2 lonië, Er werd een Vlaamsch activistisch ministerie tot stand gebracht en ook een Waalsch activistisch ministerie. Er werd in den Raad van Vlaanderen een Vlaamsche regeering benoemd. De leden noemde men gevolmachtigden. Het waren h. Tack, voorzitter h. Brys, algemeene secretaris h. Jonckx (buitenland- sche zaken) h. K. Heyndrickx (binnenland- sche zaken); h. Vernieuwe (landbouw en open bare werken)h. J. De Decker (wetenschap pen en kunsten)h. Fl. Heuvelmans (justitie) h. Leo Meert (financiën) h. Verhees (nijver heid en arbeid) h. A. Borms (nationaal ver weer) h. Brulez (post, telegraaf, zeewezen) Men zal opmerken dat er geen titularis voor spoorwegen was, daar de spoorwegen heele- maal in de handen der Duitschers waren. Ieder weet dat de activisten vet betaalde plaatsen in de activistische ministeriën kregen, waar niet veel verricht werd, daar de Duit schers heel het bestuur in handen hadden. Door den Raad van Vlaanderen werd de volledige onafhankelijkheid van Vlaanderen uitgeroepen en de Koning werd vervallen verklaard. De reis naar Berlijn Den 7 Maart 1917 reisde een afvaardiging van den Raad van Vlaanderen naar Berlijn •om de hulp der Duitsche regeering af te smeeken. Die afvaardiging bestond uit de hh. Borms, Tack, Lambrichts, Joz Van den Broeck, Dumon, Verhees en< Vernieuwe. Zij bekwamen er van den Rijkskanselier Beth- mann Hollweg, de belotfe dat Duitschland ook na den oorlog de Vlamingen steunen zou. Zij werden door den Rijkskanselier onthaald op een bieravond. Aldus verbroederden die activisten met de beulen van ons volk. Die verraders gaven door hun handeling te kennen dat zij in de overwinning der Duitschers ge loofden en die zelfs wenschten, want anders had die belofte van den Kanselier geen beteekenis. Proclamatie aan het Duitsche volk Op 20 Juni 1918 nam de Raad van Vlaan deren eenparig een proclamatie aan die aan den gouverneur-generaal overhandigd werd en daarna in alle Vlaamsche steden aange plakt. Uit die proclamatie blijkt welke de gevoelens der activisten waren. Daarin leest men o. m. De voordeelen, door de Duitsche wapenen behaald brengen ook hen, die tot nog toe twijfelden, tot het besef dat de uiteindelijke zege van Duitschland nabij is. En verder De Vlamingen hebben erkend dat niet het Duitsche Rijk hun werkelijke vijand is, maar wel de Belgische Regeering. Dat de activisten op de Duitsche over winning rekenden, blijkt ook nog uit den volgenden zin der schandelijke proclamatie of oproep aan het Duitsche volk Vlaanderen weet dat zijn zelfstandigheid zonder Duitschland's hulp niet tot stand komen kon. Uit dat stuk blijkt dus dat de activisten van den Raad van Vlaanderen speculeerden op de Duitsche overwin 11 iitgén bijgevolg de neder laag van de Belgen en van hunne bondge- nooten wenschten. De activistische propaganda Zulks gaven zij nog duidelijker te kennen door de wijze, waarop zij hun propaganda voerden. Overal waar een activistisch proga gandist optrad, stond er een gewapend Duitsch soldaat aan zijn zijde. Onder die omstandigheden was tegenspraak onmogelijk. In dien tijd bestond er trouwens geen vrijheid meer nagenoeg alle toen ver schijnende bladen dienden de Duitsche poli tiek en werden door de Duitschers gestèund. Ook de activistische propagandisten werden door de Duitschers betaald. Voor de maand April 1918 b. v. b. werd er voor hetpropagan- dabureel van den Raad van Vlaanderen een som van 204.032 fr. 5o vooizien. Verbeeld U niet, waarde lezer, dat de Duitschers die som uit eigen kas betaalden. Het geld voor dat slecht werk moest opgebracht worden door de Belgische belastingschuldigen. Idealisten Van de activisten werd gezegd dat zij idealisten waren, die ijverden voor een gedachte en niets zagen dan die gedachte het Vlaamsch in eere te herstellen. Wij meenen ook dat het Vlaamsch vroeger onrecht aangedaan werd maar de Duitschers hebben de Vlaamsche zaak niet op te lossen, maar wel de Belgen. Daarbij, niet elk dwaas plan mag aanspraak maken op de benaming ideaal en wie een ideaal zoekt te dienen onder de hoede der Duitsche bajonetten, blijft een lafaard. Wie het overigens met de Vlaamsche zaak goed meent, koppelt die niet aan het sukses der Duitsche wapenen, die tegen ons eigen volk gericht waren. Activisten die in het begin dachten dat de Duitschers het Vlaamsch gingen redden, moesten toch wel zien waar de Duitschers naartoe wilden, toen zij kennis kregen van het politiek testament van gouver neur-generaal von Bissing, dat in den zomer van 1917 openbaar gemaakt werd en waarin men leest dat de Duitschers de Vlamingen hun zin niet moeten geven, want de hoofd zaak voor de Duitschers is de Belgische nijverheid en de Vlaamsche kust te bezitten met natuurlijkerwijze de spoorwegen, die er naartoe leiden. Zooals we na den oorlog uit het archief van den Raad van Vlaanderen vernamen, waren in den Raad vele leden de meening toegedaan dat Duitschland ten minste gedurende tien jaar Vlaanderen bezetten moest, daar de activisten voelden dat zij het volk niet achter zich hadden. Gedurende die tien jaren zou er een soort Duitsche dictatuur bestaan en intusschen zouden er geen verkiezingen plaats hebben de activisten zouden van dien tijd gebruik maken om een nieuwe jeugd te vormen. Dat was het plan. Maar wie beseft niet dat gedurende een lange bezetting het Duitsch het Vlaamsch zou verstikt hebben. De Duitsche belangen zouden vóór de Vlaamsche belangen gegaan zijn en de Vlamingen zouden de knechten geweest zijn. Dus is het klaar dat de activisten de Vlaam sche zaak op zeer dwaze wijze gediend hebben. Men zou hun handelingen nog kunnen ver geven, indien zij heelemaal onbaatzuchtig ge weest waren. Laat ons de zaken eens op de keper be schouwen. Bijna alle leiders der activisten waren Staatsambtenaren. De voornaamsten waren Borms, professor aan het Athenaeum te Antwerpen De Decker, professor aan het Athenaeum te Sint Gillis, en Tac.k, professor aan het Athenaeum te Mechelen. In het begin van den oorlog trok geen enkele van hen 4,000 frank. Weet ge wat ze onder het activistisch be stuur trokken Borms wedde, 21,100 frank en daarbij 2t,5oo frank vergoedingen van allen aard. De Decker wedde, 22,000 frank en daarbij 2Ö,3oo frank vergoedingen. Tack wedde, 25,000 frank. Van hun vergoedingen moesten De Decker en Borms ieder een paar klerken betalen, die in 't geheel 14,000 fr. trokken of verondersteld waren die som te trekken. Om 't even, die heeren trokken als activisten wel 5 of 6 maal meer dan zij zouden getrokken hebben indien zij, als hun collega's, trouw aan hun eed gebleven waren en hun werk aan het athenaeum voortgezet hadden. Van meer dan de helft der activisten kan overigens gezegd worden dat zij als activisten zeker twee maal meer geld wonnen dan zij anders zouden gewonnen hebben. Het geld woog voor hen dus even zwaar als hun ideaal Wat er ook van zij, zij hebben voordeel getrokken uit het feit dat goede Belgen, wegens gewetensbezwaren, weigerden plaatsen aan te nemen, die slechts op onwette lijke wijze te verkrijgen waren. Sommigen waanden de Vlaamsche zaak te dienen, maar feitelijk dienden zij de Duitse^ politiek, die er op berekend was tweedracht in België te zaaien en België en zijn bondge. nooten in een slecht daglicht te stellen. De activisten geschilderd door hen zelf Uit de verslagen van den Raad van Vlaan. deren, zooals zij door een groep rechtsgeleer. den samengevat werden in het lijvig boek Les Archives du Conseil de Flandre (g5j blz.), blijkt eens te meer dat de activistische politiek steunde op de Duitsche macht. Men leert er ook uit dat sommige Vlamingen in den Raad verdwaald geraakten en ontslag namen zoodra het hun duidelijk werd dat de activis. ten den Belgischen Staat vernietigen wilden. Dat was o. a. het geval met D' Claus. Stichtend is o. m. het gesprek van De Decker en Tack met den Rijkskanselier Hertling. Tack zei o. m. dat de benaming België ver dwijnen moest. Verder zei hij dat de toenade ring tot Holland slechts mag geschieden, langs Duitschland om. Dat wil zeggen dat Duitschland, Holland en België onder zijn voogdij nemen moest. Tack pleitte verder bij den Rijkskanselier voor de oprichting van een Waalschen en een Vlaamschen onafhankelijken Staat. Dan is het met België gedaan, besloot hij. Hier is dus duidelijk uitgesproken wat de activisten in hun schild voerden. Dat gesprek met Hertling had plaats den 3 Augustus 1918, toen de Duitsche val nabij was. In het besproken boek krijgt men een tref fend beeld van de verrassing der activisten, toen zij, die zoo vast in de overwinning der Duitschers geloofd hadden, vernamen dat dezen begonnen te wijken. Zij hadden de huid van den beer verkocht, eer deze neergeschoten was. Zij hadden gehandeld als menschen zonder politiek doorzicht, die het vertrouwen hunner medeburgers niet verdienen. De handelingen van Borms Onder al de activisten werd Borms zeker het meest genoemd. Velen begonnen belang in hem te stellen, daar hij zoo lang in 't gevang zat, terwijl de namen van de naar Holland of Duitschland geweken activisten schier door niemand uitgesproken werden. Men heeft ge tracht medelijden met Borms te wekken. Sommigen denken zelfs dat Borms enkel ge straft werd om zijn Vlaamsch-zijn en vragen U heel ernstig wat had de man eigenlijk gedaan Borms was medeplichtig aan al de daden van verraad van den Raad van Vlaanderen. Borms als verklikker. Borms kloeg bij de Duitsche overheid Belgische magistraten en volksvertegenwoordigers aan, die zijn politiek bekampten. Dientengevolge werden zij naar Duitschland weggevoerd. Borms, inrichter van de Vlaamsche Rijksweer. Het plan van inrichting der Vlaamsche Rijksweer werd opgevat door Borms. Zij was bedoeld als een Vlaamsche weermacht die zou te strijden hebben tegen het Belgisch leger, indien de Belgische Regeering terugkwam. Borms had echter den tijd niet zijn weermacht stevig in te richten. De Duitschers waren het land uit, eer Borms zijn plan uitgewerkt had. Zijn Rijks wacht bestond nog maar op het papier. Hij had toch al eenige honderden handteekenin- gen ingezameld van jonge mannen, die beloof den den Raad van Vlaanderen te dienen. Dat die mannen het allen ernstig meenden, gelooven we niet Men denke aan de wijze waarop die handteekeningen bekomen wer den. Het waren personen die een gunst van de Duitschers af te smeeken hadden. Daarbij» Borms en zijn trawanten bezochten de gevan genenkampen in Duitschland en beloofden degenen die voor den Raad van Vlaanderen teekenen wilden, dat zij naar België terug- keeren mochten. Op die wijze lieten velen zich verleiden. Borms en de Vlaamsche krijgsgevangenen. In 1917 was er tusschen Duitschland eener-

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1929 | | pagina 2