Onderlingen Bijstand. Maatschappij der oud-onderofficieren van het Belgisch leger. Schrikkelijke dood eeus IJperlings te Armentiers. Diefte. Besluiten en Benoemingen. Bukgeüstand Beloften en rotte appelen. Groote internationale prijskamp Iets over Onderwijs. II I nix I II de, reeds in den voormiddag toekomen en hier hun noenmaal betalen, wat zij te huis in voordeeliger voorwaarden kunnen krij gen de finantiën veler maatschappijen laten zulks niet toe. Men kon gemakkelijk den stoet om 2 uren stellen, dewijl de uitvoering toch maar om 3 u. of 3 1/2 begon. De schouwing. Op de Vandenpeereboomplaats werden de tegenwoordig zijnde maatschappijen door de feestkommissie in oogenschouw genomen. De volgende medaaljen werden toegekend Vreemde muzieken 1. Prijs van verstkomendeBergues. ,'A)Pontde Nieppe. 2. Prijs krijgskleedij b) Armentiers en Bergues. 3. Prijs van burgerkleed ij: (Niet toegekend). 4. Prijs van grootst getalRobaais en Ar mentiers. Belgische muzieken 1. Prijs van verstkomende: Ledeberg. Ai Poperinghe. 2. Prijs van krijgskleedn 1 b) Brugge. 3. Prijs van burgerkleedijOostvleteren. 4. Prijs van grootst getalPoperinghe. Vreemde koorzangmaatschappijen. 1. Prijs van verstkom.Bergues [Ste Cécile). 2. id. kleedij: Komen [La Concorde). 3. id. grootst get.: Komen La Concorde). Belgische koorzangmaatschappijen 1. Prijs van verstkomende Leuven Oude Anker sc haar). 2. Prijs van kleedij(Niet toegekend). 3. id. grootst getal Leuven Oude Anker schaar). De uitvoering. De muzieken hebben op drie kiosken ge speeld,volgens eene beurt door 't lot bepaald. 47 maatschappijen waren ingeschreven: veer tig hebben woord gehouden; slechts zeven (waaronder La Madeleine, Doornijk, Wasque- hal en nog 4 anderen) waren door onvoor ziene redenen en omstandigheden op 't laatste oogenblik belet herwaarts te komen. Al de maatschappijen hebben gewedijverd om, zoo goed en volmaakt mogelijk, deopge- gevene stukken uit te voeren. Een woordje dank en een hartelijk bravo voor allen. Twee woorden echter: Wij maken vol gaarne eene bijzondere melding van het muziek der Kulders van Gent. Die kleine weesjongens hebben, gezien hunnen jeugdigen ouderdom, zeer goed gespeeld en werden luidruchtig door de omstanders toegejuicht. Zekerlijk, in die herhaalde bravosen hoera's, sprak het gemoed veel meer dan de kunstzin der toehoorders; want men is ge- trofien en aangedaan, wanneer men iets goeds en schoons ziet uitvoeren door arme ongelukkigen, reeds zoo vroeg door 't nood lot verstooten 1 Wij welen ook dat de heer P. Deneus, bestuurder onzer weezenschool, zijne belangrijke Kuldertjes allerbest ont vangen heeft, zoodat het Zondag eene ware kermis was in de weezenschool, zoowel voor de IJpersche als voor de Gentsche jongens. Daarom een hartelijk dankwoord aan den ijvervollen bestuurder, M. Deneus! Het great attraction van 't feest was het spelen der Philharmonie van Poperinghe Duizenden toehoorders verdrongen zich op de Markt om twee moeilijke stukken mees terlijk te hooren uitvoeren. Ook toejuichin gen en gelukwenschen, zelfs een eermetaal, waren het aandeel van onzen talentvollen vriend en stadsgenoot, M. Eug.Van Elslande! Wie was niet opgetogen, toen men hem zoo kunstig Het Nachtegaaltje, door Julien, op zijn piccolo hoorde uitvoeren? Het stukje, een pereltje van echt allooi, is nog door geen ander stuk in dien aard overtroffen: zoodat de schepping van den Engelschen komponist onbedeesd een meesterstuk mag heeten Hoe oneindig veel dit stukje wint, als het door den hr. Van Elslande vertolkt wordt, hoeft niet bewezen te worden! Daarbij, de getrouwe bezoekers der Concert-Voordrach ten van ons Willems-Fonds weten waaraan zich te houden, over de kunst en het talent van den knappen bestuurder der Philhar monie. De premieloting Des avonds, rond 9 ure, werd er in de pompierszaal en in tegenwoordigheid der afgevaardigden der vreemde maatschappijen, overgegaan tot het verloten der premiën, door 'tstadsbestuur verleend: Eerste afdeeling. 1. Brugge Jagers-Verkenners300 frs. 2. Gent Kulders200 frs. 3. Roeselare Mandelzonen100 frs. 4. Armentiers Groote Fanfaren)- 75 frs. 5. Ledeberg Arbeid en Vreugd) 50 frs. Tweede afdeeling. 1. Wevelghem Concordia150 frs. 2. Roesbrugge [L' Union) 100 frs. 3. Waasten Gemeentemuziek75 frs. 4. Moorslede Harmonie50 frs. Koorzangmaatschappijen. 1Tourcoing{Musg.des Travailleurs) 300 frs. 2. Komen [La Concorde) 150 frs. 3. Meenen [L' Union) 100 frs. 4. Bergues [Sie Cécile) 60 frs. 5. Armentiers [Lyre Nationale) 40 frs. Meer dan eene maatschappij, door het lot begunstigd, heeft hare premie in de stad ge laten en verteerd. Zoo is het goed en de vreemdelingen mo gen nog bij ons komen, om de neringdoeners te laten levenTot weJerziens, dus! S. Onze wakkere Maatschappij van Onderlin gen Bijstand heeft aan den zevenden jaarlijk- schen prijskamp, door het Staatsbestuur voor de verschillige maatschappijen van Onder lingen Bijstand van het gansche land uitge schreven deel genomen en eene schoone onderscheiding is haar te beurt gevallen. Een koninklijk besluit van 18 Oogst jl. staat haar eene premie van 100 franks toe. Ziehier den tekst van dat besluit Leopold II, Koning der Belgen, Aan allen, tegenwoordige en toekomende, Heil. Gezien het koninklijk besluit van 17 Fe bruari 1885, bij welk een zevenden driejaar- lijkschen prijskamp, bevattende de jaren 1884, 1885 en 1886, geopend is tusschen de maatschappijen van Onderlingen Bijstand des koninkrijks Willende, onder de mededingende maat schappijen, degene beloonen die zich aan de welwillendheid des Staatsbestuurs, om ver scheidene titels, aanbevelen, om reden van haren vooruitgang, hare goede inrichting en de goede uitslagen van haar beheer; Gezien het oordeel der bestendige Commis sie der maatschappijen van Onderlingen Bijstand; Op voorstel van Onzen Minister van Land bouw, Nijverheid en openbare Werken Hebben wij besloten en besluiten Art. 1. De hierna gemelde belooningen zijn toegestaan aan de maatschappijen die deel genomen hebben aan den zevenden driejaar- lijkschen prijskamp. Derde Reeks. OnderReeks A. Steden van 10,000 tot 20,000 inwoners, Maatschappijen van meer dan 100 leden. Premie van 100 franks, aan de maatschap pij van Onderlingen Bijstand, gezegd Oud- Leerlingen der Stadsscholen te IJperen. De Onderlinge Bijstand der oud-leerlingen onzer stadsscholen is voorzeker eene der best ingerichte en der ijverigste van het heele land. Het getal leden vermeerdert van dag tot dag en men moet geen profeet zijn om te kunnen voorzeggen dat die maatschappij nog veel toenemen zal en veel bloeiender zal worden. Zijn, ten andere, de verkleefdheid en de geest van broederlijkheid, die al de leden bezielen, de ijver en de onbaatzuchtigheid van het bestuur in 't algemeen en der heer Voor zitter Emiel Verschaeve in 't bijzonder, daar geene borg voor Ons gulhartigste proficiat voor die zoo nederige als dappere mannen, en dat onze beste gelukwenschen hen vergezellen bij het volbrengen hunner zware taak. Wij vernemen dat men eene Maatschappij komt te stichten, samengesteld uit oud-on der-officieren van het Belgisch leger, onder het eere-voorzitterschap van den gepensio neerden heer colonel Parsyofficier der Leopoldsorde. Het doel dezer Maatschappij is: den geest van overeenkomst en broederlijkheid, die onder gewezen wapenbroeders moet bestaan, bij de oud-onderofficieren te versterken en, zooveel mogelijk, bezigheid te verschaffen aan de leden die er van beroofd zijn. Deze Maatschappij is gevestigd ter estami- net de Zwarte Leeuw en telt reeds een vijf tigtal leden. In dvergadering van Donderdag, ln Sep tember 11., hebben de leden hun bestuur ge kozen, dat samengesteld is als volgt Eere-Voorzitter M. de colonel Parsy, offi cier der Leopoldsorde; Geneesheer der MaatschappijM. Oscar Poupart, gemeenteraadslid; Voorzitter-. M. L. Collin; Onder-Voorzitter-, M. Lousberg; Secretaris-. M. C. Denauw; Schatbewaarder-, M. G. De Kyndt; Commissarissen: MM. J. Bartier en K. Lebbe. Wij wenschen uit ganscher harte die jonge maatschappij een langdurig en bloeiend be staan. De genaamde Karei Bouchard, oud 37 jaar, geboren te IJperen, werkman bij den heer Liagre, kopergieter te Armentiers, was Za terdag jl. bezig met eenen gietvorm, die 400 kilos weegt, bij middel van eene kraan (soort van katrol) weg te nemen. Deze gietvorm hing een meter hoog boven den grond, toen eensklaps de koorde brak, waaraan de ijzer klomp vast was, en het kolossaal st.uk neder- plofte. Ongelukkiglijk was Bouchard juist onder den gietvorm bezig met de laatste toe bereidselen te maken. Het schijnt dat er geen ongeluk zou te betreuren geweest zijn, ware het niet dat er in het gat, waar de gietvorm uitkwam, zich eene ijzeren baar bevond die den ongelukki- gen Bouchard dwars doorboorde. Daarbij was hij onder den klomp begraven. De dood was oogenblik kei ijk. Die ongelukkige werkman laat eene wedu we met zes kinderen achter. In den nacht tusschen den ln en 2" Sep tember zijner dieven gedrongen in het in opbouw zijnde huis, toebehoorende aan de stad en gelegen in de Mondstraat. Zij hebben er al het allaam gestolen van den timmermans werkman Edm. Florentyn. Men is algemeen van gevoelen dat de dief of dieven ook timmerlieden moeten zijn want er was nog allaam aanwezig van met sers en bezetters, en dit is onaangeroerd gebleven. Het gestolene heeft eene waarde van 25 tot 30 franks. Bij ministerieel besluit van 25 Oogst 11., is de heer Gustaaf De Kyndt, hoofdbediende van 2e klas bij de krijgsbouwkunde, tot den graad van hoofdbediende van le klas bevor derd van den 26'1 Augusti tot den 2n September 1887. Geboorten. Mannelijk geslacht 1. Vrouwelijk id. 5. Huvvell.j ken. Emiel Butaye, doktoor in de rechten en kan didaat-notaris, en Maria Lapiere, zonder beroep. Juliaan Vlaemynck, smid, en Celina Lapiere, dienstmeid. Karei Willemyns, rondleurder, en Maria Vanhove, rondleurster. Overlïjdens. Isabella Marquette, zonder beroep, 78 jaar, weduwe van Antoon Allaer, St-Jans-Hos- pitaalstraat. Justina Wallaert, herbergierster, 33 jaar, echtgenoote van Alfons Knockaert, Mee- nenstraat. Vanacker Eugenia, zonder beroep, 20 jaar, ongehuwd, S' Jacobstraat. Kinderen beneden de jaren. Mannelijk geslacht 1. Vrouwelijk, id. 0. Wie van u, lezer, denkt er somwijlen niet aan de klerikale beloften die de professorsga zet aan het lichtgeloovige volk deed? Alles ging veranderenwat slecht was moest goed, en het goede ging beter worden. Er werd geenen cent meer gegeven aan forten en kanons, het gedwongen soldaat ging afgeschaft worden, de lasten zouden verminderen, en iederen werkman zou in goud en zilver zwemmen. De klerikalen zijn sedert 3 jaren aan het staatsroer en onze goede lezers weten maar al te wel hoe zij hun woord getrouw zijn gebleven. Maar zulke dingen kunnen niet genoeg herhaald worden. De militaire lasten zijn verzwaard; de reserve is ingesteld die loodzwaar weegt op de werkende klasden diensttijd verlengd van 10 tot 13 jaren!; 100 miljoen worden verkwist aan nieuwe forten op de Maas, en de lasten zijn gebleven wat zij waren. Zoo liggen de boeken in Augusti 1887. ten toonstelling te Brussel 1888, wijdt op dit oogenblik al zijne zorgen aan de afdeeling i van het kamerwerk, welke aan het publiek zal toonen wat de werkers, met het eenvou digste gereedschap kunnen vervaardigen. Deze handwerken bewijzen dikwijls bij de werklieden, de veraardigers, een volmaakt goeden smaak. Velen hunner, ofschoon be roofd van alle technische studie, maken som tijds echte kunstwerken; door de toepassing van economische behandelingen, door het ontdekken van grondstoffen van ombedui- dende prijs of door de benuttiging van afval verwekken zij soms een geheelen ommekeer in zekere nijverheden in één woord, allen brengen in het gemeenschappelijk werk, hun kostbaar aandeel bij. Vele aanvragen zijn reeds ingezonden en een groot getal werklieden willen aan den sti'ijd deelnemen. De aanmoedigingen zullen hun in den grooien prijskamp niet ontbre ken. Het Algemeen Commissariaat van het Staatsbestuur en het uitvoerend Comiteit zullen al hunne krachten inspannen om de werkers aan te moedigen en behulpzaam te wezen. Brussel 1888. Het uitvoerend Comiteit van den Grooten Internationalen Prijskamp en de Wereld- West-Nieuwkerke, den 4 Oogst. In de laatste jaren heeft men, in zake van onderwijs, oneindig vele voorstellen opge maakt; programmas uitgegeven, breedvoe rige artikelen in dagbladen en boekdeelen doen verschijnen; men heeft bijeenkomsten gehouden, men heeft getwist, beslist, de mannen van het vak geraadpleegd en tot scheidtrechters genomen; men heeft, kortom, niets verwaarloosd om, met de geringste bijzonderheden, een zuiver, onberispelijk heel te vormen; men heeft schier het onmo gelijke aangewend om iets degelijks tot stand te brengen en in 't leven te roeren zoodra eene politieke omwenteling diens toepassing zal hebben mogelijk gemaakt. Lofwaardige pogingenen die wij hopen de puike vruch ten te zien opleveren die wij van eenen zoo diep bewerkten, zoo dikwijls omgekeerden grond met recht mogen verwachten En die wensch dien wij hier uiten ware zelfs overtollig, achtbare lezers, zoo wij ons in de algemeene omstandigheden bevonden; zoo wij, Belgen, allen ééne taal spraken, ge lijk alle Hollanders hun Nederlandsch, alle Duitschers hun Duitsch, en onze zuiderburen allen hun Fransch! Maar in ons klein België hebben wij met moeielijkheden te kampen, welke zelfs de uitgestrekte aanpalende lan den niet kennen! Ter zij gelaten de groote verdeelingen in Walen en Vlamingen, waar het onderwijs aan gansch verscheidene be hoeften moet voldoen, komt het ons hoogst noodzakelijk voor dat men in Vlaanderen zelve van gewestelijke noodwendigheden rekenschap houde. Mijns dunkens kan eene algemeene onderwijswet voor Vlaamsch België niet met vrucht worden toegepast. Ik zeg Vlaamsch België en dit wel met het inzicht de Walen, die voor hunne vlaamsche broeders eene zoo innige genegenheid koes teren, niet te storen! Denk eens na, een vlaamsch kieken, dat zich het lot durft ter harte nemen van eenen valschen... verschoo ning! van eenen waalschen arend!... Hoe onbezonnen! Dit tusschen haakjes houde ons niet langer van ons onderwerp af en onderzoeken wij eens die plaatselijke behoeften ten minste die in 't oogloopend zijn. Het zal niemand vreemd voorkomen, en het ligt in den aard der zaken, dat ik eerst voor ons aandeel zorge. Wij, inderdaad, die op de grenzen van Frankrijk zijn gevestigd, hebben er een bui tengewoon belang, de taal onzer bevriende geburen op voldoende wijze te bezitten. Dagelijks zien wij ons gedwongen van de Fransche taal gebruik te maken bij de menig vuldige handelsbetrekkingen die wij met het nijverige Noordendepartement bijzonderlijk, aanknoopen. Een onderwijs, gelijk het in onze welingerichte gemeentescholen wordt gegeven, voldoet volkomen aan de eischen van dien aard... Doch wij zagen gaarne, hier gelijk overal elders, de wetenschappelijke lessen aanschowelijk gegeven en meer uitge breid. Wij zullen later de voordeelen, welke daaraan gehecht zijn, doen uitschijnen. In een ander geval verkeert de Noorder bevolking onzer provincie en vooral die welke de aan het strand gelegene dorpen en steden bewoont. Wat mag het aan den Oos- tendenaar baten ik spreek van het volks kind, dat slechts het lager onderwijs ont vangt den franschen bluf min of meer behendig na te apen en is hem niet duizend maal voordeeliger goed engelsch te kunnen lezen, spreken en schrijven, kortom in staat te zijn met den Engeischman, hij zij speel" reiziger, handelaar of matroos, te handelen? Waarom dan het Engelsch niet als tweede, als hulptaal aangeleerd? Eene laatste uitzondering moet ik maken voor onze handel- en nijverheiddrijvende steden. Daar ook dient eene bijzondere wen ding aan de studiën te worden gegeven, daar

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1887 | | pagina 2