TH ÉRÉsTlRflQU IN Fransch tooneel. Vlaamsche Ster. Foperiïighe. Burgerstand der stad Poperinghe Moord te Brugge. Driejaarlij ksehe tentoonstelling van Schoone kunsten, te Gent. Donderdag 11. gaf Mme Thénard eene puike voordracht in de Schouwburgzaal, met me dehulp van M. Demey. Wij mogen bestati- gen dat degenen die er niet tegenwoordig zijn geweest er zich van zullen beklaagd hebben, want nooit heeft men schooner voordracht gehoord. Volgens wij vernemen zal Mad. Thénard binnen eenige weken eene luisterlijke vertoo ning komen geven met eene troep samenge steld uit de beste artisten van Frankrijk. De tweede vertooning van het abonnement 1892-1893 zal plaats hebben op Zondag 20" dezer en zal bestaan uit de volgende stukken: De Visschers van Blankenberghe, Het Blinde Kind, Den Baas uit den Rooden Ezel. Tournee Adolphe Millaud. Jeudi 10 Novembre 1892, a 7 3/4 heures avec le concours de Mme Noelly, Mme Rose Desnoyers. Drame en 4 actes, par Emile Zola, CAUSERIES. AUDITIONS DES CHANSONS, anciennes et modernes, par Mme Noelly. Or&re 1° Thérèse. 2° Causeries. 3. chansons. MAATSCHAPPIJ ter bevordering van het onderwijs door aanschouwing, Yperen. Zaterdag 12 November 1892, Voordracht met oxyhydrisch licht, in de Schouwhurgzaal, (Vandenpeereboomplaats) 's avonds ten 8 uren. Onderwerp Reis door Holland: door Mr. G. D. Minnaert, leeraar aan de Staatsnormaal school te Gent. Namens het bestuur De Secretaris, Eugène Veulemans. Maatschappij Burgerwacht Schieiing van Donderd. 3 Novemb. Gewoonen cïbel. Butaye Arthur 25 20 25 25 25 120 Minnekeer Ange 25 20 25 25 25 120 Boedt Léon 25 25 25 20 25 120 Ligy Albert 20 25 20 25 25 115 Vandevyver A. 25 20 25 20 25 115 Deweer.it Ch. 20 25 25 25 20 115 Legon Emile 20 25 25 25 20 115 Froidure Robert 20 20 20 25 25 110 Vantholl Hen i 20 25 25 20 20 110 BURGEEST AND. van den 28 October tot den 4 November 1892 Geboorten. Mannelijk geslacht 3. Vrouwelijk id. 1. O verlij dens. Delannoy Emerence, 61 jaar, kantwerk ster, weduwe van Felix Tanglie, Thourout- straat. Sesier Sidonie, 20 jaar, zonder beroep, on gehuwd, St. Jacobs-buiten. Chevalier Arthur, 23 jaar, gepensionneer- den onder-officier van 3® ligne-regiment, ongehuwd, Neêrstad. Demey Romanie, 10 jaar, zonder beroep, ongehuwd, St. Pieters-buiten. Gruwier Pelagie 74 jaar, groenselverkoop- ster, weduwe van Auspie Franciscus, Boom gaardstraat. Vermeulen Pieter, 83 jaar, zonder beroep, weduwaar van Gouwy Virgenie, Meenen- straat. Kinderen beneden de "7 jaar. Mannelijk geslacht 1. Vrouwelijk id. 1. Verbeteringen. Sedert eenigen tijd schijnen onze stadsbe stuurders zich te willen witwasschen van eene der meest gegronde beschuldigingen welke men hen met recht kon verwijten, namelijk het verkwisten der stadsgelden en het verwaarloozen van publieke werken. Sedert twintig jaren dat ze aan het bewind zijn hadden ze bijna nog niets gedaan dat tot verbetering der straten en wegen kon strek ken; ondanks de altijd aangroeiende lasten welke zij de burgerij jaarlijks oplegden, on danks de acht honderd duizend franken schulden welke zij gemaakt hebben was nooit een centiem daartoe besteed, mén vroeg zich met recht af, wat er met ons geld ge daan was? en de laatste gemeente kiezingen zijn daar die bevestigen dat het geduld van het kiezerskorps welk zij zoo lang exploi teerden bijna ten einde was. Van dan af gevoelden zij noodig met wat min sans gêne te bestieren, want het volk had getoond dat het ook soms rekening over hunne werken en daden had kunnen vragen. Daar is de oorzaak van den buitengewo nen vlijt welke ze tegenwoordig bewijzen in het verbeteren en vernieuwen van straten en trottoirs, misschien willen ze den verloren tijd inwinnen, want dit jaar hebben ze reeds meer geld besteed aan openbare werken dan gedurende al de overige jaren van hun be stuur. Verre van ons, ze daarover te be knibbelen, integendeel, nooit is het te laat om wel te doen, zegt 't spreekwoord, en wij zijn geheel genegen onze stadsbestuurders goede punten te geven indien zij op die wijze voortdoen want de belegging der wegen in onze stad was immers zoo slecht, zoo diep verwaarloosd dat hetgeen men tot hiertoe daaraan verbeterd heeft slechts een beginsel is, er blijft nog uitnemend veel te verrichten wil men onze straten en wegen in behoorlij ke staat herschapen. Nu dat wij bewilligheid van het gemeente bestuur nopens deze kwestie mogen bestati- gen, durven wij nog zijne aandacht roepen op een ander punt dat de openbare gezond heid dicht bij betreft. De reinigheidsdienst onzer stad laat veel te wenschenin hoeveel straatjes vindt men de vuilnissen niet dagen lang voor de huizen liggen op andere plaat sen vindt men de verrotte waters in stilstaan de plasschen, modderpoelen die de kiem van slechte ziekten zijn. Wanneer men zulks doorgaat, en daarbij de wegstootende onreinheid van vele werk manshuisjes onzer stad aanziet waartegen nooit iels gedaan wordt, dan is het te ver wonderen dat wij niet jaarlijks door besmet telijke ziekten zooals tijphus en cholera aan getast zijn. De lofwaardige maatregelen welke tegenwoordig het ganscne land door genomen worden om den terugkeer van den cholera te beletten, zouden onze stadsbe stuurders moeten aanwakkeren in denzelf den zin te werken, want het grootste belang der stad hangt er van af. Diefstal. In de nacht van 31n October tot ln No vember is een diefstal met inbraak gepleegd in het kasteel der Lov.ie toebehoorende aan den heer J. Van Merris. De dieven zijn langs een venster binnen gekomen, hebben al de kamers en vertrekken van het kasteel doorzocht, allerhande beschadigingen aan deuren en meubelen toegebracht, hier en daar wat mede genomen en eindelijk in de kelders verschillige soorten van wijnen en likeuren aangetast. Den drank werd hun zoodanig meester dat toen het geraadzaam was te vluchten zij met moeite tot eenigen afstand van het kasteel geraakten en dron ken langs den steenweg vielen. Wanneer 's morgens de diefstal was gekend zijn er twee dezer kerels op dezelfde plaats door de eerste voorbijgangers geknipt geweest; een derde poogde te vluchten doch hij werd weldra in een herbergje der stad aangehou den. 'T zijn drij gevaarlijke booswichten, reeds meermaals veroordeeld met naam Roose Joseph van Brugge, Ackermans Lam bert van S' Josse-ten-Noode en Heyde Leon van Gent; en wiens aanhouding eene ver- dienstige vangst is voor den brigadier Ver- moere en de gendarmen Lagrou en De Rybel van Poperinghe. Gezien hun dronken toe stand hebben de dieven niet veel kunnen mede nemen, slechts een dertigtal flesschen champagne-wijn, een horlogie en verschei dene andere voorwerpen zonder groote waarde. N. B. Een artikel uit Poperinghe, die het bestuur der stedelijke hoppakeuring goed uitkleed en zijne zonderlinge handelwijze naar verdienste bestempeld wordt tot bij acht dagen verschoven. van den 27 tot den 3 dezer maand HUWELIJKSAANKONDIGINGEN Theophile Thomas, gemeente-onderwijzer te Reninghelst, en Marie Depuydt, zonder beroep te Poperinghe. Auguste Vankemmel, werkman te Pope ringhe en Pharaïlde Visage, werkster te Loo. GEBOORTEN Mannelijk. 3 Vrouwelijk. 1 STERFGEVALLEN. Handtpoorter Louis, oud 73 jaren, wedu wenaar van Maria Vlaminck en echtgenoot van Sophie Dedrie, Gasselstraat. Kinders beneden de 7 jaren. Mannelijk geslacht 1. Vrouwelijk id. 1. In de afgeloopen nacht, is eene moord ge beurd in de Hydromelstraat alhier. De wed® Winnens die de herberg de stad Meenen houdt, is donderdag morgend in hare woning vermoord geworden. Zij was den strotader doorgesneden en had nog andere wonden aan het hoofd. Het lijk lag in eenen grooten plas gestold bloed. Diefstal moet de aanleiding der moord zijn; al de kassen en schoven waren geopend. De vermoedelijke moordenaar der We Winnens, of, zooals men haar noemt, vrouw De Koker, is aangehouden. Het is zekere Eduard Grossey, dienstknecht, oud 26jaar, sedert den 1" dezer maand zonder plaats, ge diend hebbende bij het tweede jagers te paard. Hij verkeerde veel in de herberg van het slachtoffer. Men heeft al de gestolen voor werpen bij hem gevonden: een gouden hor logie en twee zilveren, een gouden keten; drie gouden ringen en eene zekere som geld. Er waren bloedvlekken op zijne kleederen; dit niet tegenstaande loochent hij de dader te zijn. Hij beweert dat een onbekende de misdaad heeft bedreven, en deze hem om half drie uur 's morgends de opbrengst der diefte heeft toevertrouwd. De aangehoudene, bij het lijk van het slachtoffer gebracht, liet niet de minste ontroering blijken. In eene kas, door der moordenaar onder zocht en waarin alles was overhoop gewor pen, heeft het parket eene som van 800 frank in goud en zilver gevonden, alsmede een spaarboekje, waarop de storting van meer dan 3000 frank vermeld stond. Blijspel met zang in één bedrijf door Sleeckx. Tooneelspel in één bedrijf door vrouw A. Slim- broeck-Depeuter. Blijspel met zang in twee bedrijven door Willems. N. B. Personen geen deel makende der maat schappij, betalen een inkomgeld van 1 frank. tCHUHg c-jïüi (4° Vervolg en slot). Alhoewel te Londen wonende, gaat H. Vos toch zijne onderwerpen in Holland zoeken: daaronder vermelden wij Portret van eenen jongen Hollander en een meesterstuk De Angelas te Volendam aan de Zuiderzee. Het geldt hier een binnenhuis, waar moeder aan haar werk, de kinderen aan hunne spelen bezig zijn en alles staken op den eersten klank der beêklok, om de handen te vouwen en een Ave Maria te prevelen. Van den aflijvigen J. Wagner (Antwerpen) komen twee stukken voor, waarvan ons vooral Griseldis (legende) bevalt. Blijkbaar geeft de catalogus voor dit nr (847) een verkeerden titel op. F. Willaert (Gent) doet aan réalism, vooral in zijn Wever op een vlieringkamertje en waarin de dikke verfpasteien niet ontbreken. In de Raap- bloemen van den denzelfden kunstenaar werd voor de tombola aangekocht. Veel natuurlijkheid ligt in J. H. Wijsmuller's (Amsterdam) Winteravond te Amsterdam. Zoo wij het goed voor hebben, is deze kunstenaar een der mede-illustrators van Elsevier's Maandschrift. Eene gelukkige keus voor de tombola was De rooskleurige Weidevan Mej. Jul. Wytsman (Brus sel.) Het. zeer lief en oogstreelend doek ontleent zijnen naam aan de duizenden bloemen der water- weidekers, (card, pratensis) waarmede het groen tapijt des beemds doorzaaid is. R. Wytsman, de gekende Brusselsche landschap schilder, verwierf eene medalje in het Gentsch salon, alhoewel wij in zijne Bloeiende appelboomen het gras verreweg zoo geslaagd niet vinden, als de boomen zeiven. A. Zorn (Parijs) stelt een Zondagmorgen in Zice- den ten toon, waar halfnaakte vrouwen aan hunnen opschik in de toiletkamer bezig zijn. De reproduc tie zijns tafereels komt voor in het album, dat de Gentsche maatschappij der Schoone kunsten uitgaf ter eere der tentoonstellende kunstenaars. Hier sluiten wij ons overzicht der eigelijke schilderwerken; thans moesten we wel een woordje reppen over de talrijke waterverfschilderingen, pas tels en teekeningen, doch de ruimte ontbreekt waarlijk en ons overzicht moet natuurlijk van zijn belang en actualiteit verliezen, dewijl het salon reeds drie weken gesloten is. Toch melden wij de twee aangekochte aquarellen voor de tombolaDe boomgaard door Arm. Heins (Gent) en Een praatje door Prof. Vander Waay (Amsterdam). Verder zagen wij nog Een korporaal der Jagers- Verkenners door L. Geens (Gent) en de Jacobijnen in de Kempen door Jos. Ratinckx (Antwerpen) als welgelukte waterverfschilderingen. Over het algemeen zija de geëxposeerde etsen, gravuren en steendrukplaten zeer geslaagd en van de stift der beste Fransche en Belgische, etsers. In de tentoonstelling der bouwkunde mogen wij L. Cordonnier (Rijsel) niet vergeten, die de medalja verwierf met zijne Handelsbeurs te Amsterdam in .8 lijsten. Onder de tentoongestelde beeldhouwwerken is er nog een ander aan te stippen Meldenswaardig is de groep Het verloren Para dijs van Braecke (St. Joost-ten-Ooode)doch aan grijpender is V. De Haen's (Schaarbeek) Ter dood gebrachtewaar een naakt lijk, bij den rechter voet aan eenen boomstam gebonden en met het hoofd omlaag hangend, eiken bezoeker tegenhoudt. Indien wij minder vrede hebben met Belgiëeen fragment van Rogier's gedenkteeken, door J. De Rudder (Brussel) vinden wij de groep, De Over vloed, integendeel prachtig, 't Is eene breed opge- vatte naaktstudie, waar eene kloeke vleezige moe der lachend hare twee stoeiende zuigelingen in de armen tracht te houden. Even schoon is het bronzen standbeeld, Eva, eigendom van den Belgischen Staat, door den knappen Alb. Desenfans (Brussel). Gelukkige droom, een naakte slapende jongen, door Fd. Elias mag even goed in aanmerking ko men als Jan Herain's GevangeneBeide artisten zijn Brusselaars, gelijk overigens de meeste ten- toonstellers in 't vak der beeldhouwkunst. J. Herbays (Elsene) komt met 2 plaasters voor De Palm der jeugd, en Oude man, dit laatste een gebronzeerd borstbeeld. 't Was Jul. Lagae van Roeselaere, een oud-prijs van Rome, die in dit vak de medalje won met een nr, dat de catalogus niet eens vermeldt Van Hipp. Loroy (Gent), die zeven n« in den cata logus beslaat, zagen wij met genoegen Bébés gezin (een meisje met pop en minnekepoes in de armen) en zijnen gepolychromeerden Arabischen verteller. Ook hier werden een paar stuks voor de tom bola aangeworven de twee bevoordeeligden zijn Gentenaars: Het gebronsd pleisteren borstbeeld Betooveraarster van G. Kasteleyn en een buste in Carrarisch marmer, De Lente, door Domien Van den Bossche. Martelaar door L. Mast (Gent) is een groot, over weldigend stuk door de schoone pose van den lijder. Het pleisteren borstbeeld van Paul Lebrun (de Gentsche oud-prijs van Rome voor de Muziekkunst), door denzelfden, is vol natuurlijkheid en zeer ge lijkend voor hen, die den hr. Lebrun kennen. Het plaasteren standbeeld Excelsior, door L. Van Biesbrouck (Gent) een naakte man, die op een rotsblok stijgt wordt zeer opgemerkt. De Sperwer, door J. Willems (Mechelen) vinden we een lief brons. Het grootste stuk der tentoonstelling komt uit Buda-Pest en is van Georges Zala. Een gekwetst soldaat staat tusschen gebroken oorlogstuig over eind en schijnt, met zijnen degen gewapend, nog den vijand te tarten. Achter hem zweeft eene maagd, symbool des Vaderlands, die hem de lauwerkroon als dankbare hulde brengt. De gioep is getiteld Gedenkteeken ter herinnering der inneming van Buda door de Hongaren in 1849. Het onderwerp is niet gansch nieuw; maar de uitvoering is de ver tolking van eene edele gedachte en huldigt de Liefde tot het Vaderland. Gelijk men uit dit noodzakelijk onvolledig overzicht kan opmaken, was er in de thans gesloten driejaarlijksche tentoonstelling van Schoone kun sten, te Gent, veel moois te zien en voor kunste naars veel te leeren. Te ocrdeelen naar het getal aanwezigen, die wij er den dag van ons bezoek aantroffen, moeten er nog al ingangkaarten ver kocht geworden zijnwij zien daarvan een bewijs in de zes duizend entrées op éénen maandag namid dag, toen de iukomprijs slechts op 10 centiemen voor de werkende klasse bepaald was. Ons volk is dus wel niet zoo onbeschaafd, gelijk men het soms afschildert, en die ongewone toeloop bewijst hij de werklieden, zoo niet het besef van het Schoone, ten minste de zucht of de nieuwsgierigheid, eens kennis te maken met dingen, welke zij niet in hun ne onmiddellijke omgeving te genieten krijgen. En aangenomen zijnde, dat hel zicht van een kunstwerk bij enkelen de beste gevoelens en stout ste voornemens opwekt, zal de beschavende invloed zulker kunstuitstallingen doorniemand geloochend worden. Echter klagen de artisten in't algemeen dat er geen vraag of trek in de werken was. Uitge nomen de nrs voor de tombola aangekocht en eenige schilderijen door het St.aatsbes'uur en de stad Gent aangeworven, waren de aankoopen door bijzonde ren zeer zeldzaam. Is de heerschende krisis daar de oorzaak van Of is het tijdstip zulker tentoonstel lingen slecht gekozen, derwijze dat de rijken deze niet bezoeken, omdat zij alsdan op den buiten ver toeven? Wij zijn onbevoegd de oplossing dier vra gen te gevendoch de zaak moest ernstig bij belang hebbenden in overweging komen. Men beweert ook dat de Koning, die de drmjaarlijksche tentoon stellingen telkens kort na de opening bezoekt, of zelfs bij de opening tegenwoordig is, gemeenlijk eenige aankoonen doet en aldus het voorbeeld geeft. Thans echter werd het vorstelijk bezoek niet meei verwacht en tis slechts een paar dagen vóór de sluiting van 't salon, dat Leopold H hetzelve met een bezoek vereerde. Wat de koning heeft doen be sluiten, zóó laat de uitnoodiging der Inrichtings kommissie te beantwoorden, is even druk door het publiek, als door de artisten, besproken geworden. Door de zorgen van het inrichtingskomiteit werd een prachtig album uitgegeven, als souvenir der 35ste driejaarlijksche tentoonstelling. Deze merk waardige uitgave bevat portretten van vroeger be kroonde artisten, de reproductie eeniger gekende werken, fac-similé's van eenige documenten, titels van catalogussen en handteekeas der meeste heden- daagsche kunstenaars, mitsgaders de afbeelding, in phototypie, van 53 kunstwerken uit l et salon van 1392. Zeggen wij ten siotte, dar het w dsiagen der tentoonstelling groor.endeels te danken is, aan den ijver en do zorgen van den h. Ferdinand Vander Haeghen, den geleerden secretaris d ir koninklijke maatschappij van Schoone kunsten te Gent. M. V. »i

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1892 | | pagina 2