6. Nijverheidsschool Begrooting voor ig3o aanvullingsbudget voor ig2g. worden en zal men een gansch moderne kaai kunnen maken. Ik zou dan veel liever de noodzakelijkheid van dit werk afwachten. M. Van Nieuwenhove. Je n'ignore pas qu'on peut exécuter au moyen de caissons tous travaux au quai sans lacher l'eau, mais ces caissons coütent énormément tant comme personnel que comme machines. Maintenant on nous défalque encore ce que l'ancien quai aurait coüté, mais dans deux ou trois ans nous devrons payer l'intégralité des travaux. M. D'Huvettere. Ik kom op tegen het aangaan eener leening. Er werd ook gespro ken over de noodzakelijkheid de muren te verhoogen om een grooteren waterinhoud mogelijk te maken. Dit is dus een kwestie van leven of dood waaraan wij ons niet kunnen onttrekken. Ik stem ook in met de gezegden van den heer Bonnet. In plaats van, zooals het voorgesteld werd, de treinlijn in de bed ding der oude vaart aan teleggen,warehetniet beter dit eindetje vaart tot aan de statie te herstellen en er water in te doen M. Leuridan. Er werd gezegd dat Yper over geen water genoeg beschikt om dit eindje vaart te spijzen. Deze opwerping moet dus volstaan om dit gedacht van kant te laten. M. Bonnet. Wanneer een schip zwaar geladen is zinkt het diep in 't water en als het gansch gelost is komt het hoog boven'twater. Dit is algemeen en het gaat dan ook best wanneer een schip half geladen of gelost is. Wanneer het waterpeil hier nu verhoogd wordt moeten de kaaimuren noodzakelijk ook verhoogd worden, anders is het de schepen niet mogelijk tot hier te komen. M. Lemahieu. De heer Bonnet zegt dat het overal het gemakkelijkst gaat wanner een schip half geladen is. Maar hier is de water spiegel zeer veranderlijk. In een zomer zooals wij er nu een gehad hebben kan het waterpeil van i m. 5o zakken. Vóór den oorlog was de vaart door drie beken gespijsd, namelijk door de Bellewaerdbeek, de Zwanebeek en de Yperlee. Nu geschiedt zulks slechts door twee beken meer, daar de Zwanebeek in de vaart niet meer kan lossen, maar bij middel van een syphon al onder de vaart in het Ypertje loopt. Het is om die reden dat het tweede sas, aan den ijzerweg van Boesinghe-, niet nader van Yper gelegen is, om zoodoende een grooteren voorraad water in magazijn te kunnen houden. Want met te versassen, verliest men altijd een groote hoeveelheid water en alhoewel de sasdeuren goed sluiten dan nog gaat er altijd wat water door. Dat groot verschil van water spiegel heeft hier altijd bestaan. Vroeger konden in den put van den winter schepen binnenkomen van 180.000 kg. terwijl in den zomer nauwelijks deze van 100.000 kg. tot hier konden geraken. Voor het laden van suikerijboonen, b. v. b., moest men altijd wachten tot half December. Nu met de nieuwe vaart zullen wij altijd, zelfs binst droge zomers, minstens 2 m. 40 water hebben en in den winter bestaat er ook geen vrees dat het water hier in de kaai zal overstroomen.daar er mogelijkheid bestaat het water weg te laten. Voor wat het eindje vaart tot aan de statie betreft, daar zijn vier sluizen en dit zou een overgroot waterverbruik noodig hebben. Gansch Dickebuschvijver zou er aan moeten besteed worden. M. Ver gr acht. De heer Ingenieur heeft stellig verzekerd dat wij hier minstens altijd 2 m. 10 water zouden hebben. M. Sobry. In 1886 toen de tramlijn Yper- Veurne werd aangelegd en de Yperlingen zagen dat deze lijn tot bij de markt niet door kwam hebben zij de verlenging ervan tot op de Vandenpeereboomplaats gevraagd. Het ware nu eveneens een klein werk de kaai met de tramlijn in verbinding te brengen. De kaai muur langs den Oostkant heeft een lengte van 186 m. 40 en nu wij de gelegenheid hebben den anderen kaaimuur op een gelijke lengte tè brengen, moeten wij daarvan gebruik maken. Wij moeten het ijzer smeden binst dat het warm is. M. Missiaen. Ik vrees alleen dat er met overhaast aan het werk gegaan wordt. Hierop legt de heer Voorzitter het voorstel van verlenging van den kaaimuur, werk dat zal uitgevoerd worden bij middel van oorlogs schadevergoeding, ter stemming. Stemmen ja de heeren Declercq, Lema hieu, D'Huvettere, Van Nieuwenhove, Ca- poen, Leuridan, Delahaye, Vergracht en Sobry neen de heer Missiaen onthouden zich de heeren Bonnet, Soete en Coutelle. 2. Stedelijk kerkhof g r on dv er gunning en. De voorgestelde grondvergunningen wor den, mits de gewone vergoeding - aan den Openbaren Onderstand, eenparig toegestaan. 3. Openbare werken Woning voor den bewaker der Pompstaiie aan Zillebekevijver aanbesteding proces-verbaal. Voor deze aanbesteding, die den 23 Octo ber 11. plaats had, zijn drie aanbiedingen ingekomen. Het laagste aanbod is dit van den heer Joseph Mahieu met 54-85o fr. Dan vol gen MM. Honoré Vanderghote met 69.982 fr. en Ferdinand Waterbley met 57.58o fr. Deze aanbesteding wordt met eenparige stemmen aan den heer Jos. Mahieu toege wezen. 4. Openbare Boekerij Kredietver meerdering. Voor de openbare boekerij werd een krediet van 2000 fr. in de begrooting van 1929 inge schreven. Een schrijven van den heer Gou verneur bericht de stad dat er voor de inrich ting der openbare boekerij minstens 25 cent. per jaar en per inwoner moet besteed worden en daar de stad 15.187 inwoners telt moest er dus een krediet van 37g6 fr. voorzien geweest zijn. De heer Voorzitter doet opmerken dat de stad op in Januari 1929 slechts 14.218 inwo ners telde, zoodat er nu slechts een bijkomend krediet van i55q fr. 5o zou dienen gestemd te worden. De heer Voorzitter stelt echter voor die som af te ronden en voor het dienstjaar 1929 een bijkomend krediet van 2000 fr. te stemmen. Dit voorstel wordt met algemeene stemmen goedgekeurd. 5. Aangenomene Mariaschool aanneming van twee nieuwe klassen. De Mariaschool heeft aan den heer Minister van kunsten en wetenschappen een toelage gevraagd voor twee nieuwe klassen., die haar wegens het getal kinderen opgelegd waren. Volgens het aannemingscontract met de stad gesloten mag het aantal klassen zonder de toestemming der stad niet verminderd wor den, en worden alle nieuwe klassen aange nomen aan dezelfde voorwaarden als de andere klasstn en voor een termijn eindigende terzelfdertijd als de voorname aanneming. De heer Voorzitter zegt dat de stad dus, volgens haar contract alleen maar akte moet nemen van het openen dezer twee nieuwe klassen. M. Missiaen. Evenals ik tegen de aanne ming van het contract gestemd heb, zal ik ook tegen het aannemen dezer twee klassen stem men, omdat er altijd en in alles met den grootsten spoed te werk gegaan wordt voor wat het vrij onderwijs betreft en alles jaren lang blijft aanslepen wanneer er van het officieel onderwijs spraak is. Verleden jaar beslistte de raad stortbaden in de stadsmeis jesscbool der St-Janstraat in te richten. Niettegenstaande ik deze kwestie reeds ver scheidene malen oprakelde, is er tot op heden nog niets van gekomen. Het schijnt zelfs dat hoe meer wij de zaak oprakelen, hoe min het schepenencollêge er nota van houdt. Ik zal niet beweren dat het inrichten dezer stort baden mogelijks geen betere toepassing kan vinden, maar zoo er verandering moet komen aan de genomen beslissing, dan behoort het aan het schepenencollege dit punt op de dag orde te brengen. Omdat er dus niets voor het officieel onderwijs gedaan wordt, maar inte gendeel alles in het werk gesteld wordt om jkinderen eraan te onttrekken, zal ik tegen stemmen. De heer Vandamme is intusschen de raads zaal binnen gekomen. Stemmen ja de heeren Declercq, Lema hieu, D'Huvettere, Vandamme, Capoen, Leuridan, Soete, Delahaye en Sobry neen de heeren Missiaen, Bonnet en Coutelle onthouden zich de heeren Van Nieuwenhove en Vergracht. Volgens een schrijven van den heer Minister aan den heer Gouverneur moeten de wedden en aanvullende vergoedingen der leeraars van af in Juli 1929 met 10 °/0 verhoogd worden. Het schepenencollege denkt die verhooging van 10 aan de leeraars der nijverheids school te moeten toekennen, en stelt voor een bijkomend krediet van 3o75 fr. 5o voor 1929 te stemmen. Dit wordt met algemeene stemmen goed gekeurd. De begrooting voor ig3o sluit met 84.211 fr. 94 in ontvangsten en uitgaven. De beheer raad der school stelt voor het loon van den huisbewaarder te verhoogen en de heer Bon. net maakt hierop een bemerking, doch gezien het een persoonskwestie is, zal dit in de ge heime zitting besproken worden. De begrooting wordt dan zonder opmer kingen goedgekeurd. 7. Openbare Onderstand Dienstre geling en voor de gestichten. Bij haar schrijven van 10 October onder werpt de Commissie van Openbaren Onder stand de dienstregelingen harer gestichten aan de goedkeuring van den gemeenteraad. Deze dienstregelingen werden tijdens de laatste zitting ter inzage van de leden op het bureel neergelegd. M. Van Nieuwenhove. Dans le règlement d'ordre intérieur de l'orphelinat j'ai remarqué que les enfants ne peuvent aller voir leur fa milie que quatre fois par an. Je voudrais de- mander que cela leur soit permis au moins une fois tous les mois. M. Missiaen. Het lezen dier reglementen heeft bij mij een pijnlijken indruk gelaten. De Heeren die den Openbaren Onderstand besturen weten heel goed dat nooit een hunner kinders in die gestichten zal moeten opge nomen worden. De kinders der weezenschool moeten voelen dat zij verworpelingen zijn het is al ongelukkig genoeg dat zij geen ouders meer hebben zonder dat zij nog steeds dien druk op hen gevoelen. Het is een schande dat die kinders slechts vier maal per jaar hunne familie mogen bezoeken. Al de brieven die in- en uitgaan moeten ook eerst door de bestuurster gelezen worden. Met zulke maat regels zet men eerder de kinders aan kwaad te bedrijven. En welke waarborg wordt er gegeven aan de kinders van vrijdenkers en protestanten, dat hunne overtuiging zal geëerbiedigd worden In het reglement heb ik ook niets gezien waarbij het aan de familie toegelaten is de kinders te bezoeken. Is dit misschien verboden Ik denk dat de raad wel zal doen deze reglementen voor herziening aan de Com missie van Openbaren Onderstand terug te zenden. M. Capoen. Ik zou vragen dat de Openbare Onderstand eerst en vooral zou willen zorgen een betere huisvesting aan de kinders te geven. M. Leuridan. Zoo ik veel kan onder schrijven van hetgeen door den hr Missiaen ge- zegdwerd.ben ik met hem niet t'akkoord voor wat de zedenleer betreft Zoo er geen vraag om een andere zedenleer is, dan is het omdat er daar geen andere kinders zijn dan van katholieke ouders. Het princiep moet hier dus niet gesteld worden, het is enkel een feit. M. Missiaen. Zoo er nog geen andere kinders zijn, wie geeft ons de verzekering dat er morgen daar geen kinders van vrijdenkers zuken komen M. Van Nieuwenhove. Pour l'hópital c'est

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1929 | | pagina 3