TAN IJPEREN EN HET ARRONDISSEMENT. Politiek, Nieuws- Handels- en Annoncenblad. Orgaan der Liberale verbintenis van Yper en liet Arrondissement. «EENDRACHT MAAKT MACHT.» Gemeenteraad van Yper. Vijftiende jaar Zaterdag 13" April 1901. Nummer 15. Ministeriëele Liefelijkheden. Een woord over Belastingen en de Openbare Schuld. Abonnementsprijs voorop betaalbaar 3.00 fr. per jaar voor den buiten. 2.50 fr. voor stad. Per 6 maanden 1 fr. 50. Per 3 maanden 1 fr. Annoncen: 15 cent iper drukregel. Rechterlijke eerherstellingen: 1 fr. per regel. Akkoord per jaar of per maand. 5 centiemen per nummer. Afzonderlijke nummers voor artikels, enz. 4 fr. per 100 Alle berichten van verkoopingen of andere bekendmakingen ten bureele dezer gedrukt worden eens gratis ingelijfd Do annoncen voor Bolgië, ter uitzondering der belle Vlaanderen, als mede die voor het buitenland worden ontvangen door den Office de Publicité, Magdalenastraat, Brussel. Men wordt verzocht allo hoegenaamdo artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij ui onderteekond toe te zenden. Artikelen ongeteekend of personnaliteiten bevattende worden niet opgenomen. Het pleit is nog eens beslist. Niettegenstaande al de treffende bewijzen door de Volksvertegenwoordigers in 't voor deel van de briefdragers aargehaald, heeft de Minister hen wandelen gezonden met de meest liefelijke belangstelling, die men in woorden kan uitdrukken. Liefelijk in allerlei beteekenis. Liefelijk, want de briefdragers zijn voor beeldige bedienden, die hun werk met vlijt verrichten en... die men niet vergeten zal. Ze hebben één ongelijk nochtans: ze zijn met zoo velen, er zijn nog zooveel andere bedienden naast hen, aan wien men ook zou moeten denken, zoodat het onvergeeflijk wordt het in de hersens te krijgen iets in 't voordeel van enkelen te vragen, omdat er nog anderen in 't zelfde geval zijn. Als eene bedelares met een hongerend kind aan uwe deur komt aankloppen, zeg haar dan maar flink: Vrouwtje, mijn hart vloeit over van medelijden voor u, maar waarom zijt ge zoo dwaas niet gansch alléén arm te zijn? Kijk eens goed, als ik u help, wat zullen de andere ongelukkigen dan zeg gen? Het kan dan immers niet dat ik voor u zorg. Dergelijke redeneering verdrijft voor al tijd de felste hongerkramp. Liefelijk ook, want de regeering behan delt de kleine beambten met vaderlijke tee- derheid; ze worden letterlijk overstelpt: verzekering tegen ouderdom, werkeloosheid, ziekte, kleederenmassa, kas voor weduwen en weezen 1 En ze winnen tot 2.47 fr. daags En ze verstouten zich ook ziek te wezen, en nog al lang zelfs, zoodat er wel twijfel bestaat, of ze in ernst krank zijn. Foei briefdragers! levert uw beroep u dan niet genoeg, dat ge nog eene bijwinst zoekt in karottentrekkerij 1 Geene stoffelijke verbetering! de kleine burgers zouden door hunne belastingen de loonsverhoogingen der briefdragers moeten betalen dus.... De minister krijgt voor dit argument twee pluimpjeseen van de briefdragers en een van de kleine burgers, wat kan gevoegd worden naast dat hem door den vertegen woordiger Delbastée reeds geschonken «Uw bubget sluit met een groot overschot. Het ware onrechtvaardig dat gij aldus voort gaat met het klein personeel op schandelijke wijze uit te buiten.» Liefelijk niet min, als de minister niet wil dat de briefdragers samen komen om hunne belangen te bespreken. Hebt ge van uw leven?.... Knechts, die elkander raad plegen om zich tot de meesters te wenden "Waar haalt ge dat recht, briefdaagers? Dat staat toch immers niet aan kleine bedienden daar moest ge toch van overtuigd wezen En de discipline? Dat u niet meer gebeure I De minister be dreigt met zijn ontslag; wat zoudt ge dan doen, onzinnigen zonder minister? Denkt ge daar wel aan? Vernaamt ge ook niet dat de minister in voldoende mate voor uw stoffelijk welzijn zorgt, dat hij zelfs aan de socialisten ver weet dat ze tegen de begrooting van post en spoorweg hadden gestemd, om aldus het loon te onttrekken aan de menschen, die ze beweren te verdedigen. i Roert dus niet meer, briefdragers, wilt ge de dreigendste gevaren van uw hoofd weren, smelt liever in dankbaarheid voor het man na, dat in de gedaante van ministeriëele liefelijkheden over u nederdaalt. De klerikalen zeggen dat zij de belastingen verminderd hebben. He, dat zouden wij op onze lastenbriefjes moeten gewaar worden. Wie is er afgeslagen 1 Hij mag zijnen vinger omhoog steken. Zij zullen u zeggen: Maar wij hebben een deel van de belastingen bestemd tot een fonds, dat aan de gemeenten ten goede komt. Ja maar, betalen wij er één cent minder door? Neen? Welnu, dan kan 't ons niet schelen aan wien wij betalen, wij moeten toch leggen. En er zou nog maar aan ontbre ken dat zij de gemeenten niet bijsprongen, aangezien ze haar 't grootste deel onttrokken hebben van de subsidiën, die zij vroeger voor het onderwijs ontvingen. Zij hebben, 't is waar, de belasting op den tabak eenigzins verminderd, maar hebben zij geen nieuwe belastingen opgelegd Ja! Op den azijn en de azijnzuren Op de konserven Op vleesch en vee Op meel en haver Op eetwaren dus grootendeels. Openbare schuld. De begrooting der openbare schuld,'t is te zeggen de belasting van interesten voor ont leeningen, door den Staat gedaan, beliep in 't jaar 1885 tot 103 millioen. In 1899 beliep zij tot 126 millioen, dat is dus 23 millioen meer. En dan moet ge nog rekenen dat de Staat omzettingen gedaan heeft, waardoor 't middel gevonden werd om per jaar 7 millioen minder interest te moeten betalen. En dan moet ge óók nog weten dat in 1885 de spoorwegen 48 millioen opbrachten tegen 74 millioen in 1899; en dat post en te legraaf in 1885 aan 't gouvernement 1 mil lioen kostten en nu 2 1/2 millioen boni geven. En dan toch nog 23 millioen interest per jaar moeten opbrengen, 't is wraakroepend! Maar natuurlijk: men smijt voor de forten van de Maas alleen, die voor niets dieüen, 72 millioen in 't water. Het materieel van den spoorweg. En langs eenen anderen kanten, niettegen staande de winsten die de spoorwegen op brengen, laat men het materieel op erbarme lijke manier vervallen. Ja maar, de handel lijdt 6r geweldig onder als er zooveel wa gons te kort zijn De nijveraars durven geen commando's aannemen, waarvoor er niet veel tijd kan gegeven worden, omdat ze op voorhand weten, door gebrek aan wagons hunne verplichtingen niet te zullen kunnen voldoen. En 't is al gebeurd dat verschillen de groote bestellingen naar 't buitenland zijn gegaan. En voor 't land is dat een stuiver op eenzesken brengen, want de heer de Smet de Naeyer heeft onlangs in de Kamer bekend dat er 100, ja 200 millioen zullen noodig zijn om te voorzien in de algemeene en wraak roepende ontreddering, waarin zich het ma terieel van onze spoorwegen bevindt 1 't Zijn me de meesters die wij hebben? Zou men ze niet elk met een diploma van onbekwaamheid moeten naar huis zenden? Goliath. Openbare zitting van Zaterdag, 30 Maart 1901. De zitting wordt ten 5 ure 05 m. geopend Zijn tegenwoordig: de heeren Golaert, Burgemeester-Voorzitter; Berghman en Fraeys, schepenen; Struye, Iweins, Boone, Begerem. Fiers, Decaestecker, Vandenboo- gaerde, Vanderghote, D'huvettere, Vanden- peereboom, Bouquet, raadsleden, M. Gorris- sen, secretaris. Afwezig: M. Surmont. Het verslag der zitting van 16 Februari geene aanleiding gegeven hebbende tot be merkingen, is goedgekeurd, dat der zitting van 9 maart 11. is ter inzage der leden neêr- gelegd. Af. de Voorzitter maant zijne collega's aan de vragen of interpellatiën voor eene naaste zitting te behouden, daar de dagorde zeer groot is. Af. Bouquet houdt er nochtans aan te weten welke maatregelen door den heer Burgemeester genomen zijn, voor wat het visschen met de lijn betreft. Af. de Voorziiter, antwoordt dat hij de maatregelen genomen heeft welke door de maatschappij aangeprezen zijn; het zal voor taan verboden zijn de sluisdeuren 's nachts te openen en de staken die niet aan de stad toebehooren, die in de Yperlei zullen ge plaatst zyn, zullen weggenomen worden. Dagorde 1. Mededeelingen. Af. de Voorzitter geeft lezing van een brief waarbij de gemeenteraad van Aalst aankondigt dat zijn pompierskorps eerlang den 25n verjaardag zijner stichting zal vie ren en noodigt de pompiers van Yper uit deze feestelijkheden bij te wonen. Is de gemeenteraad van gedacht dat ons pompierskorps en de stadsharmonie deze feesten moeten bijwonen? Wij stellen u geen krediet voor, omdat wij nog niet weten welke de uitgaaf zal ziju. Af. Iweins zou willen weten of de pom piers dit jaar nog aan'andere feesten zullen deelnemen. Af. de Voorzitter denkt dat indien die heeren naar Aalst gaan zij van andere fees ten zullen beroofd worden. Af. Iweins rechtvaardigt een voorstel van verzending naar eene andere zitting voor het gebrek aan inlichtingen nopens het bedrag der uitgave. Af. de Voorzitter raadt aan het gedacht van M. Iweins te volgende uitgave, zegt hij, zal niet zeer groot zijn, aangezien de twee korpsen er zullen inkomen. Af. de Voorzitter. Mijnheeren, ik weet niet of de zaak u bekend is, maar wij heb ben eene nieuwe wijze toegepast voor het ontvangen der standrechten. Wij hebben ze beurtelings toegepast aan de eierenmarkt, aan de kiekenmarkt en eindelijk aan de uit stallingen. Dit stelsel met stammen heeft onverhoopte uitslagen opgeleverd. Ziehier een vergelijkend uittreksel van de opbrengst der plaatsrechten in de maand Maart van het verleden jaar en in de maand Maart van dit jaar. De eierenmarkt heeft opgebracht In Maart 1900 28-75 30-25 27-25 35-00 In Maart 1901 50-15 50-05 52-15 54-25 Men heeft de nieuwe wijze van ontvangst maar sedert twee Zaterdagen toegepast op de kiekenmarkt. Ziehier den opbrengst der overeenkomstige weken. In 1900 In 1901 6-20 12-00 5-65 9-45 Voor de uitstallingen is de proef van daag zelve gedaan geweestde opbrengst is van 48 fr. 20 daar hij over jaar op denzelf den Zaterdag 31 fr. bedroeg. In tegenwoordigheid dezer uitslagen mo gen wij, zonder overdrijven, rekenen dat het nieuwe stelsel 50 °/0 meer zal geven, 't is te zeggen dat de opbrengst dezer stand rechten van 2.600 tot 3.000 fr. zal ver meerderen. Er bestaat tegenwoordig op do markt een ingang en een uitgang en de kontrool is bestendig; vroeger betaalde iedereen zoo regelmatiglijk niet. Een lid vraagt of integendeel de uitgaven niet zullen vermeerderen. Af. de Voorzitter verzekert van neen. 2. Bibliotheek: rekening 1900. De ontvangsten beloopen tot fr. 1.700-00 De uitgaven tot fr. 1.641-00 De rekening geeft een overschot van De Raad keurt goed. 58-91 3. Museum Rekening van 1900. Ontvangsten (het overschot van 1899 medegerekend) fr. 2.126-08 Uitgaven 822-02 Overschot fr. 1.304-06 De rekening wordt goedgekeurd. 4. Bewaarscholen: rekening 1900. De betalende school der S' Janstraat heeft hare rekening vastgesteld als volgt Ontvangsten fr. 3.775-00 Uitgaven fr. 3.632-95 Overschot fr. 142-05 Ziehier de herhaling der rekening van de school der Rijselstraat Ontvangsten fr. 3.420-00 Uitgaven fr. 3.358-50 Overschot fr. 61-50 Eindelijk, de rekening der school van Mev. Iweins sluit in ontvangsten en uitga ven met de som van 7.000 fr. Die rekeningen worden eenpariglijk goed gekeurd. 5. School van huishoudkunde. Ontvangsten fr. 3.920-00 Uitgaven fr. 3.814-00 Overschot fr. 106-00 De Raad keurt de rekening goed. 6. Muziekschoolrekening 1900. De ontvangsten beloopen tot fr. 5.700-00 De uitgaven tot fr. 5.605-43 Een boni latende van fr. 94-57 Af. de Voorziiter geeft lezing van een verslag van den heer Bestuurder, die steunt op de oorzaken van hot onregelmatig bijwo nen van zekere leergangen, namelijk van deze der blaasspeeltuigen, en op de onmo gelijkheid in zijne geheelheid het programma HET WEEKBLAD

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1901 | | pagina 1