achterdochtig volgde, vindt het nu welletjes en na de Hoogmis ondervraagt hij Bernadette lange tijd. Slotsom: Bernadette weigert naar het verbod van de Onder zoeksrechter te luisteren en ver klaart toch naar de grot te zullen weerkeren. Haar enige verrecht vaardiging luidt: «Ik heb beloofd aan de schone Dame er naar toe te gaan. Maandag 1 Maart. Het verbod van de overheid werkt de stijgende belangstelling nog in de hand. Bernadette ge bruikt de rozenkrans van haar vriendin Pauline Sans, die aan het meisje gevraagd had dit te willen doen. De mooie Dame merkt dit echter direkt op en vraagt aan Bernadette dat zij haar eigen ro zenkrans zou bidden. Wanneer het argeloze kind, ten teken dat zij het gedaan heeft, haar rozenkrans omhoog heft,, doen al de' aanwe zigen het haar na. Algemeen wordt aanvaard dat O. L. Vr. hiermede heeft willen wijzen op het nut een eigen rozenkrans te gebruiken. Dinsdag 2 Maart. Het aantal belangstellenden is gestegen tot twee duizend. Dit maal vraagt de Verschijning aan het meisje dat zij een boodschap zou brengen aan de priesters. Op de terugweg vertelt zij dit aan haar tante Basile. Deze besluit mede te gaan met het beangstigde kind. Z. E. H. Peyramale, een voor zichtige maar strenge priester, aanhoort met stijgende verbazing het vreemdsoortig verzoek dat het meisje hem doet in naam van de Verschijning. Bernadette brengt hem woordelijk de vraag die de mooie Dame haar stelde: «Ga aan de priesters zeggen hier een kapel te bouwen en er in processie te komen.De priester vraagt be wijzen, vraagt ook naar de iden titeit van de Dame in kwestie. Ten slotte zegt hij: «Indien zij uit de hemel komt, dat zij een wonder verrichte. Dat de wilde ro zenstruik aan haar voeten bloeie!» Wanneer wij een ogenblik na denken kunnen wij best begrijpen dat het heel logisch is dat O.L.Vr. op dit verzoek niet is ingegaan. Het klonk een beetje als een bevel ook. Totaal ontmoedigd verlaat Bernadette in gezelschap van haar tante Basile de pastorij. Noch de geestelijke, noch de wereldlijke overheid wil haar wonderlijk ver haal geloven. Het. wordt te veel voor het veertienjarige kind. Niet te verwonderen dat zij, thuisgeko men, in snikken uitbarst terwijl moeder Soubirous haar kind met bezorgde blikken gadeslaat. Woensdag 3 Maart De menigte is verdubbeld verge leken bij de vorige dag. In gezel schap van haar moeder en een familielid, André Sajous, komt Bernadette, reeds in het vroege morgenuur naar de grot. Hoe schoon zij ook bidt, de Dame komt niet en teleurgesteld gaat Berna dette terug naar huis. Uit mede lijden met. haar groot verdriet gaat André Sajous rond 9 uur te rug met haar naar de grot. Schier onmiddellijk ziet zij de Verschij ning, die haar volgende verklaring geeft: «Gij hebt mij deze morgen niet gezien, omdat er personen ge komen waren om uw houding in mijn aanwezigheid te zien, die het niet waardig waren. Zij hebben de nacht in de grot doorgebracht en ze onteerd.Opnieuw moest Ber nadette zich wenden tot Z. E. H. Peyramale om de bouw van een nieuwe kapel te vragen. Donderdag 4 Maart. De laatste dag van de veertien is aangebroken. Naar schatting zijn er 7 tot 8.000 personen aan wezig. Terwijl midden een doodse stilte Bernadette neerknielt, ont bloten allen het hoofd. Spoedig is zij terug in verrukking en haar gelaat straalt zowel droefheid als vreugde uit. Wanneer iedereen haar nadien lastig valt, om aan de weet te komen of de Dame nog zal terug komen of niet, zegt Ber nadette met kinderlijke eenvoud: «Zij was gelijk altijd: Zij heeft mij toegelachen en is verdwenen; maar zij heeft geen afscheid van' mij genomenHiermede niet te vreden vraagt men haar nog of zij niet meer naar de grot zal te rugkeren. Hierop antwoordt ze: «Jawel, ik zal er altijd terugke ren; maar ik weet niet of de Da me er nog komen zal Het is de feestdag van Maria's Boodschap. Geen enkele keer in de voorbije week heeft Bernadette de mooie Dame te zien gekregen. Deze morgen is het of zij er naar toe moet, want reeds om vier uur begeeft zij zich op weg naar de grot. Wij laten hier nu het kind zelf aan het woord. De Heilige Bernadette Soubirous, Een zeer schoon zich t op de Massabiele, ook genaamd: <Oude Rotsklomp Van ver zag ik dat de grot verlicht was. De Dame was daar, zoals altijd, vreedzaam, vriende lijk glimlachend. Zij bezag de aan wezigen, gelijk een liefhebbende moeder haar kinderen gadeslaat. Ik wou mij verontschuldigen om dat ik te laat gekomen was, maar Zij deed teken met het hoofd dat zulks niet nodig was. Terwijl ik aan het bidden was dacht ik er aan dat ik wel eens kon vragen wie Zij eigenlijk was. Ik kwam zover mogelijk vooruit en stamel de schuchter weg: wil de goedheid hebben mij te zeggen wie Gij zijt. Alhoewel de Dame, glimlachend, het hoofd boog bleef zij toch zwij gen. Ik herhaalde nog twee maal de vraag en toen kwam eindelijk het antwoord. In het dialect van mijn streek en met een trillende stem, zegde zij: Qué soy éra Im- maculada Concepciou (Ik ben de Onbevlekte Ontvangenis). Hierop verdween de Verschijning. Het past hier er aan te herinne ren dat Paus Pius IX, op 8 De cember 1854, te Rome Maria's Onbevlekte Ontvangenisals ge loofspunt had uitgeroepen. De da tum heeft ook een betekenis, want 25 Maart is het feest van O. L. Vr. Boodschap. Woensdag 7 April. (Paasweek) Deze maal zit Bernadettê ge knield voor de grot te bidden met in de ene hand een brandende waskaars en in de andere een pa ternoster. Zodra O. L. Vrouw haar verschijnt, valt het meisje in een verrukkelijk gebed. Hierbij laat zij haar vingers op de kaars, dus in de vlam, rusten. Geneesheer Dozous, die samen met een grote menigte aanwezig is bij deze ge beurtenis, kijkt onmiddellijk op zijn uurwerk en zo wordt vastge steld dat Bernadette ongeveer een kwartier met haar vingers in de dansende vlammen van de kaars rust. Zodra men ziet dat Berna- dette's toestand terug normaal is, neemt men haar hand. Er is ech ter niets buitengewoons aan te be speuren. Dr Dozous wil de proef op de som. Hij neemt haar hand en brengt die in aanraking met het vuur. Onmiddellijk schreeuwt het meisje het uit van de pijn. Vrijdag 16 Juli. Laatste verschijning) Bernadette zit in de kerk te bid den. Het is reeds tamelijk laat in de avond. Opeens hoort zij stem men die haar aanmanen naar de grot te gaan. Zij doet het en zie, de H. Maagd verschijnt haar weer. Met een zalige glimlach over- schouwt O. L. Vrouw nogmaals het mooie landschap dat langzaam in de schemering wegzinkt. Samen met de invallende duisternis trekt een donkere waas voor de lichtge vende grot. Eenzaam staat Ber nadette in de donkere avond voor de Massabielle-rots. Voor de laat ste maal op deze wereld heeft zij het grote voorrecht genoten, O. L. Vrouw in hoogsteigen persoon te mogen aanschouwen. HOE UIT EEN OPSOMMING VAN DROGE CIJFERS EEN GLANSRIJK SUCCES TE VOORSCHIJN -WORDT GETOVERD Indrukwekkende statistieken. In het verleden. Het is onmogelijk bij benadering te bepalen hoeveel bedevaarders reeds de verre pelgrimstocht on dernamen. Wel worden er omzeg gens elk jaar statistieken uitgege ven van het aantal overnachtin gen te Lourdes en kunnen wij zo toch een gedacht krijgen van de grootte van de massa, die elk jaar op bedetocht gaat naar het geze gend Maria-oord Het spreekt vanzelf dat door de voortdurende vooruitgang van het verkeerswezen, van langs om meer mensen in de gelegenheid werden gesteld om de verre tocht te on dernemen. Waar voor 1914 reeds aanzienlijke groepen bedevaarders geteld werden, begon de verplaat sing van de grote massa's pas voor goed na het einde van de eerste wereldbrand. In het jaar 1923 noteerde men plus minus 940.000 pelgrims en 14.000 zieken. In het jaar 1929 schatte men 1.200.000 bedevaarders en ongeveer 16.000 zieken. Van dit laatste jaar beschikken wij ook over meer gedetailleerde gegevens, waaruit wij de bonte verscheidenheid in de nationalitei ten van de pelgrims kunnen op maken. Geordende bedevaarten Bedevaarders Zieken uit Frankrijk België Spanje Italië Engeland Zwitserland Nederland Duitsland Ierland 170.032 22.061 10.495 10.230 6.947 4.337 3.981 3 213 2.763 9.958 In totaal uit deze landen: 3.730 De verscheidenheid wordt ook zeer goed aangetoond met een op somming te geven van de vele Kerkelijke Hoogwaardigheidsbe kleders die in dat jaar alleen naar Lourdes kwamen: Vijf kardinalen; 26 aartsbis schoppen; 100 bisschoppen. Op onze dagen. De tweede wereldoorlog bracht opnieuw een stilstandsperiode met zich mede. Na het beëindigen van de vijandelijkheden, zodra de ver bindingswegen enigszins heringe richt waren, stroomden weer dui zenden en nog eens duizenden ge lovigen naar het genade-oord van Zuid-Frankrijk. In 1949 noteerde men 1.600.000 bedevaarders en 20.253 zieken. Am per vier jaar na het stopzetten van de grootste vernietigingsoorlog al- De Basiliek van O. L. Vrouw te Lourdes. Ier tijden, bereikte men terug re cordcijfers te Lourdes. Een nieuw verkeersmiddel, dat nog steeds be langrijker wordt, de auto, stelt thans ook veel mensen in de gele genheid, bij een of andere reis met toeristische inslag, een bezoek aan Lourdes te brengen. Wij laten hieronder een verge lijkende tabel volgen over de be devaardersbeweging in de loop van de laatste drie jaren. Het jaar 1952 was tot hiertoe het hoogtepunt. Dit vindt zijn oorzaak in het feit dat in het jaar 1952 verschillende jeugdbewegingen massale bede vaarten inzetten, o.a. de Belgische Kajotters en Kajotsters met 20.000, benevens tal van andere Franse jeugdbewegingen. Pelgrims aangek. 1951 1952 195S per trein, autocar, auto of vliegtuig 1.832.000 2.800.000 2.500.000 Hospitaal- treinen 416 515 429 met aantal zieken 24.224 28.285 26.325 Uit deze cijfers blijkt genoeg zaam dat, nu meer dan ooit, de gelovigen er behoefte aan hebben bij de H. Maagd toevlucht te zoe ken in al hun noden. Niet te ver wonderen dat Lourdes, in de druk ste maanden van het jaar een der voornaamste brandpunten van het godsdienstig leven in ons wereld deel blijft. Ónder de leiding van de hoogste kerkelijke waardigheidsbekleders hebben week aan week grote plechtigheden plaats. Niet zelden komt het voor dat tienduizenden gelovigen van hetzelfde land op een dag samen gecentraliseerd worden op de Esplanade voor de basiliek. Voor de enen betekent het dan de afscheidsplechtigheid en voor de anderen de triomfan telijke intocht. Lourdes beschikt wel over 400 hotels, die plaats bie den voor 27.000 personen, maar dit neemt niet weg dat er nog dagen zijn in het jaar dat men met. de geweldige mensenvloed bijna geen blijf weet. Twee hospitalen herbergen de zieken, die met duizenden naar Lourdes worden gebracht. Het is juist de aanblik van al die mense lijke ellende die de pelgrims het langst bijblijft. Nergens ziet men zoveel menselijke miserie samen gebracht. Het hospitaal Asile de Notre Dame de Lourdes beschikt over 700 bedden en het Höpital de Notre Dames des Sept Dou- leurs over 600. Het is eens gebeurd dat op een en dezelfde dag 1150 vertrekkende of aankomende zieken vervoerd werden tussen de hospitalen en het station. Onze Vlaamse Bedevaarders Niet zonder reden wordt ons volk nog steeds als een van de godsdienstigste volkeren van de wereld beschouwd. Het kan dus geen verwondering baren dat de Vlaamse bedevaarders steeds in grote getalle naar Lourdes trek ken. Tijdens de na-oorlogse jaren zijn wij definitief op het voorplan komen te staan door de indruk wekkende tochten van onze mach tige Katholieke Actie-organisaties. Vooral de jeugdbewegingen waren zeer actief, citeren wij slechts de bedevaarten van de Arbeiders jeugd en deze van de studenten. De schoonste getuigenis van de bezieling, die uitstraalt van onze Vlaamse jeugd op bedevaart, werd gegeven door de beroemde hoog leraar aan de Universiteit te Bor deaux, Dr Frangois Leuret: Ik had alle hoop op de opstan ding van het Westen verloren. Nu ik die jongens hier zag bidden, marcheren en de frisse klank van hun liederen beluisterde is er in mij een nieuwe moed geboren. God zij dank, de Kerk heeft nog een vitale jeugd DE GROOTSTE AANTREKKINGSKRACHT VAN VERRE LOURDES Erkende en Niet-erkende wonderen. Diegenen die het geluk hebben gehad aanwezig te zijn bij de ge nezing van een zieke, moeten te Lourdes onvergetelijke ogenblik ken beleefd hebben. Het is en blijft de grote aantrekkingskracht van Lourdes uitmaken dat men nog steeds regelmatig berichten over wonderen te horen of te lezen krijgt. Moest men op de geruchten alleen voortgaan, dan zou men tot de vaststelling komen dat de mi rakels te Lourdes aan de lopende band gebeuren. Men schat het aantal niet-erken de genezingen op meer dan dui zend. In 1883 werd echter het Bureau médical de Lourdesgesticht. Sindsdien werden reeds 42 gene zingen, telkens door een bisschop, erkend. In vier gevallen waren het Bel gische bisschoppen die de uit spraak deden. De best bekende uit spraak is die van Mgr Waefelaert, bisschop van Brugge, in het geval van Pieter De Rudder. Voor de oprichting van hoger- vermeld bureau werden er reeds 7 gevallen als ernstig erkend door de kerkelijke overheid. Dit maakt in totaal 49 erkende wonderen. Slotwoord. Tijdens dit Mariaal Jaar zullen weerom duizenden naar Zuid- Frankrijk trekken om de Heilige Maagd te vereren. Het genade oord zal meer dan ooit in het brandpunt van de belangstelling staan. Mocht de Lieve Vrouwe al len, die de verre tocht onderne men, zegenen. Mochten ook onze Vlaamse be devaarders hun gevestigde faam alle eer aandoen. Tijdens de uit stapjes in de zeer schilderachtige omgeving hebben onze mensen, wanneer zij de top van een berg bereikt hadden, vaak ten teken van triomf een Vlaamse strijdzang laten weergalmen. Wij hopen dat het ook dit jaar dikwijls het geval zal zijn. Maar wij wensen nog meer dat, traditiegetrouw, de Vla mingen te Lourdes opnieuw mogen doorgaan als de bedevaarders bij uitstek, ambassadeurs van een diep godsdienstig volk. De H. Bernadette in haar rijve te Nevers,

HISTORISCHE KRANTEN

Het Wekelijks Nieuws (1946-1990) | 1954 | | pagina 16