Heilige Geschiedenis. Besluiten en benoemingen. Leon De Bruyn. STADSNIEUWS. Exaara. ÖDgeluk. Gefopt. Gevecht. Diefte. Op hol. Benoeming. Besluiten en benoemingen. Overreden. Burgerstand Kemmel. ploma afgeleverd door de tuinbouwscholen van Gent en van Vilvoorde de dragers van een bekwaamheidsdiploma, afgeleverd aan de leerlingen der nijverheidsscholen, ge plaatst onder het toezicht der regeering, na voltrekking van eenen volledigen leer gang. 8. De meestergasten of porions van kool mijnen, toezichters en aanteekenaars, sedert ten minste twee jaren in bediening zijnde, en in dezelfde voorwaarden de werkbazen en oppermagazijniers der werkgestichten, fabrieken of werkhuizen, welke meer dan vijf en twintig werklieden gebruiken. 9. De werkdadige of gepensioneerde leden van het diplomatisch en consulaire lichaam van Belgie. 10. De in dienst zijnde of gepensionneerde greffiers en toegevoegde greffiers der ge rechtshoven, der rechtbanken van eersten aanleg (wat zal meester Karei hiervan zeg gen?), der rechtbanken van koophandel, jder "werkmansraden en der vredegerechten; de koophandelsrechters, dienstdoende of heb bende een mandaat vervuld van minstens twee jaren; de leden der werkraden in wer- kelijken dienst of hebbende een mandaat vervuld van minstens drie jaren, de pleit bezorgers en de deurw larders in dienst of in uststand zijnde. 11. De leeraars van atheneums, collegiën, bijzondere en normale scholen, middelbare-, landbouw-, nijverheids- en koophandelscho len, opgericht door den Staat, de provinciën en de gemeenten; de leeraars der koninklijke academiën van schoone kunsten en der ko ninklijke muziekscholen; de inspecteurs van allen graad van het openbaar onderwijs; al de gemeenteonderwijzers, in dienst of op pensioen gesteld zijnde, 'behalve als zij dra ger zijn van het diploma van toegevoegden leeraar van het middelbaar onderwijs der beide graden en van lageren onderwijzer verkregen in Staats- of eene aangenomene normaalschool, of afgeleverd volgens het koninklijk besluit van 29 October 1846, of volgens 't artikel 8 der wet van 20 Septem ber 1884. 12. De ambtenaars der bestuurlijke orde van den Staat, van de provincie of van de gemeenten, alsook van de gestichten die er van afhangen en die eene vaste jaarwedde van vijftien honderd franken genietende secretarissen en ontvangers der gemeenten de ambtenaren van het burgerlijk huis des konings en der burgerlijke lijst, degenen der wetgevende Kamers en van het iiofvan re keningen. 13. De officieren van 't leger, behalve deze die hun ingangsexaam in de oorlogschool hebben afgelegd; al de onderofficieren, de officieren der burgerwacht in werkdadigen dienst of niet. 14. De bedienaars der eerediensten. 15. De bekroonden der prijzen uitgege ven door den Staat,in de prijskampen der hoogescholen of ingesteld door de academies, deralgemeene prijskampen van middelbaar en lager onderwijs en der avondscholen de prijs van Rome en de kunstenaars die een gouden eerpenning hebben verkregen. 16. De tegenwoordige of voormalige leden van den verbeteringsraad van het onder wijs; de leden van den gezondheidsraad, der geneeskundige commissiën, van statistiek en van landbouw. 17. De leden der bestuurbureelen van de onderwijsgestichten van den Staat. 18. De bestuurders der maatschappijen van onderlingen bijstand, die drie jaren be staan hebben. Dus al wat geleerdheid bezit wordt weg gevaagd. Het lot van 't vaderland wordt toevertrouwd aan de eigenaars-bewoners van hutten, aan lichtgeloovige landslieden die, verblind door fanatismus, onder den ijzeren arm der pastoors plooien naar dezes beliefte. Ziedaar de wet Devolder! Zal het land dezen nieuwen aanslag met koelbloedigheid verdragen?? Pater Fidler, oud-overste van het Sint- Medardsgesticht, te Soissons, voortviuchtig, beschuldigd van vele aanslagen tegen de zeden, gepleegd op kinderen uit dat gesticht, is door het assisenhof van de Aisne tot 20 jaar dwangarbeid veroordeeld. Een ander pater van datzelfde gesticht de genaamde Lamy, ook voortvluchtig, is tot 10 jaar dwangarbeid voor aanslagen tegen de zeden veroordeeld. De portier van een kapucienenklooster, de genaamde Frans Moulin, zich voer be diende in het klooster van het Heilig Sakra- ment, Waversche steenweg, te Brussel, uitgevende, is Maandag tot één jaar gevang veroordeeld geweest, voor op heeterdaad be trapt te zijn geweest op het oogenblik dat hij in een gesticht der Sint Goedeplaats de heili- lige werken hernieuwde van een anderen vermaarden katholiek, den graaf van Ger- miny. De medeplichtige van Moulin, een zekere Hendrik Laout, werd ook tot dezelfde straf veroordeeld. De Moniteur kondigt het volgende konink lijk besluit in de beide landstalen Mutuellisten en samenwerkers. Bijzonder eereteeken. Leopold II, koning der Belgen, Aan allen, tegenwoordigen toekomenden, Heil. Herzien onze besluiten van 6 October 1868 en 19 september 1878, welke de gunst der koninklijke besluiten van 7 november 1847 en 1 maart 1848 uitbreiden tot de personen die getrouwe en beproefde diensten bewezen hebben bij de inrichting of het bestuur van genootschappen van onderling vooruitzicht en van maatschappijen in het belang der werkende klas gesticht Op voorstel van onzen minister van land- landbouw, nijverheid en openbare werken, Wij hebben besloten en wij besluiten: Art. 1. Een bijzonder eereteeken wordt in gesteld voor de eervolle onderscheidingen krachtens de koninklijke besluiten van 6 October 1868 en 19 september 1878 vergund. Art. 2. Het bijzonder eereteeken zal kunnen verleend worden .- 1° Aan de bevorderaars en bestuurders der maatschappijen van onderlingen bijstand en van genootschappen die er kunnen mede vergeleken worden, zooals de vooruitzicht- kasseh der mijnwerkers, enz.: 2° Aan de personen die uitstekende dien sten bewezen hebben bij het inrichten en besturen A. Van samenwerkende maatschappijen in het belang der werkhedenklas gesticht, zooals de volksbanken en de maatschappijen voor eetwaren B. Van maatschappijen voor het bouwen van werkmanswoningen. Art. 3. Het bijzonder eereteeken bevat twee graden 1* en 2" klas. De juweeelen, de modellen bij het tegen woordig besluit gevoegd zijn verglaasd in zwart, rood en hemelblauw. Zij hangen aan een nationaal-driekleurig lint, waaraan zij moeten vastblijven. Het juweel van het eereteeken van 1' klas zal in zilver zijn met vergulde koninklijke kroon en tropheedaarenboven zal het lint met eene nationaal-driekleurige rozet ver sierd zijn. Het juweel van het eereteeken van 2e klas zal in zilver zijn. A. Voor het eereteeken vergund bij toe passing van nr 1 van artikel 2 van het tegen woordig besluit Mutalité. Onderlingen bijstand. B. Voor het eereteeken vergund bij toe passing van nl' 2 van artikel 2 voormeld Coopération. Samenwerking. Het eereteeken zal door de mannen links op de borst, en door de vrouwen om den hals gedragen worden. Art. 4. Enkel zal het bijzonder eereteeken van de 2" klas als eerste belooning vergund worden. Nogtans mag dit van 1* klas, ten uitzonderlijken titel, van de eerste maal worden verleend aan de persoon die uitste kende diensten bewezen hebben aan de in artikel 2 van huidig besluit vermelde in stellingen. Art. 5. Onze minister van landbouw, nij verheid en openbare werken is gelast met de uitvoering van het tegenwoordig besluit. Gegeven te Brussel, den 2 augusti 1889. Leopold. Van 's konings wege, de minister van landbouw, nijverheid en openbare werken, Mejufïer Laura Tedeseo, oud-leerlinge der betalende stadsmeisjesschool, bestuurd doormej. Vanderhaegen, heeft met groote onderscheiding hetexaam voor het bekomen van het diploma van regentes voor de jury van Brussel afgelegd. Mejuffer Julia Tedeseo, oud-leerlinge derzelfde school heeft met onderscheiding het exaam, voor het bekomen van het be kwaamheidsgetuigschrift bij de leergangen, bestuurd door mej. Gatti de Gamond, te Brussel, afgelegd. Wij sturen onze innigste gelukwenschen voor de toekomst aan die jonge jufvrouwen Zaterdag is een tweede ongeluk gebeurd aan de werken der nieuwe vaart bij den Verbranden Molen teZillebeke. De genaamde Blootacker, werkman van Komen, kreeg eenige ijzeren riggels op het lijf met het ongelukkig gevolg dat hij een been en eene hand verpletterd. Dat is twee ongelukken na elkander en waarlijk de werkman heeft dat nog minder noodigdan water in de schoenen. Zaterdag morgend traden twee vrouwen, boheemsche tijpen in de herberg De Zilve ren Spoor, Hondstraat, en vroegen aan de bazin of zij geene koperen geldstukken met het jaartal 1863 om er ringen mede te ver vaardigen haar een gewin op elk stuk be lovende. De vrouw haalde zonder achter docht al haar geld en de boheemsche vrouwen wroetelden in den hoop als zwijnen in de boonen. Daarna vraagden zij om fran- sche zilverstukken met de keizerlijke kroon er op te hebben en even gretig zochten zij er eenige uit den hoop. .Doch wanneer zij ver trokken waren stelde de bazin te laat vast dat er 35 fr. uit hare geldbeurs met de vreemde vrouwen op de lappen waren. De politie, onmiddelijk verwittigd zond hare beste speurhonden uit, doch te vergeefs. De dieveggen spelen nog schoon weêr met de 35 fr. Zaterdag, te, middag, kregen Frans Treve en zijn schoonbroeder twist. Na elkander wat grove woorden naar het hoofd gewor pen te hebben kon de eerste zijne oploo- pendheid niet meer bedwingen en gaf zijn schoonbroeder eene messteek in het hoofd. De gekwetste werd onmiddellijk door den heer Dr Dalmote verzorgd en Trêve werd naar het politiebureel geleid, waar er tegen hem proces-verbaal opgemaakt werd. Daar- na werd hij vrij gelaten. Maandag, namiddag, kwam een kerel in de herberg Het Smiske, en bestelde eene verversching. Terwijl de bazin zich in den kelder begaf om het gevraagde te halen, sloop de binnegekomene naar den toog en nam er 80 centiemen uit de lade. Proces verbaal werd tegen den gauwdief opgemaakt en die uitzinnige daad zal oorzaak zijn dat hij het knoppendraaien wat zal mogen lee- ren. Vrijdag namiddag, rond 4 ure, is een paard aan eenen wagen gespannen op hol gegaan en tegen de halle (overdekte markt) te recht gekomen. Eenige ruiten vlogen aan duizend stukken en het geklinklank deed het vluchtende dier voort loopen. Bij de her berg De Halle, hoek der Halle- en Boter- straten, heeft het paard nogeens eenige schade aangerichthet is er gevallen en heeft zich lichtelijk gekwetst. Men kon het daar gemakkelijk meester worden; maar toen alles op zijn pootjes stond, werd de landbou wer gewaar dat een behendige gauwdief met zijne geldbeurs, waarin 30 frs. op de lappen was. Het had in alles maar eenige stonden geduurd en reeds had een schurk van de algemeene verwarring gebruik gemaakt om met het geld van den verschrikten boer schoon weer te gaan spelen. De heer Villers, toeziener der tolrechten van 2' klas is tegentoeziener van 3* klas te Rousbrugge benoemd. Bij koninklijk besluit van 16 Augusti ?- de volgende belooningen verleend aan f personen onzer stad, voor daden van mo l en zelfsopoffering Burgermedalje van 2,H klas. Burggrave Edward, schildergast. Deweerdt Karei, drukker. Timmerman Henri, steenhouwer. Donderdag rond 6 ure 's. morgens is bareelwachter Bailly tusschen Kortrijk e6 Wevelghem door den aanstoomenden trein verrast geweest. Hij was op eene ijselij^ wijze gewond. Bailly is 65 jaar oud. heeft hem aanstonds naar zijne woning ge. dregen. Zijn toestand is voldoende en m6t hoopt hem te redden. Hij was nog maar sinds eenige dagen aai deze barrier in dienst met zijne dochter it vervanging van den barrierwachter die zijn ontslag had ingediend. Bailly is gedekoreerd met het herinne. ringskruis, en heeft 35 jaar goeden dienst, Hij heeft nog de linie helpen leggen van Meenen op Kortrijk. van den 16 tot den 23 Augusti 1889. Geboorten. Mannelijk geslacht 5. Vrouwelijk id. 5, Iluwelïj ken. Emiel Joye, wasbleeker en Louisa Six, kleermaakster. August Vervynckt, kramenier en Maria Geuninck, kramenierster. August Beun, dienstknecht en Rosalia De- volder, dienstmeid. O verlï dens. Ursula D'hondt, zonder beroep, 59 jaar, echtgenoote van Jan Bossaert, St Jacobs- buiten. Josephina Noisier, zonder beroep, 65 jaar, weduwe van Aalbrecht Demunter, Bol- lingstraat. Kinderen beneden deï jaren/ Mannelijk geslacht 3. Vrouwelijk id. 2, Tieste Flinkaard vóór, binst en na de feeste te Kemmel. Zoo onze lezers al op eens de maan uit de lucht moesten zien vallenof beter zoo onze lezers op eenen goeden keer verna men dat Callens van Kemmel, leedwezen ge voelende over zijne voorgaande zonden, al met eens een mensch geworden is, zouden ze niet verbaasd, zouden ze niet verslagen staan Edoch! hunne verwondering ware geene schaduw bij de aandoening die Tieste gevoel de toen hij te wete kwam dat de Blauw kousen maak een schoon kruisken, brat: lezer, en zegt met mij Gelood zij Jesus- Christus, nu en in alle eeuwigheid. Amen.1 ik zegge dan, dat mijne lezers zoo ver stomd niet zouden gestaan hebben, als toen Tieste vernam dat die engeltjes van deugden naar Kemmel gevraagd waren, om wat noten te kraken tot opluistering van het feest ter eere van den kasteelheer, ter gelegenheid van zijne plechtige intrede, na zijn huwelijk. Oef!... Of daar wel stoffe was voor een feest gelijk er gehouden werd, kan men wat later aar de Kernmelnaars vragenvoor het oogenblik bemoei ik mij met wat Tieste zooal weet van voor, binst en na het feest te Kemmel- Ja, Tieste was paf geslegen toen hij ver nam dat de Blauwe kousen dat de leze' de hooger aangeduide kristeliike oefening® herhale zouden naar Kemmel trekken. Wie kan over Tieste's verslagenheid ver wonderd zijn, als ik zeggen zal dat hij soffl» die notenkrakers in andere omstandigheden gehoord heeft en dat hij de biechte van al d" vrome zieltjes kent? Maar de eerste verbaasdheid was nog ma3) thee bij hetgeen Tieste gevoelde toen M hoorde zeggen dat het gemeentebestuur va° Kemmel aan elk manschap vijf franken «b boven dat, hespe, koekenboterhammen eC bier, zooveel het hun hartje lustte, schonk om gedurende eenige uren den geur van hei ligheid van die braven te mogen dulden. Ja, Tieste ware nu voorzeker dood e° lil

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1889 | | pagina 2