STADSNIEUWS.
Naar Brugge!
NAAR BRUGGE!!
Breidel en de Conine.
Kiezerslijsten.
Burgerwacht.
MAATSCHAPPIJ BURGERWACHTEN
Tentoonstelling van Oostende.
W est-N ieuwkerke
willen de liberalen op veertien dagen dat
alles omwerkenis het niet om de schouders
op te halen? Wel neen, dank aan hunne
franschdolheid kunnen zij geene propaganda
meer maken; ze zijn niet eens meer in staat
om te oordeelen over de belangen van dat
volk waarvan zij geheel afgezonderd leven
zij kunnen niet eens meer op behoorlijke
wijze hunne gedachten uitdrukken t zij bij
woorden 't zij bij schrift, in die taal die zij
ontleend hebben en die de boer alleen
verstaat.
Ziedaar de toestand zooals hij sinds jaren
duurt, en zooals hij, vooral te IJperen, in
wezentlijkheid is. Het eollegie van IJperen
heeft de boerenzoons ontvangen en het
klooster van Moorslede de meisjesde pas
toor heeft dat alles gekneed en verwerkt.
De liberalen van IJperen hebben intusschen
geslapen, Vlaamsche genootschappen tegen
gewerkt of laten uitsterven om die door
Franschgezinde te vervangen en op die
wijze de buitenbevolking geheel afgezonderd
van den invloed der stad. Wie uit IJperen
zal dat tegenspreken?
En toch is de toestand niet hopeloos. Waar
men zoo liberaal was, is alle liberalismus
niet uitgestorven. De grond blijft even
vruchtbaar en wacht alleen naar bewerking.
Hoe groot de macht des pastoors ook zij, ze
is niet onaantastbaarmaar men moet het
goede wapen gebruiken. Ziet wat de moedige
De Sioarle te Nieuwpoort doet; hoe hij
daar duim voor duim den grond aan den
vijand betwist en eindigen moet met te zege
pralen?
Dat is dus de redding. Wie in Vlaanderen
wil liberale politiek maken, moet er eerst
en vooral Vlaamschgezind zijn. Dat is zeer
natuurlijk dat iedereen, die den toestand
wil beschouwen tot dezelfde slotsom moet
komen.
Zal de Gazette ook hare studie voortzetten
en de vraag stellen hoe de propaganda
moet gemaakt worden?
Het schepen eollegie onzer stad heeft van
een Brugsche Breidel-Commissie den volgen
den brief ontvangen. Wij hopen wel dat ons
magistraat er goed gevolg van geven zal.
BREIDEL-COMMISSIE Brugge, 28 Juni 1888.
Brugge.
Hooggeachte Heeren Burgemeester en
Schepenen der stad IJ per.
De brugsche Breidel-Commissie heeft de
eer en neemt de eerbiedige vrijheid u uit
te noodigen op de plechtige inhulling der
historische beiteltafereelen en der zinnebeel
den van de zustersteden Gent, Yper, Kort-
rijh en Brugge, waardoor het heerlijk en
beteekenisvolle Breidel-monument thans in
zijne gansche volledigheid zal kunnen bewon
derd worden en het meer dan twintigjarig
vaderlandsche werk onzer Commissie nu
eindelijk en voor goed voltrokken en be
kroond is.
Deze plechtigheid zal plaats grijpen op
zondag, 15 juli aanstaande, om 3 uur 's
namiddags, rond het gedenkteeken op de
Groote Markt van Brugge.
Wij durven wel rekenen op uwe aanwe
zigheid aldaar, gezien niet alleen de hooge
kunstwaarde van het meesterlijke werk der
heeren Paul Devigne en Louis Delacenserie,
een zoon van Gent en een zoon Brnggemaar
ook nog uit hoofde der hooge, zinrijke
beduidenis, die deze allerbest gelukte bij-
w erken aan 't geheele monument toevoegen
en waarvan wij de welsprekendste uitdruk
king vinden in de prachtige redevoering,
verleden jaar door Z. M. den koning hier
uitgesproken.
Wij durven zooveel te meer op uwe aan
wezigheid rekenen, daar ons voornemen en
onze wensch is daarin den sprekendsten
karaktertrek der plechtigheid te doen be
staan.
Behalve een groote volksoptocht van
maatschappijen, als op dien onvergetelijken
11 julidag 1887, zou eene afzonderlijke ont
hulling van de vier stedefiguren echte
meesterstukken der kunst en van de
historische beiteltafereelen, het voornaamste
en roerendste deel van ons feestprogramma
uitmaken.
Bij die onthulling komt ons de aanwezig
heid der vier Schepenencollegies als onont
beerlijk vooreene soort van heraanknooping
der zusterhanden, die, door de eeuwen
heen, de vier steden in den vaderlandschen
plicht aan elkander sluiten.
Wij verstonden ons zelfs, Waarde heeren,
u, tot beteekenisvolle vollediging dezer
plechtigheid, nog eene kleine opoffering te
vragen. Dat ware van een muziekkorps, van
uw bestuur afhankelijk, en een groep kin
deren uwer scholen dien dag naar Brugge te
zenden, ten einde vóór het zinnebeeld uwer
stad een lied uit te voeren, dat IJper ken
merken zou, en vervolgens eenige kronen,
palmen en bloemenkransen voor het onthulde
beeld te laten neerleggen.
Daar de tijd te kort is voor het aanleeren
van muziekstukken kan hierbij aan anders
niets gedacht worden dan aan de uitvoering
Unisono van een paar gemakkelijke cou
pletten.
Wat IJper betreft, denken wij dat er wel
een plaatselijk lied in uwe stad bestaat buiten
het Tuindagslied, dat voor deze gelegenheid
minder passen zou als historische beteekenis.
Uw prachtig muziekkorps der pompiers,
dat hier op 11 Juli 1887 zooveel indruk
maakte, zou deze maal alweer best gekomen
zijn.
Ziedaar, Hooggeachte Heeren, een klein
verzoek, waarvan de vervulling aanleiding
kan geven tot eene zeer treffende betooging
en een machtigen indruk, in een tijd waar
het opwekken der vaderlandsliefde meer dan
ooit noodzakelijk is tot heil en behoud van
't land.
Ook durven wij er op rekenen, Geachte
Heeren, dat gij onze dubbele vraag wel zult
gelieven in te willigen en ons daaromtrent
onverwijld met uw goed antwoord zult ge
lieven te verheugen.
Aanvaardt, enz.
Namens de Breidel-Commissie
De Voorzitter,
(Get.) A. Coppieters, adv1.
De le Schrijver,
(Get.) Jul. Sabbe.
Op 15 Juli aanstaande moet het stroomen
in Brugge
De Breidel-Commissie roept nogmaals
alle Vlamingen in de grijze muren der Brei-
delstad.
Eene hernieuwing van den zonnigen, heer
lijken 11 Julidag zal plaats grijpen en dit ter
gelegenheid der onthulling van dp vier zin
nebeelden der vaderlandminnende steden
Yper, Korlrijk, Gent en Brugge, insgelijks
worden de beiteltafereelen (bas-reliefs) ont
huld. Dit alles ontbrak nog aan het beeld op
11 Juli, thans versieren de stedenfiguren en
de beiteltafereelen het Breidelmonument op
de gelukkigste wijze, niet slechts onder het
stoffelijke opzicht der versiering maar vooral
onder het zedelijke oogpunt der zinrijke be
teekenis. Het is dus een Vlaamsche plicht
om naar Brugge te trekken op 15 Juli!
Vooral voor ons Yperlingen wij moeten
daar de krone spannen, het geldt de verheer
lijking onzer stad. Wat ook nog moet gezegd
worden, het beeld dat ons Yperen voorstelt
munt door pracht onder de anderen uit, dit
wordt door alle kunstkenners gezegd.
Het feest zal bestaan uit eenen stoet zooals
die welke 't verledene jaar zooveel ophef
maakte, verder nog vele andere feestelijkhe-
heden. De stoet en gansch het feest is der
wijze ingericht, opdat de vreemdelingen nog
denzelfden avond zouden kunnen naar huis
stoomen.
Dus alles lacht u tegen Yperlingen, Naar
Brugge!! op 15" Juli aanstaande
Naar Brugge
Wij herinneren onzen vrienden dat het
oogenblik gekomen is zich als kiezers te doen
inschrijven.
Zijn voor het vijfjarig termijn, dat den 16
Juli naastkomende begint, in de burgerwacht
benoemd
Luitenant adjudant-majoor, de heer Ligy,A.
Luitenant kwartiermeester, de heer Van
Tholl, H.
Seheiting van Maandag 2 Juli.
Swekels Léon,
5
4
3
5
4
21
Froidure Eugène.
4
4
3
5
4
20
Vanryckelen Gust,,
5
4
4
3
4
20
Boedt Léon,
5
5
3
2
2
17
Lesaffre Auguste,
0
3
4
4
5
16
Ligy Albert,
4
2
5
2
3
16
Rotiers Jules,
3
2
4
5
2
16
Bogaert Alphonse,
1
1
3
3
5
13
Froidure Robert,
1
3
3
2
4
13
Burgerstand
van den 29 Juni tot den 6 Juli 1888.
Gebooi-ten.
Mannelijk geslacht 6. Vrouwelijk id. 5.
Huwelijken.
Emiel Capelier, schilder en Emma Vanhalst,
dienstmeid.
O vorlï.j dons.
Euphemia Breyne, dagloonster, 78 jaar, on
gehuwd, lange Thouroutstraat.
Jozef Flamand, kleermaker, 78 jaar, wedu-
waar van Catherina Tahon, Bukkerstraat.
Karei Vandekinderen, daglooner, 63 jaar,
weduwaar van Rosa Cool, Meenenstraat.
Leonia Pauwelyn, zonder beroep, 42 jaar,
weduwe van Bernardus Cuvelie, Luikstr.
Pieier Seynhaeve, zonder beroep, 59 jaar,
echtgenoot van Catherina l'Haire, Meenen
straat.
Julia Butaye, zonder beroep, 82 jaar, wedu
we van Ludovicus Deseger, Rijselslraat.
Amelia Pinte, 73 jaar, kantwerkster, echt-
genoote van Filiep Vieren, Meenenstraat.
Kliidoreii lieiseden do 7 j aren.
Mannelijk geslacht 2. Vrouwelijk id. 0.
Zooals wij het verledene week aankondig
den, heeft de opening der tentoonstelling
voor gezondheidsleer, reddingstoestellen,
rijverheidskunst en schoone kunsten Zater
dag namiddag te Oostende, in het Park Leo
pold plaats gehad. Van 's morgends reeds
was de stad in feestgewaad gehuld en wap
perde overal het driekleur. Om 2 ure, verga
derden de nitgenoodigden en de tentoonstel-
Iers in de zalen van den Casino. De heer baron
Ruzette, gouverneur der provincie, had de
uitnoodiging beantwoord en kwam insgelijks
het inhuldigingsfeest bijwonen. Om 2 ure
45 minuten verlieten al de uitgenoodigdeti
den Casino en begaven zich naar het lokaal
der tentoonstelling. Het gebouw, omringd
door boomperken, biedt een schoon en lief
uitzicht aan. Verschillige gebouwen, in bet
park opgeslagen, zijn zeer bevallig.
De heer de Stuers, eere-voorzitter, heeft
het woord genomen. Zijne redevoering, die
bijzonderlijk over de gezondheidsleer han
delde, werd dapper toegejuicht.
De tweede redevoering werd door den heer
schepen Montangie uitgesproken die den
lieer De Vriese, algemeene secretaris, leven
dige gelukwenschingen toegestuurd heeft
over de inrichting der tentoonstelling.
De heer De Nobele, voorzitter van het
paironage-comiteit, heeft, van zijnen kant,
gelukwenschingen toegestuurd aan de in
richters en aan al dezen die tot het welge-
lukken der tentoonstelling hebben medege-
holpen.
De heer De Vriese heeft het gemeentebe
stuur over zijn patroonschap bedankt. Hij
heeft hulde gebracht aan de dienstwilligheid
van den heer Julius Daveluy, secretaris van
het patronage-comiteit.
Na deze woorden heeft de heer schepen
Montangie de tentoonstelling geopend ver
klaard en de overheden hebben de tentoon
stelling doorwandeld, een minzaam woord
tot eiken tentoonsteller richtende.
Niettegenstaande hare beperkte plaats, is
de tentoonstelling zeer wel gelukt en zal
veel bezocht worden.
Aan onze lezers, welke eenen aangenamen
dag willen doorbrengen, raden wij aan deze
tentoonstelling te gaan bezoeken.
Iedereen spreekt er met den grootsten lof
over.
Er zullen morgen, Zondag, concerten ge
geven worden in het Leopoidspark, waarde
tentoonstelling plaats grijpt, en 's avonds zal
het Park schitterend verlicht zijn.
De ingangprijs is slechts vijftig centiemen.
Den heere Ver voet,
Nieuwkerkschen briefwisselaar van
't Nieuwsblad.
In ons beknopt overzicht van het eerste
alinea uit de voordracht van 3 Juni. welk
nauwelijks een vijftiental regelen telt, hadden
wij het genoegen den onnoozelen klap van
onzen gezalfden redenaar te bespreken; wij
waren zoo kortbondig mogelijk en nog
scheen ons artikel tamelijk uitgestrekt. Ver
beeldt u dan, geachte lezers, dat hoogerge-
melde voordracht niet min dan twee kolonnen
in 't Nieuwsblad bedraagt, twee kolonnen
in denzelfden trant geschreven en even diep
geredeneerdtwee kolonnen gekkernijen
meesterlijk aaneen ge weefd om niet te zeggen
aaneengeklopt; en gij zult u een verkleind,
ik zou het noemen een microscopisch ge
dacht vormen waren de geestesverschijn-
selen die de hersenen tot zetel hebben, stof
felijk zichtbaar van de gewichtige zaken
die in de KK.-meetingen worden behandeld
en verricht.
Wilt gij onderwegs een staaltje? Zoo ja,
luistert
Waarop is de liberale partij gevestigd?..
Op de onwetendheid! Wel inderdaad,
'l is daarom dat de groote centrums zoo ka
tholiek en de rotte buitendorpjes van Vlaan
deren en de Kempen meestal iiberaal zijn!...
't Is ook daarom dat de kramenier Somzéeee
en de welriekende nijveraar Sijstermans,
met hunne achtbare collegas, voornamelijk
Brussel en de voorsteden vertegenwoordigen,
terwijl burgemeester Buis, de gedoemde man
van 7" September, door de afgerammelde
boeren van Hal, Auderghem en meer andere
ejusdm farince werd gekozen!...
Welnu, als dit den schrijver aangenaam
zijn mag, 't zij zoo
Gaarne had ik de volledige ontleding van
het meesterstuk gemaakt; doch, Zottemans-
praat ten toon spreiden is veelal weinig
aangenaam en voor de lezers zeer vervelend;
en daarbij Zotteman, ik wil zeggen Vervoet,
laat mij daar den tijd niet voor
Want onze Pier heeft zich in zijn artikel
van Zondag 11. aan eenen bijtenden netel ge
wreven; hij behandelt:
De liberale Vooruitgang te Rome!
Wat de schrijver eerst en vooral benijdt in
zijne uitgalming tegen het liberalismus, is
het recht dat de liberalen hebben zich
vooruil gangers le noemen.
Dezen titel verdienen natuurlijk volgens 't
Evangelie van den H. Petrus Vervoetianus,
de liberalen niet, maar wel de katholieken,
die de behoudende partij vormen.
Is dat niet zoo klaar, als twee en twee....
drie?!
In het woordenboek van de K.K. mannen
dus beteekent behoudex niets anders dan
Zoo ook is voor hen
Ezeldom zijn, gelijk aan: hooggeleerd.
Bedelen krijgen zonder vragen.
Vasten gebraden kiekens vreten en
lekkeren wijn drinken.
Belofte van zuiverheid doen talrijke
jonge meisjes in dienst hebben en in
koolkoljesbetrapt worden
Vreedzaam zijn deuren en vensters
inslaan en zijne vrouw mishande
len.
Verdraagzaam zijn den deurwaarder
zenden aan arme lien, die dan nog
niet schuldig zijn.
Milddadig zijn alles voor zich houden.
Katholiek zijn spreken van den Paus
zijne hkussen.
cn meer andere eigenaardigheden.
Maar dat is maar een begin.
De politieke gezindheden dragen in
Italië de zelfde namen als in Belgie.
Is 'tniet om krankzinnig te worden!
Oef! 't is om te stikkenEr zijn in Italië
kaloten en liberalen!
't Is schrikkelijk! afschuwelijk,niet waar?
En zoo geraken wij aan het feit:
Over eenige zoeken hebben de liberalen
te Romen in 'de gemeentekiezingen geze-
genpraald. Dien uitslag gingen zij op de
'liberale mode vieren. Hij loas een stap
vooruit naar hunnen zin enz....
Zoo zoo. De liberalen hebben wel gezegen-
praald, doch dat was geen stap vooruit naar
hunnen zin. Oneen! als ge er aan twijfelt,
opent het woordenboek der K. IC. mannen
Overwinnen eéne buis krijgen. ->
Welnu, 't zij nogmaals zoo.
Het is maar spijtig dat ik geheel het artikel
uit het Nieuwsblad niet kan overschrijven.
Na bestatigd te hebben dat de liberalen
luidruchtig hunne victoriën vieren en de
kaloten in groote stilzwijgendheid, komt hij
met zijne gekende strenge logiek tot de
gevolgtrekking
Een katholiek die mist, handelt tegen
zijne leering. Een liberaal, die cle religie
aanrandt, volgt zijne leering.
De evangelist Pier meent zeker dat het
voldoende is, dat hij spreke opdat al de
Nieuwkerknaars amen zouden zeggen.
Maar, evangelist min of meer, hij is er nog
niet half. Gezijt hier te Harlebeke niet, mijn
jongen
Evangelistje, de H. Geest is met U niet.
Wij zullen eens ernstig zijn. Uw doel was
natuurlijk van eene tegenstelling of antithe
sis te gebruiken. Maar zelfs in tegenstellingen
mag men de logiek niet onder de voeten
trappen. Om juist te zijn, stellen wij beide
tegenstrevers in gelijke voorwaarden, ge
lijk hut volgens den regel zijn moet, en de
antithesis valt weg daar hetgeen waar is
voor den katholiek, het ook is voor den libe
raal.
Ik beweer dus dat uwe redeneering valsch
is, letterlijk valsch.
Inderdaad, gij zegt
Een katholiek die mist, handelt tegen zijne
leering. Wanneer mist een katholiek? Voor
alwie u kent en uwe handelwijze, is vragen
evenveel als antwoorden: De kalholiek mist,
ais hij niet strijdt tegen het liberalismus.
Van mijnentwege zeg ikDe liberaal mist.
als hij het clericalismus niet bevecht.
Het recht, dat ik U toeken van zoo te
spreken, moogtgij mij niet ontnemen.
En zie In uwe tegenstelling lees ik
Een liberaal, die de religie aanrandt,
volgt zijne leering.
Opperbest
Inderdaad, ik heb zooeven vastgesteld dat
een liberaal, die de religie aanrandt, niet
mist.
Wij zijn dus in volle akkoord en wij schrij
ven: Een liberaal, dieniet mist, volgt zijne
leering of wel een liberaal die mist, handelt
tegen zijne leering.
Un juist zoo is het ook met de katholieken
lijk gij hetzelve hebt geschreven in uwe
zoogedachte tegenstelling
De katholiek die mist, handelt tegen
leering. En daar dit ook het geval is met de
liberalen, valt uwe antithesis in duigen.
Zijt gij nu overtuigd dat het U voordeelig
zijn zou eens dat deel te herhalen der wijsge
leerdheid die van logiek handelt?
Onderlusschen het mag niet miskend wor
den dat de tijden heengaan, ras heengaan,
zoaarop het liberalismus der menigte zich
bij het gedacht beperkte dat de Kerk en de
Staat twee afzonderlijke machten zijn met
afzonderlijke instellingen en afzonderlijke
dienaars, en dat het Vrije Gedacht nu eene
ca
<-xc5-
VOORUITGAAN.