Overlijden van den Heer
Aimé VAN NIEUWENHOVE
Rede van den Heer H. Sobry,
Discours de M. Remi Souquel
■r.
Vrijdag laatst heeft de onmeedoogende
dood nogmaals een onzer verdienstelijkste
burgers uit ons midden gerukt. Het droevige
nieuws van het zoo overwacht als vroegtijdig
heergaan van den Heer Van Nieuwenhove
heeft zijne ontelbare vrienden en al zijne
medeburgers pijnlijk getroffen.
Slechts vier weken geleden vergezelde hij
nog de afvaardiging der stad Yper die bij den
Heer Eerste Minister Jaspar ging aandrin
gen voor het spoedig en algeheel herstel der
vaait van Yper naar den Yzer en voor den
terugkeer van al onze vooroorlogsche instel
lingen. Den in November nog nam de Heer
Van Nieuwenhove deel aan de jaarlijksche
plechtigheid onze Helden ter eere. Verleden
week nog wandelde hij gaaf en gezond door
onze straten en hield zich met zijne gewone
werkzaamheden bezig. Slechts enkele dagen
ziekte waren voldoende om dezen goeden
burger en verdienstelijken man ten grave te
leiden.
In zijne hoedanigheid van gemeenteraads
lid, ambt dat hij reeds sedert 10 April 1921
gewetensvol waarnam, en bijzonderlijk ge
durende de drie jaren dat hij als schepen van
openbare werken dienst deed, heeft de Heer
Van Nieuwenhove de stad Yper en hare be
volking onschatbare diensten bewezen. Als-
wanneer de stad nog maar pas uit hare puinen
begon op te rijzen, viel hem de zware taak
van het herstel onzer stadsdiensten te beurt.
Tijd noch moeite spaarde hij niet, altijd en
overal was hij op de bres en dank zijne groote
bekwaamheid en zijn onverpoosd werken
heeft hij die lastige taak steeds tot eenieders
voldoening weten te vervullen en zelfs menige
verbeteringen weten te bekomen.
De besprekingen in den gemeenteraad ge
tuigden van zijn schrander doorzicht, van
zijne bekwaamheid en diepgrondige kennis
van zaken, en zeer dikwijls was zijn juist en
klaar oordeel door de meerderheid van den
raad bijgetreden. Kleingeestige politiek kende
hij niet, steeds was hij minzaam en hofif. lijk
met iedereen, zelfs tegenover zijn politieke te
genstrevers en andersdenkenden, en zijn eenig
doel was de belangen der stad en harer in
woners zoo goed mogelijk te dienen.
Sedert de herinrichting onzer stedelijke
muziekschool werd de Heer Van Nieuwen
hove met het voorzitterschap van den beheer
raad belast, en daar ook werd zijn ijvervolle
toewijding met de schoonste uitslagen be
kroond.
En hoe heeft de Heer Van Nieuwenhove
zich hier binst de beschieting der stad, van
19:4 tot Mei igt5, samen met E. H. Kanun
nik Delaere en wijlen Heer Arthur Stoffel,
niet opgeofferd en zijn leven in gevaar gesteld
om de nog overgebleven Yperlingen behulp
zaam te zijn De lezers van Het Ypersche
hebben de merkwaardige verslagen van dit
voorloopig Comi.eit, dat binst deze akelige
dagen de stad Yper bestuurde, kunnen lezen
en de rol die de Heer Van Nieuwenhove er
in vervulde naar waarde weten te schatten.
Te Parijs stichtte hij, binst den oorlog,
met eenige andere vooraanstaande personen,
den Bond der Geteisterden van West Vlaan-
deren die aan al onze vluchtelingen ontelbare
diensten bewezen heeft.
De groote menigte vrienden en kennissen
die de teraardbestelling, welke Dinsdag laatst
om 3 uur plaats greep, bijwoonde is het
schoonste bewijs en de beste getuigenis van
de groote en verhevene verdiensten van den
betreurden afgestorvene, Heer Aimé Van
Nieuwenhove.
In den lijkstoet ging een afvaardiging, met
vaandel, der Harmonie Ypriana voorop dan
volgden de leerlingen en het leeraarskorps der
Muziekschool, de afvaardigingen der Liberale
Vereeniging en der Koninklijke Handboog
maatschappij St Sebastiaan, en het feest-
comiteit van St- Pieterswijk. De hoeken van
het baarkleed werden gehouden door de
Heeren H. Sobry, burgemeester, R- Bouquet,
Arm. Donck, L. Van Alleynnes en F. Ver
gracht.
Op het kerkhof werden, als uiterste blijk van
genegenheid en erkentelijkheid, verscheidene
prachtige rouwkronen op het graf neergelegd
en de Heeren Henri Sobry, namens de stad
Yper, Remi Bouquet, namers den Beheer
raad der Muziekschool, Armand Donck,
namens de Harmonie Ypriana, Raymond
Ommeslagh, namens de Koninklijke Hand
booggilde St-Sebastiaan, Max Glorie, advo-
kaat te Yper, namens de Liberale Vereeni
ging en Joseph Verbeke, advokaat te Kortrijk,
namens de vrijmetselarij, spraken er beurte
lings een lijkrede uit die wij gelukkig zijn
hier in hun geheel te mogen overdrukken.
Het Ypersche biedt aan Mevrouw Van
Nieuwenhove-Brunfaut, aan hare kinders en
familie zijne rechtzinnige deelneming in den
rouw die hen zoo pijnlijk komt te treffen.
burgemeester van Yper
Aimé Van Nieuwenhove, manhaftige Yper-
ling, voorname Burger, gewezen Schepen en
gewaardeerd gemeenteraadslid der stad Yper,
de dood rukte u den i5 November uit ons
midden, maar, in den naam der stad, roep ik
uw beeld uit uw graf, om U hulde te brengen
en U te loven en te danken voor de diensten
aan de stad bewezen.
Als Duitschland ons vredelievend België
den ooilog verklaarde, om Frankrijk te rapper
te overmeesteren, uw rechtvragend vader-
landsch hert kwam daartegen in opstand, en
gij juichtet België, Groot Brittanje en Frank
rijk toe, omdat zij samen t'Yper den steeds
vooruitrukkenden vijand eindelijk tegenhiel
den onder hunne bescherming bleeft gij
t'Yper, als om den vijand zijn schelmstuk te
verwijten en Yper te houden gij bleeft, spijts
de bommen en obussen die Y'per platschoten
en verpletterden, gij trotseerdet dag en nacht
het doodsgevaar, en gaaft blijk van moed en
manhaftigheid van October 1914 tot dai in
Mei IQ15 alle burgers de vreeselijk bestormde
maar dapper verdedigde stad moesten ver
laten. Niemand kan dien schi ikverwekkenden
tijd herdenken, zonder uwe karaktersterkte te
bewonderen, en U te loven en te danken voor
uwe gehechtheid aan uw welbemind Yper.
Geen wonder dus, dat als Yper na de zege
praal aan de Yperlingen werd weergegeven,
als hier, gelijk in geheel 't Land, den 24 April
1921, eene gemeentekiezing moest plaats
hebben, als gij, namens de Liberale partij,
die sedert 1895 geene vertegenwoordigei s
meer had gehad ten gevolge van het meer-
dei heidsstelsel, nu vervangen door de toe
kenning van plaatsen in evenredigheid der
getalsterkte der partijen, geen wonder, z< g
ik, dat als gij Mijnheer Colaert, Burge
meester van Yper, eenen gemeenteraad voor
stelde van 9 katholieken en 6 liberalen, met
het doel eensgezind te werken aan Yper's
heropbouw en herleving, gij welgekomen waart
en geluktet in uwe pogingen. In de eerste ge
meenteraadszitting van 4 Juni 1921, werd gij
met 14 stemmen tegen een wit briefje als
derden schepen der stad Yper gekozen. Tot
den dag van uwe vrijwillige ontslagneming op
22 Nov. 1924, beaamdet gij, gelijk al de leden
van Yper's Gemeenteraad, Burgemeester
Colaert's uitgesproken doel Yper moet zijn
verleden waardig zijn. Het mag niet gezegd
worden dat onze duizendjarige stad met hare
prachtige monumenten, schoone huizen en
straten, wegen en wandelingen, waterleidin
gen en riolen, landbouw, handel en nijver
heid, onderwijs en kunstinrichtingen, en
andere diensten die bestonden vóór den oor
log, neen, het mag niet gezegd of geduld
worden dat de hoofdstad van 't oudeWestland
een arm buitendorp zou worden. Gij sloegt
hand aan 't werk om de akelige oorlogspuinen
te vervangen door deugdelijke herstellingen,
gij verbeterdet het nieuw aangelegd electriek-
net, de uitdeeling van klaar en drinkbaar
water, de herkasseiing van straten en buurt
wegen, in een woord gij wrocht ieverig en
verstandig aan stads openbare werken en
daarom mogen en moeten alle Yperlingen U
loven en danken.
Geen wonder dus dat gij herkozen werd
in de Gemeentekiezing van 10 October 1926,
niettegenstaande alsdan 4 partijen malkaar het
meesterschap betwistten, en elk, voor zich
alleen, de gunst der kiezers en kiezeressen
betrachtte.
't Is in het hoffelijk, gewetensvol uitoefenen
van uw mandaat dat wij U in den jeugdigen
ouderdom van 58 jaar komen te verliezen.
Wij kunnen niet nalaten op uw graf de hulde
van onze genegenheid, hoogachting en dank
baarheid neer te leggen, en aan uwe diepbe
droefde weduwe en weezen de uitdrukking
aan te bieden van onze diepe deelneming en
beste wenschen voor uw eeuwig geluk.
Vaarwel
Messieurs
Au nom des Membres du Conseil d'Admi-
nistration de l'Ecole de Musique, je viens
rendre un dernier et juste hommage a notre
regretté Président.
Comment ne pas être ému, quand nous
évoquons le douloureux souvenir d'il y a six
mois a peine, lorsque notre cher Président
saluait au nom de cette même commission les
dépouilles mortelles de notre regretté collègue,
Monsieur Nestor Angloo, et de notre inou-
bliable Directeur, Monsieur Albert Van Egroo.
Et nous voici réunis déja devant la tombe
de l'homme éclairé et dévoué qui présidait
avec tant d'autorité aux destinées de notre
ins itution musicale Yproise.
Monsieur Aimé Van Nieuwenhove, nommé
Echevin de notre cité martyre, se consacra
avec empressement a la reconstruction de
notre Ecole de Musique.
Et grace a ses multiples démarches, déja
en 3928 le 20 Octobre, les cours purent être
rétablis.
Aussi 'l'Echevin dévoué fut il naturellement
désigr.é comme Président.
Etant démissionnaire au Collége Echevinal
le 22 Novembre 1924, le Conseil Communal
rendant hommage aux grands services rendus,
fut unanime a le maintenir dans ses fonctions
de Président.
Et c'était justice
Car mieux que quiconque nous ses colla
borateurs nous avons pu l'apprécier a sa
juste valeur.
Le développement et la bonne marche de
notre institut musical étaient sa constante
préoccupation. Et aucune occasion ne se pré-
sentait sans qu'il ne faisait appel a ses col-
lègues pour les consulter et les intéresser a
toutes les questions vitales, se rapportant a la
formation musicale de nos jeunes générations.
On peut dire de lui qu'il était excellent
administrateur, homme d'ordre et de méthode.
II possédait les qualités maitresses de style,
de jugement, d'esprit de décision, de bon
sens et de courage, et par dessus tout ce
dévouement inlassablequi fut le levier indis
pensable durant les temps héroïques de
Papiès-guerre.
Par sa grande expérience des affaires ad-
ministratives, il était pour nous un conseiller
autorisé, et un guide toujours suivi.
C est dire combien étaient solides et ami-
caux les rapports qui existaient entre la Com
mission et son dévoué Président.
En toutes circonstances même les plus
tragiques, il s'était fait un devoir d'aimer sa
ville et de la servir.
Nous garderons de lui le meilleur des
souvenirs.
Puisse l'expression de nos plus profonds
regrets pour la mort prématurée de notre
regretté et estimé Président, adoucir quelque