Domus, Volkus, Pakus.
Het schoone gebaar.
Waar was René
M. Houzeau de Lehaie. De minister
beschikt heden over 10 fr. meer per in
woner dan in 1884.
M. Keesen (abt) zegt dat men de medehulp
van den godsdienst moet inroepen (sic) om
het alcoholisme te bestrijden.
Zitting van Dinsdag 11 Februari 1903.
Voortzetting der bespreking van het wets
ontwerp op den alcohol.
De Voorzitter geeft lezing van een tele
gram der syndicale vereeniging van de hotel
houders, koffiehuishouders, enz., van Ant
werpen dat krachtdadig protesteert tegen
de wet Zondag 15 februari door de Kamer
gestemd en aan den Senaat vraagt dezelve te
verwerpen of op ondersteunende wijze het
vergunningsrecht af te schaffen en de in-
komrechten op den wijn te verminderen.
M. Bo'éye verdedigt de natuurverandering
van den alcohol door den Staat. Na de toe
passing van het huidig ontwerp, zegt hij,
zullen wij 18 fr. per inwoner betalen,
't zij 63 t. h. meer dan in 1884.
M. Picard hemelt den alleenhandel op
van den alcohol en zijne bepaling van voort-
brengst.
M. Deschamp - David, verslaggever, roem)
de uitmuntendheid der anti-alcoholische pro
paganda in de lagere scholen ingericht (Sic) 1
M. Wiener. Indien de Regeering recht
zinnig is, zegt hij, zal zij het amendement
der linkerzijde aanvaarden en doen stemmen
(afschaffing der accijnsrechten op het bier.)
De heer Baron dela Faille d'Huysse, in
het belang, wel te verstaan der werkende
klas, (die mannen durven alles N. d. R.) zal
de wet met geestdrift stemmen.
De heer Graaf de Kerckhove de Denter-
ghem drukt de hoop uit den minister zijn
stelsel van uitbetaling te hooren uiteendoen,
dat bestaat in de uitgaven te vermeerderen.
(Gelach).
M. Keppenne vraagt strengere maatrege
len tegen de vervalsching van den alcohol.
Het ontwerp is eene oorlogsverklaring van
dezen die bezitten tegen dezen die niets be
zitten. Om nieuwe hulpmiddelen te bekomen,
zou de Regeering hare toevlucht moeten ge
nomen hebben tot de belasting op 't inkomen.
Bespreking der artikels.
Aan art. 2, wordt een amendement der
heeren Lambiotte en consoorten, over het
ontaarden van den alcohol, verworpen met
53 stemmen tegen 32 en 1 onthouding.
Aan art. 3, hechten zich het amendement
der heeren Uanrez en consoorten, het
accijnsrecht op het bier afschaffende, en het
amendement der heeren Flechet en con
soorten, de inkomrechten afschaffende op
het vleesch en het meel.
M. Delannoy vraagt aan de Regeering en
de rechterzijde, die verzekeren dat de wet
geen ander doel heeft dan te strijden tegen
het alcoholisme, hunne goede trouw te be
wijzen met de afschaffing van het accijns-
recht op het bier te stemmen.
M. de Smet de Naeyer verzekert dat deze
afschaffing hei evenwicht der begrooting zou
bedreigen. In die voorwaarden, antwoordt
M. Wiener, wijzig ik het amendement
Hanrez en ik stel voor te zeggen: Te reke
nen van 1 Januari 1904, zal de op
brengst der rechten op den alcohol, in
zooverre het 15 millioenen zal overtreffen
besteed worden, tot de verschuldigde
evenredigheid, tol de ontlasting van het
accijnsrecht op het bier. M. de Smet de
Naeyer bestrijdt dat voorstel.
M. Dupont stelt voor het accijnsrecht op
het bier van een vierde te verminderen, te
rekenen van 1904. M. de Smet de Naeyer
stelt er zich tegen en dit voorstel wordt ver
worpen met 55 stemmen tegen 33.
M. Wiener herinnert dat de minister over
korten tijd aan den Senaat de noodzakelijk
heid getoond heeft overal eene inrichting van
goed drinkbaar water te verzekeren. Hij
legt dus het volgende amendement nêer:
In geval de rechten op den alcohol eene
grootere som zouden opleveren dan 15
millioen franks, zal het overschot ge
bruikt worden om de inrichting van
drinkbaar water te ondersteunen.
Bestreden door M de Smet de Naeyer,
wordt dit amendement verworpen met 56
stemmen tegen 34.
Het amendement Fléchet, betrekkelijk
het vleesch en het meel wordt verworpen.
Aan art. 4, aanvaard M. De Lantsheere,
niet dat de Regeering beschikke over ont
vangsten die nog niet vooraf gelicht _zyn. De
uitbetaling bij gelijkwaardigheid is een zui
vere list van boekhouding.
M. Wiener bestatigt dat de minister niet
antwoordt aan IA. De Lantsheere, dat het
aangeboden ontwerp niet nauwkeurig is. In
1870, overtrof onze openbare schuld, die nu
tot 3 milliards beloopt, geen 700 millioen.
Het geheele wetsontwerp wordt aange
nomen met 56 stemmen tegen 34.
Onze senator, M. Deridder heeft legen
gestemd. M. Surmont was afwezig, de an
dere clericalen hebben er natuurlijk voor
gestemd.
Oorzaken der onthouding van M.
De Lantsheere, oud minister van
Justicie en Voorzitter der Kamer,
clericale provinciale senator voor
Oost-Vlaanderen en onder-gouver
neur der Nationale Bank:
Ik zou volgaarne het noodige crediet ge
stemd hebben om de kofie te ontlasten en ik
zou mij onderworpen hebben deze te stem
men die onmisbaar zijn om een onloochen
baar en sedert lang voorzien te kort
te dekken, maar ik wil noch hulpmiddelen
tot nieuwe nuttelooze uitgamn verleenen,
noch mijne goedkeuring geven aan eene
manier van bedriegelijke aflossing
en die eenen slag brengt aan de grondwet
telijke voorrechten van den Senaat. (Zie Be
knopt Verslag, blz. 82).
De Senaat verdaagt zich tot latere bijeen
roeping.
Ziedaar 3 woorden die alle kwakzalvers
en goochelaars uitkramen, wanneer zij met
hunne behendige toeren en listen de omstan
ders aan 't bedriegen zijn. In goed verstaan
baar vlaamsch beteekenen die bastaard
woorden: Dom volk, gij laat u om den tuin
leiden.
't Is ongelukkiglijk maar al te waar.
Wij hebben het grootste bedriegersminis
terie, dat ooit bestaan heeft, en het onwe
tend volk, dat door de pastoors in bonden en
maatschappijen wordt gedrild, stemt in tijde
van verkiezingen voor de bende van Cartou
che en Cle zonder te weten waarom.
Het kadodders ministerie, zich steunende
op de talrijke stemmen van min of meer on
wetende lieden, is bezig met ons stilaan de
vrijheid te ontnemen en ons land tot op den
bodem leeg te plunderen.
De onwetendheid van ons volk dat is de
macht der klerikalen.
Want hoe zou het mogelijk wezen, dat
een geleerd mensch nog langer ons bedrie
gerministerie steunel De papen zijn aan 't
bewind gekomen onder den kreet vanWeg
m:t de lasten D rh niet alkm hebben zij de
door de liberalen gestemde taksen behoulen,
maar zij hebben ze met 170 millioen ver
zwaard.
Ziet hunne valsche handelwijze in de
kamer om wederom 30 miljoen
nieuwe losten te doen
stemmen.
Deze manier van handelen was wraak
roepend, zoodanig dat het katholiek lid
van den Senaat en staatsminister M. de
Landtsheere, zich onthouden heeft er bij
voegende: Dat hij geene wet wilde
helpen stemmen, welke dienen
moest om het deficiet te betalen, dat
reeds lang was voorzien en bekend
gemaakt.
Wanneer de klerikalen geld noodig hebben,
dan gaan zij naar hun geliefkoosd genever-
vat. Leve de genever! Leve het vergiftigd
vocht, dat de werkers doodt. Weg met alle
monopoliseering30 nieuwe millioenen moet
ik hebben om de gaten mijner schatkist te
stoppen, roept M. de Smet weeklagend uit.
Ohkon ik maar iets weigeren aan de
talrijke pastoors en hun trawanten, hoe
heilzaam zou dit voor mij wezen. Maar nu
moet ik hen toelaten mijne schatkist tot op
den bodem leeg te plunderen.
Wat kan het immers aan Paapmans ma
ken dat wederom honderd duizend werkers
door de nog meer vervalschten alcohol het
vergift in hun lichaam zullen brengen? Wat
maakt hun de ongelukken, die er het gevolg
zullen van zijn? Wat scheelt het hun of de
nakomelingschap gealcoliseerd zal wezen!
Geld moeten de papen hebben, en hunne
zwarte roofgierige handen zijn nooit genoeg
gevuld.
Hier willen zij den hemel hebben, de
arme zwoegers moeten wachten tot later en
dan moeten zij nog zeer braaf wezen
De klerikalen willen in alles onze meesters
zijn, voor hen moeten wij kruipen of ze ver
volgen ons en trachten ons te broodrooven.
Zij bedreigen ons met eene nieuwe inquisitie.
Voor het volk hebben de papen geene
liefde. Gaat hunne handelwijze na. Al de
lasten wegen op den arme verbruiker.)
Rechten op vleesch, op boter, op marga
rine, op fruit, op meel, op vermicelle, op
mout, op kleedingstukken, op haver, op
linnengoed, op gist en deesem, op peper
koek, op tabak, op verduurzaamde visch,
enz., enz.
Om de wet op de werkongevallen op het
tapijt te brdDgen, hebb.n zij 19 jaren moeten
wachten. En het zal dan nog wat inhouden.
(Later daarover meer)
Om een pensioen van 9 centen daags te
schenken, moeten zij 17 jaren wachten en
nog ware het niet tot stand gekomen, zon
der het gedurig aankloppen der liberalen en
socialisten.
Om het volk een onrechtvaardig stemrecht
te schenken, wachten zij 10 jaren, als wan
neer zij genoeg overtuigd waren met hun
bedriegersstemrecht de meerderheid te be
houden.
Eq wanneer de klerikalen iets geven, dan
nemen zij het vierdubbel terug.
Zij gaven 13 miljoen pensioen en namen
in eens 30 miljoen terug.
Nu gaan zij de ruwe koffij met 3 centen
per kilo ontlasten en nemen daarom maar in
een wipje 30 miljoen terug.
Zijn het bedriegers, ja of neen?
Laat om de liefde gods die bedriegersbende
hun paspoort geven. De kruik loopt over.
De handen uit de mouwen, liberalen, de
toekomst is aan ons
Leve de liberalen I
Men weet dat de abt Daens zeer ernstig-
lijk ziek is en dat hij misschien niet meer
in de Kamer zal terugkeeren, daar zijn einde
nakend is.
't Is ten minste hetgeen de dagbladen zeg
gen en de klerikale bladen voegen er bij dat
de gentsche bisschop, M. Stillemans zou be
reid zijn zijne tuchtstraffen in te trekken
indien het hoofd der christene democraten
er in toestemde zich te onderwerpen.
Adolf Daens heeft meer dan 't is gelijk
welken schrikkelijken vrijdenker beproefd
wat de klerikale haat vermag en waartoe die
zoogezegde christelijke zielen bekwaam zyn,
die zich beroepen op eene leering van Goed
heid en van Vergiffenis
Tot de ellende gebracht, beschimpt en ge
lasterd op de lafhartigste wijze, gebannen
door de hooge geestelijkheid die, verbonden
met de machtigen en de rijken, niet geaar
zeld heeft voor de oneerlijkste middelen om
het openbaar misprijzen over zijn hoofd te
trekken, de eerlijke priester die zich gedu
rende acht jaren vervolgd heeft gezien ge
lijk een wild dier, zou heden kunnen ver
giffenis bekomen van dezen..,, die hem alle
kwaad hebben doen lijden.
Ohl het schoone, het bewonderenswaardi
ge gebaar! 't Is zij die hem zullen ver
geven I
Maar men stelt voorwaarden aan die ver
giffenis.
De priester moet zich onderwerpen, zijn
ongelijk bekennen, het groene vaandel
branden,zijne partijgenooten verloochenen...
zijne partij dooden.
Het menschlievend gedacht van den gent-
schen bisschop den priester te zien sterven
verzoend met de Kerk, komt alzoo op eene
heerlijke wijze overeen met het politiek be
lang der partij welke hij dient, of liever,
waarvan hij een der vermogende opper
hoofden is.
Want, wat zouden onze klerikalen over
een schoon wapen beschikken indien pries
ter Daens hunne voorwaarden aanvaardde.
Verlaten, veroordeeld zelfs door hun groot
opperhoofd, op het laatste uur des doods wat
zou er voor de huidige christen democraten
te doen blijven, zoo niet het hoofd te buigen
en gedwee in de gelederen terug te keeren.
Eenige oproerlingen zouden zeker M.
Du Catillon volgen en tot het socialism over
gaan, maar zij zouden ten minste deze pro
paganda niet meer kunnen voortzetten die
nu zoogoed gelukt, vooral in de vlaamschs
gemeenten, waar de naam van M. Daens
gemakkelijk toegejuicht is.
't Is niet dat wij onder ons oogpunt van
liberalen er over zouden te klagen hebben.
Wij hebben het dikwijls genoeg gezegd
wij hebben niet veel sympathie voor die
klerikalen die zich christene democraten
noemen en leven van de uitbating van al de
misnoegdheden. Wij weten dat zij onbe
kwaam zouden zijn 't is gelijk wat te verhel
pen, den dag opwelken het getal verzadigden
die in hen hun vertrouwen stellen zou vol
doende zijn opdat zij een deel van het gezag
zouden houden.
Maar onze eerlijke en onze openhartigheid
komen niet te min in oproer wanneer wij
zien tot welke middelen de klerikale partij,
bijgestaan door de geestelijkheid, hare toe
vlucht neemt wanneer het er op aankomt een
tegenstrever het vertrouwen te doen ver
liezen.
Omdat pastoor Daens wilde leven volgens
de christelijke leering, omdat zijne symphatie
zich tot den arme en den werkman uitstrekte
omdat de onrechtvaardigheden dezer wereld
in hem een onverbiddelijken tegenstrever
vonden, omdat hij, min dweepzuchtig en
rechtzinniger dan deze, die het priesterkleed
onteeren, de hand wilde reiken aan al de
mannen van goeden wil, die hoofdman, veel
rechtzinniger en veel ernstiger dan al zijne
luitenanten is de vijand verklaard geweest
der kerk en al de klerikale machten zijn
tegen hem gelaten geweest.
Maar nu dat de leeuw gekwetst is, en dat
zij er niets meer van te vreezen hebben, zou
den zij wel het werk willen vernietigen dat
hij ten koste van zoovele opofferingen heeft
trachten te stichten en onze tegenstrevers
spiculeeren op de dood zelve om hun doel te
bereiken.
Men omringt den stervende en het kleri-
kalismus loert op zijne prooi.
Men verwacht met ongeduld een woord,
een gebaar, wanneer reeds de verzwakte
geest misschien niet meer bekwaam zal zijn
te onderscheiden, om aan de ganscbe kleri
kale pers het bevel te geven aan de vier hoe
ken der wereld uit de bazuinen dat priester
Daens op zijn sterfbed beklaagd heeft in on-
eenigheid geleeft te hebben met zijne over
sten.
De christenen democratie veroordeeld
door M. Daens zelve aldus zal de titel lui
den van indrukwekkende artikels die alle
dagen zullen verschijnen in de klerikale ga
zetten en van al de stoelen der waarheid,
(o spot) onder voorwendsel voor de berouw
hebbende ziel te bidden, zal de pastoor of de
onderpastoor het einde der christene demo
cratie aankondigen.
Hy toont zoowel de schijnheiligheid onzer
huichelaars dat hij alleen van aard is ze
beter te schandvlekken dan talrijke dagblad
artikels.
1° Waar M. Colaert was binst de nacht
zitting van Donderdag 12 februari. Waar
dat hij was? toch wel in de Kamers zeker
om het schandalig siaatsgreep van het gou
vernement te ondersteunen? Gij zijt er wel
meê! 't Is M. Van Merris die het binst de
zitting uitbrengt op een eeuwig zwijgen.
M. de Smet de Naeyer, (tot M. Van Mer
ris die zachtjes inslaapt, rond middernacht).
Félix, Félix, ge moet niet slapen zeg nen
keerWaarom is vriend René hier niet
't is belachelijk f
M. Van Merris (zijn oogen wrijvende),René
is in belet. Hij* is tot Rome voor de begra
ving van eenen oom van zijnen wijf's kant,
Mgr. De Necker.
Het is bijna veertien dagen dat hy
vertrokken is en ik mag het u wel
zeggen hij weg, de politieke in Yper
slaapt. Ons Journal d' Ypres, sedert twee
weken is alleenlijk goed om pakjes te maken.
M. de Smet de Naeyer, (verontweerdigd).
Is dat schabouwlijk bladje zoo goed opge
steld
M. Van Merris.—(nikt ne keer of twee van
de vaak, en doet hem geweld aan om niet te
slapen) Zoo goed? 't Is te zeggenMaar al
hetgeen dat er zich in bevindt spreekt lof
van René en van zijne administratie. Dit
doet hem betje deugd bij de dommerijks
en bij degene die niet weten wie den opstel
ler er van is. Veertien dagen stilzwijgend
heid voor een politiek man die moet werken
i