te bezoldigen en dit ten profijte van den Siaat. Dat is 2 millioen en half, die door de belastingschuldigden in de kas dersmoorrijke kloosters moeten gestort worden binst deze ongelukkige tijden van algemeene handels- en nijverlieidsverkwijning. Zij hebben eene leger-reserve gestemd, die regelrecht strijdt tegen het grondbeginsel door onze grondwet gewaarborgd A lie Belgen zijn gelijk voor de wet - en die de schreeuwende onrechtvaardigheid, welke het stelsel der soldatenloting met zich sleept, nog veel verergert. Zij hebben de pastoors, de kapelanen, de kloosters en kerkfabrieken met volle handen laten putten in de openbare schatkist, zoo danig dat die zwarte roofvogels haai' heel en gansch ledig gescharreld hebben, dat er geen enkelen duit meer voor openbare werken van dringende noodzakelijkheid, overblijft, en dat men aan de tallooze schaar arbeidlooze werklieden geen uurken werk kan ver schaffen. Zij hebben al het mogelijke in het werk gesteld om de rechtbanken te beletten hun nen plicht te kwijten en zij hebben aan de kristelijke burgemeesters toegelaten den hun nen te verzuimen, ten minste in hetgeen de wet op de kerkhoven betreftzij hebben de lijken der vrijdenkers in den pishoek laten rotten en de gemeenteoverheden, die ze daar godvruchtiglijk deden begraven inge volge de kerkelijke wetten, kwijtschelding hunner veroordeeling geschonken. Zij hebben om kies- en andere doelen hunne vrienden allen genade geschonken, die met de tribunalen, om gelijk welke redenen, af te rekenen gehad hadden en zoo het gezag der rechterlijke macht veel en ernstig ge krenkt. Zij hebben een ministerie van landbouw tot stand gebracht om hunne onmacht in het redden of ophelpen van den boerenstiel er achter te kunnen schuil houden. Zij hebben de belastingen, die, volgens hen, nutteloos en volkomen nutteloos en onwettig waren en waartegen zij zoo gewel dig geschreeuwd hebben, behouden en nog verhoogd. Zij hebben gemengde, bijzondere, groote of kleine commissie's benoemd, telkenmale dat zij zich voor eene ernstige moeilijkheid of voor eene te dragen verantwoordelijkheid bevonden, waaruit altijd volgde dat de com missie's gestadig beraadslagen en dat zij de armen werkeloos op de borst mogen kruisen. Zij hebben in alle besturen enkel en alleen klerikalen benoemd. Deze en nog duizend andere even onge hoorde daden hebben onze meesters, gedu rende de twee jaren dat zij in de ministeries zetelen, begaan. Is het dan te verwonderen dat hunne actiën zoo zeer gedaald zijn en dat het land zoo moede is geworden van hun hatelijk bestuur? Wanneer zulke bekrompen partijgeest de drijfveer is van alle besluiten en maatregelen, die van het staatsbestuur uitgaan, dan kan het niet anders of het land moet op den boord van eenen afgrond ge bracht worden. De minste omstandigheden zijn dan voldoende om de openbare rust, orde en veiligheid in den kolk der volksopstanden en muiterijen te doen verzwolgen worden, om het rustigste en vredelievendste land der wereld aan de omwentelingszucht ten prooi te leveren en om alles het onderste boven te keeren. En wie zou loochenen durven dat de kle rikalen in twee jaren ons voorspoedig lande- ken tot dat uiterste gebracht hebben en dat door hunnen bekrompen partijgeesten hunne onbekwaamheid in bestuurzaken. Arm Belgie! De verantwoordelijkheid van 'i Fïtinisierie in de onlusten. Vooraleer ons eigenlijk artikel aan te van gen, wenschenwij deze opmerking te maken: In eene schets, over anderhalve maand in ons blad verschenen, zegden wij dat het Nieuwsblad eenmaal per maand vlaamsch- gezind was, niet met artikels uit eigene pen gevloeid, maar met ontleende artikels uit het Fondsenblad van Gent. Verleden Zater dag verwijt het Nieuwsblad ons een artikel uit een ander vlaamsch blad, dat wij noem den, overgenomen te hebben. Daar is zekerlijk geen kwaad in gelegen, wanneer men aan den keizer geeft wat den keizer toekomt; maar het is geheel anders als men handelt gelijk het Nieuwsblad, dat in zijn eigenste Nr van verledene week een artikel uit den Vooruit van Gent overneemt, zonder het blad te noemen, waaruit het die halve kolom geknipt heeft!! Heeft men dan het recht anderen den steen te werpen? Daarbij, om te bewijzen dat het Nieuws blad nog ver is van in deze kwestie niemand noodig te hebben, zullen wij zeggen dat het dikwijls van andere gazetten gebruik maakt, om zijne kolommen te vullen, zooals: Gazet- te van ThieltGazette des campagnes (Luik), Fondsenblad (Gent), Gazette van KortrijkDe Vrijheid (Antwerpen), De Brusselaar, Gazette van Ecloo, De Vla ming (1! aan 5 SAN-tiemen). Ziet ge wel, Nieuwsbladje, dat het beter geweest ware over die zaak te zwijgen, want gij zijt zelf nog al redelijk besnot! Doch wij rekenen u dat niet ten kwade, ons herinne rende dat La Fontaine eenmaal zegde: On a SOUVENT besoin d'un plus petit que soi. Ten tijde der onlusten in 't Walenland schreven wij een oorspronkelijk artikel, waarin wij trachtten te bewijzen dat, indien de werkstaking in het Luiksche onvoorzien was, toch dé muiterijen, in het Henegauw- sche, konden voorzien en ontweken worden. En in den Brugschen Beiaard een artikel gevonden hebbende, dat nog met onze ziens wijze overeenstemde, aarzelden wij niet het over te nemen, om onze lezers te laten zien dat wij alleen van dat gedacht niet waren. Het Nieuwsblad heeft dezen keer geen drie weken gewacht om te antwoorden, maar wel twee volle maanden: vijgen na Paschen in den echtsten zin des woords. Op 3" April schreven wij dus - Sedert 1830, heeft ons land nog geen woeliger en ongelukkiger tijdstip doorleefd -als heden ten dage. Van het begin af en gedurende de huidige klerikale regeering, is het alsof het volk in eene aanhoudende - gisting verkeerde, die maar een voorwend- - sel zoekt om in muiterij over te slaan. En - nochtans, welke schoone beloften, voor de algemeene kiezingen van 1884, deden ons de klerikalen niet? De schoolstrijd zou op- houden en eene nieuwe wet zou vrede en - eendracht onder het volk brengen! Een algemeene welstand zou voortvloeien uit het wijs beleid eener katholieke regeering! De lasten gingen afgeschaft en verminderd - worden, daar ze toch door de rechterzijde nutteloos beschouwd wierden! - Bittere spot! Deze schoone beloften fop- - ten een aantal kiezers, die in een oogen- - blik van slecht gemutstheid ons land, ge- bonden, den klerikalen overleverden. - Wat hebben wij sedert 1884 gewonnen? Niets? geen enkele regeering en de te- genwoordige duurt nog maar twee jaren heeft zooveel opstanden en muiterij binst haar bestaan kunnen tellen. In Brussel ver- - keert het volk, evenals te Antwerpen, in eene gedurige gisting en opgewondendheid, - en hoeveel onlusten hebben sedert eenigen - tijd niet geteld te Cent, te Aalst, te Ronse, te Flipsstad, te S' Niklaas en elders? Thans in ons land aan eenen ongelooflijken schrik ten prooi, ten gevolge der werkstakingen - in het Luiksche en Henegouwsche, werk- stakingen die ongelukkiglijk door buiten- - sporigheden, brandstichting, moord en - plundering gevolgd worden. Zoover is het dus gekomen, dat eene - klerikale regeering, voortspruitende uit de - domheid van een zeker getal kiezers en uit den invloed eener medeplichtige gees- telijkheid, het vertrouwen des lands niet - bezit; dat het haar mangelt aan zedelijk - gezag en prestige en dat zij onbekwaam x is, om in tijds, niet alleen een oproer te - dempen, maar slechts vrede in de gemoe- deren terug te brengen en vertrouwen in haar gezag in te boezemen. De ondervin- x ding der twee laatste jaren is voldoende - om te bewijzen dat België onder een kle- x rikaal Staatsbestuur niet kan noch zal x gelukkig zijn, dat eene klerikale regeering - voor ons land een driedubbel gevaar, - onder zedelijk, verstandelijk en stoffelijk - oogpunt, oplevert. Wanneer de onlusten te Luik losbarstten op 18 Maart, was het te peizen dat Charle roi en de nijverige centrums van het Hene gouwsche in de beweging zouden volgen. Hadde men dus, tegen alle mogelijkheid of gebeurlijkheid, eene groote macht rond Char leroi en Bergen geconcentreerd, stellig zou den wij geen getuige geweest zijn der woeste gewelddaden, moord en brand. Er zijn immers zeven dagen verloopen tus- schen het begin der onlusten te Luik en het begin der muiterijen te Charleroi, en wij mogen wel zeggen dat zeven dagen moeten voldoende zijn om de noodige voorzorg maat regels te nemen, welke het Staatsbestuur te laat genomen heeft. Met het gemak, dat de gemeenschapsmiddelen ons verschaffen, was één dag voldoende, om de helft onzes legers derwaarts te sturen; en indien de troepen vroeger ter plaats geweest waren, zou de schade, welke het gansche land nu moet dragen, zeer klein geweest zijn; want het is bewezen dat de mijnwerkers niet meer ge brand noch geplunderd hebben, waar men hen eene voldoende gewapende macht kon tegenstellen. Hier in lJperen zelf waren de troepen reeds 's namiddags (Vrijdag 26 Maart) in de kazern met pak en zak gereed om te vertrekken, en zij zijn slechts den Zaterdag, 27 Maart, om 4 ure 's morgens vertrokken, na verscheidene uren aan de statie gewacht te hebben op den bijzonderen trein van Oostende. Waar was Vandenpeereboom dan met zijn materiaal van den ijzeren weg? Dat is nu een voor uitzicht! En toen het le linie aankwam, was de glasblazerij Baudoux al een dag en half afgebrand. En nog waren onze soldaten de eerste ter plaats onder de linietroepen. Wat zegt ge daarvan, Nieuwsbladje. Geef ons onloochenbare bewijzen. geen bottigheden, hoort ge! dat onze da tums onjuist zijn en wij zullen ons ongelijk bekennen. Bewijzen zullen beter effekt ma ken dan onheusche termen, waarmede gij ons schrijven bejegent, zooals bij voorbeeld: kluchtige proza, liberaal lateverstand, afstammelingen van den aartsleugenaar Voltaire (merci), dwaasheid, warme on- noozelheia, liberale zinneloosheid, reesem bottigheden,blinde die van kleuren spreekt enz. Als men dat leest zou men niet denken, dat het Nieuwsblad (niet te verwarren met vuilblad) het monopool heeft des verstands, der scherpzinnigheid, der wijsheid? Wij durven hopen dat het vernuftig Nieuwsblad zijne meening zal intrekken wanneer het zal gelezen hebben, hoe de hr Burgemeester van Charleroi, J. Audent; die ter plaatse is en die ter plaatse was, - over de tusschenkomste van het staats- - bestuur oordeelt. Om de bekeering (van on- - zen dooven konfrater) te vergemakkelijken, x drukken wij hieronder eene brok uit de - redevoering - van M. Audent, in de zitting van den gemeenteraad van Charleroi op maandag 10" mei 1886, uitgesproken- Zoo - niets deze onmiddelijke en onverwachte - uitbarsting scheen aan te duiden, waren - wij nogtans ongerust over den toestand - der stad Charleroi, welke van eene tal- - rijke nijverige bevolking omringd is, en slechts een klein garnizoen, tot het uiterste - getal verminderd bezat, en niet de minste x ruiterij had. Ons profijt trekkende uit het- - geen te Luik voorgevallen was, gingen - wij met een der achtbare volksvertegen- - woordigers van Charleroi, op woensdag - 24 maart, voor dat de minste betoo- ging in het arrondissement uitge- borsten was, bij den achtbaren Mi nister, hoofd cles kabinets. Wij legden hem onzen toestand bloot en x toonden dat het hoogst noodig was, aan - de lokale overheid van Charleroi, een korps - ruiterij ten dienste te stellen, dat in staat x was om door eene krachtige onderdruk- - king de werkstaking te beletten, bij middel - van uiteen drijving der onwettige groepen, - die zoozeer muiterijen begunstigen. Uit x deze onderhandeling brachten wij de x verzekering mede dat wij op een regi- x ment ruiterij mochten rekenen, en dat - orders tegen alle gebeurlijkheid jgegeven - waren aan den gouverneur van Hene- - gauwen, met wien de burgmeester moest - briefwisselen. - 's Anderdaags, 25 Maart, waren wij te Bergen bij den graaf d'Ursel, waar wij ge- x roepen werden. Bij ons vertrek vertoonden - zich de eerste verschijnsels der werksta- king in het Gemeentebosch van Fleurus, x dit was nog niet erg, en gedurende ons x kort verblijf te Bergen krijgen wij geene - enkele inlichting dat de toestand dreigen- x der werd. En nochtans, 's avonds bij onze - te huis komst te Charleroi, vernamen wij hoe rap de gebeurtenissen vooruitgingen, - dat de werkstaking zich uitbreidde en eenen snellen loop scheen te neinen. De - bijzondere korpsen der burgerwacht wa- ren reeds opgeroepen geweest en de eerste - voorzorgen genomen. - Wij achten het onnoodig, M. II., U de x geschiedenis te malen der gebeurtenissen x sedert den avond van Donderdag 25 Maart voorgevallen; gij hebt ze nog frisch in - 't geheugen. De indruk zal er niet gemak- x kelijk uitgewischt worden, bij het zicht x eener ontroerde bevolking tegenover da- - den van plundering en verdelging, eene x misdaad van beschavingschennis. x Andereu behoort het de daders en mede- - plichtigen dezer gewelddaden te straffen, x Anderen behoort het ook op te sporen - welke de oorzaken dezer schrikkelijke ge- x beurtenissen zijn, en welke middelen moe- x ten genomen worden om zulke volksram- - pen te voorkomen en te beletten. - Er zijn sociale vraagstukken welke den - voorrang verdienen, en dit waarmede het Staatsbestuur zich nu moet bezighouden, is wel het belangrijkste sedert de stichting x onzer onafhankelijkheid, want het is innig x verbonden aan de toekomst onzes lands. x In deze moeilijke en ernstige omstandig- heden, hebben wij binnen onzen werk- - kring, alles gedaan wat mogelijk was om - onze bevolking gerust te stellen en te be- x schermen, x De onpartijdige lezer zal uit deze verkla ring de gevolgtrekking overnemen, welke de Burgemeester zelf niet heeft willen trekken. Zoo is het inderdaad; hadde Beernaert en C10 voor het arrondissement Charleroi ge daan, hetgeen M. Audent voor de stad gedaan heeft met zijne burgerwacht (welke de ka tholieke gazetten zoo gaarne bespotten) zijne verantwoordelijkheid ware thans zoo groot niet. Men bemerke nog met welke Jesuiterij hij door den gouverneur van Henegauwen tus- schen steekt in plaats van zelf orders te ge ven, en de noodige troepen in overeen stemming met zijnen kollega Pontus der waarts te zenden, want het was noodig daar het minst tijdverlies noodlottig was; de briefwisseling kon dus gemakkelijker met de ministers plaats hebben, dan met hunne ver tegenwoordigers die in vele gevallen zelf naar Brussel om raad vroeg. M. Audent Burgemeester van Charleroi, sprak dus met kennis van zaken. Hoe zal het Nieuwsblad, nu spreken? Wij laten hem het woord en wachten lijk zuster Anna. UIT BRUSSEL Aan het WEEKBLAD van leperen. Hoezeer de franskiljons er om ook zullen treuren, toch heeft de betooging Rogier, Zondag laatst, volkomen fiasco gemaakt.' Ten eerste niemand lette er op, men waste veel bezig met den uitslag der provintiale herstemming. Het bewind had het muziek der karabiniers geschonken, dat een pasredoublé speelde. Daarop volgden drie arme sukkelaars, oud strijders van 't jaar 30, die alle drie een half pluimpje op hadden. Zij hadden eerst in den klaren gemanifesteerd bij Jef op de Laan. 't Was nog de beste betooging voor die oude gebeenten, algemeen gekend onder den naam van de striepslikkers Dan volgde het vaandel der Ligue Wal lonne en nog twee fransche maatschappijen en eindelijk (stupete gentes!) het vaandel der Noordstar en een plankje met den naam der Vereenigde Vrienden van Schaarbeek. De leden dier maatschappijen, zeker we tende voor welke onvaderlandsche daad zij hun vaandel leenden, waren thuis gebleven. Maar wij vragen ons af, hoe die maatschap pijen zulk een zotte treek kunnen of laten uitmeten? Daabmee was het al. Een vijftigtal jongens en wallebakken en u-i-t, uit, 't was uit. Wees dan al groot man en doe groote daden, als daar zijn: 1° Conscience broodrooven omdat hij vlaamsch schreef; 2° In 't jaar 45 de hongerige Vlamingen willen omverschieten 3" Zeggen dat het vlaamsch element uit België moest verdwijnen, om dit aan Frank rijk te hechten. O Rogier, o groot man! Een standbeeld in peperkoek voor hem! De maar loopt dat de heer Bodewijk Steens, gemeenteraadslid, schepene van on derwijs der hoofdstad zal benoemd worden. De heer Steens is een alleszins bekwaam en ernstig man, die met kalm gemoed en wils kracht bet bestuur van onderwijs ter harte zou nemen. Als Vlaming mogen wij van hem het beste verhopen. Het is een man, die redeneert en oordeelt, die voor geene goede nieuwigheid zou terugschrikken en niet steeds tusschen water en olie zou willen zwemmen zooah zijn voorganger. Deze was wel de flauwste schepene van onderwijs, die Brussel ooit gehad heeft. Volgens alle waarschijnlijkheid zal het er den 13" Juni te Brussel spoken. Ook de 8 Juni zou wel de gemoederen wat heet kun nen maken. Men is Zondag reeds met een opstootje begonnen. De vaïtlantejeunesse der Ré forme, samengesteld uit melkbaarden van 10 tot 15 jaar, heeft veel pret in die huilebalkerijen. Waarlijk ik ben beschaamd progressist en revisionnist te zijn, als ik zie met welke elementen men onze politiek wil opdringen Die kwekkende papbekken doen ons meer kwaad dan goed. 't Schijnt dat de doctrinairs nu ook zulk eene vaillante jeu nesse opkweeken. De kwekkers der Refor- me jouwen de mannen der Ligue uit. Indien ik ligueur was schopte ik die blancbecs over eind in de gruppel, eu zoo een kwekker der Ligue de verstandige progressisten te na komt mag hij op 't zelfde rekenen. Wat domme politiek voor de slimme hoofdstad, hé? F. BaSotleering van 30 ü/lei. De uitslag der balloteering te Brussel is van natuur om alle liberalen, die de overeen komst der beide liberale gezindheden wen- schen te bevredigen. In de beide kampen waren de mannen talrijk, die den naam van verzoeningsgezinden verdienen, omdat zij de herkiezing vroegen van alle uittredende le den zonder onderscheid van schakeering. Deze hebben in hunne taak volkomen ge slaagd, want van de tien uittredende leden zijn er zeven herkozen geweest en hadde men nog 20 kiezers meer kunnen overtuigen al de uittredende waren herkozen. En nogtans het was geene gemakkelijke taak van daar de meerderheid der kiezers te overtuigen dat men nooit de oveenkomst der beide schakeeringen bekomen zal, zoolang het kiezerskorps die overeenkomst niet aan twee uitersten gezagvol oplegt met onder de twee lijsten immer die mannen te kiezen, die het meest waarborgen leveren voor het alge meen belang en welzijn. Zulke onderneming kon onmogelijk van den eersten keer volkomen gelukken en zelfs had niemand durven hopen dat zij eenen uit slag geven zou, zooals wij zondag 11. beleefd hebben. Dat is onloochenbaar het klaarste bewijs dat de Brusselsche kiezers naar die overeen komst haken in den vollen zin des woords. De overige balloteeringen zijn ook zeer guastig voor de liberale partij uitgevallen'

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1886 | | pagina 2