VAN IJPEREN EN HET ARRONDISSEMENT. Politiek, Nieuws-, Handels- en Annoncenblad. Orgaan der Liberale verbintenis van Yper en het Arrondissement. EENDRACHT MAAKT MACHT. Zeventiende jaar. Zaterdag 20" Juni 1903. Nummer 25. 't Nieuwsbladin zijne vier laatste nummers, springt op zijn groot strijdpaard omdat wij, volgens overname uit eenen Ylaamsehen confrater, drie artikels ingelijfd hebben: Wij verzoeken onze lezers die artikels te lezen. Zij hebben verschenen in Het één en waarachtig geloof. Gehoord en Gezien. Een heilige Sant. Aan 't Nieuwsblad. Kamer van V olks ver tegenwoordigers Abonnementsprijs Toorop betaalbaar 3.00 Cr. per jaar voor den bulten. 2.50 fr. voor stad. Per 0 maanden 1 fr. 50. Per 3 maanden 1 fr. Annoncen: 15 cent pr drukregel. Rechterlijke eerherstellingen: 1 Cr. per regel. Akkoord per jaar of per maand. 6 centlemen per nummer. Afzonderlijke nummers voor artikels, enz. 4 fr. per 100 AMe berichten Tan verkoopingen of andere bekendmakingen ten bureele dezer gedrukt worden eens gratis ingelijfd. De annoncen voor België, ter uitzondering der beide Vlaanderen, als mede die voor het buitenland worden ontvangen door den Office de Publicité, Magdalenastraat, Brussel. Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikels uiterlijk tegen Vrijdag middag vrij MB onderteekend toe te zenden. Artikelen ongeteekend of personnaliteiten bevattende worden niet opgenomen. Het Weekblad van Zaterdag 9 Mei 1993 Een oude prior uit een klooster der Bene dictijnen, Mr Albert Harent, heeft enz. Het Weekblad van Zaterdag 16 Mei 1903 Pier. Ah, Jan, daar zijt gij. Ik zit met ongeduld op u te wachten om het vervolg van uw verhaal over het kloostergoedje te vernemen, enz. Alfons de Ligouri is een der grootste hei ligen voor het pastoors volkje, enz. Daar zijn de artikels waartegen het Nieuwsblad, in zijne machtelooze woede, vuur en vlam spuwt. Het gaat zelfs zoo verre den heer Volksvertegenwoordiger Nolf, die er niets in te zien heeft, in de zaak te wikke len, en hem uit te dagen het Weekblad af te keuren. Ja, het Nieuwsblad, welk in kie- zingstijd, de laagheid en de lafhartigheid gehad heeft M. Nolf te doen doorgaan voor den slechtste der slechtsten, hem te beleedi- gen, hem te beschimpen, hem te minachten, hem te lasteren, wilt nu de les spellen aan M. Nolf! II Men moet de helsche onbeschaamdheid van het Nieuwsblad hebben om zelfs een enkel oogenblik te willen veronderstellen dat M. Nolf ontmoedig zijne uitdaging zou bean twoorden en zich zou blootstellen met man nen die voor hem nooit iets anders dan be- leedigingen in den mond hadden De gansche liberale partij keurt de houding van haren Volksvertegenwoordiger goed. In plaats van te schelden te lasteren en te schreeuwen van vervalsching van teksten, zou het Nieuwsblad wijselijker handelen, met zich te voegen bij M. Lucien Anspach, om aan M. Hebbelynck, rector der katholieke Hoogeschool van Leuven, te vragen dat hij twee godgeleerden zou voegen bij de beeren Vanderkindere en Dwelshouwers, leeraars bij de Hoogeschool van Brussel, om de fran- sche vertaling na te zien van het fameus Handboek voor biechtvaders van S A.lfonsius Menige nieuwsbladen hebben zulks reede gevraagt en tot nu toe hebben de clerikalen zich wel gewacht gevolg er aan te geven. Indien de vertaling van het heilig boek dan valsch bevonden word, zullen wij de recht schapenheid hebben alles te herroepen wat wij nopens Ligorius geschreven hebben. Tot dan is er niets gedaan! En intusschen zullen wij wachten en hartelijk lachen met de kattecolerie van de krabbelaars van ,t Nieuwsblad. Elk zegge het voort Eenige vrienden vragen ons, aan 'tNieuws blad de vertaling te willen vragen van de twee volgende latynsche teksten? An semper sit mortale, si vir immittat pudenda in os uxoris?» Situs naturalis scil. copulationis) est, ut muiier sit succuba et vir incubus hie enim modus aptior et eflfusioni seminis virilis et receptioni in vas femineum ad prolem pro- creandam. Situs autem innaturalis est, si coi tus aliter flat, nempe sedendo, stando, de la- tare vel praepostere more pecudum, vel si vir sit siccubus et muiier incuba (Thologia moralis, van Alfons de Liguori, uitgaaf van Regensburg (1879-1881) versche nen bij Manz in 8 deelen, Deel VI bladz. 298). Zitting van Woensdag 10 Juni 1903. Vergoeding der schade voortkomende van de werkongevallen Vervolg der bespreking van art. 6 volgens hetwelkHet loon dat tot grondslag strekt voor de vaststelling der vergoedingen, wordt verstaan het werkelijk loon dat den arbeider werd toegekend gedurende het jaar dat aan het ongeval voorafging, in de onderneming op welke dit gebeurd is. Een amendement van M. Gambier en een amendement van M. Vandervelde worden verworpen, en de Kamer stemt door zitten en opstaan het eerste alinea zooals het hier boven uitgedrukt is (ontwerp der Regeering). Het tweede alinea van het gewijzigd ont werp der Regeering luidt als volgt: Be- treft het de arbeiders, die sedert minder dan één jaar in de onderneming werkzaam zijn, dan wordt onder loon verstaan het hun toegekend werkelijk loon, verhoogd met bet gemiddelde loon dat aan gelijk- soortige arbeiders wordt toegekend gedu- rende het tijdperk noodig voor het vol- ledig maken van het jaar. Dit alinea wordt aangenomen door zitten en opstaan. Volgt nu het 3e alinea van het voorstel der Regeering: Geldt het eene onderne ming waarvan de gewone werktijd minder dan één jaar duurt, dan wordt, voor de berekening van de vergoeding gelet zoowel op het loon toegekendvoor den werktijd als op het loon des arbeiders gedurende het overige gedeelte van 't jaar. Aangenomen door zitten en opstaan. Alinea 4Gaat het jaarlijksch loon 2.400 frank te boven, dan komt het, voor de vaststelling van de schadevergoedingen, slechts tot het bedrag van deze som in aanmerking M. Vandervelde stelt voor het 4e alinea weg te laten. Het wordt aangenomen met 68 tegen 49 en 1 onthouding. M. Colaert stemt ja. 5e alineaBetreft het leergasten en ar- beiders die den leeftijd van zestien jaar niet hebben bereikt, dan gaat het tot grondslag genomen loon nooit beneden het loon van de andere minst betaalde arbei- ders in heizelfde beroep: in geen geval wordt het lager geschat dan 365 fr. per jaar. Dit alinea wordt aangenomen na verwer ping van een amendement van den heer Destróe en van een amendement van den heer Denis. 6ealinea: Om het gemiddelde dagloon te berekenen, deelt men door 365 het cijfer van het jaarlijksch loon, overeenkom- stig de vorige bepalingen vastgesteld. Aangenomen. Het amendement van M. Mélot wordt verworpen. Art. 7. De Regeering kan voor bepaalde takken van nijverheid, en na de zienswijze te hebben ingewonnen van de bevoegde afdeelingen der raden van nijverheid en arbeid, beslissen dat het tot grondslag genomen loon zal worden vastgesteld naar het gemiddelde iaarlijksche loon dat, voor het ongeval, gedurende een tijdperk van ten hoogste tien jaar werd betaald. Aangenomen door zitten en opstaan. Het art. 7bis voorgesteld door M. Denis wordt verworpen na eene wisseling van uitleggingen Men begint de bespreking van art. 8. De Kamer, de hierbeven gemelde stem mingen onderbrekende, heeft beslist, op voorstel van den heer Voorzitter, de toeko mende week morgendzittingen te wijden aan het overzicht der begrootingen. Te rekenen van Woensdag 17 Juni zal men 's morgens zetelen van 10 ure tot -s middags, en 's na middags van 2 tot 5 ure 30 minuten. Zitting van Donderdag 11 Juni 1903. Voortzetting der bespreking van art. 8. Het le alinea van art. 8, luidende als volgt: De in bovenstaande artikelen vast- gestelde vergoedingen komen uitsluitend ten laste van het hoofd der onderneming. wordt aangenomen. Aan het 2" alinea wordt het voorstel van M. Denis, dat het grondbeginsel der ver plichtende verzekering wettigt, wordt ver worpen met 65 stemmen tegen 52 en 13 ont houdingen. M. Nolf stemt ja, de heeren Van Merris en Colaert stemmen neen. Amendement van M. Verhaegen: De hoofden van bijzondere ondernemingen zijn gehouden de betaling van die vergoeding te verzekeren door eene overeenkomst te sluiten hetzij met eene overeenkomstig de bepalingen van hoofdstuk II van deze wet, toegelaten verzekeringmaatschappij, het- zij met de verzekeringskas ingesteld uit kracht van art. 31. De verplichtingen van »het hoofd der onlerneming gaan van rechtswege over op den verzekeraar. Verworpen met 63 stemmen tegen 63 en 4 onthoudingen (Uitroepingen). M. Nolf stemt ja, de heeren Colaert en Van Merris stemmen neen. Amendement van M. Mullendorff: De in bovenstaande artikelen vastgestelde ver- goedingen komen uitsluitend ten laste van het hoofd der onderneming. Verworpen met 64 stemmen tegen 60 en 4 onthoudingen. M. Nolf stemt ja. De heeren Van Mer ris en Colaert stemmen neen. De Regeering vereenigt zichmet het twee de alinea door de Commissie voorgesteld 't is op dezen tekst dat men stemt: Evenwel kan het hoofd der onderneming zich van dezen last geheel of gedeeltelijk ontlasten door eene overeenkomst te slui— ten hetzij met eene overeenkomstig de bepalingen van hoofdstuk II van deze wet, toegelaten verzekeringsmaatschappij, het- zij met de Verzekeringskas, uit kracht van artikel 31 ingesteld. In dit geval gaan de verplichtingen van het hoofd der onder- neming van rechtswege over op den ver- zekeraar. Aangenomen. Men begint de bespreking van art. 9. Zitting van Vrijdag 12 Juni 1903. M. Begerem legt het verslag neêr der bijzondere Commissie die het wetsontwerp onderzocht heeft het verdrag goedkeurende gesloten tusschen de Regeering en de Spoor wegmaatschappij van Congo. Om reden der hoogdringendheid dat het wetsontwerp aanbiedt, vraagt hij aan de Kamer te beslissen zich toekomende week met het ontwerp bezig te houden. M. Vandervelde stelt voor de bespreking vast te stellen op Woensdag en acht dagen. Het voorstel van M. Vandervelde in stem men gelegd, wordt verworpen met 78 stem men tegen 33 en 3 onthoudingen. De heeren Nolf en Van Merris stemmen neen; M. Colaert is afwezig. De Kamer beslist door zitten en opstaan bet wetsontwerp op bet verdrag van den spoorweg van den Congo Donderdag namid dag te bespreken. Vergoeding van schade voortkomende van de werkongevallen. Men zet de bespreking voort van art. 9, dat aangenomen wordt, met den tekst der Regeering gewijzigd door de Commissie, en die luidt als volgt De hoofden van ondernemingen kunnen zich ontlasten van de verplichting aan hunne werklieden aangenomen bij maat- schappijen van onderlingen bijstand, dx>r de Regeering herkend, de vergoedingen te betalen door ongeval verschuldigd, voor "HET WEEKBLAD Ons antwoord aan 't Nieuwsblad. r-fim &W.IJ.IIH

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1903 | | pagina 1