DE PRINSES MARIA.
STADSNIEUWS.
Hondenbescherming.
Buurtspoorweg IJperen-Armentiers.
Kattefeest.
De cirk Fernando
Het mekaniek tooneel Morieux
Bij Spriet
Sibille de Gumes.
De ampliitriet of de watergodin
Ongelukken.
Burgerstand
Kemmel.
Wij leven in eenen tijd, waar velen begin
nen te vergeten, dat het menschdom een ke
ten is, dat wij allen broeders zijn. Wij willen
wel verstaan, dat de fabrikant het meest
most winnenhij moet alles verzorgen,
alles besturen en gadeslaan, hij gewaagt zijn
kapitaal, doch hij moet ook bedenken, dat
het werkvolk zijne broodwinners zijn, en
dat zij zich aan eenen meester niet kunnen
gelegen laten, die zoo ikzuchtig is, dat hij
zijn werkvolk te weinig betaalt om te kun
nen leven, om eerlijk en zonder hulp zijne
familie te onderhouden, terwijl zijne peerden
vet als mollen zijn, en zijne machines
in salons staan.
Dat de fabrikanten den werkman een eer
lijk bestaan geven en deze zal gelukkig,
en beide zullen er zich wel mee bevinden.
Dat de Meenensche burgerij die werksta
king zooveel mogelijk ondersteune en wij
verzekeren haar, dat zij een goed werk zal
verrichten.
Dat de werklieden zich vereenigen, dat
zij weerstandskassen maken, en zij zullen
op die wijze eene macht vormen, die alle
werkstakingen zullen verijdelen en doen
verdwijnen.
Onthoudt het, werklieden, Eendracht
maakt macht
De Raadsheer Gravet heeft jl. zaterdag, in
de zitting des gemeenteraads,een verordening
gevraagd over het intspannen van honden.
Hij wil een einde zien stellen aan de wreede
tooneelen van ingespannen honden, die te
zware lasten moeten voortslepen en die uit
geput neervallen onder het te groot gewicht
van den vracht. De Raad stemde volkomen
in met de meening van den heer Gravet en
de Schepenenraad beloofde de zaak te onder
zoeken en dan een ontwerp van verordening
ter bespreking en goedkeuring aan den Raad
te onderwerpen.
De stad IJperen komt onderricht te wor
den dat er een buurtspoorweg zal aangelegd
worden tusschen IJperen en Armentiers,
gaande tot Nieuwkerke, (grens) met eene
vertakking op 't fransch grondgebied Daar
Belle en Armentiers en eene op 't belgisch
grondgebied van Nieuwkerke naar Wyt-
schaete, Meesen en Waasten.
Men zal dus nogeens langs Rome naar
Brussel gaan. Wie bij voorbeeld naar Wyt-
schaete of Meesen moet (vijl tot zeven kilo
meters) zal langs Nieuwkerke rond mogen
en eenen weg afleggen van ruim een 20tal
kilometers.
't Zijnj'ans, die zulke ontwerpen kunnen
afgaan
De Maatschappij der Nationale buurtspoor
wegen heeft dat alles met de belanghebbende
gemeenten in plooitjes gelegd zonder er een
woordje van te reppen aan de stad IJperen,
die liet eerst had moeten geraadpleegd wor
den. Het is immers zij, die het diepst in den
porte-inonnaie. schieten mag.
Maar de Nationale Buurtspoorwegen Maat
schappij schikt alles op haar eigen en zegt
dan: Wij zullen eenen buurtspoorweg aan-
Eerste deel.
(4e Vervolg.)
De edelknapen schaterden het uit van la
chen. Godekin was steeds even lustig.
Schoone dingen kunnen niet te veel
herhaald worden, riep er een, maar wilt. gij
hier zoo maar in 't bosch zingen als een her
dersknaap of een minnestreel die verliefd is?
Waarom niet, vroeg Godekin. De me
relaar zingt wei buiten, en een brabandsehe
ridder mag zichzelven wel stellig even zoo
veel toelaten al? een merelaar?
En terwijl de jeugdige ridders het uit
proestten van lachen, ging Godekin heel
ernstig op den grooten steen rechtstaan en
ving het volgende l'iedjen aan.
En heel de schaar juichte toe en herhaalde
in koor
leggen, die van. uit uwe siad langs Dicke-
busch, Voormezeele, Kemmel, Wulverghem,
Nieuwkerke tot aan de grensherberg De
Seule waar de fransch en geneigd zijn aan
te landen met hunnen buurtspoorweg van
Armentiers op Belle. Eene vertakking zal
van de Groote Vuerstraat langs Wyt-
schaete en Meesen naar Waasten aangelegd
zijn.
De bevolking, op die wijze er door bediend,
peloopt tot 18 duizend inwoners, dat is on
geveer 700 menschen, grooten klein, oud en
jong er m begrepen, per kilometer lengte,
en die 700 menschen moeten jaarlijks Ir.
3.166-66 c. aan den buurtspoorweg hangen
opdat wij onze onkosten gedekt zien, en gij,
gemeenten, niets te betalen hebbet. -
Dat alles is goed en wel, maar zal IJperen
goedzakkig genoeg zijn om zich enkel bij het
in de beurs schieten te bepalen en geen
enkele opmerking te maken op een korteren
en dus voordeeligeren weg, de rechtstreek-
sche lijn, bijvoorbeeld?
Wij hopen dat het zoo niet zijn zal; want
de heer Schepen, dienstdoende burgemeester
heeft die kwestie voor onderzoek naar de
vereenigde afdeelingen doen verzenden.
De heer Colaert vindt dat de stad zich
haasten moet, wil zij niet dat een bijzondere
hare plaats inneemt met het gevraagde ka
pitaal te waarborgen. Dat ware zeer betreu
renswaardig, want dan zou de stad haar
woord in het aanleggen niet meer te zeggen
hebben. Heeft zij het nu, of als zij het heeft,
houdt men er rekening van?
Wij twijfelen er grootelijks aan, en gij,
menheere Colaert?
En ziehier waarom. Wanneer de stad
IJperen de rechtstreeksche lijn naar Veurne
eischte, kreeg zij deze niet, maar betalen
mocht ze.
En nu dat IJperen waarschijnelijk met de
heeren van den Handelskring, die toch wel
bevoegd in de zake zijn moeten, de recht
streeksche lijn IJper-Armentiers eiscben zal,
omdat alle andere lijn, welke dat belangrijk
nijverheidspunt niet aan onze stad verbindt,
ook niet leefbaar zijn zal, is het bijna zeker
dat de Nationale Maatschappij zich er om
bekreunen zal, als een mossel om eene
kazak. En daar, in alle geval, de lijnen toch
van dit jaar niet zullen aangelegd worden,
vinden wij ook dat de stad zich niet over
haasten moet en wel doen zal al het voor en
tegen der te kiezen lijnen goed te overleggen,
alvorens hare kapitalen op de waag te stel
len.
Tot nu toe was de Kattefeest een doode
feestgeen de minste beweging, geen leven
noch bedrijvigheid was er te bespeuren. Zou
de slechte tijd daar ook al voor iets tusschen
zijn? Vele barakken hebben maar weinig
nering en andere zijn toch alle avonden
proppensvol.
doet goede zaken. Er is veel verscheidenheid
in de vertooningen. Lieve paardenrijdsters
doen haar best om het publiek tevreden te
stellen en zij gelukken er wel in. De paar-
denrijders zijn meesters in hun vak; de
gymnasiarken verstommen iedereen om hun
ne stoute en wonderlijke toeren en de clowns
zijn oprecht onbetaalbaar; men kan daar
eens hartelijk lachen.
Dinsdag werd het einde der puike vertoo
ning gekenmebkt door een ongeval dat erge
gevolgen had kunnen hebben. De paarden-
rijder Aguimof miek allerlei kunsten en
Ei, een oogenblik, riep een der om-
staanders; ik moet u onderbreken. Zou onze
goede vriend de heer van Wesemaal ook van
welsclien oorsprong zijn? Hij, ten minste, is
valsch genoeg. De uitzondering, zegt men,
staaft de regel.
Voorwaar, bevestigde een ander, groo-
ter bedrieger dan van Wesemaal bestaat er
onder de zon niet. Als ik het wel voor heb,
zal hij het juist geweest zijn die heer Gode
kin bij La Brosse is gaan aanklagen.
't Zou mij niet verwonderen, meende
een derde.
Wat zegt gij? schreeuwde Godekin, van
zijn steen springend. Zijt gij er zeker van,
edele vriend, Walter? Ik zal den schelmschen
kronkelaar onmiddelijk tegen het lijf gaan
botsen. Komt met mij, mijne heeren, ik moet
voldoening hebben.
Neen, blijf, heer Godekin, sprak Walter.
Die arglistige mensch is het niet waard, dat
gij u kwaad bloed maakt.
Ja, ja, zei een tweede, laat den vos
maar gluipen en kruipen; hij zal wel eens in
de val trappen. De kruik gaat zoolang te
water tol. ze breekt. Stoor u daar niet aan,
heer Godekin.
Eu, hernam de vriend Walter, zing ons
uw liedje voort, dat gij hebt laten steken.
toeren op een paard zonder zadel en zou ein
delijk met de voeten samengebonden door
twee hoepels springen Hij kwam ongeluk
kiglijk nevens zijn paard op den boord der
renbaan terecht, maar hij was gelukkig ge
noeg er nog van af met een paar lichte
schrammen aan de bil en aan de beenen.
Zijne uitvoeringen werden er niet door on
derbroken.
Alwie de renbaan Fernando nog niet be
zocht heeft moet zich haasten daar er maar
weinige voorstellingen meer te geven zijn.
Spoed u dus wilt gij eenen aangenamen
avond doorbrengen.
Prijzen der plaatsen 1* pl. 2 fr.2° pl.
1 fr.; 3e pl. 50 centiemen.
Alle Zon- en Donderdagen worden er ver
scheidene voorstellingen gegeven aan ver
minderde prijzen.
is voorzeker het zien waard en alwie er eens
is geweest wil er nog terugkeeren. De reis
om de wereld, bestaande uit eene reeks be
weegbare tafereelen, die een ware kunst
waarde bezitten, is niet alleen leerrijk, maar
tevens zeer aantrekkelijk. Het vergaan van
een schip is treffend, zooveel te meer omdat
de begoocheling goed gelukt is. De poppen,
echte acrobaten, doet iedereen verbaasd
staan en de overige tafereelijes, zooals de
leeuwenjacht, een feest op 't water, en vas
tenavond op 't ijs en meer andere, zijn zeer
geschikt om te doen lachen dat men schud
debolt. Een prachtig' tafereel is nog het feest
der zon m het land van Jupiter.
is er ook nog al iets te genieten. De acrobaten
kennen hun stiel zooals 't behoort en de
bestuurder is een meester goochelaar. De
oorlogen ter zee en te lande laten niets te
wenschen. Daar ook kan men zich hertelijk
vermaken.
Een klein baraksken recht over het hotel
de Chhtellenie op onze Groote Markt,
waarin een merkwaardig lichtuitwerksel te
zien is, draagt voor opschrift): Sybille de
Cumes. Die vreemde namen zeggen niet veel
aan den geest. Daarom raden wij onze lezers
aan, willen zij iets zien dat merkweerdig is,
ten spoedigste mogelijk er naar toe te trek
ken.
is een meesterstuk van gezichtkundige be
goocheling. Alwie daar geweest is kan er
zich maar moeilijk aan verstaan, keert heel
voldaan terug en kan niet nalaten zijne
vrienden aan te raden ook eens te gaan
zien. De prijzen der plaatsen zijn gesteld op
le plaats, 25 centiemen, 2e plaats 10 centie
men.
Zich niet te vergissen; de barak bevindt
zich links om naar de renbaan te gaan.
nevens Vhomme canon.
Donderdag middag verspreidde eene treu
rige nieuwsmare zich in onze stad. Mej.
Langbeen, onderwijzeres aan de stedelijke
bewaarschool der Hondstraat, is, door het
wegschuiven eener plank, in den beerput
der gemakken gevallen en verdronken. Toen
men het gewaar werd en ze er uit opvischte
was het te laat. Niettegens taande de goe-
Ja, ja! riep heel de bende, Godekin
terug op zijn steen hijschend. Het vervolg
van het liedje.
Komaan, het zij zoo, was Godekins
antwoord, en hij zong nog achtervolgens de
twee strophen van het liedje, dat de vernuf
tige Jan van Heelu voor hem gedicht had,
en waarvan zijne vrienden telkens met
kracht en klem het refrein zongen.
Terwijl de jonge ridders aldus uitbundig
aan het zingen en juichen waren, hadden zij
niet bemerkt hoe, achter de kromming der
laan, Hertog Jan I, met eenen rijken stoet
van hofjonkers en damen, pagen en edellie
den, naderde, zijnen koninklijken gast te
gemoet. De Hertog had inderdaad door eenen
franschen loopbode vernomen, dat de koning
niet verre meer verwijderd kon zijn, en op
het oogenblik dat prinses Maria over de
valbrug in het slot terugtrad, seinde de
de en onophoudende pogingen kon men kaap
tot het leven niet meer terugroepen. Zij
en bleef dood. Na de lijkschouwing is 2c
naar hare woning overgebracht.
De ongelukkige laat eene oude moedtf
achter, wier eenige steun zij was.
Wie het nat bemint, loopt gevaar door het
nat te vergaan; dat ondervond zekere La-
mote Dinsdag ook toen hij inde Hondffraat,
zoo vol als een brijke aanwaggelen kwam'
Hij trapte nevens het voorland in de goot en
viel, met het ongelukkig gevolg dat hij zich
een been brak.
Men heeft hem naar 't gasthuis gedragen,
waar hij de noodige zorgen ontving!
van dên 15 tot den 22 Maart 1889.
fieboorten.
Mannelijk geslacht 5. Vrouwelijk id. 2.
Hendrik Billiet, schoenmakersgast, 17 jaar,
St Niklaas buiten.
Virginia Blootacker, zonder beroep, 75 jaar,
weduwe Franciscus Gasier, Dixmudestr.
Florentinus Vanbeylen, schrijnwerker, 67
jaar, echtgenoot van Octavia Top, Rij.
selstraat.
Theresia Fagel, winkeliersier, 72 jaar, on
gehuwd, St Jacobstraat.
Nathalia De Grave, naaister, 55 jaar, echt-
genoote van Leopold D'huysser, Dixmu-
destraat.
Ferdinandus Landerwyn, zonder beroep, 76
jaar, weduwaar van Maria Verdoolaeghe,
Dixmudestraat.
Jozef Moinié, oudkleerkooper, 76 jaar, echt
genoot van Cecilia Alleman, St Jacobs-
nieuwweg.
Maria Dieusaert, dienstmeid, 62 jaar, onge
huwd, Wenninckstraat.
Sophia Vandorpe, zonder beroep, 82 jaar,
weduwe van Franciscus Deturck, Wen
ninckstraat.
Maria Smagghe, koopvrouw in juweelen, 71
jaar, ongehuwd, Groote Markt.
Julia Taccoen, zonder beroep, 74 jaar, we
duwe van Paul Klingels, Ste Godelieve-
straat.
Kinderen beneden de T jaren.
Mannelijk geslacht 6. Vrouwelijk id. 2.
De briefmaker en zijn inktpot vonden in
den Meenenaar een artikel dat hun «niet
kwalijk schijntHet is gelijk het portret
van onze geuzekens
Het woordeken blauw duidt altijd
iets valsch aan dus iets briefmakerachtig):
blauwen is smokkelen, vervalschen (weer
al briefmakerachtig); blauwe bloemekens
zijn leugens te zeggen (dat wisten wij niet);
als gij liegt zullen de menschen zeggen;
de 'zoldering wordt blauw (dat kan de
briefmaker bij ondervinding weten een
blauwverwer is een leugenaar (briefmaker
blauwverver dat kan samengaan.
Zoodat de blauwe liberalen nog nooit
beter hunnen naam gekozen hebben en
alzoo leelijke blauwe schenen geloopen
hebben. Voor meer zie het «Nieuwsblad
nr 1210, tweede bladzijde.
Zouden de briefmaker-blauwverver en zijn
inktpot dulden dat wij een liedje zingen het-
wachter van den hoogsten kasteeltoren, de
aankomst van den koninklijken stoet. Aan
het bevel haars broeders gehoorzamende,
liet de prinses zich in allerijl opschikken, en
trok haar rijkste gewaad aan, doch Johanna
bemerkte dat, hoewel de prinses geweld
deed, om er blij en opgeruimd uit te schijnen,
meer dan eens twee dikke tranen hare oogen
ontrolden.
Het gevolg des Hertogs naderde dus in
stilte. De sieraden der edele vrouwen en de
kostelijke wapenrustingen en zwaarden der
edellie ien schitterden in de warme lentezon.
Duizende kleuren in gewaad en tooisel ver
mengden zich dooreen, en bewezen met een
enkelen blik welke weelde en oostersche
pracht er aan het hof des hertogs heerschte.
Reeds was het gevolg tot dicht bij de
kruislaan genaderd, toen Godekin nog altijd
zong. Hertog Jan hoorde het lied, deed met
de hand een teeken stil te houden en luister
de aandachtig naar de woorden. Zijne schoo
ne zuster reed droomend en stilzwijgend aan
zijne zijde.
Eensklaps blikte een der wapenmakkers
van Godekin om en stiet een geschreeuw uit.
De hertog! De hertogriepen verrast
al de edelknapen en plaatsten zich eerbiedig
in het gewas.
Wordt voortgezet.)
S<S££><-
heeuw.
Wanneer de leeuw van Braband slaapt,
Dan dansen stout de walsche katten,
Maar wen de leeuw van Braband gaapt,
Dan vluchten zij ais bange ratten.
Ik heb het steeds in ieder oord
Van 't gansche Vlaanderland gehoord
Wat walsch is valscb is 't Werd gezeid
Van in den goeden ouden tijd.
Ja, wat walsch is! 't Werd gezeid
Van in den goeden ouden tijd.
2.
Als Brabands leeuw te vrijen ligt,
Dan kumt de kat en scheert zijn manen,
Maar keert de leeuw zijn fier gezicht,
Dan weent het poesje kostertranen.
Want 'k heb het steeds in ieder oord, enz.
3.
Als Brabands hertog koen toernooit,
Komt 't walsche rot den Vlaming tergen,
Maar als de vorst zijn vaan ontplooit
Verstuift de bende iaffe dwergen.
Want 'k heb het steeds in ieder oord, enz.
OverSïj «lens.
8