HERDERLIJKE BRIEF Eeuwfeest van België's Onafhankelijkheid Hieronder geven wij den herderlijken briej die Z. Em. kardinaal Van Roey en HH. HH. de Bisschoppen van België aan de geestelijkheid en de geloovigen gestuurd hebben ter gelegenheid van het eeuwfeest onzer Onafhankelijkheid. Zekere deelen van dien brief zijn in de hui dige omstandigheden van een gansch bijzondere belangrijkheid. Na een breed overzicht over de honderd jaren onafhankelijkheid die voor het landde bevol king en den godsdienst een weldaad zijn geweest na aangetoond te hebben wat België aan zijn Vorstenhuis en aan de hoedanigheden der bevol king verschuldigd is, bevat dien brief een merk waardige ontleding van het begrip zelf van het vaderland. Dit vaderland is niet voor de Vla mingen of de WalenVlaanderen of Wallonië, maar 't is België. Men late dus eens voor goed die stelsels varen welke van allen grondslag ontbloot zijn en misdadig in hun praktische toepassingen, die namelijk welke aan Vlaanderen of Wallonië de voorrechten willen toekennen die alleen aan België toebehoor en Dit zijn klare en strenge woorden waai uit ze kere politiekers, zoo hopen wij het, nut zullen trekken en die hen zullen verplichten het masker weg te werpen. Nog nooit werd tot op heden het vlaamsche nationalisme met zulke kracht en met zulk een diepgegronde beredeneering weerlegd en afge keurd, dan in dien herderlijken brief, dien we hieronder letterlijk overdrukken. Dat al onze lezers hem aandachtig lezen, want hij is van het grootste belang. Zeer Beminde Broeders, Door het vieren van het Eeuwfeest zijner Onafhankelijkheid herdenkt België met recht matige fierheid het roemrijkste tijdperk zijner geschiedenis. Al zijn kinderen, zonder onder scheid van partij, stand of taal, noodigt het ertoe uit, met één zelfde gevoelen van blijde erkentelijkheid, zich te verheugen bij de her innering der ontelbare weldaden door een eeuw vrijheid aan het Vaderland geschonken. Tentoonstellingen waarvan het belang en de bijval alle verwachting overtreffen, rijke praal stoeten, feestelijkheden van allen aard, heel het land door, de geestdrift waarmede onze Vorsten en Koninklijke Prinsen overal ont haald worden, alles wijst er op, in afwachting van de grootsche nationale betooging, op 21 Juli, dat de overgroote meerderheid der be volking aan zijn oproep beantwoordt. En zijn er geen redenen te over om deel te nemen aan de plechtigheden van 't Eeuwfeest Sinds België zijn plaats heeft onder de onaf hankelijke natiën en meester is geworden van zijn eigen bestaan, heeft het een tijdperk ge kend van ekoromischen voorspoed en van ze delijke grootheid zonder weerga. Van i83o tot 1914, had het, dank zij een onafgebroken vre de, op alle gebied van de menschelijke bedrij vigheid, een vlucht genomen die het plaatste aan het hoofd der beschaafde volkeren. Nij verheid, handel en landbouw voerden rijk dom aan; wetenschap en kunst, die stap hiel den met den stoftelijken vooruitgang, verfraai den het leven, wijl de edele eerzucht van een groot Koning het land met een uitgestrekte kolonie begiftigde. Wanneer de onrechtvaar digste en vreese'ijkste oorlog België werd op gedrongen, wierp het alles in de weegschaal om de eer te redden, en verwierf het door dit voorbeeld van heldhaftigheid, over heel de wereld, een onsterfelijken roem. En toen de overwinning zijn prachtigen weerstand ten slotte bekroonde, deed het al dadelijk zijn woonsteden uit de puinen heroprijzen, en het hervatte 't vredewerk met zulk een ijver dat het normaal leven en zelfs de voorspoed in min dan vijftien jaar heropbloeiden. Hoeveel landen mogen roemen op zulk een schoon en heerlijk lot Vergelijk België als het nu is met België als het wasini83o. Welk verschil in alle opzichten Welke ontzaglijke opstijging Het ligt zeker niet in onze bedoeling te be weren dat alles volmaakt was gedurende het tijdvak dat wij herdenken. Het leven der vol keren, zelfs dat der meest beschaafde, is onderworpen aan oneenigheden, twisten en geschillen, die niet immer gewettigd kunnen worden door het algemeen welzijn, maar veel al voortspruiten uit dehevigheid der mensche lijke driften. In België, werd de politieke strijd gedurende al te lange jaren gevoerd tegen de Katholieke Kerk en de rechten van het geweten heden nog, zijn er menige tee kens die de katholieken erop wijzen dat zij geen duurzamen godsdienstvrede genieten, maar slechts een wapenstilstand met moeite toegestaan. En op een ander gebied, blijkt het niet uit de edelmoedige pogingen der Regeering, waarmede alle goede burgers zon der voorbehoud instemmen, om het taalvraag stuk volledig op te lossen, dat er ook hier een wantoestand heerschte die sinds lang had moeten weggeruimd zijn Neen, wij beweren niet dat alles steeds opperbest was I Ook wij weten dat het leven niet zonder moeilijkheden gaat en dat een ideale toestand, zonder gebreken en zonder °r gelijk, nergens ter wereld gevonden wordt. Maar, wat wij zien en getuigen, is dat onze honderdjarige onafhankelijkheid een weldaad is geweest voor het land, voor de burgers, en zelfs voor den Godsdienst waar iedereen moet mede instemmen, is dat dit tijdperk het bloeiendste, het vruchtbaarste en het schit terendste onzer geschiedenis is geweest eindelijk, wat alle harten, dieniet voor knecht schap geboren zijn, met vreugde en fierheid vervult, is het feit zelf dat onze voorouders er in gelukt zijn beslist alle vreemde overheer- sching te breken, voor het Vaderland den weg te banen tot een zelfstandig bestaan, het te maken tot een land van vrijheid, waar alle lofbare ondernemingen tot stand en tot ont wikkeling kunnen komen en waar al de na tuurlijke rechten der enkelingen en der ge meenschappen erkenning en eerbied kunnen verwerven. Aan wie hebben wij, Zeer Beminde Broe ders, deze niet te loochenen weldaden, dezen zedelijken en stoffelijken welstand te danken Eerst en vooral, aan de Goddelijke Voor zienigheid. De menschen gaan heen en weer, maar God is het die hen leidt. Hij houdt de hand aan-en trtkt den draad door het weefsel der gebeur tenissen. Zijn Wijsheid, zijn Goedheid en zijn Rechtvaardigheid beheerschen de geschiede nis der volkeren evenals die der enkelingen Hij alleen kent het gevolg van de onafzien bare verscheidenheid der feiten en der omstan digheden, de uitkomst van al de daden, van al de schokken, van de geschillen, van de oorlo gen en van de omwentelingen. God, het staat buiten kijf, heeft gewaakt over het Belgisch volk Hij heeft zijn ont staan en zijn ontwikkeling als vrije natie be schermd. Hij heeft het met zorg omringd en verpleegd. Hij heeft het bewaard als den appel van zijn oog. Lijk de adelaar die zijn jongen aanhitst en over hen heenwiekt, zóó heeft de Heer zijn vleugelen uitgestrekt, zijn volk opgenomen en op zijn vederen gedragen. De Heer alleen heeft het geleid, geen vreemde godheid was met Hem En wanneer de oorlog voortwoedde zonder eind en de over winning steeds aarzelend uitbleef, was het zichtbaar de sterke hand en de uitgestrekte arm van den Almachtige, in manu forti et brachio extentodie ten gepasten tijde de vijan den neervelde en naar hun land terugdreef. Zij die gelooven en deze tragische gebeurtenissen hebben meegeleefd, kunnen niet twijfelen aan Gods tusschenkomst, en, vol vertrouwen op de toekomst, denken zij terecht dat de Voor zienigheid België niet gered heeft om het ten gronde te laten gaan. Wezen wij dus dankbaar, Zeer Beminde Broeders, jegens den Heer voor de groote weldaden die Hij zich gewaardigd heeft over ons Vaderland uit te storten. Een dreunend Te Deum van dankbetuiging galme in al onze kerken, in tegenwoordigheid der Over heden en onder den toeloop van de massa der geloovigen. Geeft bovendien nog lucht aan uw dankbare gevoelens, door werkdadig uw steun te verleenen aan het Werk der Nationale Basiliek toegewijd aan het H. Hart van Jezus, waarvan de opbouw, dit jaar zelf, onderno men wordt. Wezen wij diep ervan overtuigd dat de Voorzienigheid ons niet zal verlaten, zoo wij steeds in de toekomst ons nationaal bestaan aan haar vaderlijke hoede toevertrouwen. Qui habitat in adjutorio Altissimiin pro- tectione Dei cceli commorabitur. Wie zich schuil houdt onder de bescherming van den Aller hoogste, rust in de schaduw van den God der Hemelen Maar, wijl wij opklimmen tot God als tot de eerste bron der goederen welke wij genie ten, mogen wij niet uit het oog verliezen dat Hij handelt door zijn werktuigen en dat wij, na Hem, aan nog andere oorzaken dank ver schuldigd zijn. De instellingen die ons beheerschen zijn ongetwijfeld, lijk trouwens alle menschelijke opvattingen, aan onvolmaaktheden onder worpen maar aangepast als zij zijn aan de overleveringen, aan den aard en aan de be trachtingen van het Belgisch volk, hebben zij, spijts soms geweldigen politieken strijd, ge durende een gansche eeuw, den inwendigen vrede en een immer stijgende welvaart ver zekerd, die geen enkele omwenteling of diepe beroering mocht verhinderen. Die honderd jarige ondervinding bewijst dat 's Lands wel zijn gelegen is in de getrouwheid aan de regeeringsbeginselen door de wijsheid onzer voorouders bekrachtigd, en dat dit zelfde welzijn niet gediend zou worden door roeke- looze proefnemingen waartoe vreemde stel sels, met heel onze geschiedenis tegenstrijdig, ons zouden brengen. Aan de spits onzer nationale instellingen staat het grondwettelijk Koningdom. Grond slag van stevigheid en van eendracht, begin sel van tucht en van orde en tevens bron van ondernemings- en van stuwkracht, is het voor België een ware zegen geweest. Een Vorsten huis van Koningen, die in al hun daden slechts het hoogste welzijn van het land betracht hebben en wier langdurige regeering, naar het getuigenis van de H. Schrift, mag aanzien worden als een weldaad van den Hemel, leidt het Vaderland met een diep bewustzijn van zijn zending, met een onbestreden gezag, met een onverpoosde bedrijvigheid, met een helder doorzicht en een zeldzame voorzich tigheid. De geschiedenis prijst de hooge wijs heid van Leopold I en ziet in hem den ivaren stichter onzer onafhankelijkheid zij verheer lijkt het vernuft, den grootheidszin en de volhardingskracht van Leopold 11, wiens naam steeds roemvol zal verbonden blijven aan de stichting van ons uitgestrekt en won derschoon Afrikaansche rijk. Koning Albert I geniet den eerbied, de bewondering en de genegenheid van zijn volk, dat hem erkent als den voorbeeldigen Vorst, gehecht boven al aan plicht en eer, oprecht en rechtvaardig, zegevierende soldaat in den oorlog, minnaar van de eendracht en bevorderaar van het openbaar welzijn in den vrede. Gesteund door een Koningin met een edelmoedig hart en een liefdadige hand, mag hij er zich over verheugen tusschen het Vorstenhuis en de Natie een band te hebben gesmeed dien nooit iemand of iets zal vermogen te verbreken. De Heer schenke aan onze geliefde Vorsten lange en voorspoedige jaren voor het geluk en den roem van het Vaderland In de hulde die wij brengen aan onze Ko ningen voor hun weldoend en vadeilardsch- lievend werk, is het billijk heel de Natie te doen deelen. Aan de echte hoedanigheden der bevolking, aanhaar taaien werklust, aan haar ondernemingsgeest en haar sterk volhardings vermogen, aan haar liefde tot de eerlijkheid, aan haar gehechtheid aan de vrije instellingen en werken, heeft België in ruime mate zijn grootheid en luister te danken. Deze grootheid heeft het te danken aan de navorschingen zijner geleerden, aan de rechtschapenheid zijner magistrate^, «au de tucht en den moed zijner soldaten, aan de eerlijkheid zijner ambtenaren, aan de stout moedigheid zijner kolonisators, aan de vreed zame veroveringen zijner nijveraars en han delaars, aan den vruchtbaren arbeid zqner landbouwers, stielmannen en werklieden. Deze grootheid heeft het bovendien nog te danken wij leggen er den nadruk op aan de apostolische werking zijner p=:t*>i-s en kloosterlingen, aan de verborgen maar des te meer bewonderenswaardige toewijding zijner kloosterzusters, aan de heldhaftigheid zijner missionarissen die over heel de wereld den Belgischen naam zegenend doen waar- deeren en prijzen. Al de maatschappelijke standen en al de beroepen hebben er recht op ten deele als hun werk te aanzien het grootsche werk dat sinds één eeuw tot stand werd gebracht alle burgers mogen er op roemen. Nochtans, Zeer Beminde Broede s i het niet genoeg u over het verleden te verheugen en uw erkentelijkheid ervoor te betuigen het Eeuwfeest dat wij vieren moet u vcoral herinneren aan uw verplichtingen en au., uw verantwoordelijkheden in het heden en in de toekomst om u dieper ervan te doordringen. Het drage er machtig toe bij uw harten te vervullen met het bewustzijn uwer plichten jegens het Vaderland. Het Vaderland Zoetklinkend woord dat èn natuur èn godsdienst verheerlijken Bétecke- nisvol woord dat de innigste vez°l? var °ns hart roert en bij machte is tot de grootste opofferingen aan te zetten, leder meusch uie

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1930 | | pagina 5