STADSNffiüWsT Zot, onnoozel of zat. Priesters en officieren. Eene kleine vaaag. A propos van bouwkunde. Sint Maarten. Eene verdiende belooning. Prijskamp. Ongelukken. Vaart. Werkerslier. Vlaamsche Ster. Willemsfonds. Poperinghe. Men weet nu dat de nieuwe kieswet aan de priesters van de verschillende godsdien sten, en aan de katholieke jongelingen die de priesterwijding hebben ontvangen, drie stemmen toekent. De officieren krijgen er maar ééne. Waarom De studiën welke de minste luitenant doen moet zijn vrij wat moeilijker dan die der priesters. Hunne mathematieke studiën alleen staan veel hooger dan al de godsdienstige en godgewijde studiën, die de klerikalen met drie stemmen beloonen. De reden van dien onzin is gemakkelijk te radenPriesters zijn van nature vijanden van eiken vooruitgang. Officieren, daarentegen, die iets degelijks leeren, zijn geene steunpilaren der dompers. Van daar dat zij achteruit worden gesteld. Er zal zooveel geknoeid worden, dat ieder een op den duur het eenvoudig algemeen stemrecht eischen zal Sedert eenigen tijd is het Journal dYpres zoodanig op de zenuwen dat het niet meer weet wat het zegt. Zijne 21 opstellers raas kallen, lasteren, liegen, zoeken zich te ver- schoonen, bidden, smeeken en eindigen met bedreigingen, scheldwoorden,enz., enz., naar het hoofd der liberalen te werpen, derwijze dat iedereen zich afvraagt: wat scheelt er met die mannen Zijn zij zot, onnoozel of zat? Zij springen beurtelings van den os op den ezel, beginnen met het kerkmuziek om de liberalen, die zij over veertien dagen om vergiffenis smeekten, opnieuw aan te val len en eindigen met hun oud stelsel, den rimram van over 28 jaar. Die 21 gebochelde en ongebochelde, kort en langgerekte knoeiers kunnen het over hun godzalig geweten niet krijgen dat de liberalen geen geloof willen echten aan hun nen truc om het zwaard van Damoclès pardon, het zwaard van het gerecht, dat boven hun hoofd hangt af te weeren. Pro- gres, Weekblad en Toekomst worden be handeld als rotte visch, zij wanen zich als zedeprekers voor te stellen en zijn ongeluk kiglijk maar spuigbakkeu waarin de libera len al hunne vuiligheid uitwerpen. Wij willen zeer toegevende zijn voor die 21 verschrikte martelaars die, door de schuld van hunnen uitgever, in de klem gebracht zijn. Daarom ook willen wij niet antwoor den op al de lieflijkheden die zij ons naar het hoofd werpen en bepalen ons met te vragen of een liberaal blad ooit verplicht is geweest zoo lafhartiglijk een zijner mede opstellers over boord te werpen? Het Pro- gres en de Toekomst zullen gemakkelijk hunne zaak verdedigen en daarom houden wij ons tevreden met slechts van het Week blad te spreken Hoe dikwijls hebben de godvruchtige lasteraars, bedriegers en schijn heiligen niet gezegd dat het Weekblad iedereen aanrandt in zijne eer en zijne faam? Welnu, nog nooit heeft ons bjad zich gedwongen gezien de ellendige, lafhartige en jezuietische verschooningen en uitvlucht sels te gebruiken om de roede, dat hem geeselen moest, af te weeren. Nog nooit is één onzer opstellers vóór de rechtbank ge daagd geweest voor laster en eerrooverij, terwijl het Journal d' Ypres meer dan eens met moeder Themis heeft moeten afrekenen. Wij hebben het gezegd en wij herhalen hetal de verwijtsels van het heilig laster- blad komen niet op de hoogte van ons mis prijzen en wij zeggen met al dezen die de proza der 21 gebenedijde en gekonfijte op stellers gelezen hebben Worden die kerels nu zot, onnoozel of zat Wij zouden willen weten, en het Journal d' Ypres kan ons daar best over inlichten, waar de 21 opstellers, die tweemaal per week eerlijke en treffelijke lieden aanran den en met hun venijn bezwadderen, hunne opvoeding ontvangen hebben. Het is zeker lijk noch in het Stadskollegie noch in de Looie, maar wel in dompersscholen en bis schoppelijke kollegiën, waar men den geest verstompt, den mensch tegen zijne naasten ophitst en hem verdweept. Het Journal dYpres en zijne waarde confrater het Nieuwsblad hebben zooveel tegen kollegie en stadsschool geschreven en nog nooit zijn zij er in gelukt een enkelen leerling dezer gestichten aan te halen die zich door eene onkiesche taal veroorloofde eerlijke vrouwen, treffelijke medeburgers en achtingswaardige lieden aan te vallen, te beschimpen en te eerrooven. Neen, in die gestichten leidt men de jeugd niet op tot zulk vuil werk, men wil er eerlijke en nut tige burgers van maken en tot hiertoe is men ten volle in die taak geslagen. Wij ken nen slechts twee mannen die eene uitzonde ring maken en de lessen hunner meesters vergeten om met de bisschopsslaven meê te bassen en met de vreemde poesjenellen meê te helpen om hunne vaderstad naar den af grond en het verderf te leiden. Zeg, Journalwaar komen uwe 21 oolijk- aards van daan Om een jongen bouwkundige onzer stad, dien hij vroeger beschimpt en gehekeld heeft, op te hemelen en hem toch maar recht te laten wedervaren, schrijft een der schrandere opstellers van het Joumal meer dan eene kolom armen prietpraat die noch kop noch staart heeft en eindigt met steenen te werpen die op het hoofd zijner vrienden neêrvallen. Die kerel, die de verwaandheid heeft alles te willen weten en kennen, spreekt van gebouwen die in onze stad zijn opgericht en zondigen tegen kunst en smaak. Het bedoelt zeker de nieuwe Lamotteschool met zijne onafhankelijkheden, de nieuwe kapel der Aloisiusschool en het kloosterge vang van Sl Jacobs kerkhof? Opgepast, jongen, Henritje zou het kun nen te wete komen en u bij uwe lange ooren trekken. Iedereen weet dat Sint Maarten de pa troon is die door de kinderen meest bemind wordt, omdat hij hen snoeperijen, speelgoed en andere geschenkjes brengt die altijd zeer wel gekomen zijn. Sedert onheugelijke tijden verkleeden zich nu en dan zekere kindervrienden, zoo niet in eenen bisschop, dan toch in eene kleeding die meer of min er op trekt en gaan alzoo de kinderen der buurt bezoeken hem aan makende braaf te zijn indien zij zijne gun sten willen genieten. Nog nooit heeft er iemand aan gedacht zulks te hekelen. Welnu, dit oud gebruik deed bij eenige huisvaders het gedacht ontstaan die bezoeken wat plech tiger te doen en de kinderen te doen geloo- ven dat Sint Maarten uit den hemel gedaald was met al de seraflensche kooren, al de hemelsche harmoniën, die het verblijf der gelukzaligen verlustigen. Alzoo gingen zij van huis tot huis, in en buiten de buurt, niet alleen lekkernijen dragende naar de kinderen die zij bezoeken wilden, maar er nog uitdeelende aan deze die hen op de straat vergezelden. Ik vraag het u, beste lezer, wat kwaad stak daarin? Niet het minste. Maar het Journal d' Ypres, dat altijd an ders denkt dan iedereen, maakt van die schuldige daad eene heiligschenderij en vol gens hem zijn alleen de Oud-Pompiers tot zulke euveldaden bekwaam. Hier steekt het nogmaals zijnen vinger in zijn eigen oog. Waarom, indien het zulk groot kwaad is eenen bisschop te verbeelden, ziet men in de processiën niet alleen bisschoppen en pausen maar Christus en zijne moeder voorstellen? Waarom zijn er zulke groote kosten gedaan om heiligen en maagden prachtiglijk te kleeden Waarom verzet zich de geestelijk heid niet tegen zulkdanige vermommingen Of denkt het Journal d' Ypres misschien dat zijne vrienden alleen het monopolium dezer voorstellingen hebben? Dit is godsvrucht, zal het uitroepen. Gods vrucht! Als men S4 Mauritius met zijne soldaten voorgesteld ziet door kerels die alles behalve godvruchtig zijn! Als men de 12 apostelen ziet verbeelden door straatbengels? als men andere en andere voorstellingen ziet die doen glimlachen en schokschoude ren? Zijn dit ook geene heiligschenderij en of denkt het godvruchtig blad dat zijne vrienden eene bijzondere toelating hebben om zulks te doen 't Is jammer dat de pijpekoppen het initia tief niet hebben gehad S' Maarten te spelen en de kinderen te gaan bezoeken zij zouden een vischje gesmeten hebben om een snoeks- ken te vangen en bij voorkeur de kinderen der rijken gaan bezoeken om er bate uit te trekken. Onze kindervrienden, integendeel gaan overal, bij armen en bij rijken, maar bij voorkeur bij den arme, waar de kinderen gemakkelijk om bevredigen zijn. Nu, ondervinding doet leeren, en het zou ons niet verwonderen, moesten wij ter jare Sint Maarten zien afkomen onder de be scherming van pastoors en kapelaans, en onder de toejuichingen van Journal,Nieuws blad en al de papendweiltjes van twintig uren in 't ronde. Wat zegt gij er van, Journal? Dit ware eene winstgevende speculatie, niet waar? Wij vernemen met groot genoegen dat de heer P. Moerman, de uitmuntende orgelist onzer hoofdkerk, het burgerkruis van 2"8 klas komt te ontvangen, in belooningen der diensten die hij gedurende 35 jaar bewezen heeft als muziekleeraar van het koninklijk gesticht van Meesen. Wij willen hier de zedigheid van den uit muntenden kunstenaar niet kwetsen met zijne levensbeschrijving te geven, alleenlijk sturen wij hem onze beste gelukwenschen toe. Zaterdag 28 October had op ons stadhuis een groote prijskamp voor hoppeteelt plaats. Talrijk waren de kweekers uit het arrondis sement, die er naar de 12 verschillende prij zen dongen. Alle stalen getuigden van de goede hoedanigheid der hoppe uit onze streek en van de vele zorgen, welke de landbouwers aan hunne voortbrengsels geven. De verbrui kers moeten daardoor overtuiging op doen van de voortreffelijkheid der hoppe te Pope- ringhe en in de omstreken en gekweekt, en die teelt, die eene ware bron van welvaart voor onze pachters heeten mag in deze tijden van landbouwverkwijning, zal er heel zeker door bevoordeeligd worden. Maar ware het onbescheiden eens te vragen wat het staats bestuur, met al zijn belovend ministerie van landbouw wel voor dergelijke prijskampen doet en welk hulpgeld het daarvoor toestaat. Poperinghe, die er het meest voordeel uit halen zal, heeft haren plicht gedaan en Ype- ren die bijna geene hoppeteelders op haar grondgebied telt is mildelijk tusschen geko men, in het toekennen der hulpgelden. Dat is loffelijk en schoon zoo den landbouw be- voordeeligen. Maar het staatsbestuur, dat maar al te graag de schijven binnenrijft en om den drommel nooit gewillig uitlangen wil, is het niet een weinig ten achteren ge bleven Het ware niet kwalijk onze kruisbrave boerkes daar eens over in te lichten. Vrijdag is er op de hoeve der W* Samyn, Vlamertingsche kassei een erg ongeluk ge beurd. De dochter Adela is door eenen strooi- zolder, rustende op losse persen, hier dilt geheeten, gevallen met het ongelukkig ge volg dat zij in heel zorgwekkenden toestand opgeraapt werd. Spijt de beste zorgen van den geneesheer, in allerijl geroepen, was de ongelukkige eenige uren later reeds een lijk. De voltooiëngswerken des nieuwen vaarts zullen nog in lange met voltrokken worden. Men is nu min gevorderd dan over een paar jaren, dank aan de inzakking van den nauwe lijks voltooiden tunnel. Weeral dreigt eene nieuwe instorting. Minstens 50.000 kubiek- meters aarde zijn aan 't drijven en zullen eerlang in de vaart, zakken. En echter het regengetij en vorst en dooi zijn nog niet daar. Wat zal het dan zijn? Onze vakmannen zijn door die soort drijfzand leelijk gepaloeterd. Men zal nog verplicht zijn eene andere rich ting te nemen. Zondag 11. bood de maatschappij de Wer kerslier, hare eereleden een schoon avond feest aan, het Concert van zondag overtrof al de vorige. De stukken voor svmphonie on der het kundig bestuur van den heer Igodt, zijn meesterlijk uitgevoerd geweest. De ro mancen en airs variés hebben ook bijval ge vonden bij het publiek, want allen waren met handgeklap begroet. Voor de eerste maal heeft men in de wer kerslier het geluk gehad, de welwillende me dewerking van eene juffer onzer stad te ge nieten, mejuffer ZulmaDevers, vergastte ons op twee romancen; l'Oiselet et VAmour, en Vergeet mij niet, en werd met bravo's en handgeklap begroet, ook zij verdiende het waDt nimmer vindt men in concerten liefheb sters die met zulk eene schoone stem begaaft zijn als mejuffer Devers, die als blijk van genegenheid uit de handen des Voorzitters eenen prachtigen bloemtuil ontving in naam der maatschappij. Indrukwekkend waren de bravo's en mejDevers was verplicht hare romance nogeens te herhalen. Voor slot had den wij een kluchtlied dat alleman wel be vallen heelt en hartelijk deed lachen: Le Cousin de ma femme, gezongen door Em, Deweerdt, de woorden en zarg van dit lied waren zoo verrukkend, dat bij het refrein iedereen mede zong. Tot slot hadden wij het dansfeest, dat zeer wel afgeloopen is en geduurd heeft tot 1 ure des morgens iedereen begaf zich dan huis waarts met de hoop in t kort nogeens zulk een aangenaam avondstond te mogen door brengen. Wij drukken de inrichters van zulke fees ten onzen hartelijksten dank uit, en bieden hen onze beste gelukwenschen. Morgen Zondag 12 November geeft deze maatschappij hare eerste vertooning van 't abonnement, bestaande als volgt 1° Raad en daad, De Kamer met 2 bedden, 3° Tamboer Janssens, De personen die een abonnement wen schen, zijn vriendelijk verzocht zich bij den heer Karel Deweerdt te wenden. Met genoegen vernemen wij, dat het eer ste feest, gegeven door het Willemsfonds, aan hare leden en huisgezin aangeboden, op Zondag 19n November, ten 6 ure 's avonds, in de zaal der Oud-Pompiers zal plaats heb ben. Het feest zal bestaan uit zang, muziek, en danspartij. Conferentiespreker: M. Ret- sin. OntwerpStrijd van morgen. Geen twijfel of de zaal zal als gewoonte te klein zijn. In ons naaste nummer zullen wij 't programma aan onze lezers mede- deelen. BURGERSTAND. van den 3 tot den 10 November 18.93. Geboorten. Mannelijk geslacht 4. Vrouwelijk id. 3. Huwelijken. Boutens Alfred, onder-luitenant bij het 4e regiment der Lanciers, en Beaucourt Alice zonder beroep. O verllj dens. Knockaert Engel, 45 jaren, daglooner, ongehuwd, Meenenstraat. Lionné Maria, 66 jaren, zonder beroep, ongehuwd, Kaaistraat. De Grou Maria, 21 jaren, kantwerkster, echtgenoote van Eug. Michiels, Neerstraat. Donck Jules, 26 jaren, apotheker, onge huwd Rijselstraat. Kinderen beneden de 7 jaren Mannelijk geslacht 3. Vrouwelijk id. 1. N. B. De bureelen van het stadhuis zullen Woensdag, 15 dezer maand, om 11 uren ge sloten worden. Den Onderlingen Bijstand en den nieuwen jklerikalen tap der Yperstraat. Over eenige jaren werd hier een oproep gedaan aan al de inwoners zonder onder scheid van politieke denkwijze ten einde in onze stad eene maatschappij te stichten van Onderlingen Bijstand. Derwijze scheen de nieuwe maatschappij buiten politiek te moe ten opgericht zijn en enkel een liefdadig doel te hebben. Doch welhaast bemerkte men dat de inrichters met gansch het voorloopig be stuur uitsluitelijk aan de klerikale partij toebehoorden, daarbij dat zij hunne bijeen komsten in den K. K. kring hielden en den zelfden kring weldra als definitief lokaal van den Onderlingen Bijstand deden aan nemen. Dit vond eenieder zonderling, het kon wei- Blijspel met zang, Kluchtspel, blijspel met zang in 2 bedrijven. Wij wenschen hun denzelfden bijval als verleden jaar, niet meer want de zaal was telkenmale te klein.

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1893 | | pagina 2