VAN IJPEREN EN HET ARRONDISSEMENT. Politiek, Nieuws-, Handels- en Annonoenblad. L Achtste^jaar. Zaterdag 23" Januari 1892. Nummer 4. Vroeger en Nu. GESCHIEDENIS TWEE VRIENDEN De kiezing van Antwerpen. Abmnementspriis voorop betaalbf» ar: 3 50 fr. per jaar voor de stad. 3 fr. voor den buiten. Per 6 maanden: 1 fr. 75. Annoncen: 15 cent. per drukregel. Rechte lHke eerherstellingen1 fr. per regel. - Akkoord per jaar of per maand. 10 centiemen per nummer. Afzonderlijke nummers voor artikels, enz. 8 fr. per 100. Alle i «richten van verkoopingen of andere bekendmakingen ten bureele dezer gedrukt worden eens gratis ingelijfd. - De annoncen voor België, ter uitzondering der beide Vlaanderen, alsmede die voor het buitenland worden ontvangen ioor den Office de Publicité, Magdalenastraat, Brussel. - Men wordt verzocht alle hoegenaamd# artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij en onderteek end toe te zenden. Artikelen ongeteekend of personaliteiten bevattende worden niet opgenomen. Wat zijn de tijden toch veranderd! Waar gaan we heen? Welke eeuw van vervolging beleven we toch? Zou de booze antichrist reeds op de we reld zijn? Dat zijn de uitroepingen en vragen welke de dienaars Christi steeds in den mond hebben wanneer ze van op den stoel der waarheid het heilig woord Gods, aan de hun toe vertrouwde kudde moeten onderwij zen. Ja, de tijden zijn veranderd en fel veranderd, en ze zullen nog meer veranderen. De godsdienst gaat om zeep, het geloof geraakt uitge doofd, kerken eh kapellen blijven le dig, en honderden personen welke vroeger trouw ter kerk gingen en nauwkeurig hunne godsdienstplich ten vervulden, hebben thans zooniet aan dienzelfden godsdienst, ten min ste aan zijne bedienaars vaarwel- ge zegd, en aanzien de kerk niet meer als een huis van vrede en broeder liefde zooals vroeger, maar wel als y eene vergaderplaats waar haat, twist - en tweedracht met volle monden wordt uitgebazuind. Waal bm die schromelijke verande ring, wie en welk is de oorzaak van dien ganschen ommekeer Dit komt omdat de toepassing van den roomschen godsdienst van heden hemelbreed verschilt met de vroege re toepassing, omdat de vroegere be dienaars, gewoonlijk met recht den naam van herder der parochie ver dienden, met lijf en ziel aan hunne parochianen verknocht, noch moeite 7de Vervolg. Celina zocht niet meer hare verlegenheid, haren angst te verbergen; Ireurige voorge voelens ontroerden haar, hare nachten wa ren slapeloos. De schoone kleuren harer •wangen verdwenen; hare oogen omringden zich met een blauwachtigen kring, want zij weende dikwijls, ja dagelijks als zij aan den afwezige dacht en hare tweelingen kuste. Iedereen deelde in hare droefheid, de be wijzen van genegenheid ontbraken haar niet. Men trachtte haar te troosten met haar hoop in te spreken. Om mij te troosten moet ik de terug komst van mijnen echtgenoot hebben of eenen brief van hem ontvangen, antwoordde zij. En daar Stefanus niet terugkwam en dat men geen brieven ontving, bleef de arme Celina troosteloos. Was Stefanus Radoux dood? De jonge vrouw had meer dan eens dit droevig ge dacht gehad. Zij verwierp het eerste met krachtdadigheid, zij kon aan zulk groot on geluk niet gelooven; naar het kwam met nog meer hardnekkigheid terug en het was noch geld, noch ontberingen spaar den om ongelukkigen te troosten en te helpen omdat zij het woord van den goddelijken meester niet alleen voorhielden maar met daden nakwa men, hunne levenswijze naar zijne voorschriften richteden; omdat zij niets beters vroegen dan dat vreug de, vermaak, welstand en broeder liefde heersen teil, daarom waren zij geeërbiedigd, daarom weiden zij be mind en aanhoord. En thans, ja thans zijn die tijden ongelukkig veranderd. De voorhou dingen, de aangeduide princiepen van Christus zijn nog wel dezelfde geble ven, maar de toepassing, oh de toe passing. Soms hooren we nog wel eens, of schoon bij uitzondering, de armoede aanprijzen, en de geldzucht vermala- dijden, in woorden van den preek stoel rollen maar zijn er grootere geldwolven onder de zon dan de pries ters, komt alles niet steeds en altijd voor hun op geld uit, wordt er ge- dóopt, getrouwd of begraven zonder geldmoeten er bij 't zingen en bid den, voor missen en getijden, geene klinkende species zijn; de armoede wordt aangeprezen? En waar worden de lekkerste bitjes, de fijnste wijnen, de keurigste cigaren verorberd, is dit niet in de pastorijen. De armoede wordt aangeprezen? En wie bewoont het schoonste huis, wie heeft de kos telijkste meubels, en wie laat na een gelukkig en werkeloos leven duizen den en duizenden franken achter; zijn haar niet meer mogelijk het te verwijderen. Zekerlijk, het stilzwijgen van Stefanus en de elf maanden die verloopen waren sedert de vrede geteekend was, verrechtvaardigden maar al te wel deze vrees. Men had twee brieven naar het ministerie van oorlog ge stuurd. In antwoord op den eersten, beloof de men neerstige onderzoekingen te doen no pens den serjant Stefanus Radoux en den krijgsgevangene aan de pruisische overheid terug te vorderen. Men had op de tweede vraag nog niet geantwoord. Als men er de jonge vrouw over sprak, schudde zij droevig het hoofd, zeggeude: Ik weet waaraan mij te houden, de minister zal mij niet meer antwoorden. Zij bedroog zich. Zekeren inorgend bracht de brievendrager een grooten brief. Hij kwam uit de bureelen van het ministerie van oorlog en was met zwart lak toegezegeld. De omslag bevatte den doodbrief van den serjant Radoux,welke naar het ministerie was gestuurd geweest, volgens inlichtingen in Pruisen genomen. Celina slaakte een schrikkelijken kreet en viel stijf op den vloer. Wanneer zij tot bewustzijn kwam, nam zij hare kinderen in hare armen, drukte ze te gen haar hart en overlaadde ze met kussen. Hare oogen bleven droog; sedert een jaar dit niet de bedienaars van den room schen godsdienst. D&armoede wordt aangeprezen? En 't is klaar en duide lijk aan de mollige kaken en opge blazen aangezichten aande dikke bui ken en breede nekken der zwartjes, dat men zien kan, dat bij hun de ar moede buiten blijft en er slechts voor weelde, wellust en overvloed plaats is. En broederliefde, waar schuilt die, hoe wordt ze aanbevolen en uitge- - veerd? Maar daar zullen we later liever eens op terugkomen. Een vroeger katholiek. Welk is de beteekenis der kiezing van Antwerpen? M. Max Bausart, catholiek, socialist-repu blikein, aanhanger van Algemeen Stemrecht en voorstaander der afschaffing van den Se- iiaat, neemt in de Kamer de plaats van wijlen Victor Jacobs, den reactionnairsten bestrijder der volksrechten. Nooit had eene kiezing in zulke zonder linge en onverwachte omstandigheden plaats. Eerst wilden de clerikalen den heer Del- beke voordragen, een advocaat in den aard van Victor Jacobs. Wat is er gebeurd, dat deze werd ter zijde gesteld, en de clerikalen zich moesten wen den tot Max Bausart, democraat, volbloed republikein, vriend der socialisten, en zelf socialist, zooals Lammenais, en zonder poli tieke ambitie? De candidatuur? Men heeft ze hem opge drongen. Aan een der heeren, die hem aan spoorde nu zijne gedachten te veranderen, antwoorde hij- - Veranderen! Ik vraag u niets, ik vraag geene candidatuur. Gij zult mij nemen zooals ik ben, of ik weiger. had zij zoovele tranen gestort dat zij niet meer weenen kon. Maar de zuchten en de tranen zijn niet altijd de uitdrukking der hevigste droefheid. Ik zal het langen tijd dragen, zegde zij, de eerste maal dat zij haar weduwenkleed aantrok. Vrouw Pérard nam den rouw aan gelijk de moeder Radoux. Was Stefanus ook haar zoon niet Den volgenden Zondag zag zij een breeden sluier aan den hoed van haren zoon. Jaak droeg de rouw zijns broeders. De zomer kwam aan, met zijne schoone dagen vol zon en vol vreugde,- maar voor Celina konden er geene schoone dagen en nog min vreugde zijn. Men oogstte de vruch ten in die, in dit jaar 1872, bij uitzondering overvloedig waren. Die kostbare oogst van graangewassen kwam vele lijden verzach ten door den oorlog teweeggebracht en een gedeelte der bittere verliezen herstellen die onze bouwlanden onderstaan hadden. Op de hoeve bemerkte men dat de twee beste ar men aan het werk ontbraken. Na den maaitijd van het nagras, die den zaaitijd van het koren en het dorschen der granen voorafgaat, het laatste belangrijk werk voor de landbouwers, kwam Jaak Pé rard de weduwe van Stefanus Radoux be zoeken. De jonge vrouw bemerkte dat hij En men heeft hem genomen zooals hij is, met zijn republikeinsch, socialitische begin selen, welke hij handhaven en verdedigen zal; met zijne verkleefdheid aan 't Algemeen Stemrecht, dat hij in de Kamer met al de kracht zijner overtuiging zal voorstaan. Wat is er gebeurd, dat de clerikale partij over het verleden heeft heengestapt van den* opsteller der Stormklokwaarin de politie ke redactie, onder al hare vormen, duchtig werd gegeeseld? Wat is er gebeurd, dat Huis van Antwer pen. waar de nobele jonkers met hunne leus; - Voor God, Vaderland eln Vorst pronken, Max üausart hebben moeten te voet vallen, den iieftigen bestrijder van het koningdom, den verdediger der Commune van Parijs .- den catholiek, die opziet naar het Kruis en naar het voorbeeld van Jezus, de kleinen, de geringen, de miskenden, de vervolgden zegt te beminnen Cavholiek is Bausart, ja; maar niet catho liek gelijk deleden van 't Huis van Antwer pen, die het goud kalf in 't tabernakel hun- Der kerken aanbidden, als hun eenigen God. Wat is er gebeurd? Er is gebeurd, dat de politieke verhouding der partijen van nu af eene grondige veran dering ondergaatdat de democratische wind, die weldra het verouderd en onrecht vaardig kiesstelsel zal vervangen, reeds zijn invloed doet gevoelen en de clerikalen noopt aan de tijdsgeest te offeren. Het is voldoende geweest, dat de klasse der kleiue neringdoeners een candidaat uit haar midden koos, om de belangen der kleinen te verdedigen en de tergende uitbui tingen waarvan zij van wege de regeering zijn onderworpen, aan te klagen, en dat die candidaat zich tevens voorstaander van Al gemeen Stemrecht verklaarde, opdat de cle rikalen zich genoodzaakt zagen den eerlijk sten en den populairsten hunner mannen te smeeken eene candidatuur te willen aan vaarden, overtuigd.dat al hunne Delia Fail le's, Moretussen, edelen, advocaten en groote meer dan naar gewoonte ontroerd was en dat hij er gedwongen en verlegen uitzag. Celina, zegde Jaak op ernstigen toon, ik kom u heden bezoeken om ernstiglijk met u te spreken. Wat ik u te zeggen heb is zeer netelig, maar ik koester de hoop dat gij mij zult aanhooren. Zij zag hem met verwondering aan. Eerst, vervolgde hij, wil ik u een ge heim toevertrouwen, dan zal ik u eene vraag doen. Gij weet hoezeer Stefanus en ik mal kander beminden; die vriendschap dagtee- kent van onze kinderjaren. Toen hij de eerste maal vertrok, Celina, hadt gij den ouderdom van achttien jaar be reikt en gij waart zijne verloofde. Om u over zijne afwezigheid te troosten en volgens zij ne dringende aanbevelingen kwam ik u dik wijls bezoeken. Nevens u gezeten, gelijk op dit oogenblik, spraken wij langen tijd van hem en van duizend andere dingen, Ik ge voelde eene oneindige verrukking den klank uwer stem te hooren, en onze gesprekken, die van langsom inniger werden, verschaf ten mij een vermaak dat ik nimmer gevoeld had. Wat zal ik u nog zeggen, Celina? Bui ten uw weten en zonder dat ik het zelf ver moedde, ik beminde u. De jonge vrouw sidderde, maar zij liet Jaak voortgaan. (Wordt voortgezet). A HET WEEKBLAD VAN

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1892 | | pagina 1