VAN IJPEREN EN HET ARRONDISSEMENT.
PolitiekNieuws-. Handels- en Annoncenblad.
Tweede Jaar.
Zaterdag 3n December 188T.
Nummer 49.
Het Vagevuur.
De katholieken zijn zoo brave.
De partij wet.
Statistiek.
Abonnementsprijs vooi'op betaalbaar: 3 fï*. per jaar voor de stad. 3 fr. 50 voor den buiten. Per 6 maanden: 1 fr. 75. Annoncen: 15 cent. per drukregel. Rechter
lijke eerherstellingen: 1 fr. per regel. Akkoord per jaar of per maand. 10 centiemen per nummer. Afzonderlijke nummers vojr artikels, enz. 8 fr. per 100. Alle
berichten van verkoopingen of andere bekendmakingen ten bureele dezer gedrukt worden eens gratis ingelijfd. De annoncen voor België, ter uitzondering der beide Vlaanderen, alsmede
die voor het buitenland worden ontvangen door den Office de Publicité, Magdalenastraat,, Brussel. Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij en
onderteekend toe te zenden. Artikelen ongeteekend of personnaliteiten bevattende worden niet opgenomen.
De personen die van heden af
een abonnement voor 1888 op
het Weekblad nemen, en het op voorhand
betalen, zullen hetzelve van nu kosteloos
ontvangen.
Men abonneert zich ook op alle postkan-
tooren, ten bureele van dit blad, alsook bij
alle briefdragers.
Welke schoone uitvinding
Rome's agenten verdienen een eerekruis
voor dat schitterend middel om den mensch
uit te buiten, zelfs na zijne dood Zoo de pas
toors zich vergenoegd hadden hemel en hel
uit te vinden, dan zouden ze grootelijks hun
ne intresten miskend hebben. Maar zoo dom
zijn ze niet. Inderdaad, in het paradijs heeft
men hunne diensten niet meer noodigdus
geene missen meer, geen offranden meer.
De uitverkorene moeten geena gebeden meer
hebben, men moet dus geene mis meer doen
lezen en bijgevolg betaalt men ook niet meer.
En de hel, deze instelling, of beter deze
andere uitvinding, brengt ook niets voort.
Zoo 't schijnt is er geen uitkomen meer, eens
dat we in dat klein vuur, aangesteken door
de oneindige, rechtvaardige goede God, is.
Men is daar gebraden dat het plezier is, en
dat in alle eeuwigheden der eeuwigheden.
Dus voor de verdoemden geene gratie, voor
hen is niets te doen, en de arme pastoors
stierven van honger.
Maar er was middel dien staat van zaken
te veranderen. Het was van de levenden in
de onwetendheid te laten van het intreden
der leden hunner familie in de plaats der
gelukzaligen. In den twijfel, onthoud u, zegt
het spreekwoord; neen, inden twijfel... mis
sen, nog altijd missen, prevelen de uitbuiters
van den tempel.
Daarom vonden ze het vagevuur uitge
lukkige bemiddeling die opperbest de zakken
der gezalfden vult. In de Hel, wie gaat daar
naartoe Geheim, zegt men ons, de ontwer
pen der Voorzienigheid zijn ondoordringbaar!
De landverrader, de goddelooze, al degene
bij wiens bed de priester komt, aan den
stervende de absolutie gevende, op wiens
lijk hij zingt, voor betalenveel requiems
en de profundis\ zijn misschien geene gas
ten voor den duivel.
In den twijfel dan, welwillende, godvruch
tige vrienden, doet dan maar missen lezen,
('t is te zeggen spijst de kas van den geeste
lijke) ter intentie van den geliefden doode.
En zie, hoe het spel goed gespeeld is. Maar
ook 't zijn maar schurken van vrijmetselaars
die durven op dergelijke wijze verklaren hoe
Rome te werk gaat. Luistert naar onze han
delaars, hoe ze aan hunne gehypnotiseerde
geloovigen door geheime gebaren doen ver
staan en herhalen dat het paradijs zoo moeie-
lijk is te winnen, dat het aan den rijke zoo
onmogelijk is er in te treden, als aan den
kemel door het oog van eene naald te krui
pen, en ge zult in uw zelve, en tot uw eigen
geluk hiernamaals genoodzaakt zijn u te
ontdoen van al uwe goederen, ten voordeele
der pastoors.
Voeg daarbij nu de hel, met haar gekerm,
gevloek en knarsetanden... Wie zou ei,
geloovende, zich die durven voorstellen die
hij eens bemind heeft.
Gelukkiglijk is er eene wachtzaal in het
paradijs, waar zich de grootste hoop der
overledenen begeeft. Daar blijft men tot de
gansche kwijting van de schuld; men boet...
boeten; het woord is slecht gebruikt, want
het schijnt dat men voor niets boet zoo men
op de wereld goede geloovigen gelaten heeft
die de schuld afkorten... door missen, ge
schenken aan de kerk. Sint Pieter opent dan
voorzichtig de deur van het rijk der hemelen.
Zalig zijn ze die arm van geest zijn, want
het rijk der hemelen behoort hun toe.
Dat alles is, volgens mij, grootelijks on
rechtvaardig, en ik versta mij niet met de
zoogezegde goedheid Gods, zoo dat is. Hoe!
ik ben arm, niemand helpt me, zelfs niet de
liefdadige pastoors, want men vertelt dat
die mannen nooit aan den offerblok de minste
munt geven voor de noodlijdende overledenen
ik moet betalen, en zie me daar dus, geen
geld kunnende storten in de handen der
geestelijkheid, gedwongen zeer lang te
blijven in de wachtzaal en al de treinen te
zien vertrekken, min of meer rechtsteeks in
bestemming naar het hemelsch verblijf!
Welke farce!
Maar ik zou rijk zijn, mijne familie, waar
van het verstand min of meer het paapsche
juk heeft afgeworpen, zal me ook zonder
missen laten; dus is er geen middel mijne
schuld af te korten!... Blijf in de wachtzaal,
vriend, hebt ge geen geld, 'k en ken u niet
Maar is dat mijne schuld? Waarom moet ik,
afwezige, verantwoordelijk gemaakt worden
voor de daden van een ander, en wat blijft
er dan van de gelijkheid voor de dood, en
die onomkoopbare goddelijke rechtvaardig
heid voor het andere leven, waarmede gij
hier beneden uwe schapen wilt vergasten.
Drijdubbele kwakzalvers
Zie, zoo ik een God uit te vinden had,
voorzeker zou ik hem rechtvaardiger ma
ken, of beter min schrikkelijk dan degene
die de pastoors ons willen opdringen.
Het zoo zonderlinge vagevuur zou voorze
ker niet bestaan, ofwel ik zou eene boet voor
iedereen willen en de persoonlijke waarde
alleen zou tellen tot middel van bevrijding.
Maar wacht eens, 'k geloof dat ik er ben;
dat onmogelijk bestaande vagevuur is loutere
klerikale uitvinding, 'i is eene mijn ter ex
ploitatie als zoovele andere. Zoomen het
vagevuur afschafte, voor wien dan de mis
sen? Wie zou er nog doen lezen? en de in
tresten dan?.
Arme onnoozelen men exploiteert uwe
genegenheid voor degenen die niet meer zijn,
gij hebt het ongelijk te gelooven en het nog
grootere ongelijk inkomsten te geven aan
rijkere en slimmere dan gij zelf zijt
X.
De katholieke gazetten willen hunne
vrienden als lammekens doen doorgaan, en
hitsen ze ter zelfder tijde op, tegen alwie
anders denkt dan zij
Om hunne gezegdens te staven hebben zij
voorbeelden vergeten aan te halen, waarin
hunne braafheid klaarblijkend doorstraalt,
en die hunne lezers niet meer zouden laten
twijfelen.
Het Weekblad, die het zoo wel met de
katholieke bladen meent, zal die verge-
tendheid herstellen.
Langrand-Dumonceau, die, met behulp
der priesters, zich van bijna al het geld der
belgische kristenheid meester maakte, en,
door zijne kuiperijen, duizenden familien in
armoede en verdriet bracht, droeg het orde
van den II. (Ir eg or hts, ging alle dage
naar de mis, alle weke te communie en
bestooi de menschen, tot meerdere eere en
glorie GodsDe kaloten zijn toch zoo
brave!!
De katholieken, die nu onzen koning, en
vooral zijnen neef Baldewijn, in den derden
hemel verheffen, preekten in de jaren 1879-
1880 den koningsmoord; in hunne sermoenen
prezen zij de ongehoorzaamheid jegens 's
lands wetten, deden uiteen hoe de een
voudige lieden moesten te werk gaan, om die
wetten te doen schipbreuk lijden of zich
aan hare uitvoering te onttrekken; zij hitsen
de vrouw op tegen haren man, de kinders
tegen hunne ouders; ieder weidenkenden
burger zeiDe kaloten zijn toch zoo
brave!!
Over korten tijd van jaren werden te
Ronse en te Maltebrugge een veertigtal
broederkens van liefde door de recht
banken veroordeeld, hunne pensionnaten
werden gesloten, omdat zij de kinders ver
krachtten en ongelukkig maakten; te Meenen
werd eenen broeder Fidelius veroordeeld,
eenen Maur-us, Vrambout enz., vluchtten
voor de vlage, en het zijn zulke vuilpotten
welke de liberalen voor slecht zouden willen
doen doorgaan. En dénkt gij dat de ouders,
waarvan de kinderen door die vuilpotten
onteerd werden, de sluiting dier scholen
gevraagd hebben, neen, neen, dat mag niet
De kaloten zijn toch te brave
Een kanunnik loopt weg uit het bisdom
van Doornijk, met eene som van 5,000,000
franken [vijf millioenen franken), men
brengt hem weer in 't land; er wordt
bewezen dat dit geld geen wettige eige
naar heeftdus behoort het aan den Staat.
Denkt gij dat het Staatsbestuur er zich gaat
van meester maken? gij zijt grootelijks
mis; de bisschoppen moeten over millioenen
kunnen beschikken; hunne partij alleen weet
het geld op eene doelmatige wijze te be
stieren.
De kaloten zijn toch zoo brave
De Kamers, met eene klerikale meerder
heid, stemmen eene wet op het onderwijs,
de Koning onderteekent ze. Denkt gij dat zij
die wet, door hunne schepsels gemaakt,
gewetensvol gaan uitvoeren? Zoo ja, gij zijt
van het goede jaar, zij gaan alle middelen
te gemoet om het officieel onderwijs te on
derkruipen en te vernietigenom het
staatsgeld in hunne koffers te trommelen;
zij gaan al de onderwijzers, die getrouw
gebleven zijn aan 's lands wellen, achter
volgen en zonder brood zetten. Daarvan zijn
vele voorbeelden, onder andere; De onder
wijzer van Ciergnon had een wachtgeld
van rond de twee duizend franken; men
had al verscheidene keeren geproefd om
hem van zijne bediening te berooven, en het
lukte niet, men zocht en eindelijk men
vond! De gemeente betaalde niet meer; er
was geen geld meer, zegde de Burgemeester,
en na bijna twee jaren stierf de onderwijzer
van gebrek.
De kaloten zijn toch zoo brave!
Wij hebben door geschiedkundige feiten
al meer dan eens bewezen, hoeveel millioe
nen menschen zij naar ad patres
gezonden hebben, en dat al omdat men zou
beweren dat zij zoo brave zijn
De katholieken van IJperen, aangevuurd
door eenen hoop haatdragende gazet
schrijvers en een honderdtal kwezels,
zouden willen de kroone spannen en al
omdat er later in de geschiedenis zou staan
De kaloten van IJperen zijn
brave!
Het is mogelijk dat men de Waalsche
gemeenten, die te grootendeele liberaal zijn,
doch waar de geestelijkheid bezig is langza
merhand haren alles doodenden invloed te
vestigen, dat men in die gemeenten, zeggen
wij, zich weinig bekreune over de stemming,
welke de klericale meerderheid der Ka
mers zal uitbrengen over het wetsontwerp
dat de benoeming der schepenen aan de
gemeentebesturen toestaat.
Deze gerustheid wordt niet gedeeld door
onze kleine Vlaamsche gemeenten, waar de
pastoor de groote meester der kiezingen zal
wezen, en waar de bedieningen van schepen
zullen gegeven worden aan dezen, die zich
verbinden gedwee als een slaaf tde bevelen
van den pastoor uit te voeren.
Wij zijn in den grond het kiesregiem
zeer genegen, nogtans, sedert dat de politiek
dat regiem bedorven en vervalscht heeft,
beschouwen wij het als een gevaar voor de
onafhankelijkheid zelve der gemeenten.
Maar, zal men eens misschien zeg
gen, de ministers, die tegenwoordig de
schepenen kiezen, kunnen zich ook partijdig
toonen. Dat is mogelijk; maar de ministers
blijven niet, zij volgen elkander op, terwijl
de pastoor altijd blijft met alle slach van wa
penen in de hand: Hel, vagevuur, biecht- en
predikstoel, laster en vervolging! en,
eens dat de wet zal gestemd zijn, zullen
wij welhaast de persoonlijkheden zien voor
den dag komen en ze zien stellen boven het
algemeen belang der gemeenten en der
bevolking; wij zullen onwetenden, wie
weet, oud-veroordeelden, door het gerecht
geschandvlekten tot het ambt van schepenen
zien verheffen, en aldus den laatsten spran
kel eerbied voor de wetten des lands zien
verdwijnen om plaats te maken voor de
dwingelandij van den pastoor.
En dan, wanneer er opnieuw een liberaal
Staatsbestaur aan het hoofd komt, zal dit
zulke wet dulden en dien staat van zaken
laten voortduren? -= Voorzeker niet; maar
dan zullen wij langzamerhand als in eenen
doolhof van wetten verwarren, en de minis
teries zullen slechts nog elkander opvolgen,
niet meer om zich met 's lands zaken, met 's
lands welzijn bezig te houden, maar om te
vernietigen en te herstellen wat zijne voor
gangers gemaakt en verbroken hebben.
Ongelukkig België! Waar zal ons zulke
politiek naartoe leidenStad Kortrijk.
De clericalen pochen dikwijls op hunne
zegepralen, en dan zou men zeggen dat zij al
de voorname besturen des lands in handen
hebben.;
Ziehier echter eenige cijfers, die klaar
bewijzen dat in alle groote steden en
gemeenten, de katholieken gewoonlijk en
over 't algemeen het onderspit delvendat
de verlichtste steden en gemeenten, waar er
meest voorspoed heersoht, allen door de
liberalen bestuurd worden
Op de 26 groote gemeenten, die meer dan
20,000 inwoners tellen, besturen de libe
ralen er 20, en de clericalen slechts zes.
HET WEEKBLAD
ui .ip t n ■■mm