VAN IJPEREN EN HET ARRONDISSEMENT, Politiek, Nieuws-, Handels- en Annoncenblad. GESCHIEDENIS TWEE VRIENDEN '/-Achtste jaar. Zaterdag 27" Februari 1892. Nummer 9. M. Notkomb en de klerikalen. Bedrog voor den militieraad. Strijdpenning. Abonnementsprijs voorop betaalbaars 3 50 fr. per jaar voor de stad. 3 fr. voor den buiten. Per 6 maanden: 1 ft*. 75. Annoncent 15 cent. per drukregel. Rechte lijke eerherstellingen: 1 fr. per regel. - Akkoord per jaar of per maand. 10 centiemen per nummer. Afzonderlijke nummers voor artikels, enz. 8 fr. per 100. Alle berichten van verkoopingen of andere bekendmakingen ten bureele dezer gedrukt worden eens gratis ingelijfd. Deannoncen voor België, ter uitzondering der beide Vlaanderen, alsmede die voor het buitenland worden ontvangen ioor den Office de Publicité, Magdalenastraat, B ussel. Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij en onderteekend toe te zenden. Artikelen ongeteekend of personnaliteiten bevattende worden met opgenomen. Wat al verrassingen de herziening der Grondwet ons nog zal te zien ge ven, te oordeelen naar deze veroor zaakt door het ontslag van d'heer Nothomb, volksvertegenwoordiger, voorzitter der katholieke vereeniging van Brussel, is ons tot heden nog on bekend. Gansch aardig is dit ontslag van d'heer Nothomb; zonder er zijne vrienden of leden van t comiteit do minste kennis van te geven, begon hij de opening eener algemeene ver gadering, met te verklaren, dat hij zich verplicht vond zijn ontslag als lid der vereeniging te geven, daar zijne eer en geweten hem voorhielden in de aanstaande stemming te stem men voor den heerJanson, wijl hij ten volle zijne princiepen nopens herziening en algemeen stemrecht deelde. Dit baarde natuurlijk tusschen de aanwezigen de grootste verwondering en op eenige protestaties van wege eenige leden antwoordde de Staats minister Nothomb Janson is in de Kamer op zijne rechte plaats, er zijn reeds te weinig mannen van talent. ïn eene intervieuw aan eenen re porter der Réforme, verklaarde den heer Nothomb, dat hij sinds 20 jaren aan 't hoofd der katholieke vereeni ging was en gedurende dien tijd alles geschreven en geteekend had wat van de Brusselsche katholieke vereeniging uitging, en dat hem dit meer dan eens had tegengestolcen, en dat hij nu zijne walging niet meer kon overwinnen, mits de klerikalen bezig waren met al wat laf en laag was te vergaaren om den heer Janson te besmeuren. Wat gezegd van zulke bekentenis, 12"e Vervolg. Stefanus, wat zullen wij doen? vroeg vrouw Cordier met bevende stem. Het is laat, antwoordde hij; gij, moe der, gij zult gaan rusten. Ik, indien gij het toelaat, ik zal het overige van den nacht hier op dezen stoel doorbrengen. Zijt gij hier in uw huis niet, beste jongen? 't Is waar, sprak hij met een hartroe- renden glimlach. Stefanus, gij moet zeer vermoeid zijn, ik laat u mijn bed; ik zal op mijnen zetel waken tot het dag wordt. Neen, sprak hij, neen, ik wil niet gaan slapen.... Ahah 1 ah! ging hij voort met eenen zeldzamen lach, slapen, rusten.... wat zou het gemakkelijk zijn! Morgen, ik zeg niet, ja, morgen Dan zal ik bij u blijven, Stefanus; ik wil u niet verlaten. VIII. Zoodra de dag verscheen, hield vrouw Cordier zich met het ontbijt bezig. toont ze niet ten volle dat de katho lieken alle middels uitvinden om hunue tegenstrevers te bezwalken. Jammer dat er in hun verdorven kamp niet meer mannen gevonden worden gelijk de heer Nothomb, wel ke in het laag werk niet willen mee doen, en het verrot kraam aan zijn eigen overlaten. Deze trek van onafhankelijkheid zal d'heer Nothomb 'duur komen te staan, want de klerikalen vergeven niet, voor 't minste zal men hem zijn mandaat van volksvertegenwoordiger voor Turnhout afnemen. Nu dat de militieraden overal druk hunne werkzaamheden begonnen hebben, is het niet slecht de aandacht te roepen, op tal van middels welke uitgevonden worden, om van den krijgsdienst ontslagen te worden, en welke helaas maar al te veel geluk ken. Sommige lieden geraken er af met hunne teenen overeen te doen groeien, andere met wonden te verwekken, enz., enz. Nog een ander slach van lieden en dit zijn meest wel de beknib belend waardigste, gaan rond den tijd, dat zij moeten aan de loting deel nemen of eenige jaren vroeger, naar een coliegie of seminarie, trekken ze een goed nummer dan zijn hunne stu diën rap voltrokken, maar valt hun een slecht lot te beurt, oh, dan keert de kans, ze zetten hunne studiën voort, worden pater, pastoor of jesuiet en de zaak is geklonkeneen armen duivel zal voor hen moeten den ran sel opnemen en ratatoe eten; wat Stefanus wilde niets aanvaarden. Door veel aandringen gelukte zij er in hem twee eieren uit den dop te doen eten en een half glas ouden wijn te doen drinken. Gij hebt langen tijd overwogenhebt gij eene beslissing genomen? vroeg zij hem. Ik heb langen tijd overwogen en ik heb eene beslissing genomen, antwoordde hij. Wat zult gij doen? Die zoo natuurlijke vraag deed hem op springen. Ik ga naar de stad, zei hij. Gij hebt gelijk, Stefanus; gij moet eerst de magistraten raadplegen. Na een oogenblik stilzwijgen, hernam hij Vooraleer te vertrekken, zou ik wel willen mijne kinderen omhelzen. Zoudt gij niet kunnen naar de hoeve gaan en met hen terugkeeren Ik zal al doen wat gij wilt, Stefanus. Moetik Jaak en Celina verwittigen? Moeder, ik smeek u op het hoofd uwer dochter, op deze uwer kleinkinderen, niet één woord te reppen! antwoordde hij met haast. Ik zal zwijgen, zei zij. Zij deed eene witte muts aan, wierp eenen halsdoek over hare schouders en vertrok. Een half uur nadien kwam zij terug met de kinderen. scheelt het hun zoo deze jongelingen ook den steun hunner ouders, broeders of zusters waren, zij zijn vrij en dat is de hoofdzaak. Later zullen die zelfde mannen op preekstoel en biechtstoel steeds van geweten en eerlijkheid spreken; voor houden dat n iemands goed mag ge stolen worden en de dieven verpiicht zijn restitutie of weergave te doen; maar zij vergeten er bij te voegen dat zij de vrijheid gedurende lange jaren aan rampzalige boer of werkmans jongens ontstolen hebben, terwijl zij een lui en vadsig leven sleten. Hier in Yperen is ook weer zoo een geval, een kazakdraaier van een' jongeling-trekt een slecht nummer en er valh niets beters *te doen dan 's an derendaags jesuiet te worden. We zullen ohze lezers op de hoogte houden en den armen sukkelaar met naam en voornaam doen kennen, wel ke voor den nieuwen kwezelaar met ransel en geweer zal moeten de wacht optrekken. Zijne handelwijze is waarlijk waar dig voor eenen jesuiet en belooft voor de toekomst. Stefanus omarmde ze en hield ze tegen zijne borst gedrukt. Dan zette hij hen op zijne knien, nam de twee blonde hoofdjes in zijne handen en overlaadde ze met kussen. Wat zijn zij gegroeid! wat zijn zij schoonriep hij uit. De kinderen lieten zich liefkozen zonder spreken. Zij waren niet verschrikt, maar het meisje, vreesachtiger dan haren broeder, scheen haar aangezicht te willen verbergen. Het jongentje bezag Stefanus van ter zijde, en scheen belang te stellen in zijn langen baard. De arme vader had hen wel willen onder vragen, hen doen klappen. Dit zou hem eene groote blijdschap veroorzaakt hebben te mid den zijn ongeluk. Hij ontzegde zich die blijd schap, uit vrees zich te verraden. Hij omhels de ze eene laatste maal, dan stond hij op, zeggende Ik vertrek. Vrouw Cordier legde haar spaargeld, twee goudstukken van twintig franks, in zijne hand. 't Is meer dan ik noodig heb, zei hij. Hij zette zijnen hoed op, dien hij vóór zijne oogen troktot overmaat van voorzichtig heid, wond hij het overige van zijn aange zicht in eene oude wollen sjerp en hij ver- trok langs eene achterdeur die op de hovin gen uitkwam. Om de groote baan te bereiken, moest hij eene soort van dal doortrekken, waarin eene kleine rivier vliet, langs welke eenige oude wilgen staan, 's Zomers, in de dagen van groote droogte, is de rivier dikwijls droog; men kan ze alsdan gemakkelijk op verschei dene plaatsen overtrekken, met op groote steenen te gaan. Maar de regen der vorige dagen en het smelten der sneeuw hadden het water doen rijzen. De rivier stroomde in verschillige plaatsen over. Deze hinderpaal bedroefde Stefanus uitter- mate. Hij wist dat indien hij dorpwaarts ging, hij een brugje zou vinden; maar hij moest de huizen naderen, hetgene hij eerst had willen vermijden uit vrees van iemand te ontmoeten en erkend te worden, hetwelke hij als een waar ongeluk aanschouwde. Inderdaad, indien zijne tegenwoordigheid iu de streek gekend werd, zou zijn reeds zoo schrikkelijke toestand nog ijselijker worden, en het was hem niet meer mogelijk een ontwerp uit te voeren dat hij in den nacht gemaakt had. De stad bevond zich op zes mijlen van Essexhet was volstrekt noodig dat hij er henen ging. Wordt, voortgezet). HET WEEKBLAD VAN Omdat Capoen den eersten dag van d'instel- ling van de nieuwe nonneschool in de Hond straat, 2 kleine Oapoent.jes gezonden heeft. 0.10 Omdat zij naar huis gingen met elk een cor- rinte brood. 0.10 Omdat V. D. den gewezen commissaris van de Potijze zoo dikwijls niet meer zou dron- ke drinken. 0.10 Omdat hij de jongens niet meer zou dronke maken. 0.10 Omdat mejuffer J. B. zoo geerne naar de vischmarkt gaat met den ouden S. van de kruisstruit; als O. het zal weten, zal het kattefeest zijn. 0,10 Ah booze P. ge zoudt willen L. stekken en gij H. ge zoudt Mar. willen kokeduinen. O lange swikkeswal. 0.10 Omdat D. den nieuwen Pompier na een ban ket de menschen attakeert zat zijnde dat hij de straten maat. 0.10 Omdat onzen lieven Karei den baas Leiten, Tharten, berten en den Br.... van den dood redde door zijne fijne reuk bij het ontwa ren van den brand in den kelder.0.10 Omdat Karei hem 's avonds gebluscht heeft met bier. 0.10 Omdat L. F. en J. R. twee gezworene vrien- dinnnen naar de biecht gingen en de kerk niet vonden. Toch trachten zij Julien te spreken maarvruchteloos. 0.10 Omdat Fonsje triestig is dat hij geen kandjen aan zijn neusdoek en heeft gelijk0.10 Omdat pulletje D. wat beter manieren zou hebben als hij wilt te vrijen gaan. 0.10 Louwieten en zal met Leentje niet trouwen. 0.10 Omdat mademoiselle katsous het spel van de drie klutten niet meer zoude spelen aan de deur van haai' huis. 0.10 Omdat zij haar eens zou wasschen voor dat zij bijnamen geeft aan de menschen. 0.10 Omdat F. M. A. H. verlaten heeft, om naar Marietje te gaan. 0.10 Louis Domicent heeft zijn ontslag genomen van de maatschappij Les Armes de France omdat hij geene tijgen heeft mogen leveren van madame voor dessert. 0.10 Als de 5 gezworen kamaraden beginnen te vloeken is het om ter meest. 0.10 Omdat Tintje zoowel kan zeggen nom de dj ie en Mietje potferhemelschedeugd. 0.10 Omdat Leentje zoowel kan zeggen potfer- demme. Maatje non de sakre, en Wizeke nom de tonnerre. 0.10 Voor het verlies van den biechtvader van fas- sen patvan St. Jean. 0.10 Omdat H. B. van de groote markt zooveel belooft heeft aan zijnen knecht Charel V. W. en niet gegeven heeft. 0.10 's Zondags hebt gij zaken te verrichten met pol wilt gij hem 't huis vinden begeeft u naar den mol. 0.10 Karei laat zijnen baart staan om fèle van pieren. 0.10 Pieren den ouden kurassier kent niet goed maten noch gewichten. 0.10 Omdat Fonsje zoo verliefd was op het nieuw geboren kindje. 0.10 Omdat Fonsje schoone toeren kan maken. 0.10 Vier volksgezinde jassers. 0.40

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1892 | | pagina 1