Gemeenteraad van Yper Verslag der Zitting van 28 October 1929 De zitting wordt te 18 uur geopend. Zijn tegenwoordig de Heeren Sobry, burgemeester voorzitter Declercq, Lema hieu en D'Huvettere, schepenen Van Nieuwenhove, Capoen, Missiaen, Bonnet, Leuridan, Soete, Delahaye, Coutelle en Vergracht, raadsleden Versailles, secretaris. De heer Voorzitter meldt dat het proces verbaal der laatste zitting nog niet gereed is en slechts tijdens de aanstaande zitting zal kunnen afgelezen worden. Daarna, rechtstaande, leest hij een wensch ter gelegenheid der huwelijksbeloften van Prinses Marie José. Hij heeft de eer gehad, zegt hij, deze gelukkige gebeurtenis aan de Yperlingen aan te kondigen, en is verheugd en gelukkig vandaag, namens de Ypersche bevolking, de vurigste wenschen voor het geluk der doorluchtige verloofden in 't open baar te mogen uitdrukken. Ongelukkiglijk is een moordpoging de algemeene vreugde ko men storen. Met de gansche bevolking en met de pers teekent hij verzet aan tegen den afschuwelijken aanslag gepleegd tegen den aanstaanden koning van Italië en is gelukkig dat hij eraan ontsnapt heeft. Hij ziet hierin een reden te meer om hem +e bewonderen en wenscht, voor t' eindigen, dat het huwelijk weldra zou mogen voltrokken worden ten einde de vriendschapsbanden en betrekkingen tusschen beide naties nog te versterken en te vermeerderen. i. Vaart Yper-Yzer Kaaimuur ver lenging gebeurlijke leening. De raadsleden hebben in den loop van ver leden week een bezoek gebracht aan de kaai. Heden komt de heer Voorzitter van den provincialen ingenieur een expresbrief te ontvangen waarbij het liggingsplan der kaai gevoegd is en waarin gezegd wordt dat de gezamenlijke kosten van de verlenging der kaaimuren de som van 546.000 fr. zullen be dragen. Voor wat de toelage betreft die de Staat voor het uitvoeren van dit werk aan de stad zou kunnen verleenen, moet de stad daarvoor hare aanvraag tot den heer Minister van Openbare Werken richten. Volgens het oordeel van den heer Ingenieur zou deze toe lage mogelijks wel ongeveer 270.000 frank kunnen bedragen. Dit plan werd voor advies medegedeeld aan den heer stadsingenieur Coomans, die het gansch gelijkvormig gevonden heeft. Daar de heer Provinciale Ingenieur zijn plan tegen den i5 November- moet gereed hebben, vraagt de heer Voorzitter aan den raad vandaag een beslissing .te willen nemen. Volgens op het plan te zien is zal er daar een groote verbetering gedaan worden tusschen de kaai en den grond van den heer Maurice Vergracht. De hoogte zal er inge nomen en de weg merkelijk verbreed wor den, zoodat wij een meer toegankelijke kaai zullen hebben. De heer Voorzitter zegt nog dat de gelegen heid, die de stad nu aangeboden wordt om deze verbetering te verwezenlijken, moet te baat genomen worden. Hij denkt ook dat er middel zal zijn dit werk te betalen met de oorlogsschade die de stad voor de rijschool zal ontvangen. Binnen kort zal de stad het bedrag dezer oorlogsschade kennen en alles laat verhopen dat zij, benevens het verlengen van den kaaimuur, ook nog zal toelaten de inrichting van het Minneplein te verwezen lijken. M. Missiaen. Het is mij absoluut onmo gelijk een goedkeurende stem uit te brengen. In den loop van verleden week heb ik inlich tingen genomen, niet over den kost van het werk, maar over de noodwendigheid ervan. Het algemeen gevoelen is dat de bestaande lengte van den kaaimuur, meer dan volstaat voor hetgeen per noodig heeft, te meer dat de diepgang zal vergroot worden en toelaten zal schepen drie maal zoo groot als vóór den oorlog in de kaai te komen. Al de bevoegde personen wiens oordeel ik hierover gevraagd heb waren van hetzelfde oordeel. 1 ijdens de laatste jaren heb ik persoonlijk, samen met ministers, met ingenieurs, met de leden der Handels- en Nijveiheidskamer, verscheidene malen de werken der vaart gaan nazien, en nooit heeft iemand onder hen gezegd 't is jammer dat de kaai te Yper niet vergroot wordt. Het is een persoon vreemd aan de stad, de heer provinciale ingenieur, die het voorstel doet. In die voorwaarden, wanneer de handelaars der stad zelf zeggen dat de kaai, zooals ze vóór den oorlog bestond, vol doet, wanneer zelfs nooit een gemeenteraads lid de vergrooting ervan gevraagd heeft, zie ik niet in waarom wij op het voorstel van een vreemden persoon moeten ingaan. Men zal mogelijks zeggen dat het verkeer onzer vaart later waarschijnlijk meer uitbreiding zal krij gen en zulks ware wenschelijk, dat er mis schien een trein- of tramlijn langs de kaai zal aangelegd worden. Zoo wij den tijd hadden om dit gansch te onderzoeken, misschien zou ik van gedacht kunnen veranderen. Moesten wij de zekerheid hebben dat trein of tram tot bij de kaai zal komen en alzoo de omliggende gemeenten met onze vaart verbinden, dan zou ik zeker mijn oordeel wijzigen. Doch ik geloof niet dat er daar ooit een treinlijn zal aange legd worden, omdat wij ons hier in geen groot nijverheidscenter bevinden. En zijt ge zeker dat de maatschappij van buurtspoorwegen er in zal toestemmen daar op hare kosten een lijn te leggen Zooniet, zal de stad dan die lijn aanleggen en hoeveel zal dit kosten Volgens mij is de verlenging van den kaai muur een groote uitgaaf die nooit gevraagd werd en waarvan de noodzakelijkheid zich geenszins doet gevoelen. Daarom is het mij onmogelijk dit te stemmen. M. Leuridan. Ik heb deel genomen aan het gezamenlijk bezoek Donderdag laatst aan de kaai gebracht. Spijts het betoog van den heer Missiaen ben ik wel van gedacht de uit voering van dit werk te stemmen en zal het een zeer goede geldplaatsing vinden. Het ware jammer moest de stad deze gelegenheid onbenuttigd laten, en ik ben er voor het voor gestelde weik onmiddellijk te doen uitvoeren omdat het een economisch werk is. Overal.is men in 't vooruitzicht dat het vervoer langs de waterwegen een groote uitbreiding zal nemen, omdat dit vervoer het goedkoopste is, en hier te Yper is dit evengoed waar gelijk overal elders in 't land. De heer Missiaen zegt nog dat er tot op heden over de verlenging van den kaaimuur nooit gesproken werd. Neen, dat werd nog niet gedaan omdat hqt herstellen onzer kaai nog altijd maar in 't voor uitzicht lag, maar nu gaan wij dit onmiddellijk bekomen en 't is dus nu het gepast oogenblik om erover te spreken. Ik kan de geopperde bezwaren voor wat trein of tram betreft ock niet bijtreden. Als men het plan beziet dan bestatigt men seffens dat de verlenging der spoorlijn een goede mogelijkheid is. Wat de tram aangaat, is dit wel een reden om deze gelegenheid te laten schieten Mij dunkt van neen, maar 't is eerder een reden om eens de maatschappij over dit werk te polsen. De redenen door den heer Missiaen aangehaald zijn dus ongegrond en volgens mij bestaat er niet een reden om dit plan te verschuiven. M. Bonnet. Nevens de bemerkingen van den heer Missiaen moet ik u nog iets doen opmerken waarover tot hiertoe nog niet ge sproken werd. Namelijk dat de rechteroever der kaai bestaat en dat de muur langs dien kant op zijn gansche lengte door den Staat zal hersteld worden. Het ware heel goed mogelijk daar een strook grond te onteigenen om, zooals ik het ter plaats heb laten opmerken, de wagens en camions toe te laten er té kunnen draaien en keeren en zoo die kaai e-p- bruikbaar tc m r. In plaats van éen-nie-.w werk, ware dit een oud werk dit hprct 1 wordt met een kleine verbetering. Het ware honderd per honderd goedkooper voor <je stad en veel beter den rechteroever te herstel- len dan hem daar ongebruikt te laten liggen en een nieuwe linker kaai te maken. M- Lemahieu. De Heer Missiaen heeft gesproken over de uitbreiding der kaai, doch de kaai zelf zal niet grooter zijn als vóór den oorlog. De muur langs den Oostkant zal door den Staat hersteld worden en thans is er alleen spraak den muur al den Westkant gelegen te verlengen. De bemerking van den Heer Bonnet kan ik in zekeren zin bijtreden. De magazijnen Vandoorne waren langs den Oostkant gelegen en 't is juist voor het gemak van den smallen weg dat de magazijnen daar gebouwd werden, omdat zij alzoo niet ver van de kaai verwijderd waren. De Westkant was voorbehouden voor de wagens. Zoo de muur aldaar verlengd wordt, zullen er drie schepen langs de kaai kunnen liggen en zal er dan niemand meer moeten wachten. Het zal altijd de Westkant zijn die het meest gebruikt wordt omdat het de gemakkelijkste kant is. Ik ben niet tegen de onteigening van een strook grond langs den Oostkant opdat de wagens er zouden kunnen draaien, hetgeen vroeger niet mogelijk was. Dit ware een verbetering en een kleinen onkost. Maar dit belet niet dat de Westkant altijd de goede kant zal zijn, en wij zouden missen deze ver lenging niet te doen. Gezien wij de onkosten, die voor de stad hoogstens 3oo.ooo fr. zullen bedragen, met oorlogsschade kunnen dekken, zal ik het voorstel stemmen. M. Bonnet. Het verheugt me dat de Heer Lemahieu de mogelijkheid inziet de rechter kant der kaai gebruikbaar te maken. Ik zou vragen aan het Schepenencollege en aan den raad dit goed te willen inzien. Zoo er langs dien kant alle gemak gegeven wordt, zal niemand weigeren daar te lossen en te laden. De kaaimuur langs de rechterzijde moet niet verlengd worden opdat er daar drie schepen zouden kunnen liggen. Waarom zouden wij dan die groote onkosten moeten doen M. Van Nieuwenhove Je suis de l'avis de M, Leuridan. Nous avons la une occasion unique pour améliorer notre quai. Si nous n'y donnons pas suite et que par après nous voyons que la longueur du quai ne suffit pas, il faudra faire alors de grands travaux, ariê er le trafic de la navigation et mettre le bassin a sec. Maintenant l'occasion nous est offerte de le faire a moindres frais et nous pouvons en même temps trés bien faire ce que M Bonnet demande pour rendre l'autre cóté accessible aux camions. La ville touchera probablement trois millions de dommages de guerre pour la caserne. Dans ces conditions ce serait dom- mage de contracter un emprunt, puisqu'il faudra quand même réemployer ces indem- nités. M. Missiaen dit qu'avant guerre notre bassin n'était pas trop petit. On l'a mal ren- seigné car a différentes époques de l'année les bateaux ne savaient pas rentrer faute de place. Quant aux magasins Vandoorne, la familie attend l'achèvement du quai pour prendre une décision. Si plus tard Roulers obtient un canal jusqu'a Bruges, il appartiendra alors a nos successeurs de travailler pour relier le notre a celui de Roulers M. Missiaen. Uit al de argumenten die hier werden voorgedragen is voor mij niets anders te onthouden dan dat dit werk abso luut nu niet noodig is. Allen berusten op mogelijkheden, op 't vooruitzicht van latere uitbreiding. De aangehaalde reden waarbij, zoo wij dit werk nu niet uitvoeren, het later veel meer zal kosten, is van geen tel. Want de nieuwe techniek laat toe grootere kaaiwerken te errichten dan hier ooit zullen moeten gedaan worden, zonder een druppel water weg te nemen en zonder de scheepvaart in iets te hc emmeren. Waarom dan nu zoo haastig dit we:v rricht n T at isschien zal dit werk in veel beter omstandis-hedm i-nnnt n verricht

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1929 | | pagina 2