VAN IJPEREN EN HET ARRONDISSEMENT. Politiek, Nieuws-, Handels- en Annoncenblad. ■m Eerste Jaar. Zaterdag 16n Januari 1886. Numwr 3. Abonnementsprijs voorop betaalbaar: 4 fr. per jaar voor de stad. 4 fr. 50 voor den buiten. Per 6 maanden: 2 fr. 50. Annoncen: 15 cent. per drukregel. Rechter lijke eerherstellingen: 1 fr. per regel. Akkoord per jaar of per maand. 10 centiemen per nummer.Afzonderlijke nummers vou.r artikels, enz. 8 fr. per 100. Alle berichten van verkoopingen of andere bekendmakingen ten bureele dezer gedrukt worden e.gratis ingelijfd. De annoneen voor België, ter uitzondering der beide Vlaanderen, alsmede die voor het buitenland worden ontvangen door den Office de Publicity, Magdalenastraat, Brussel. Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij en onderteekend toe te zenden. Artikelen ongeteekend of personnaliteiten bevattende worden niet opgenomen. Vaderlandsche voorspoed! Wij lezen in de Nation De ellende is overal verschrikkelijk groot. In de grootste steden van Vlaanderen zijn de werklieden zonder werk en bij ge volg zonder brood. Te Gent loopen meer dan vijf duizend mannen langs de straten en vragen werk en voedsel, soms voor een zeer talrijk huisgezin. Te Brugge, de stad der kloosters en godsdienstige vereenigingen vermeerdert het getal der behoeftigen, die op de registers van het weldadigheidsbureel ingeschreven zijn, in onrustwekkende even redigheden; tegenwoordig beloopt het tot meer dan twaalf duizend, dus meer dan het vierde der bevolking 1 De Borinage, het Luiksche, de omstre ken van Charleroi, zij ook zijn wreedelijk beproefd. In een woord, de zwaarste ellende heerscht in al onze nijverheids middenpun ten. in Brussel en voorsteden zelfs zijn er meer dan tien duizend werklieden zonder bezigheid; te St.-Jans-Molenbeek alleen zijn er niet min dan zeven duizend, zooals een onzer confraters het eergisteren zegde Wij lezen in den Peaple Eene afgrijselijke armoede heerscht in de Borinage. Men werkt maar drie of vier dagen meer in de koolmijnen en in vele putten is het verboden van meer dan 2 fr. 50 per dag te winnen. Te Frameries loopt het gerucht dat de sluiting der koolmijnen van de Agrappe besloten is. Zoo dat waar en uitgevoerd is, men moet zich aan onlusten verwachten, want de ontevredenheid is algemeen. De koolmijnen van de Agrappe bezigen meer dan twee duizend werklieden. Waar zullen dezen werk vinden? Waar en hoe zullen zij brood hebben? Dat men overwege, vooraleer tot het uiterste te gaan. P. S. Op het oogenblik dat wij ter pers leggen ontvangen wij eene tijding, die ons zegt dat men in twee putten der Agrappe niet meer werkt en dat men bezig is er de paarden uit op te halen. Het Organe de Mons zegt dat men drie honderd werkers uit de koolmijnen van Noirchain komt weg te zenden. Het Staatsblad van Maandag. Het. is nog aan de godsdienstzaken dat het officieel blad van dezen morgend gewijd is. Voorop staat een koninklijk besluit, dat de kerkfabriek van Lebbeke machtigt eene erf- gifte te aanvaarden. De juffer Justine P...., rentenierster te Lebbeke, heeft volgenderwijs beschikt: Het bureel der kerkmeesters van Lebbeke, geoordeeld hebbende dat 4 franks eene be lachelijke vergelding is voor eene gezongene mis, stelt het koninklijk besluit den prijs ervan op 6 franks. Doch daar er enkel 400 franks voor beschikt zijn, zal men er enkel zes-en-zestig zingen, men had er eene zeven-en-zestigste kunnen doen voor de 4 overblijvende franks, maar dat ware te veel mildheid. De heeren kerkmeesters ontnemen dus aan de ziel van jufvr. Justine P. de verdienste van vier-en-dertig missen. Het koninklijk besluit staat voor het jaar- getijde.onder nr 7 vermeld, eene jaar lij ksche rente van 31 franks en voor het nr 8, eene van 19 franks toe. De Onze Vrouwe missen kosten duur. Een koninklijk besluit keurt de begrooting goed der kerkfabriek van Sart-lez-Walhain, te Walhain-St-Paul-Sart-lez-Walhain. Keurt goed - is hier eene verzachtende uitdrukking, zooals men weet. Dat beteekent dat het koninklijk besluit eene beslissing der bestendige deputatie van Brabant vernietigt ",die orde in de fabriek- rekeningen van Walhain, enz, gesteld had. Een koninklijk besluit machtigt het opbou wen eener kerk te (Darion) Luik. Een koninklijk besluit schenkt eene toe lage van 300 franks aan een noodlijdende geestelijke. Godsdienstvervolging. Onlangs kwameh in den Moniteur èen aantal besluiten voor, waarbij aan verschei dene kerkfabrieken subsidiën werden ver leend tot. beloop van 83 duizend 384 franks 62 centiemen. Dat was het kerstgeschenk van onze meesters aan de geestelijkheid. Nu volgt de nieuwjaarsgift. Dinsdag, 5" dezer, meldde de Moniteur dat er toelagen worden verleend aan de geestelijkheid der provincie Antwerpen, fr. 37,064-75 Brabant, 21,324-30 West-Vlaanderen, 23,251-24 Oóst-Vlaanderen, 11,202-50 Luik, 15,650-00 Limburg, 29,246-78 Luxemburg, 13,790-33 Namen, 12,362-18 Te zamen honderd drij-en- zestig duizend acht honderd twee-en-negentig franks acht centiemen, fr. 163,892-08 Dit maakt met de eerste subsidie, fr. 83,374-62 Te zamen twee honderd zeven-en-veertigduizend twee honderd zes-en-zestig franks 70 centiemen, fr. 247,266-70 Begrijpt gij nu, lezers, waarom het gou vernement de toelagen aan de scholen ver mindert, de onderwijzers doet uithongeren en eene belasting op brood en vleesch wil doen leggen Het moet toch op de eene of andere wijze geld slaan om den gouddorst der geestelijk heid te bevredigen. De gevloekte wet te Binche. De kleine stad Binche, die ongeveer 10000 inwoners feit, is onlangs het slachtoffer ge weest van een nieuwen aanslag tegen het volksonderwijs. Binche bezit sinds verscheidene jaren eene gemeente-bewaarschool door meer dan drie honderd leerlingen bezocht. Het onderwijs is er gegeven, volgens de Froebelmethode door zes gediplomeerde onderwijzeressen. In een zijner laatste nummers haalde het Journal Froebel de kindertuin van Binche als een model aan, zoodanig wel was die instelling ingericht en behendig bestuurd. De klerikalen, die, sedert de maand Octo ber 1884, dank der toomeloosste bedriege rijen, de meerderheid in den gemeenteraad bekwamen, schijnen gezworen te hebben het openbaar onderwijs te Binche gansch en ge heel te vernietigen. In de gemeentescholen reeds hebben zij vier onderwijzers op acht afgesteld, en die scholen volledig verwoest met aan haar hoofd een politieken overlooper zonder diplo ma te plaatsen. Dat onrechtvaardig besluit dat iedereen verrast en verontwaardigd heeft, is van nog drie andere gevolgd geweest door welke aangenomen werden 1° De broertjes school, door eenen broer Edouard in 1881 opgeluisterd, voor wien een rechtbank zoo barbaarsch wreed was van hem tot tien jaren dwangarbeid te ver- oordeelen 2° Het klooster van 't Heilig Hart, waar eene enkele onderwijzeres op zes gediplo meerd is 3° De S'e Philomena bewaarschool, waar drie fransche nonnen de gebeden aan de kin deren leeren Niet de kleinste berparing is op dat budget te vinden- Het zullen voortaan de zusters zijn, die de jaarwedden trekken zul len, ziedaar, de eenige verandering. Al de onderwijzers en al de onderwijzeres sen der gemeentescholen krijgen eene nieuwe vermindering van jaarwedde. Onnoodig te zeggen dat zulk besluit van Binche's gemeenteraad door de hoogere over heid zal goedgekeurd worden. De heer Thonissen zal eenen nieuwen tranenvloed storten, maar hij zal het vernietigingsbesluit teekenen. Ook heerscht er eene algemeene veront waardiging te Binche en de klerikalen zullen het wel gewaar worden in de naaste kie zingen. Klerikale verdraagzaamheid en liefde. Op den Gentschen grooten Schouwburg werd een liefdadigheidsfeest gegeven,waarop M. Reymond de Kerkhove, Gouverneur van Oost-Vlaanderen, verscheidene plaatsen op voorhand had laten behouden. In eens zendt hij zijne kaarten weêr, daar hij vernomen had, dat men gedurende het feest eene omha ling zou doen voor het Werk der Familie- moederseen liberale kring, welke voor doel heeft arme kinderen te kleeden en te verzorgen Hij wilde den schijn niet hebben daarin mede te doen. Ziedaar de onverdraagzaam heid des gouverneurs, langs den eenen kant, en zijne onbeleefdheid jegens de damen van dien kring, langs den anderen. Want deze damen beh'ooren tot de achtbaarste familiën van Gent, en iedereen, uitgenomen Reymond de Kerkhove, brengt hulde aan den ijver en en edelmoedigheid, waarmede zij hun Werk uitvoeren. wet op het de Chroni- zeven hon- belastingen n er 42 ge- bestendige evenwicht Onder titel: De gevolgen der lager onderwijslezen wij in que Niet alleen waren tot nu toe derd gemeenten verplicht hare te verhoogen, maar daarbij zij meenten uit Brabant, die aan de Deputatie eene begrooting zonder komen te zenden. Die gemeenten hebben te vergeefs ge zocht om nieuwe lasten te leggen; zij vonden dat het eene onmogelijke zaak was, daar de lastenbetaalders reeds veel te zwaar be last waren. Het is in zulk geval dat de Deputatie van ambtswege verplicht is het evenwicht te herstellen, het zij met gelde lijke hulp te scheppen, het zij'met de uit gaven te doen verdwijnen, die door de wet niet verplichtend zijn. De Chronique des travaux publics maakt dezen ergen toestand der gemeenten bekend en kondigt af dat de Deputatie, die niet wil verantwoorden voor een liatelijken maatregel, besloten heeft alles aan den heer minister van openbaar onderwijs, oorzaak van al dat kwaad, te beteekenen en hem te verzoeken zulk middel te bevelen, dat hij gevoegelijk vinden zou. Zal dat nu de oogen der lastenbetaal ders en der kiezers openen? Zij zullen minstens nu weten van waar alle kwaad voortkomt, en wie er de bron van is. De naam Thonissen zal onder alle man nen gezegend zijn Amen Onze Taalrechten. Meer en meer wint de Vlaamsche zaak, en springt het nut en de noodzakelijkheid van haar bestaan in het oog. Immers art. 23 onzer Grondwet luidt: Het gebruik der in België gesproken talen is vrij; het kan maar door de wet geregeld worden en en- kei voor de akten der openbare overheid en voor de rechterlijke zaken. Voor ons schijnt het heel eenvoudig, maar voor wie den geest onzer hoofdmannen in 1830, en sedert gekend heeft, moet het al duidelijk voorkomen, dat dit artikel voor ons volk langen tijd eene doode letter bleef. Want de verbastering duurde reeds jaren. Onder het Huis van Burgondië begonnen, werd ze voortgezet door Keizer Karei, doorgedreven gedurende het oostenrijksch tijdvak en ver- wezentlijkt onder het fransch regiem door Napoleon I. Wel bracht in 1815 de Neder- landsche regeering eene kleine verpoozing, maar na 1830 werd alles weer verbroken. Zoo gedurende 4 eeuwen ons volk en zijne taal kwijnden, maar toch bleven voort be staan, moeten wij het toeschrijven aan de taaie werkzaamheid, den kloeken aard en de moedige wilskracht der Vlamingen. Indien zij sedert eenige jaren ontwaakten uit dien langen slaap is het grootendeels Leopold I te danken. Nu is de beweging ontstaan, en nie mand, tenzij kleingeestigen of onnoozelaars, zullen .het wagen haren gang te stuiten. De wetgeving heeft reeds in drie wetten de rech ten van ons volk erkend, en aan zijne billij ke eischen toegegeven. Het laatste woord is daarover nog niet gezegd, maar om een ge dacht te geven over de drie taalwetten, wil len wij hier bereidwillig eenige uittreksels laten volgen. Dat kan iedereen te pas komen om er desnoods gebruik van te maken. De drie Taalwetten. A. In Strafzaken. (Wet van 17 Augustus 1873). Te rekenen van de eerste verschijning van den verdachte voor den rechter, moeten rechtspleging en rechtspraak in het Neder- landsch geschieden (ten ware de verdachte het gebruik der Fransche taal vroeg): Voor de onderzoekrecliterspolitie- en boetstraffelijke (correctioneele) rechtbanken der provinciën Antwerpen, Limburg, Oost en West-Vlaanderen en van het arrondisse ment Leuven; Voor de hoven van assisen der vier boven gemelde provinciën Voor het hof van beroep van Gent. Dezelfde regel geldt voor de politie- en boetstraffelijke rechtbanken van het arron dissement Brussel, wanneer de Verdachte maar enkel de Nederlandsche taal kent. Wanneer de rechtspleging in het Neder landsen geschiedt, moet het Openbaar Minis terie zich in zijne vorderingen van die taal bedienen, ten ware de advocaat van den verdachte, met dezes toestemming, de Fran sche taal gebruikte. Dus mag, in onze Vlaamsche gewesten, in den regel niemand, tegen zijnen wil, in het Fransch vervolgd, beschuldigd of gevonnisd worden. B. In Bestuurzaken. (Wet van 22 Mei 1878). In de provinciën Antwerpen, Limburg, Oost- eu 'West-Vlaanderen en in het arron dissement Leuven moeten alle berichten en mededelingen, door Staatsambtenaren tot het publiek gericht, in het Nederlandsch op gesteld zijn, met of zonder Fransche vertr ling, en moeten die ambtenaars met gemer l - ten of bijzondere personen in het Ne® j landsch brief wisselen, ten ware de belr 1 hebbende, uitdrukkelijk of door eigen gol/P, der Fransche taal, het anders verklaard/' verlangen. HET WEEKBLAD 4° Ik wil dat men honderd gezondene missen doe, van 4 franks ieder, in de Onze Vrouw kerk te Lebbeke,en honderd solemneele missen van! franks ieder, ook in gezegde kerk, voor de rust mijner ziel, waarvan dertig op het autaar der heilige Maagd. 7° Ik wil dat na mijnen dood, gedurende tien achtereenvolgende jaren, in onze kerk en zooveel mogelijk op den verjaardag van mijn afsterven, voor de rust mijner ziel, een jaargetijde van eerste klas, met Onze Vrouwe mis, plaats hebbe. 8° Ik wil nog dat, te beginnen met hot jaar van mijnen dood,eeuwigdurend en jaarlijks een gewoon jaargetijde, met Onze Vrouwe mis, ter gedachtenis der famielje Pin onze dierbare kerk van Leb beke gedaan worde. GEBRUIK IJER NEDERIANDSCHE TAAL.

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1886 | | pagina 1