voor de zoo noodige herstelling van het schoonste monument van 't land. 't Is een schandaal. (Toejuichingen.) Beziet het nieuw posthotel. Het is prach tig, maar de dienst der bestelling te Yper is in een erbarmelijken toestand. Wij heb ben drie wezenlijke brievendragers, gelijk over dertig jaren, de verantwoordelijkheid en het werk der brievendragers zijn ver- tiendubbeld. Ondanks al de pogingen van den koop handelskring en van de bijzonderen kan men niets bekomen. Kortrijk, met eene dubbele bevolking, heeft negen brievendragers. Kortrijk heeft al wat het vraagt, Yper bekomt niets. (Toejuichingen.) En de voltooiing der vaart Welke treu rige zaak Het crediet van 250.000 franks, in 189S gestemd, bestaat niet meerhet is niet meer gebracht in het groot buitengewoon crediet van 139.000.000. Zou de regeering norscher kunnen spotten met onze klerikale oversten Toejuich in gen Op de interpellatie der heeren Van Mer- ris en Nolf, in het begin van dit jaar, ver klaarde de minister dat de werken zouden begonnen zijn, zoodra de studiën geëindigd waren. Welnu, de studiën zijn gedaan en de minister schaft in de maand Juli 11. het noodige crediet af. Een ijverig lid van den Koophandels kring, ik ben gelukkig hem eene openbare hulde te brengen, alhoewel hij mijn tegen strever zij, M. Yandenboogaerde, in de zit ting van den Gemeenteraad van 17 Augusti 11. ondervroeg den heer Burgemeester in deze woorden M. Vanden Boogaerde. De Kamers komen voor 139 millioenen openbare wer ken te stemmen en het arrondissement Yper ontvangt zelfs het noodige niet voor de vol tooiing der vaart. Het crediet van 253.000 fr. vroeger ge stemd is gevallen. Zou M. de Burgemeester, die deel maakt van de Kamer, niet kunnen eenige inlichtingen geven en ons laten weten welke middelen te gebruiken zijn om de voltooiing der vaart te bekomen De heer Voorzitter. De studiën zijn gedaan maar er blijft de kwestie van het water over. "Waar zal men er vinden om de vaart te vullen Er is ons gevraagd geweest het water van Dickebusch en van Zillebeke te mogen gebruiken, maar voor het oogenblik kan er daarvan geen sprake zijn. Wat er ook van zij, dringen wij voor n het oogenblik niet aan, en trachten wij de krachtige middelen te vinden om te naaste jare tot een goed einde te komen. M. Vanden Boogaerde. Wij hebben nu drie afgevaardigden en twee senators en mij dunkt dat men desnoods tot de uiterste middelen zou moeten zijne toe- vlucht nemen Heeft men ooit zulk eene draaiing zien doen om den mond te stoppen van een las- tigen mensch. Weihoe! M. Colaert weet niet dat de vaart moet gespijsd worden, gelijk deze van Roeselare, door het water der Leie verhe ven door pompen, voorzien en bereid door reeds uitgevoerde werken Hij weet zelfs niet dat het crediet, in 1898 gestemd, ver vallen is. Hij heeft het met ongenoegen vernomen uit de mond van M. Vanden Boo gaerde. Is het niet droevig Is het niet noo- dig dat dit verandert wij moeten betere bestuurders hebben 1 Toej uic hingen De onbekwaamheid onzer klerikalen is gelijk aan hunne machteloosheid bij de Re geering. (Zeer wel.) Toen ik deel maakte van den Gemeente raad, ten tijde der liberalen, was er een ernstig toezicht over alles en somtijds oppo sitie in de Hospicen, het Bureel van welda digheid, het onderwijs, enz., enz. Er hadden besprekingen plaats en hevige woordenwis selingen nopens menige kwestiën. Ik zal deze herinneren van het onder wijs der weezenmeisjes, onderwijs onvol doende verklaard door het toezicht. Dit kostte bijna de vernieuwing van 't mandaat van den Voorzitter der Hospicen, M. Iweins, vader. Om een goed bestuur te hebben moeten de magistraten maar de belangen hunner ingezetenen beoogen. Al de belangen moeten vertegenwoordigd zijnwij moeten de ware evenredige vertegenwoordiging hebben. Daarom moet een schitterend uitslag be komen worden in het land. Men moet eene les geven aan onze klerikalen en aan de klerikalen der Regeering. Men moet de wet der vier eerloosheden doen verdwijnen. Men moet één man, ééne stem, één jaar verblijf hebben, en den ouder dom van 25 jaren. Alle rechtzinnige en verstandige vader lander moet stemmen voor de vrienden dezer hervormingen. (Lange, toejuichingen.) Deze redevoering, vol vuur en gezond ver stand wordt onthaald met geestdriftige toe juichingen en men roept van alle zijden,: Vivat onzen Pol! De geestdrift is ten hoogste, en 't is te midden der vurigste toejuichingen dat de heer Voorzitter Brunfaut het woord neemt. Redevoering van M. Brunfaut. Mijnheeren, in de vergadering der libe rale Associatie welke verleden Zondag heeft plaats gehad, heeft de achtbare heer Bos- saert de kandidaten doen kennen die door het Comiteit aangewezen waren en met al- gemeene goedkeuring aanvaard werden. Ik zal u deze lijst mededeelen Hier is zij Lijst der kandidaten. Ziehier de namen der kandidaten voor acht jaren MM. Beesau Camiel, nijveraar. Dechièvre Amand, bankier. Dedeystere Seraph., brouwer. Harteel August, goudsmid en Voorzitter van den Bond der her bergiers. Iweins Emiel, advokaat Laheyne Alfred, advocaat. Nolf Ernest, advokaat en volks vertegenwoordiger. Speybrouck Emiel, landbouwer. Voor het mandaat van 4 jaren MM, Brunfaut August, nijveraar. Vermeulen Polydoor, brouwer. Onze tegenstrevers, Mijnheeren, beweeren dat dit eene kale lijst is. Maar de klerikale lijst, zegt het Journal d' Ypres, is samengesteld uit bekwame man nen die hunne proeven gedaan hebben. Hunne lijst is schoon. Ware het 't tegen strijdige niet? Om u er van te overtuigen ziehier de namen dezer leeuwen Voor het mandaat van 8 jaren M. Colaert, groote administrateur 1 M. D'Huvellere, uitmuntende kandidaat, zeggen de klerikalen, raadslid bezorgd voor de belangen zijner lastgevers. Hij zorgt zoo wel voor hunne belangen dat, gedurende deze twee laatste jaren, deze uitmuntende kandidaat viermaal de zittingen van den Gemeenteraad heeft bijgewoond. (Gelach M. Iweins d' Eeckhoutte is de zoon van zijn vader die een zeer eerbiedwaardig mensch was en die veel goeds gesticht heeft. Maar de zoon is onbekend. Op de 365 dagen van 't jaar, hoe dikwijls ziet men hem in de stad? (oh! oh!) M. Lemahieu is een landbouwer van den Verloren-Hoek. Ik twijfel niet dat het een braaf man is,maar hij is volstrekt onbekend. De inwoners van zijn gehucht kennen hem zelfs niet. Gelachj. M. Sobry is advokaat en voorzitter der katholieke Jonge Wacht. In welk bestuur heeft die kandidaat zijnen proeftijd gedaan (Van alle kanten, in't Volkshuis). Al. Vanden Boogaerde is een oud-libe raal, die kazak gedraaid heeft voor eenige hazen. (Langdurig gelach). En Al. Vanderghote is een eerlijke jon gen, ik beken het, maar die nooit iets zegt in den Gemeenteraad omdat hij onder de roede staat van M. Colaert. (Ouh! ouh!) Voor het mandaat van 4 jaren: M. Caenepeel, om zoo tezeggen onbekend in de stad, bezit eene groote faam in de om streken van Pilckem, Boesinghe en Lange- marck. (Gelach). M. Vandevoorde, nog een oud-liberaal, die kazak gekeerd heeft uit hoogmoed, niet het minste begrip hebbende van bestuurza ken. (Langdurig gelach). Ziedaar, Mijnheeren, deze fameuse lijst. Welnu, ik heb de overtuiging dat deze fameuse lijst den 18 October eene buize zal krijgen van aanzienlijke grootte (toejuichin gen) en dat onze lijst, die zich op den linker kant bevindt onder N° 1, zegepralend uit de stembus zal komen langdurige toejuichin gen). Werk en fabrieken. Mijnheeren, onze tegenstrevers beloofden werk aan iedereen Welnu! hebben zij hun ne beloften gehouden (Neen! Neen!). Gaat zien,'s avonds, naar de statie, gij zult het onberekenbaar getal werklieden zien terug- keeren die verplicht zijn in Frankrijk te gaan werken om in het bestaan hunner fa milie te voorzien, 't Is waar dat men nu langs alle kanten werkt, voor veertien da gen, wel te verstaan. Eens de kiezingen voorbij, indien onze meesters hun mandaat behouden, zal er voor niemand niets meer te doen zijn. Is dit geen poeier in de oogen der kiezers werpen, (van alle zijden, ze moeten weg). Die goede mannen gingen fabrieken op - richten; zij gingen uit den grond rijzen? Zij zijn twaalf jaren aan het bewind en, in zake van fabrieken, is er deze van M. Seys die sedert meer dan dertig jaren bestaat, en de groote, onmeetbare fabriek van M. Vande voorde, die werk geeft aan eenige brouwers knechten. (Langdurig gelach). Openbare feesten. De Tuindag fees!en zijn zeer mager ge weest, de lastenbetalers hebben het wel ge voeld. Onze leeuwen konden nochtans met een krediet van 6,500 fr. schoone feesten geven. Maar M. Colaert moest meer of min het Klerikaal bestuur van Kortrijk begun stigen en de 6500 fr. zijn verkwist geweest zonder het minste profijt der neringdoeners. Was het wel noodig, Mijnheeren den 13 september een concert te geven op de Halle? Ik beken het dat feest was gausch ter eere der Melomannen, die maatschappij heeft een schoon concert gegeven maar de verteerde 5000 fr. (de klerikalen zeggen 2 500, maar nemen wij 4.000) hadden beter kunnen ge bruikt zijn voor nuttige zaken waaruit iede reen zou voordeel getrokken hebben, (zeer wel). En de St. Pietersfeesten, politieke feesten, moet ik zeggen, die gegeven geweest zijn twee maanden na Tuindag? Springt het niet in de oogen van iedereen dat zij gegeven zijn met een doel van omkooping? Die goede klerikalen die vroeger de inwoners van St. Pieterswijk uitscholden voor vlooienvan- gers, zijn nu genoodzaakt hunne stemmen te gaan afbedelen en het geld der lastenbe talers te verkwisten om aan het bewind te blijven (langdurige toejuichingen). De inwoners van St. Pieterswijk zullen zich niet laten foppen en den 18 October zullen zij als óéneu man stemmen voor de liberale lijst die aan hare beloften niet zal te kort blijven (langdurige toejuichingen). Werk voor iedereen. Kiezers, het zal onze eerste plicht zijn, indien gij ons wilt naar het stadhuis zenden, te zorgen dat al de arbeiders en handelaars, van'tis gelijk welke denkwijze, hun deel hebben in de uitgaven die door de stad ge daan worden. Ik herhaal het, Mijnheeren, het werk der stad en der weldadigheidsbe- sturen zal gegeven worden aan al de wer kers zonder onderscheid. 't Is waar dat het liberaal bestuur, toen het aan 't bewind was, zulks niet gedaan heeft, 't is een ongelijk dat het gehad heeft, 'k moet het hier bekennen, maar dat zal voortaan niet meer gebeuren. Wij zullen iedereen op denzelfden voet stellen, zoowel klerikalen als liberalen, en hun al het werk geven dat mogelijk is. Dit is geene ijdele be lofte, mijnheeren, het zal waarheid zijn. (daverende toejuichingen De verdraagzaamheid van M. Colaert. M. Colaert heeft veel beslag gemaakt in 't Volkshuis met zijne verdraagzaamheid je gens de liberalen. De Liberale jonge Wacht gelijk iedereen het weet had de kiosk der Groote Markt gevraagd om een concert te geven, waaraan de zeven muzieken die den oproep der Jonge Wacht beantwoord had den, zouden deelnemen. Dat muziekfeest zou natuurlijk de vreemdelingen in de stad ge houden hebben en dit ware een groot profijt geweest voor iedereen. Welnu, wat heeft M. Colaert gedaan? Hij heeft alleenlijk de kiosk gegeven voor de muziekmaatschappij van Poperinghe, omdat hij vreesde zijne |Po- peringsche kiezers te misdoenmaar nie mand anders mocht er op spelen en dat uit benauwdheid van er zijne vrienden de Oud- Pompiers te hooren, waarvan hij nochtans de vader is. Er mocht geen enkel vaandel rond de kiosk te zien zijn, geene betooging mocht er plaats hebben en alles moest tegen 7 ure gedaan zijn. Is dat geene schoone ver draagzaamheid? (Langdurig gelach). De achtbare Burgemeester heeft eene grief gemaakt aan het oud bestuur en heeft hem zijne onverdraagzaamheid verweten omdat, in 1890, als Prins Boudewyn naar Yper ge komen is, de Gemeenteraad de kiosk ge weigerd had aan de Blauwe Kousen. Dat is eene grief, Mijnheeren, die van zelfs in 't water' valt. Op dat tijdstip hadden wij het stadsmuziek, gelijk nu, en, in dat geval was het de plicht van dat muziek al leen een concert te geven. Ik keur dus het gedrag van het liberaal bestuur ten volle goed, zooveel te meer dat ik niet weet wat de Blauwe Kousen daar zouden gedaan hebben. Zij hadden Prins Baudewijn doen vluchten, (luidruchtig gelach). Maar nu is het een ander letter, het zijn nu de Blauwe Kousen niet meer, 't is nu de Fanfare Royale, en misschien zou dat nu beter pak ken. (Voortdurend gelach). Het nachtwerk van het Journal d'Ypres. Mijnhêeren, het Journal d'Ypres, dat niet meer weet wat in te brengen en't einden alle markten is, verwijt aan M. Nolf dat iemand hem zou gezeid hebbenErnest zal nog pater worden en dat alles omdat die heer den lof gemaakt heeft der zusters van liefde. Het klerikaal blad verwijt mij dat ik eene onpasselijkheid geveinsd heb om mij niet verplicht te zien de woorden van M. Nolf tegen te spreken. Mijnheeren, wat er het Journal d'Ypres ook van zegge, ik keur de woorden van mijnen achtbaren vriend M. Nolf ten volle goed en ik voeg mij bij hem om openbaarlijk te verklaren dat de zusters van liefde moeten geërbiedigd zijn, gelijk zij het altijd geweest zijn; maar wat wij willen, 't is dat zij alle denkwijzen eer biedigen en dat zij het geweten niet gaan doorsnuisteren van den zieke dien zij weten vrijdenker te zijn en hem verplichten een scapulier te dragen of hemeenen paternoster in zijne handen stoppen vooraleer hem ter hulp te komen, (toejuichingen). Over tijd, bevond een eerlijk werkman zich in het gasthuis om verzorgd te worden. Welnu, die man was nog verre van genezen te zijn, maar men viel hem zoodanig lastig dat hij verplicht was weg te loopen. Dat is 't mijnheeren wat wij zouden willen beletten maar nooit is er spraak geweest ze te ver jagen, niet meer dan in de St. Elisabeth- school of elders, zooals M. Vermeulen het daareven gezeid heeft, (daverende toe- jutchingen). Rioolen. M. Colaert zegt dat hij 6721 meters bui zen heeft doen leggen voor de rioolen. Ja, bij geheele kilometers, zegt hij. Ik heb ze noch gemeten noch geteld om te weten of men niet van eenige meters gezeurd had, maar wat ik weet en wat ik u kan zeggen 't is dat zij in 12 jaren 83,445 fr. 63 c. ver teerd hebben. De Staat en de provincie kwa men er tusschen in deze uitgave. Het aandeel der stad, gedurende die 12 jaren is ge weest van 44.467 fr. 19 c dit is ge middeld omtrent 3700 fr. 's jaars en dat met 60.000 fr. 's jaars meer inkomen dan de liberalen. Niet waar 't is om te boffen? (Gelach.) Plaveiën. M. Colaert stoeft nog met zijne schoone en groote straten, die zoowel geplaveid zijn, maar gij weet allen zoo wel als ik dat de Meenenpoort, de Meenenstraat, de Markt, Rijselstraat, de Diksmuidestraat, de Boter- straat, de 'I empelstraat, de Statiestraat, de G. de Stuersstraat door het gouvernement geplaveid zijn geweest en dat dit werk geene centiem gekost heeft aan de stad. O! die farceur (Gelach.) Financiën. Men heeft de liberalen verweten dat zij het geld van de pompierskas niet wederbe- legd hebben, en wat doen de klerikalen na melijk met de 50.000 fr. van het Justicie- paleis? Men heeft de 14 gemeten en andere kleine sommen weder belegd maar de 50.000 r

HISTORISCHE KRANTEN

Het weekblad van Ijperen (1886-1906) | 1903 | | pagina 3