Geknipt.
Gauwdief.
Opgehangen.
Museum en Muurschilderingen.
Benoemingen.
Buurtspoorweg Armentiers-IJpereii
Burgerstand
Het Nederlandsch in ons Middelbaar
Onderwijs.
Folkloristische praatjes.
noodzakelijkheid en de vruchten die zij ge
nieten laat. Gansch zijne verhandeling steun
de hij op onwederlegbare bewijzen en zij
vond daardoor des te meer weerklank in de
harten der toehoorders, die de zaal onder
hunne salvo's dreunen deden.
De muziekstukken, uitgevoerd door de
harmonie der stadsjongensschool, werden
ook gretig aanhoord en toonden eens te meer
dat er vele goede muzikale talenten schui
len onder die jonge schaar muziekliefheb
bers.
De jeugdige knaap Karei Gesquière, leer
ling van den hoogeren leergang voor viool,
heeft met zijn concertstuk als proefuitvoe-
ring iedereen verbaasd doen staan. Dat is
een joDgeling die veel belooft en die vast en
zeker een echt kunstenaar worden zal. Het
is een vernuft dat niet verwaarloosd mag
zijn.
Een gul proficiat voor den knappen viool
speler!
Een tafereel dat ingrijpend op de tallooze
menigte gewerkt heeft was de plechtige
overreiking der diploma's en vergulde eer
metalen aan de leerlingen der hoogste afdee-
ling der lagere jongenschool, die verleden
jaar in den prijskamp het noodige getal pun
ten behaald hadden en ook aan deze der
hoogste afdeeling van de avondschool, die
dees jaar in den prijskamp een diploma won
nen. Ruim een twintigtal jongelieden kregen
die puike belooning, terwijl het muziek een
lief aria uitvoerde en de aanwezige volks
massa de uitbundigste vreugdekreten hooren
liet. Door het winnen van dergelijke diploma
genieten de jongelingen, zonder verder exaam
het kiesrecht van rechtswege op meerderja
rigen leeftijd.
Een gul bravo voor die vele bekroonden.j
Doch wat het meest aan de menigte beviel
waren die kindertooneeltjes door de kleine
bubbeltjes der bewaarscholen uitgevoerd.
Met den uitbundigsten lof sprak iedereen er
over en de ouders waren er trotscher op dan
hunne telgjes en niet zonder reden ook.
Het waren in een woord vier lieve kinder
feesten. waar de grooten zich in 't geheel
niet verveelden en die luidop getuigden van
de gelijkheid onzer stedelijke scholen.
De lieeren bestuurders, bestuursters, lee
raren. onderwijzers en onderwijzeressen
verdienen den meesten lof over hunne moei
lijke, lastige en zeer dikwijls, helaas! on
dankbare taak die zij met zooveel takt, moed,
ijver en zelfopoffering als goeden uitslag na
komen.
Wij brengen hen hier, in naam van het
gansche verlichte deel onzer bevolking, den
rechtzinnigsten dank H.
Verleden Zaterdag morgend kwam de voer
man van S4 Juliaan (Langemark) met haasjes
en patrijsjes te koop naar Yperen, toen de
politieagent P. I). hem knipte voor jacht-
overtreding. Onze zeden zijn nu eenmaal zoo
wie een haasje knippen durft, wordt als een
rakker van de ergste sc ort voor de recht
bank gesleurd en uitlangen moet hij of wel
hij mag in 't pensionnaat op 't einde der
Elverdinghestraat ratatoe gaan in zijnen
molen draaien.
Dienzelfden morgend werd eene boerin
gewaar dat een behendige gauwdief met
haren portemonnaie op de lappen was. Zij
verwittigde de politie en deze zat den schelm
algauw op de hielen. De agent P. D. ('t is
ook altijd,dezelfde, die niet lijden kan dat
men met eeens anders centen schoon weer
speelt) kreeg den rakker allicht in zijne net
ten. Toen hij bij den kraag gevat werd, was
hij bezig met een nieuwen hoed te bedingen,
dien hij met het gestoiene geld betalen ging.
Dat hij de doos invloog en dan een gezicht
trok lijk een vervrozen teen kan men gemak
kelijk raden.
Als de duivel der jaloerschheid u in 't lijf
kruipt, zegde zekere werkman die rechtover
Den Hert woont, dan is 't algauw met u
gedaan, en hij nam Maandag namiddag,
terwijl zijne vrouw in Den Hert aan 't wer
ken was, eene koorde en ging zich op zijnen
zolder te drogen hangen. Na de lijkschouwing
werd zijn lijk naar 't gasthuis overgebracht.
Hij laat eene weduwe en twee kinderen
achter.
Het stadsmuzeum en de muurschilderingen
op de halle zijn dit jaar nog eens door dui
zenden bezocht en bewonderd geweest. Ook
hoe zou het anders kunnen Moeten vele
steden dergelijke merkwaardigheden aan
IJperen niet benijden? Daarbij die wonderhe
den streelen niet alleen de zinnen, maar ze
zijn daarenboven voor elkeen zeer leerrijk.
Doch wij handelen enkel daarover om de ge
legenheid te hebben de aandacht onzer lezers
te vestigen op eene tentoonstelling van tee-
keningen en schilderijen in de Academie van
schoone kunsten inde Onze Vrouwstraat geo
pend. Eenige leerlingen die daar de lessen
gevolgd hebben, vatten het goed gedacht op
hunne voortbrengselen van den verloopen
leergang ten toon te stellen. Om de onkosten
te dekken eischen zij een gering inganggeld
van 10 centiemen.
Wij mogen onze lezers verzekeren dat die
tentoonstelling ten volle waardig is gezien te
zijn en dat alwie er henen gaat zijn geld en
zijnen tijd niet beklaagd, maar integendeel te
vreden en vergenoegd terugkeert en zijne
vrienden aanraadt ook eens te gaan zien.
Wie last heeft, profiteere van de gelegenheid.
Zijn ontvangers der rechtstreeksche en der
verbruikings-belastingen benoemd
Te Wulverghem, de heer Pauwels, heden
ontvanger derzelfde belastingen te Rupel-
monde (Oostvlaanderen).
Te Rupehnonde, de heer Van Wetter,
heden ontvanger derzelfde belastingen te
Elverdinghe.
Te Elverdinghe, de heer Tavernier, heden
ontvanger der tol- en verbruikingsrechten te
Poperinghe-Abeele (Statie).
Wij vernemen dat het stadsbestuur van
IJperen de ontworpen lijn van deze stad op
Armentiers, langs de Seul, komt te verwer
pen.
Eene beslissing werd door dat bestuur ge
nomen om zich met de stad Armentiers te
verstaan met het oog een andere lijn, gaande
langs Nieuwkerke of Meésen, Ploegsteert en
de Bizet te bekomen.
Die lijn die Armentiers en IJperen recht
streeks verbinden en eene schoone en rijke
streek gerieven zal, heelemaal van ijzerwe
gen ontbloot, is geroepen om groole diensten
te bewijzenhet is dus heel wenschelijk dat
de overeenkomst tusschen de Belgische en
Fransche besturen zoo gauw mogelijk geslo
ten worde voor wat de voorwaarden van den
te volgen weg en de uitvoering dezer nieuwe
spoorbaan betreft.
Daar het grootste deel der lijn op Belgischen
grond moet aangelegd zijn, is het de plicht
onzer naburen van de eerste noodzakelijke
stappen voor het regelen dier zaak te doen.
[Journal d'Armenlières).
van den 2 tot den 9 Augusti 1889.
Mannelijk geslacht 3. Vrouwelijk id. 6.
Muweli jlcen.
Hendrik Devos, daglooner en Mathilde
Verhaeghe, kantwerkster.
Pieter Van Gele, stoker en Emeliane De-
clerck, zonder beroep.
Camiel Ancion, leeraar in wiskunde en
Mathilde Smeysters, zonder beroep.
Overlijden».
Karei Ruffelet. daglooner, 71 jaar, echtg.
van Coleta Ruffelet, Meenenstraat.
Servaas Bekaert, daglooner, 40 jaar, echtg.
van Maria Lefieuw, Brielen (buiten).
Hendrik Maes, wever, 32 jaar, echtg. van
Justina Tourlouse, Meenenstraat.
Kinderen beneden del jaren.
Mannelijk geslacht 3. Vrouwelijk id. 0.
Het Algemeen Bestuur van het Willems-
Fonds heeft aan den heer minister van Bin-
nenlandsche zaken en Openbaar Onderwijs
den volgenden brief gezonden over het aan
deel dat aan onze taal in de prijsdeelingen
onzer gestichten van Middelbaar onderwijs
toekomt.
Gent, den 31 Juli 1889.
Mijnheer de Minister,
De wet van 15 Juni 1883 heeft, voor het
Middelbaar onderwijs van den Staat in de
Vlaamsche gewesten, het Nederlandsch. als
leervak en als voertaal van het onderwijs,
met het Fransch nagenoeg gelijkgesteld.
Onze athensea en middelbare scholen zijn
geene Fransche gestichten meer, maar twee
talige.
Die gelijkstelling wordt in de meeste ge
stichten in meerdere of mindere mate, of
schoon bijna overal nog op onvoldoende
wijze in acht genomentot de prijsdeelin
gen is zij echter nog niet doorgedrongen.
De programma's dezer plechtigheden wor
den waarschijnlijk overal nog uitsluitend in
het Fransch gedrukt, de Nederlandsche
prijsboeken, die er uitgedeeld worden, vor
men, in vergelijking met de Fransche, een
zeer onbeduidend getalen overal, op eene
enkele uitzondering na, zijn het sedert 1883
gelijk te voren enkel Fransche redevoerin
gen, die bij deze gelegenheid uitgesproken
worden.
Wij zijn zoo vrij, Mijnheer de Minister,
uwe aandacht te vestigen op die feiten, die
wij als onregelmatigheden, in strijd met de
nieuwe wet, denken te mogen aanklagen, en
verzoeken U da noodige voorschriften te wil
len uitvaardigen opdat .-
1° de programma's der prijsdeelingen in
beide talen zouden gedrukt worden
2° het getal der Nederlandsche en Fran
sche prijsboeken in overeenstemming zou
gebracht worden met het aandeel, dat door
de wet aan beide talen in het onderwijs is
toegekend
3° de gebruikelijke redevoeringen beurte
lings in elke der twee onderwijstalen zouden
gehouden worden.
Aanvaard, Mijnheer de Minister, de uit
drukking onzer eerbiedige gevoelens.
Namens het algemeen Bestuur
van het Willems-Fonds,
Aug. Gondry, Secretaris-Schatmeester.
(4e vervolg.)
Een belangrijk gedeelte in de studie Don
der en Bliksem in het Volksgeloof is
datgene, waarin de hr. da Bom spreekt van
middelen meest voorkomende of vrijwa
rende, in den volksgeest, namelijk waar
toe het volk, bij onweer, zijnen toevlucht
neemt of welke het aanwendt.
Deze bijzonderheden vooral geven ous den
maatstaf van den geestestoestand onzer bui
tenlieden en eenige staaltjes van hun bijge
loof, met eene ongewone dosis onnoozelheid
gemengd. In een natuurverschijnsel, met
zijne zoo natuurlijke oorzaken en gevolgen,
grootendeels door de wetenschap gekend en
uitgelegd, zien zij een teeken van Go is ver
bolgenheid, eene straf des Allerhoogstenen
meest alle behoedmiddelen, om aan de god
delijke wraak te ontsnappen, hebben een
godvruchtig of beter godsdienstig karakter.
Voor het oogenblik laten wij nog de eigen
lijke gebeden van kant.
Overzien wij eens die uitvindingen (met of
zonder Staatswaarborg), door 't volk. als
gebreveteerde behoed- en voorzorgmiddelen
aangewend. Wij volgen M. de Bom
1° Het kruisteeken, met over zonder wij
water.
2° Het besprenkelen der te beschermen ge
bouwen met wijwater. Dit, den dag vóór
Sinxen gewijd, is krachtiger dan dat vóór
Paschen. (Bericht aan de brave zielen).
3® Het steken van gewijden palm tusschen
de dakpannen des huizes, en op het land om
de vruchten tegen den hagel te bevrijden.
(In West-Vlaanderen steekt de metselaar een
takje busseboom buksboom op de ka-
ve schouw van een versch opgebouwd
huis.
4° Plaatsen van den witten haagdoorn, op
de mijten, schelven, - vummen ingeoogste
veldvruchten. Het geslacht vleesch met
eenige takken van 't zelfde struikgewas be
dekken, om het tegen bederf te vrijwaren.
(In IJperen zijn er slachters, die, bij on
weer, deuren en vensters van den winkel
sluiten om volledige duisternis te bekomen,
en het te koop hangend vleesch achter eene
gordijn of ander stuk stof voor - den weer-
lucht verbergen). Men kan ook onder den
haagdoorn schuil houden gedurende een on-
weder; immers Ons Heer werd met doornen
gekroond.
5° Verbranden in de stoof van gedroogden
welriekenden alsem O. L. V. kruid be
vrijdt het huis, waar de rook boven het dak
blijft zweven.
6° Sint-Janskruid vóór zonsopgan
geplukt, is goed tegen den bliksem. g
7° Een stuk dennenhout, dat den avond
vóór Kerstdag niet gansch opgebrand werd
bevrijdt de woning waar het onder een bed
ligt.
8° Op huis en stal donderblad, donder
baard of donderkruid (dunderblaren
joubarbe in 't fr. is ook een souverein
middel.
9° Den H. Donatus aanroepen. (Daarover
meer in volgend praatje.
10° Het Sint-Jans Evangelie. (Zie in aile
kerkeboeken op het einde der gebeden
onder de mis.
11° Een schietgebed der H. Barbara, pa.
trones tegen de goede dood, prevelen. (pe
H. Barbara is patrones der IJpersche pom.
piers, voor 't geval dat er een van hen, bij
brand, te veel z'n leven riskeert. Ook viaren
zij luidruchtig elk jaar, den ln of 2a Zondag
van December, het patroonfeest der door-
luchtige heilige, met groote promenade
militaire en ville, revue sur la Grand'
Place, concert-promenade aux Halles en
banquet a 6 h* du soirü Zooals men ziet
wordt Sinte Barbara in al die feesten totaal
....vergeten).
12* Het bidden van den huiszegen
(Wij zullen den tekst in ons laatste praatje
mededeelen).
13° Het aflezen van de lengte van Chris
tus x, d. i. een reepel papier zoo lang als de
gestalte van Ons Heer.
14° Het branden der gewijde kaars. (Nog
zeer verspreid gebruik).
15° Het eten van eiers die op Witten-
Donderdag gelegd zijn.
16° Het bewaren van den dondersteen
(zie daarover ons tweede praatje, in het
Weekblad van 13 Juli).
17° Het verbranden van strooisel strie-
velinge waarover de processie gegaan is.
18° Onder een kruisbeeld schuil houden.
(Dat is eene der redenen, waarom sommige
bijgeloovige boeren aan hun hofhekken of
balie een Christusbeeld planten en een
kruisken boven de deuren van woonhuis en
stallen laten schilderen.
19° Het onweer met ketelmuziek scher-
minkelinge charivari iu 't fr. be
zweren. (Zie over dit echt hornoeopatiach
middel de superstitions wallonnes door J.
Stecher, in de Revue de Belgique van
1879, bl. 289.
20° Het luiden der klokken. (Alhoewel dit
gebruik meer en meer verdwijnt, hebben
wij ons echter laten verzekeren dat het nog
te Wellen bestaat of ten minste over korten
tijd nog bestond. Uit eene briefwisseling,
onlangs in het Laatste Nieuws van Brussel
verschenen, kon men opmaken dat het ook
nog te Gosselies of te Soignies we zijn den
plaatsnaam kwijt in voege is).
21° Het lezen of enkel bewaren van het
gebed, dat in 1505 op het H. Graf gevonden
werd en door den Paus aan bloedhond Kei
zer Karei gezonden. (Daar staat onder ande
re, in de opsomming der gevallen waarin dit
gebed van kracht is:Geloof vastelijk
x wat hier geschreven staat, want het is zoo
vast als het heilig Evangelie. Waar dit
x gebed in huis is, kan geene schade ge-
x schieden van donder of bliksem, en wie
dit gebed dagelijks leest of hoort lezen, zal
x drie dagen vóór zijnen dood een teeken
x hebben van God en daaruit verstaan: dit is
x mijn sterfdag, x
Indien het Weekblad een kwakzalver
ware, is het sterk te vreezen dat het, voor
«enen eersten keer, nooit zooveel remedién
zou bijeen krijgen. En nochtans ontvangen
onze lezers ze gratis
De patroon tegen den donder is, zooals
x men natuurlijk weet, de H. Donatus. Hij
wordt in de kerk te Eerneghem (West-
Vlaanderen) bijzonder aanroepen.Hij wordt
aldaar voorgesteld als een soldaathij mo0t
x martelaar gestorven zijn, want hij houdt
x een palmtak en een zwaard in de hand. In
x alle gebedenboeken zal men litanieën en
x schietgebeden te zijner eere aantreffen.
(Bi. 21 der studie van M. de Bom).
Trachten wij, in de geringe mate van ons
vermogen, die bijzonderheden wat uit te
breiden: Sint Donatus is niet de eenig0
schutsheilige, dien men in 't barnen.... d«s
oaweders aanroept, maar ook S'-Maartenfl).
Wie is die Sint Donatus? De heiligend8'
geeft er twee op.
Geboorten.
(1) Zie daarover Flandria, 3' jaar, bl. 613-6H-
Ook 2'teee Santendoor Medard Varkest, bl. 34 «b??'