Het IXe Gouwfeest der Katholieke Turners 2 N. V. 1. - Provinciaal Congres van West-Vlaanderen gehouden te Yper op 25 Hei 1930 Rede van den Heer B. Moerman, Voorzitter Rede van den Federalen Voorzitter Mijnheer H. Leclercq. bestuur bekomen, waarvoor ik het hier nog maals onzen besten dank betuig. En nu het feest van heden. Ook onze voor zitter was de ontwerper ervan, 't Is hij, bijge staan door stoet- en feestmaalcommissie, die het feest regelde in al zijne kleinste bijzon heden. Voor dit alles zeggen wij hem onzen besten dank. Verders hebben wij onzen onder-voorzitter, makker Lauwers. Ook hij is sedert 10 iaren bestuurslid en onder-voorzitter. Hij ook heeft veel gedaan voor den bond. Eenieder van ons weet hoe hij onzen voorzitter door raad en daad bijstaat. Verschillige malen heelt hij onzen voorzitter vervangen. Wij denken nog aan de bange dagen, van over eenige maan den, gedurende de ziekte van onzen voorzit ter. 't Is dan dat wij ten volle hebben kunnen beseffen hoe hij onzen bond genegen was en dat hij ons ook kon leiden. En dit feestmaal van heden Dit is groo- tendeels zijn werk. Voor dit alles, vriend Marcel, onzen besten dank. Eindelijk hebben wij onzen schrijver, Oscar Molein. Bij hem kunnen wij zoovele uitwen dige daden niet zien. Hij werkt in stilte, met de pen. Eiken Zondag nochtans zien wij hem in 't lokaal om de klachten op te nemen, inlichtingen te geven, uitbetaling van ge boortevergoedingen en steungelden te doen. Hoeveel brieven volgen dan Moesten wij eens kunnen nagaan hoeveel brieven hij sedert tien jaar verzonden heeft, wij zouden er ver baasd over zijn. Ook aan u, Oscar, onzen besten dank. Het bestuur, in naam aan den bond, zijn erkentelijkheid willende betoonen voor al hetgeen deze drie leden gedaan hebben, biedt hen deze geschenken aan tot blijvende herin nering en dankbare genegenheid. En nu, beste makkers, het schoonste ge schenk gaat gij ons geven, namelijk met steeds uw vertrouwen te schenken aan uw bestuur dat voor uw welzijn alles zal doen wat in zijn macht is. Blijven wij vereenigi rond ons vaandel, zooals wij één waren op het slagveld en den ken wrj aan de schoone leus Eendracht baart macht Heer Federale Voorzitter, Het Provinciaal Comiteit van West-Vlaan deren, overtuigd van de zware verantwoorde lijkheid die op U weegt, bewust zijner plichten, heeft mij gelast bijzonderlijk uwe welwillende aandacht te trekken op den spoed om de ontwerpen van heraanpassing van het Invaliditeitspensioen en der andere eischen te doen aanvaarden,luidens den wensch uit gedrukt op het congres der Voorzitters op 12 Januari. Want, zooals U het weet, geachte Voorzitter, hebben droevige waarnemingen bewezen dat de Invaliden niet oud worden, 't Is tijd om handelend op te treden en onze macht te toonen. In 1923, gedurende den loop der maand Augustus, heeft een afvaardiging, onder uwe leiding, zich bij den Heer Minister van Lands verdediging begeven, ten einde onze eischen voor te leggen. De Heer Minister, onze wel gestaafde eischen erkennende, deed de moei lijkheden van den financieelen toestand gelden op dit oogenblik. Hij deed beroep, zooals gewoonte, op de goede en trouwe vaderlands liefde der Invaliden, vroeg hun nog wat geduld te hebben en beloofde gansch zijn steun opdat voldoening zou gegeven worden zoodra de geldelijke toestand het zou toelaten. Eindelijk in 1924 bekomen wij een voorloopige ver hooging en in Juli 1926 staat het Gouverne ment ons de veranderlijke toelage toe. De toestand van ons Land, op financieel gebied, is niet meer te vergelijken en heden kan er geen spraak meer zijn van beperkte geldmiddelen. We zijn bijgevolg vast besloten onze rech ten te eischen. Ons programma is klaar en duidelijk, beperkt bij al wat logisch en rede lijk is. Opdat de zege levendig blijve bij de bewer kers van den wereldvrede, moet hun een weinig meer welstand en gemak verschaft worden voor hun laatste en lastig bestaan. In de hoogere gouvernementale kringen mag men niet vergeten dat de Belgen, die in hun verminkt lichaamhet pijnlijk spoor hunner dapperheid dragen, in hun hoedanigheid van slachtoffers van den oorlog de eerste schuldeischers van de Natie moeten blijven. Heer Voorzitter, wij hebben vertrouwen in U om onze wettige, billijke en rechtvaardige eischen tot goeden uitslag te brengen. Uw hartstochtelijke goedheid tegenover uwe strijd makkers heeft onvergankelijke banden ge smeed tusschen de overlevenden van den oorlog, en wij zijn gelukkig U vandaag onze vurige erkentelijkheid te kunnen uitdrukken voor de oneindige diensten die gij ons bewe zen hebt. Ik eindig met, in naam der Invaliden van West-Vlaanderen, den advokaat Henri Le clercq, stichter van de Federatie N. V. I. en leider van een leger van meer dan 60.000 man, te groeten. Leve de H. Henri Leclercq Leve België één en onverdeelbaar 1 Leve de Koning Ik bedank insgelijks de verkleefde medewer kers van het Middenbestuur de heeren Timmerman, Reckelbus, Reisdorff, enz... Ik ben zeker de tolk te zijn van gansch uwe prachtige vergadering wanneer ik zeg dat wij allen t'akkoord zijn om aan makker Gruwez, de toegenegene Voorzitter der afdeeling Yper, en aan zijn Comiteit, onze diepste erkente lijkheid uit te drukken voor hun hartelijk ont haal, vooral de blijken van vriendschap die zij ons gegeven hebben. Wij hebben hun historischen stoet bewonderd, die een zoo groote vreugde voor onze oogen was, en die tezelfdertijd zooveel pijnlijke, zooveel roemrijke herinneringen in onzen geest opgewekt heeft. Maar nu, ongelukkiglijk, is het vermakelijk gedeelte van het programma geëindigd. Thans moeten wij werken en over ernstige zaken spreken. Eenige weken geleden, wanneer ik uwe aan gename uitnoodiging ontvangen heb, heb ik seffens gedacht, op den 25 Mei zal de kwestie van de vermeerdering der pensioenen sedert lang gansch geregeld zijn Doch zooals gij weet is deze belangrijke kwestie nog niet opgelost. Dus vraag ik u de toelating er gedurende eenige korte minuten over te spreken. Op den i3d,H Februari laatstleden, hebben de Volksvertegenwoordigers Mundeleer, Van de Meulebroeck, Mathieu, Van Hoeck, de Burlet en Devèze een wetsontwerp op het bu reel van de Kamer neergelegd, waarbij zij het coëfficiënt 5 voorstellen. Wat is het coefficient 5 Gisteren heb ik met een braven invalied-mak ker gesproken die dacht dat het coëfficiënt 5 een vermeerdering van 5% was. Dit is gansch mis. Het coëfficiënt 5 wil zeggen eene verhoo ging van 66 °/0. In andere woorden hebben de achtbare Heeren Mundeleer en consoorten door hun wetsontwerp voorgesteld, bij voorbeeld 16 600 frank per jaar te geven aan degene die nu alleen 10.000 fr. trekken. Ons Verbond heeft beslist dit wetsontwerp met al zijne krachten te ondersteunen. En onze Federale Raad heeft daarover een schoon boekje geschreven, dat een welspre kend pleidooi voor het coëfficiënt 5 is. De titel van dit boekje is Eenige Doku- menten met eerbied onder de oogen van de Regeering en van het Parlement neergelegd.» Dit boekje maakt het belangrijkste werk uit dat ooit over die kwestie verscheen. Wij hebben het natuurlijk aan al de Minis ters en Wetgevers gezonden, en ik weet dat het een diepen indruk gemaakt heeft. Wat zal dit ontwerf kosten 1) Aangaande de militaire Invaliden, een supplement van meer dan 200 millioen per jaar 2) aangaande de weduwen, de weezen, de opgaande verwanten, de burgerlijke invali den, ook een supplement van 200 millioen totaal een supplement van onkosten 400 millioen fr. Ik heb nooit 400 millioen bijeen gezien, maar ik weet dat het veel is, en de Invaliden zijn niet alleen. Er zijn ook zeer kostelijke ei schen van de oud-strijders en weggevoerden. Het is noodig veel geld te vinden, en onge lukkiglijk is het verboden valsch geld te ver vaardigen. Wij moeten deze moeilijke en belangrijke kwestie altijd met kalmte en koelbloedigheid inzien. De leden van de Kamers zijn verstandiger dan wij, en ik ben zeker dat zij een middel zullen vinden, om aan onze Invaliden zonder uitzondering voldoening te geven, zoodat al de Invaliden hetzelfde percent van verhooging mogen genieten zonder verschil, 't zij zij staatsagenten zijn of niet, of slechts een klein percent van Invaliditeit hebben. Wanneer onze beminde Koning ons lokaal van het N. V. I. te Brussel ingehuldigd heeft, heeft hij verklaard dat de Invaliden de eerste schuldeischers van den Staat waren. Ik ben zeker dat onze Wetgevers deze schoone woorden nooit zullen vergeten. Ik vraag u vertrouwen te hebben in de toe komst. Ik voeg erbij, dat het meer dan ooit nood zakelijk is dat de Invaliden vereenigd zouden blijven. Ik vorm de vurigste wenschen voor den voorspoed en het welzijn van de West-Vlaam- sche Invaliden en van onze dappere afdeeling Yper. De rede van heer Timmerman moeten wij, bij plaatsgebrek, verschuiven tot aanstaande Nr. Zondag laatst richtten de Katholieke Tur ners van West-Vlaanderen hier te Yper hun IXe gouwfeest in en, wij moeten het openhartig bekennen, dit feest werd, niettegenstaande het onzeker weder, met het schoonste en volledig ste welslagen bekroond en het heeft onder alle opzicht de stoutste verwachtingen ver overtroffen. Niemand werd teleurgesteld, ten zij dezen die openlijk gekant zijn tegen alle feestelijkheden die dit jaar in ons land gege ven worden en die heimelijk werken om alles wat niet van hen uitgaat in den grond te boren. De 2000 turners, hier uit alle steden van West Vlaanderen toegestroomd, leverden ons een oogstreelend en verrukkelijk schouwspel, eenig in zijn aard, en genoten dan ook een welverdienden en overgrooten bijval. Heel den dag door heerschte er in al de straten der stad een ongewone drukte en levendigheid, een echt feestelijke stemming. Ten allen kante zag men geestdriftige groepjes turners, gedu rig hoorde men meeslepende muziek en trom- pettengeschal, terwijl een steeds grooter wor dende menigte zich in de mooi bevlagde stra ten verdrong. Den Zaterdag avond reeds was het feest begonnen, in de turnzaal der Rijke Klaren- straat, met de persoonlijke prijskampen waar aan een veertigtal der beste turners meedon gen en echt acrobatisch werk leverden, 's Zon dags echter was het den grooten dag en van 7 tot 11 u. gingen de verschillige wedstrijden

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1930 | | pagina 2