Omkooping door de kaloten gepleegd.
Wie zijn de volksvrienden?
Surmont. Colaert en Struye
Surmont, ColaertStruye
en Henritje,
SurmontColaertStruye
en Henritje
Surmont, ColaertStruye
en Henritje
KIEZERS
SurmontColaert en Struye
KIEZERS,
KIEZERS,
De Zielegrootheid van Surmont.
Eene vaderlijke vermaning.
Klerikale rechtzinnigheid.
Staaltje van klerikale onverdraag
zaamheid.
Foppers en gefopten.
De lijst der kerkmeesters.
Nog immer den Commissaris.
Dat niemand het dan vergeteme
buiten de lijst uwer partij alleen te
stemmen, stemt gij tegen uwe par
tij, want gij ontneemt haar eene,
twee, drie of vier stemmen, ingeval
de evenredige vertegenwoordiging
moest toegepast worden.
Men ziet dus dat
het panacheeren ge
vaarlijk: is
Het moet dus voor alle partijge-
noo.ten wel verstaan zijn: ïiiet
panacheeren, onder
geen voorwendsel
stemmen voor maa-
neaa van andere lijs
ten.
Eene lijst alleende liberalen
Wij kennen een gesticht van stad, waar
meer dan 10,000 kilogr. kolen in den kelder
liggen.Het stadsbestuur, om eenen kiezer
koiftent te stellen, zekeren Vanheeft
hem eenen bon van 300Ó kilos doen afleve
ren, zonder tusschenkomst van het eigentlijk
bestuur van dat gesticht en zonder dat die
kolen er noodig waren.
En die kerels maken processen
In al de vergaderingen van den katho
lieken Volksbond, zoowel als in de kleri
kale gazetten, hooren wij niets anders dan
dat de vrienden van den werkman, de ware
beschermers en weldoeners «der volksklas
slechts te vinden zijn bij de zoogezegde ka
tholieken. Volgens hunne beweringen zou
den zij alles verpanden, alles ten beste
geven, alles opofferen voor het welzijn van
den werkman, kortom, zij zouden hunne
eigene belangen laten varen om den werk
man nuttig ie zijn.
Zien wij eens wat er van al die stofferij
waar is en welke bewijzen van volksliefde
die klerikale grappenmakers gegeven heb
ben.
Wie heeft zich in de Kamers krachtdadig
verzet tegen het Algemeen Stemrecht en
maar toegegeven uit vrees der omwenteling?
dié niet wilden dat de werkman het recht
had zijne wetgevers, en zijne provintiale en
gemeenteraadsleden te kiezen. Is een.
Wie heeft in de Kamer en den Senaat de
wet gestemd welke geschandvlekt Is onder
den naam van wet der vier eerloosheden,
en die aan de rijken vier stemmen gaf ter
wijl de werkman die geene belastingen be
taalt, slechts eene heeft?
die de stem van vier werklieden wilden
verdooven door de vier stemmen van één
rijkeIs twee.
Wie heeft de inkomrechten gestemd op
de levensmiddelen, kwansuis om den land
bouw te redden, maar inderdaad om de
zakken der rijke eigenaars te vullen?
die zich niet geschaamd hebben het arme
stukje brood uit den mond van den werk
man te ontrukkendie niet konden verdra
gen dat de werkman, die mees tij ds niets dan
eenen boterham en een droogen aardappel
te eten heeft, nog een beetje boter op zijn
brood mocht hebben, en hem alzoo doem
den tot hongersnood. Is drie.
Wie heeft de hatelijke schoolwet gestemd,
die eene inbreuk is op de vrijheid van ge
weten, door de grondwet gewaarborgd, en
het kosteloos officieel onderwijs wil vernie
tigen ten voordeele der dompersscholen,
waar de kinderen van den werkman slechts
een onvolledig onderwijs bekomen?
die den werkman zoodanig willen onder den
voet houden dat hij geen meester meer is
over zijne kinderen en verplicht is ze oyer
te laten aan het toezicht en de kontrool der
alles overheerschende geestelijkheid. Ja,
zij zijn het die u zullen doen betalen om
uwe kinderen te doen onderwijzen, het eeni-
ge dat gij hen kunt achterlaten. Want zij
willen niet dat een werkmanskind geleerd
en onderwezen worde, zij vreezen dat zulks
zou nadeelig zijn en hunne plannen zou
verijdelen, en daarom willen zij slaven en
onwetenden. Is vier.
Ziedaar nu de mannen, die zich den naam
van volksvrienden toeëigenen, die met zeem
zoete woorden trachten uwe stem af te be
delen, die u nu ophemelen en vleien, om
later, wanneer gij u door hunne valsche be
loften, hunne schoone woorden, hunne je-
zuietenstreken hebt laten bedriegen, u te be
handelen als slaven en zullen loochenen u
ooit iets beloofd te hebben en zich niet zullen
schamem u over boord te werpen.
Wilt gij er een voorbeeld van?
stemden in de Kamer en den Senaat eene
wet op de ontrupsing van boomen en hagen.
Die wet kwam in voege in 1887 en werd
alle jaren uitgevoerd.
Maar dit jaar, ongelukkiglijk, werd de
wet toegepast op bevel van het parket en
van burgemeester Surmont, korts vóór de
gemeen tekiezing.
De overtreders werden vóór de rechtbank
gedaagd, veroordeeld en gaven hunne on
tevredenheid over die vervolging te kennen.
De Burgemeester, die den omzendbrief
van den Gouverneur aan den Commissaris
had overhandigd en er zijne onderrichtingen
had bijgevoegd, vreezende de stem der mis
noegde landbouwers, groenseliers, enz., te
verliezen, loochent bij hoog en bij leeg ooit
bevelen te hebben gegeven en, in eene open
bare vergadering in het Volkshuis, roept hij
uit: Indien ik bewijzen heb dat de Com
missaris zeggen durft dat hij bevelen van
mij ontvangen heeft, zal ik hem straffen.
Wat zegt gij van eenen Burgememeester
die een onderhoorigen ambtenaar dreigt te
straffen omdat hij zijnen plicht gedaan
heeft
Wat zegt gij van eenen burgemeester die
er zich op roemt aan de wet niet te hebben
gehoorzaamd?
Wat zegt gij van eenen burgemeester die
de wet afkeurt, welke Colaert en Struye
in de Kamer hebben gestemd en die hij in
den Senaat heeft bekrachtigd?
Zijn de hierboven aangehaalde redens niet
voldoende om u te doen zien dat al het ge
zwets, al de grootspraak, al het flikflooien
der gewaande volksvrienden niets dan hui
chelarij is om u den blinddoek vóór de oogen
te binden en u te bedriegen.
Herinnert u steeds het oude vlaamsche
spreekwoordAls de vos de passie preekt,
boeren, wacht uw ganzen.
De groote vader der stad van Van Artet
velde, hier in Yperen overgewaaid, voel
den grond onder zijne voeten waggelen.
Vroeger riep hij over alle daken dat het
gehuil der liberale drukpers hem volkomen
onverschillig liet; maar nu dat zijn val zoo
nabij is, wil hij zich alle oogenblikken het
vermaak geven gezegeld papier te zenden
aan een van ons. Hij hoept alzoo de liberale
pers te muilbanden en haar te verplichten
alle polemiek waarin hij eenigzins betrok
ken is tot te doen ophouden.Maar de
man is mis, als hij denkt dat wij gedwee aan
zijne eischen zullen voldoen. Wij zullen
maar altijd voortgaan met de waarheid te
zeggen, en staat hem zulks niet aan, welnu
te slechter voor hem. Hij zou toch niet ver
gen hopen wij, dat wij in dezen kiesstrijd
hem een wierookvat op den knikker sloegen,
en hem deden doorgaan voor eenen feniks,
die alleen 't recht heeft anderen te laken of
te doen laken. Indien hij zulks in zijnen
gebenedijden koker heeft gesteken, is hij
deerlijk mis, de arme Sire van Pak-u-Weg!
In de vergadering zondag 11. in het Volks
huis gehouden, heeft Burgemeester Surmont
gezegd
Onze tegenstrevers nemen, zoo het
schijnt, eene dreigende houding aan. Zij
spreken van slagenwonden en builenmen
zal vechten, men zal ruiten breken. Laat
mij toe u te herinneren wat over vier jaar
gebeurd is. Ik heb alsdan in uwen naam be
loofd dat gij nooit den twist zoudt begonnen
hebben. Toen hebt gij uwe belofte gehouden.
Gij zult ze dit jaar nog houden. Wee aan
dezen die begint, wie hij ook zij katholiek
of liberaal, ik zal hem niet sparen. Ik heb
het recht u te verbieden de eersten te slaan,
de twisten te beginnen. Maar wat huiten
mijne macht is. 't Is het recht van wettelijke
verdediging. Gij hebt het recht u niet te
laten den kop inslaan. Maar begint niet.
Laat de grove woorden en de beleedigingen
varen. Ik herhaal het, ik zal niemand
sparen.
Zoo sprak Burgemeester Surmont aan
zijne bende stokslagers, die over vier jaar
den zeventigjarigen Pieter Derille bijna dood
sloegen en Oscar Vandevyver zoo deerlijk
kwetsten.
Misschien herinnert hij zich nog dat er
vele pogingen noodig zijn geweest om de
rechterlijke vervolgingen van den eersten te
doen ophouden en dat hij voor de recht
bank van enkele politie is moeten gaan ge
tuigen ten voordeele van den dubbelen ros
ten en andere stokslagers. Waar zijn de
aanranders?
Surmont lieeft opnieuw gelogen in het
Volkshuis toen hij sprak van de Water
werken.
Het art. 14 vanjhet lastenkohier zegt dat
de werken zullen onderbroken worden tij
dens de groote hitte of de slagregens.
Dit is niet gedaan geweest en Surmont
vraagt of men de werklieden een zonne
scherm moest geven. Neen M. de Burgemees
ter, indien er een zonnescherm noodig ware
't zou zijn om uwen gebenedijden knikker te
bevrijden.
Sprekende over het stadsmaterieël dat M.
Baus gebruikt heeft, vraagt M. Surmont wat
daarop te zeggen valt, aangezien de aanne
mer betaalt
Welnu, ja, wij vinden er iets op te zeggen,
want het stadsmateriëel moet niet uitver-
huurd worden. Een ernstige aannemer koopt
zijn noodig materiaalde handel wint er bij
en de stad moet er niet tusschenkomen.
Het is valsch dat M. Picha zich niet wil
verbinden de buizen te leveren. Het was waar
voor de eerste onderneming, op drie lucht-
drukkingen, maar toen de voorwaarden ge
bracht zijn geweest op eene luchtdrukking
en half, heeft M. Sidero-Ciment zeer geerne
aanvaard.
Dus nog een Jezuietentrek 1
M. Surmont bedriegt zich wanneer hij zegt
dat de aannemer M. Baus is wij hebben al
tijd gedacht dat het M. Wallaert was. Ten
minste men heeft ons zulks doen gelooven.
Na de zegepraal der liberalen in de ge-
meentekiezing van 14 October 1890, zag
men de kopstukken der klerikale partij alle
werkhuizen en winkels afloopen om aan de
bazen bevel te geven de werklieden op
straat te werpen, die verdacht waren voor
de liberale lijst gestemd te hebben.
't Is alzoo dat de schrijnwerkersbaas
H. Fiers, heden klerikale kandidaat, de
genaamden Leopold Souxdorf en Justin
Roffiaen onbermhertig aan de deur gezet
heeft.
M. Vonck, thans onderluitenant der
Pompiers, beroofde Alph. Craye van zijn
werk in zijne steenhouwerij.
De heeren Gosteur, vader en zoons, rij
tuigmakers, ontnamen het werk van
Achile Gillon, hunnen ajusteerder.
Anderen nog, wier naam ons voor het
oogenblik ontsnapt, handelden op dezelfde
wijze, volgens de bevelen der klerikalen.
In de ijzergieterij van M. Alf. Valcke, de
steenhouwerij van M. G. Lapiere, de blee-
kerij van M. Verschoore, de zoutziederij van
M. Cardinaal zoon, de werkhuizen van M.
Vergracht, die nochtans veel aanzienlijker
nijverheidsgestichten zijn dan deze der kle
rikalen, werd niemand vervolgd, ofschoon
de bazen zeer wel wisten welke do werk
lieden waren die voor de klerikalen gestemd
hadden.
Wij vragen het nu in volle rechtzinnig
heid
Wie zijn de vrienden van den werkman?
Wie zijn de uithongeraars?
Moesten wij al de nieuwstijdingen aan
stippen, die ons zijn toegezonden, ons blad
ware te klein om ze allen te bevatten. Naar
het schijnt zijn de kiesdravers die uitgezon
den worden zoo talrijk als in 1891. Wij
willen niet zeggen rlat die kerels uitgaan
om stemmen te koopen, Overre van daar
zij zouden niet durvenmaar zij bewilligen
de kiezers om voor de klerikalen te stem
men en, om hun doel te bereiken, laten zij
van den eenen kant schitterende beloften
hooren, en van den anderen kant, vreese-
lijke bedreigingen. Hoor liever
Hier belooft men den kiezer eene plaats
aan den ijzerweg en elders eene plaats in
het gevangbij een derden persoon belooft
men werk bij M. X.; aan den eenen eene
vermeerdering van dagloon aan den anderen
eene plaats voor zijnen zoon, zijne dochter,
enz., en allen zullen iets hebben maar het
zal zijn na de kiezing.
In de ouderlingen gestichten gaat men op
het uur der maaltijd, wanneer men zeker
is al de kostgangers te huis te vinden, om
hen aan te manen voor hunne weldoeners
de klerikalen te stemmen. Doch wee hem
die dooreen enkel gebaar laat verstaan dat
hij niet van het gedacht van den kiesdraver
is, of hij wordt naar de vergadering geroe
pen en hij wordt op straat gezet.
Getuigen: Vanhove in 't Beggijnhof en E.
Brouwers, in 't Nazareth.
Men verbiedt aan de kostgangers der bei
de gestichten (Beggijnhof en Nazareth) het
lozen van politieke gazetten, vooral als die
gazetten liberaal zijn, maar men noodigt
hen uit. de vergaderingen van het katholiek
Volkshuis bij te w.onen. Daar maakt
men geene politiek.
Deze week bevond zich een kiesdraver in
eene herberg, (een kerel die meer geld noo
dig heeft dan gebeden,) en liij noocligde al
de kiezers der buurt uit met hem een glas
bier te drinken. Hij klopte op zijne beurs
en riep luidop dat hij het zitten had. Inder
daad, hij tracteerde voor 't vaderland weg
en nam intusschen ook zoo wel zijn deel
binnen, dat hij 's avonds zoo dronke was
als tien Zwitsers. Wilde de herbergier gaan
slapen, hij was verplicht den kiesdraver
aan de deur te zetten, die in slape viel op
't voorland. Daar droomde de sukkel van
klerikale propagande.
Een oud-veroordeelde van Hoogstraeten,
die ergens buiten de statiepoort nestelt, be
looft aan alwie voor de kaloten stemmen
wil, duizend kilos kolen en twee honderd
kilos aardappelen, te bekomen na de kie
zing.
En wanneer men hem vraagt waarom na
en niet vóór de kiezing, antwoordt hij dat
de klerikalen eerst moeten boven zijn.
Daaraan ziet men hoezeer die grootspre
kers zeker zijn van te winnen. Zij zitten
met de poepers dat 't zweet uit hun haar
leekt.
Na, wij hopen dat de kiezers zich niet
meer zullen laten foppen door die pogingen
tot aanwerving. Zij hebben over vier jaar
ondervonden hoeveel staat zij er mochten
op maken. Beloften genoeg, zooveel als men
wil, maar giften 1 Bernique
Onder de vijftien leeuwen die men ons
voorstelt voor de kiezing van 17 November,
zijn er vijf kerkmeeeters, dus een derde.
Zooals men ziet zullen de belangen onzer
kerken wel vertegenwoordigd zijn in den
nieuwen gemeenteraadindiem het kie
zerskorps in de grap meèdoet.
Men ziet van hier met welke dienstwil
ligheid men er de rekeningen en budjetten
der kerkfabrieken zal controleeren. Nu,
moet de klerikale wascht niet in familie ge
daan worden
Men had fabrieken en fabrikanten beloofd
en dit alles komt uit op kerkfabrieken en
kerkmeesters.
De klerikalen zijn toch altijd echte grap
penmakers 1
Waarlijk, de burgemeester kon er niet