Gemeenteraad van Yper
3
Verslag der zitting van 15 Juli 1929
De zitting wordt te 18 u. io geopend, in
tegenwoordigheid van de heeren Sobry, bur
gemeester-voorzitter Declercq, Lemahieu
en D'Huvettere, schepenen Van Nieuwen-
hove, Vandamme, Capoen, Laton, Missiaen,
Bonnet, Leuridan, Soete, Delahaye, Coutelle
en Vergracht, raadsleden Versailles, secre
taris.
Proces verbaal der zitting van iy Juni
1929.
De heer secretaris geeft lezing van dit pro
ces-verbaal, waarna het zonder opmerkingen
wordt goedgekeurd.
De heer schepen D'Huvettere geeft inge
volge artikel 98 der gemeentewet, den toe
stand te kennen der Stadskas op 3o Juni 1929.
De gedane uitgaven moeten de stad geen
vrees aanjagen maar haar toch aanzetten in
't vervolg zoo spaarzaam mogelijk te werk
te gaan. Hij legt vervolgens de rekening 1928,
waaropeen overschot is van 89.000 fr., en
deze van het eerste semester 1929 op het
bureel neder, en verklaart zich verder ter
beschikking te stellen van de raadsleden om
hen al de gewenschte inlichtingen te ver
schaffen
M. Sobry. Ik denk dat het best ware de
rekening van ig28 enkel te bespreken in een
volgende zitting na onderzoek. Intusschen mo
gen wij ons gelukkig achten om het overschot
van 89.000 fr.
II. Openbare werken, aRioolleiding tus-
schen Zaalhoj en Schuttelaerstraat b) Riool-
leiding Zonnebekesteenw eg Aanbesteding
Proces-verbaal.
Voor de gedeeltelijke rioolleiding tusschen
het Zaalhof en de Schuttelaerstraat, waarvan
de openbare aanbesteding plaats had op 3n
Juli 11., hebben de volgende aannemers inge
schreven Delhem Henri van Yper met
21.000 fr. Mahieu Henri van Yper met
ig.3oo fr. en Vanwynsberghe Henri van
Poelcapelle, i5 000 fr.
Voor de rioolleiding van den Zonnebeke-
steenweg Delhem Henri, 64.000 fr.Mahieu
Henri, 58.5oo ff. en Vanwynsberghe Henri,
55.0OO fr.
Alleen de inschrijvingen van den heer Van
wynsberghe bevatten geen afzonderlijke mel
ding der loonen, doch bij een aanvullend
schrijven verklaart deze aannemer de mini
mum loonen van stad te aanvaarden.
M. Sobry. Daar ik nopens deze aanbe
steding eenige bijzondere mededeelingen te
doen heb die persoonlijkheden zijn, vraag ik
dit punt der dagorde naar de geheime zitting
te verschuiven.
Al de raadsleden gaan hiermede t'akkoord.
III. Openbare Onderstand Pachtont-
slaging Advies.
De heer Gouverneur, bij zijn schrijven van
26 Juni 11., vraagt het advies van den gemeen
teraad nopens een beraadslaging van de Com
missie van Openbaren Onderstand waarbij
deze besluit de gevraagde pachtontslaging niet
toe te staan. Dit is betrekkelijk het huis nr 5
der Casselstraat dat in openbare verpachting
verhuurd werd voor 3, 6, 9 jaren aan den
prijs van 2600 fr. per jaar. De huurder, ineen
schrijven door hem aan den heer Gouverneur
gericht, vraagt van zijn pacht te mogen ont-
slegen worden doch weigert de voorwaarde
van de Commissie van Openbaren Onder
stand te aanvaarden. Deze vraagt namelijk
dat hij de verbintenis zou aangaan om, in ge
val dit huis in de nieuwe openbare verpach
ting aan een minderen prijs zou worden aan
besteed, tot het einde van het driejaarlijksch
termijn een aanvullende vergoeding te betalen
tot beloop van den tegenwoordigen pachtprijs.
Daar dit een persoonskwestie is wordt dit
punt, op voorstel van den heer Voorzitter,
eveneens naar de geheime zitting verschoven.
IV. Verordening op de openbare wandelin
gen en hovingen Wijziging.
De heer Voorzitter stelt voor eenige wijzi
gingen te brengen aan het gemeentereglement
van 19 Oogst 1876 op de openbare wandelin
gen en hovingen en er in namelijk te vermel
den dat de toegang der binnenvestingen ver
boden is 1) aan kinderen beneden de i5 jaar
tenzij zij vergezeld zijn van een verantwoor
delijk persoon, en 2) aan alle personen 1 uur
voor zonopstand en 1 uur na zonondergang.
Het zou eveneens aan gelijk wie verboden
zijn in de grasperken te stappen of er op te
zitten.
M. Leuridan. Het spijt mij dat ik moge
lijks aanleiding heb kunnen geven tot deze
ongelukkige wijziging. Wat ik vroeg was niet
de vrijheid te beperken maar een scherper
toezicht door de politie te doen uitoefenen.
Onlangs hebt gij het effectief der politie in
ruime mate versterkt, zoodat dit thans gemak
kelijk zou kunnen gedaan worden. Het artikel
nopens de kinderen zou ik nog kunnen aan
nemen, maar ik kan niet aanvaarden dat men
aan verstandige, bezadigde menschen een
avondwandeling op de vestingen zou beletten.
En zoudt gij dan ook de vestingen ontzeggen
aan de werklieden die 's morgens vroeg den
eersten trein nemen en de vestingen ont-
leenen om hunnen weg te verkorten
M. D'Huvettere. Ik kan mij ook niet aan
sluiten bij de voorgestelde wijzigingen. Dat
men de kinderen belette op de vestingen te
gaan of andere beperkingen invoere, dit alles
zijn beuzelnesten. Wie zijn de verantwoorde
lijke personen Mag een broeder of een zuster
ook als dusdanig aanzien worden Dit alles
zou moeten nader bepaald worden. En ten
andere wie zal de ouderdom der kinderen
vaststellen aangezien zij, beneden de 16 jaar,
niet in 't bezit zijn eener ëenzelvigheidskaart
Waarom moeten de vestingen dan dienen als
het verboden is er op te wandelen En wat
meer is, gij komt daar met een voorstel tot
wijziging van één artikel van een reglement
waarvan niet een onder ons de eerste letter
van kent omdat wij niet in 't bezit zijn van
dit reglement. Ik heb het reeds zoo dikwijls
gevraagd om de bestaande gemeenteregle
menten in mededeeling te ontvangen en 'k zal
er telkenmale op terugkeeren totdat ons vol
doening gegeven worde.
M. Missiaen. Ik ben t'akkoord met de
zienswijze van den heer Leuridan en nog
meer met deze van den heer D'Huvettere
voor wat betreft de kinderen. Er moet
ervoor gezorgd worden de zedelijkheid te be
schermen, maar met dien voorgestelden maat
regel bekomt gij hoegenaamd geen uitslag.
Doet een scherperen politiedienst uitoefenen
bijzonderlijk den Zondag, de andere dagen is
dit zooveel niet noodig. Omdat er eenigen zijn
die misbruik maken, zult gij allen berooven
van 't genot dier schoone wandeling die aan
de stad zooveel geld kost.
M. Lemahieu. Dat de binnenwandeling,
al den Noordkant gelegen, door de werklieden
gebruikt wordt om naar de statie te gaan,
vind ik heel natuurlijk. Ten andere daar staan
huizen langs die wandeling en het gebruik van
dien weg kan niet verboden worden. Maar ik
kan niet aannemen dat men aan de Rijsel-
poort de vestingen neme om naar de statie te
gaan. Er bestaat een anderen weg die veel
korter is, namelijk langs de Oude Tempel
poort.
M. Leuridan. Ik zie het nochtans ieder-
maal ik naar den eersten trein moet. De werk
lieden nemen de vestingen van aan de Rijsel-
poort tot aan de nieuwe fabriek en van daar
voort nemen zij dan den weg dien gij aan
duidt.
M. Lemahieu. De heer Missiaen zegde
daareven dat het binst de week niet noodig
was de vestingen te bewaken, nochtans ik heb
feiten gezien die er gebeurden buiten den
Zondag, daarom wensch ik dat het uur be
houden worde voor de binnenvestingen, t.t.z.
voor de oevers, waarop 's nachts toch nie
mand moet zijn. Doch de voorgestelde wijzi
ging zegt dat het aan alle personen verboden
is 's nachts op de vestingen te wandelen en
dit is niet heel juist, want de politieagenten
zijn ook personen en deze moeten er toegang
hebben om het toezicht te kunnen uitoefenen.
M. Declercq. Er bestaan nog andere
redenen waarom de toegang tot de vestingen
binst den nacht verboden is, namelijk omdat
er dan veel gestolen wordt en ook nog omdat
er daar van de Esplanade tot aan de Rijsel-
poort heimelijk gevischt wordt.
M. Vandamme. Wanneer gij dit verbod uit
vaardigt dan zal er politie noodig zijn om te
zorgen dat de bepalingen ervan worden nage
leefd. Zoo gij nu dit voorgesteld verbod niet
bekrachtigt waarom zou diezelfde politie toch
geen dienst kunnen doen op de vestingen
M. Leuridan. Mijn gemoed komt ertegen
in opstand en ik kan mair niet begrijpen
waarom men mij zou verbieden een uur na
zonondergang een wandeling op de vestingen
te doen, dan wanneer de groote warmte voor
bij is en er het aangenaamst is.
M. Coutelle. Ik ben tegen de vestigen
geboren en heb er van kindsgebeente af op
gespeeld. Met uw verbod na een zeker uur op
de vestingen te gaan zult gij die erge feiten
niet beletten, want dan zullen ze elders gebeu
ren. Daarom vraag ik dat er alleen een scher
per toezicht door de politie zou uitgeoefend
worden.
M. Delahaye. Yper is een stad van groot
verkeer waar veel vreemdelingen komen. De
kinders dier vreemdelingen of de scholen die
de stad bezoeken weten dus niet dat de toe
gang der vestingen hun verboden is-
M. Lemahieu. Iedereen die naar Yper
komt moet de reglementen kennen en naleven.
Ten andere dit reglement zou, zooals dit
thans op het kerkhof gedaan is, aan den ingang
der vestingen in een kasje aangeplakt zijn.
M. Vandamme. De heer Schepen zegt
iedereen moet die reglementen kennen, maar
wij zelf hier kennen ze niet.
M. Van Nieuwenhove. Je crois qu'il y a
la une constatation a faire. Du temps oü j'êj
tais échevin on se plaignait de ce qu'il n'y avait
pas assez de bancs sur les remparts, mainte-
nant il y en a de trop et ainsi vous facilitez in-
volontairement les faits qui se présentent.
M. Sobry. De gedachten zijn verdeeld,
het ware best tot de stemming over te gaan.
M. Lemahieu. Daar ik in de laatste zit
ting van het schepenencollege, waar deze
voorgestelde wijziging werd besproken, niet
heb kunnen tegenwoordig zijn, vraag ik dit
punt tot een volgende zitting uit te stellen om
het eens nader te onderzoeken.
M. Leuridan. Ik vraag dat het vroeger
reglement zou behouden worden en alleen dat
de heer Burgemeester, als hoofd der politie,
van zijne macht zou gebruik maken om een
scherper toezicht te doen uitoefenen.
V.- Ver ordening op de Zwemkom. - Wijziging.
Het artikel 4 der bestaande verordening-
op de zwemkom bepaalt de inkomprijs ervan
op 1 fr. per persoon. De prijs der abonne
menten was vastgesteld op i5 fr. per maand
en per persoon en op 45 fr. per maand en per
huisgezin.
Daar de zwemkom van in Mei tot 3o Sep
tember een groot aantal dagen open is en het
bewaken ervan binst 12 uren per dag aan de
stad ongeveer een som van 7000 fr. kost, en
gezien deze som met den tegenwoordigen
inkomprijs onmogelijk kan gevonden worden,'
stelt de heer Voorzitter voor, naar het voor
beeld der stad Kortrijk, de inkomprijs te ver-
hoogen en op twee frank te brengen. Die prijs
zou echter verminderbaar zijn op 1 frank
voor de leerlingen der onderwijsgestichten,
voor de leeraars, de leden van erkende zwem-
clubs, de militairen en de leden van huisge
zinnen waar minstens vier kinderen zijn.
M. Bonnet. Ik geloof niet dat het de
bedoeling was van den gemeenteraad de
zwemkom in leven te roepen om er een melk
koe van te maken. Niemand heeft er ooit aan
gedacht dat de zwemkom geld zou opbrengen
aan de stad maar wel dat zij geld zou kosten.
Gij moogt niet vergeten dat de zwemkom
hoofdzakelijk een gezondheidsinstelling is.
Waarom is het noodig nu reeds het inkom
geld te verhoogen, het ware beter eerst twee
of drie jaar te beginnen met een laag inkom
geld. Zoo zult gij het publiek niet aantrekken
met de prijzen te verhoogen en ik vraag dat
de vorigeprijs van 1 fr. zou behouden worden.
M. Declercq. Houdt gij rekening met het
feit dat de toegang tot de zwemkom twee
dagen per week kosteloos is
M. Bonnet. Ja zeker, maar het is niet
met de prijzen te vermeerderen dat gij de
baders zult aanlokken.
De heer Schepen D'Huvettere, die omtrent
terzelfdertijd als den heer Bonnet het woord
gevraagd had, schijnt niet erg tevreden en
verzamelt schijnbaar zijn papieren om er van
onder te trekken omdat de heer Voorzitter
eerst het woord verleent aan den heer Dela
haye die dit slechts veel later had gevraagd.
Hierop geeft de heer Voorzitter seffens het
woord aan den heer D'Huvettere, zeggende
dat hij zijne vraag niet had opgemerkt en
alzoo gaat die zwarte bui nog al gemakkelijk
over,
M. D'Huvettere. Daar wij nu reeds ten
volle in de warme dagen zijn, vraag ik dat het
publiek van heden af tot de zwemkom zou
toegang hebben. Het werd ons officieel beves
tigd dat de zwemkom tegen den i5 Juli zou
gereed zijn en ik vind het onnoodig te wach
ten tot na de feestelijkheden die in de zwem
kom moeten gegeven worden om er het
publiek toe te laten.
M. Sobry. De zwemkom moet eerst ge
reed zijn. Van zoodra de werken voleindigd
zijn zal ze geopend worden.
M. Delahaye. Voor den oorlog was er
daar een buffet en een persoon die zorgde
voor de baders. Is dit nu reeds voorzien
M. Declercq. Die kwestie werd nog niet
geregeld.
M. Lemahieu. Nu er spraak is van zwem
kom en baders, zou ik graag de gemeente-