VAN IJPEREN EN HET ARRONDISSEMENT.
Politiek, Nieuws- Handels- en Annoncenblad.
Orgaan der Liberale verbintenis van Yper en het Arrondissement.
EENDRACHT MAAKT MACHT.
Vijftiende jaar
Zaterdag 24" Augusti 1901.
Nummer 34.
Kiezerslijsten.
Het Vlaamsehe land gefopt!
Over arm en rijk.
Abonnementsprijs voorop betaalbaar 3.00 fr. per jaar voor den buiten. 3.50 ft*, voor stad. Per 8 maanden 1 fr. 50. Per 3 maanden 1 fr. Annoncen: 15 cent
per drukregel. Rechterlijke eerherstellingen: 1 fr. per regel. Akkoord per jaar of per maand. 5 centiemen per nummer. Afzonderlijke nummers voor artikels, enz. 4 fr. per 100
Alle berichten van verkoopingen of andere bekendmakingen ten bureele dezer gedrukt worden eens gratis ingelijfd. De annoncen voor België, ter uitzondering der beide Vlaanderen, als
mede die voor het buitenland worden ontvangen door den Office de Publicité, Magdalenastraat, Brussel. Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij
un onderteekend toe te zenden. Artikelen ongeteekend of personnaliteilen bevattende worden niet opgenomen.
De personen, die niet ingeschreven
zijn op de kiezerslijsten, of die het
getal stemmen niet bezitten, waarop
zij recht hebben, mogen hunne rech
ten doen gelden op het Stadhuis van
nu tot 31 October aanstaande.
Wij wakkeren onze politieke vrien
den nogtans aan zich liever aan te
bieden op het bureel der liberale As
sociatie.
Ziehier de bijzonderste bepalingen
betreffende het kiesrecht
Om kiezer te zijn voor de Kamer
moet men len üïei 1902, ten
volle S3 jaar oud; voor den Se
naat, 30 jaar; voor de Provin
cie, 30 jaar, en voor de Gemeen
te, 30 jaar.
Om ingeschreven te zijn als kiezer
voor de Kamer en den Senaat, moet
men op leQ*Fuli 19Ö1, ten
minste sedert één jooi-
ten volle in de stad of gemeente ver
blijven; voor de Gemeente, sedert
ten minste drie jaar.
Hebben recht op éène bijgevoegde stem
Voor de gemeentekiezengde kie
zers van ten volle 33 jooi* oud
gehuwd, of weduwaar met kinders,
ten minste 13 f persoon
lijke belastingen betalende aan
don Stoot in de Gemeenten
van meer dan 10,000 zielen; van
2,000 tot 10,000 zielen, 10 fr.; in de
mindere gemeenten 5 frank.
Voor de verkiezing van Kamer en
Senaat is deze belasting vastgesteld
op ten minste 3 ii*Oilli,
Hebben ook recht op ééne bijge-
sedert 1 «Itili 19ÖÖ
van gronden of huizen gevende
een kadastraal inkomen van 48 fr.
of van eene inschrijving op het
Grootboek der openbare schuld, of
van een renteboekje op de Spaarkas,
gevende ten minste eenen jaarlijk-
schen intrest van honderd frank en
bestaande sedert 1 Juli 1899.
Hebben recht op twee bijgevoegde
stemmen
1° Dezen die alle twee de bovenge
noemde voorwaarden van huisvader
en eigenaar samen bezitten
2° Zij, die drager zijn van een der
diploma's, titels of getuigschriften
opgesomd in artikel 17 der wet van
12 April 1894;
3° Zij die een der openbare bedie
ningen vervullen of vervuld hebben,
die eene der ambten bekleeden of be
kleed hebben, die een der beroepen
uitoefenen of uitgeoefend hebben,
aangestipt in artikel 19 van voormel
de wet.
Niemand kan meer dan drie stem
men hebben voor de Kamers en de
Provincie, noch meer dan vier voor
de Gemeente.
De heer Helleputte is nu wel geklopt,
doch hij heeft het toch zoover gekregen,
dat we toekomend jaar geen gedenkteeken
zullen te ontblooten hebben. Het Kort-
rijksch komiteit draagt daarvan de grootste
schuld. Niets, niemendal heeft het gedaan
gedurende heel het jaar dat het ministerieel
handteeken achterbleef; geen enkel poging
beproefd om den minister tot spoed aan te
zetten. Het was klaar blijkend geheel t' ak
koord met den heer Helleputte en vroeg
niet beter, dan dat deze erin gelukken
mocht, het monument De Vreeze terug te
doen verwerpen. Niet ééns heeft het het
noodig geoordeeld om het Nationaal komiteit
bijeen te roepen
Nu heel dat spelletje in duigen gevallen
is, willen zij de feesten vieren in de maand
Augustus en halen een boel drogredenen
uit den hoek om die verdaging te wettigen.
In Juli kunnen de studenten niet meedoen,
de lln valt op een Vrijdag, enz. enz.
Allemaal flauwe kul.
De waarheid is deze: De mannen van
Kortrijk vreezen hun geburen, de Fran-
schen, op den teen te trappen en zouden
langs den anderen kant toch die buitenge
wone gelegenheid om affaires te maken
niet willen missen.
Daarom zijn zij op het denkbeeld geko-
meD, het Guldensporenfeest te doen vieren
op een tijdstip dat in 't geheel geen histo
rische beteekenis meer heeft en.... samen
valt met hun groote kermis!
Gaan wij, Vlamingen, ons op zulke ma
nier in de doeken laten doen? Gaan wij van
de grootsche betooging op den Groeningher-
Kouter, waarop heel Vlaanderen zich al van
over tien jaar voorbereidt, een boerenker
misken maken en de herbergen van Kortrijk
een paar goei dagen aan de hand doen,
omdat daar op de Groote Markt eenige ge
schilderde planken te zien zijn?
't Is niet te hopen.
Wij vertrouwen erop, dat overal een be
weging ontstaan zal, om den 11 Juli 1902
toch naar Groeninghe te gaan en de al te
slimme Kortrijkzanen met hun kermisken
in Augustus te laten stikken.
De Vlaamsehe Wacht van Antwerpen
heeft op haar algemeene vergadering van
maandag bij eenparigheid en met handge
klap de volgende dagorde gestemd
De Vlaamsehe Wachtverzet zich met
de meeste krachtdadigheid tegen al de maat
regelen genomen door het Nationaal Komi
teit van Groeninghe voor de viering van :t
zesde Eeuwfeest van den Guldensporenslag
en besluit
1. Geen deel te nemen aan welke feeste
lijkheden ook die te Kortrijk ingericht wor
den op een anderen datum dan den 11 Juli
1902;
2. Op 11 Juli naar den Groeningher Kou
ter te gaan
3. Een werking op touw te zetten om al
de Vlaamsehe kringen van het land [hetzelfde
besluit te doen nemen.
Daarna werd besloten dat de - Vlaamsehe
Wacht zich zoo spoedig mogelijk in be
trekking stellen zou met de verschillende
Belgische takken van het - Algemeen Neder-
landsch Verbond om dezer medewerking
te verkrijgen.
Zouden die kringen hun hulp weigeren,
dan zal de Wacht de noodige propagan
da op eigen krachten aanvatten.
Wij hopen echter dat het Algemeen
Nederlandsch Verbond zoo te Antwerpen
als te Gent, te Brugge en te Oostende, zich
bij de Vlaamsehe Wacht zal aansluiten
om aan de vi-ring van het Guldensporen
feest haar waar karakter te doen erlangen.
Het fameus komiteit van Kortrijk heeft
alles gedaan wat mogelijk was om de feesten
een ander beteekenis te geven. Het zou voor
geen geld van de wereld de Franschen on
aangenaam willen zijn uit vrees dat de
Kortrijksche handel daar eenigszins zou
kunnen door lijden, en het was zelfs een
tijdlaag zinnens, tegelijk met den Gulden
sporenslag ook den slag van Bouvines te doen
vepheerlijken, waar de Vlamingen de neer
laag leden!
Wanneer die menschen thans het grootste
heldenfeit uit de geschiedenis van Vlaande
ren toch alleen willen vieren, dan is dat en
kel gedwongen en tegen hun zin.
Nu zeggen ze: Komt in Augustus, dan is
't kermis bij ons, en we zullen op de Groote
Markt eenige planken zetten om u te laten
zien hoe het Groening herdenkmaal mis
schien ooit eens zal wezeD.
Dat heeten wij de Vlamingen eenvoudig
voor den gek houden.
Welnu, mannen van Antwerpen, van
Gent, van Brugge en van overal, toont dat
gij u op zulke schaamtelooze manier niet laat
in doeken leggen en zet u aan het werk
opdat den 11 Juii 1902 eene monsterbetoo-
giDg plaats grijpe op den grond zelf, die 600
jaar geleden het heldenbloed uwer vaderen
dronk.
Met lieden die Vlaanderen's hoogste Hoog
getij trachten te exploiteeren ten voordeele
van hun politieke- en kruidenierswinkels,
mag het Vlaamsehe land niet langer iets te
maken hebben.
Allen naar Groeninghe den 11 Juli van
toekomende jaar I Zoo klinke voor aan het
ordewoord in eiken Vlaamschen kring.
Ik wenschle wel da'k rijk was! Ik ook!
Ik ook I
Helaas jongens het wil maar geen geld
regenen
Maar terwijl we nu toch aan 't wenschen
zijn, willen we dan eens verder wenschen?
Ik wenschte voor mijn paard dat ik geluk
kig was.
Hé? dat 's een wensch I
Rijkdom is nog te bekomen maar geluk is
een zeldzamer waar. Die verkoopen ze niet.
Ik heb eens gedineerd, bij een onzer groo
te kooplieden met een rijk heerschap uit
Frankrijk. Een redakteur moet soms meer
dineeren dan hij lust heeft. De Fransche
Menheer dan, was chocoladefabrikant en
zoo rijk als 't water diep is.
Denkt nu niet dat ik u iets op de mouw
wil spelden.
Onze rijke koopman zette zijn vereerden
gast de fijnste schotels voor en schonk zijn
beste wijnen. Want onze hooge burgerij,
het zij niet tot haar eer gezegd, is overdadig
in de genietingen der tafel.
Monsieur Grenier zette er even de lip
pen aan en zei: en effeten goot zijn roo
mer in zijn water, tot groote ergernis van
zijn hospes.
Monsieur Grenier had een zwakke maag
en was doorgaans treurig gestemd. By het
dessert ontdooide hij toch een weinig en
werd gespraakzamer. Ziehier wat ik uit zijn
mond vernam.
Ge zoudt zeker gaarne weten hoeveel
miljoen ik bezit Ik weet het zelf niet. Dat
verschilt volgens de koers van de beurs.
Willen we zeggen in ronde cijfers, een dozijn?
Een heel dozijnen we sparden de
oogen open.
Maar ge zoudt ongelijk hebben ging
Monsieur Grenier voort mij daarom al
te zeer te benijden.
Ik heb drij kasteeleD, steeds gereed om
mij te ontvangen. Maar ik verblijf slechts
in een der drie. En in dit laatste houd ik
mij bij voorkeur in een enkele kamer op.
Mijn leven is een leven van verveling. Ik
heb alles genoten en tracht naar niets meer.
Mijne vrouw is dood, ik heb geen kinderen
en bevind mij diep ongelukkig. Mijn Mai-
tre d'hötel biedt mij alle morgenden een
rijke spijskaart aan, ter keuze. Het ant-
woord is steeds: voor het ontbijt, eieren,
voor het middagmaal, een bifsteek. Overi-
gens met een beetje wijn in veel water.
O! ik verveel mij doodelijk.
Mijnheer Grenier had veel geld en Myn
heer Grenier was ongelukkig.
Zoodat het geld geen geluk aanbrengt,
Mijnheer de redakteur.
Gij hebt het gezegd, vriend lezer. En toch
wilde ik a wel eèn beetje meer van hebben,
want het geld draagt bij tot het geluk. En
ik veronderstel dat Monsieur Grenier, die
zich met zijn drie kasteelen erg verveelde,
zich diep rampzalig zou gevoeld hebben,
indien hij plotseling een der drie had moe
ten verliezen.
En hij bewoonde er maar één, en dan
nog slechts die eene kamer 1
Ja zoo is de mensch. Wat hij niet heeft,
wil hij hebben. Wat hij heeft waardeert hij
niet. Maar wee hem zoo hij 't weer verliest.
Dan stort hij in een jammerpoel van ellende.
Doch een ding is zeker. Monsieur Grenier
zou met blijdschap een zijner drie kasteelen
hebben opgeofferd, voor een gezonde maag.
Zoodat gij, die een gezonde maag hebt,
vriend lezer, zoo gelukkig als een zieke kas
teelheer zijt.
Menheer de Redakteur, hier vang ik u
af! Met een gezonde maag zou Monsieur Gre
nier nog immer twee kasteelen gehad hebben,
terwijl ik, die caoutchouc verteer, geen ander
kasteel heb dan... dan... mijn duivenkijker.
Een luchtkasteel dus? Proficiat, vriend le
zer] Monsieur Grenier had geen duivenkij
ker, geen aardsch genoegen waar hy aan
gehecht was. De fezanten en tamme hinden
in zijn park gunie hjj ternauwernood een
verstoorden blik. Hij verveelde zich.
Gij rookt uw pijp, speelt uw kaart, leest
Het Weekblad, en zijt zot van uw kleine
Marie. Uw vrouw is een bovenste vrouw,
kloek a's een vrammes van Rubens, mis
schien een beetje.... hoe zal ik dat zeggen....
een beetje oploopend soms van humeur Of
zoudt ge liever een modepop hebben Maar
ge zoudt er een paar kasteelen moeten bij
HET WEEKBLAD
(Vervolg).