Gemeenteraad van Yper
Verslag der Zitting van 13 October 1930
M. Declercq. Maar daar is ook nog iets
anders dat die kwestie vermoeilijkt, namelijk
de transformatiekabien van den Veurnesteen-
weg is niet krachtig genoeg. De draden mogen
niet overladen worden.
M. Declercq. Ik heb ook reeds moeten
tusschenkomen voor een dergelijk geval.
M. Vandamme. Moet een eigenaar die
zijn eigen huis bewoont ook die waarborg
storten
A
(Vervolg)
8. Electrieke verdeeling Bijvoegsel
Voorstel t»t gebeurlijke verbetering.
M. Sobry. De Commissie van Electrici-
teit heeft vergaderd en ik vraag den Heer
schepen Declercq, die er de voorzitter van is,
dit punt te willen voorleggen.
M. Declercq. Daar de economische voor
waarden heden dezelfde niet meer zijn als over
zes jaar, toen het contract met de electriciteits-
maatschappij gesloten werd, is de Commissie
t'akkoord gekomen om aan de electriciteits-
maatschappij de volgende wijzigingen voor te
stellen artikel io van het contract zou nu
het tijdstip van uitvoering van al de gevraagde
uitbreidingen op twee jaar bepalen. Vooraleer
de bespreking der andere artikels aan te vat
ten ware het, volgens mij, geraadzamer artikel
per artikel te stemmen.
M. Sobry. Vanwege de maatschappij
hebben wij een brief ontvangen waarin zij ons
laat weten dat zij van naam verandert en voor
taan Centrale Gaz et Electricité» zal heeten.
Wij moeten die wijziging goedkeuren en de
raad was van oordeel dat het nu misschien de
gepaste gelegenheid was om eenige verbete
ringen te vragen. Een dier verbeteringen is
dat de maatschappij binnen twee jaar al de
gevraagde uitbreidingen zal moeten doen,
namelijk gansch het grondgebied Yper van het
electriek net te voorzien. Om dit te verwe
zenlijken zal de stad, die het geld voor de
nieuw aan te leggen lijnen moet verschieten,
een groot kapitaal moeten ontkenen en zal
dit nog eens een zware last zijn voor de stad.
Is de raad van zin die uitgaaf te doen en zal
de maatschappij dit voorstel aanvaarden De
maatschappij heeft vroeger gezegd dat zij
bereid was alle uitbreidingen te doen mits zij
op voorhand de zekerheid had een zeker be
paalde hoeveelheid electriciteit te verkoopen.
M. Declercq. Een ander artikel dat ver
der komt behoort eenigszins bij dit artikel hier
en zou de bespreking wat verduidelijken. Het
ware misschien wenschelijk dit artikel eerst te
behandelen.
M. Lemahieu. Leest eerst eens al de ar
tikels samen en dan kunnen wij op ieder af
zonderlijk terugkeeren.
Nadat de heer schepen Declercq aan dit
verzoek voldoening heeft gegeven en verschil
lige artikels van het in 't Iransch opgesteld
contract gelezen heeft, zegt hij dat er ihans
ook aan de maatschappij zal gevraagd wor
den het haar voorschoten geld terug te willen
betalen in dezelfde annuïteiten als die welke
de stad aan het Gemeeniekrediet moet uitkee-
ren, zoodat dit de stadsbegrouting niet meer
zou bezwaren Thans echter moet de stad de
aangegane leening ui twintig jaardoodirigen
uitkeeren terwijl de electriciteitsmaatschapij
het geld slechts in dertig jaren moet terugge
ven. Met het huidig systeem zal, na twintig
jaar, de annuïteit door de maatschappij be
taald een boiii zijn voor iie stadskas.
M. Capocn. Waaneer een afzonderlijke
zelf de leiding bekostigt, zal hij dit dan later
door de eleciricueitsmaatschappij terugbe
taald worden
M. Declercq. Neen, van zoodra de lijn
gelegd is behoort zij aan de maatschappij.
M. Capoen. Zou dit nu eveneens aan
de maatschappij niet kunnen gevraagd wot-
den
M. Delahaye. Ik denk dat de maatschap
pij, die alleen maar van naam verandert, die
voorwaarden niet zal aanvaarden- Nu is het
de stad die alle uitbreiding betaalt, en als
men zou kunnen bekomen dat de maatschap
pij dit zelf bekostige, ware zulks prachtig.
Het gevolg van den haidigen toestind is dat
de buiten van stad thans van de electriciteit
niet geniet. Zoo, o. m., in de Augustijnen
straat zijn er daar 23 menschen die de electri
citeit vragen, de laatste paal is geplaatst juist
aan den barreel van den ijzerweg, maar van
daar voort is het de stad die den onkost moet
doen voor het leggen der kabels. Wtj zouden
dus al onze macht moeten gebruiken om dit
voordeel te bekomen.
M. Bonnet. Dit werd hier vroeger gezegd.
De maatschappij is ons voorgegaan in het on
derzoek en zij heeft bevonden dat dit overdre
ven was. Er zouden daar slechts vier of vijf
personen zijn, in plaats van 23, die de electri
citeit begeeren.
M. Delahaye. Die toestand is nu veran
derd sed-rt de laatste paal bij den ijzerweg
M. Vergracht. Ware er geen middel de
bewoners der Drie Zottenstraat voldoening te
geven De kabien is langs den Zonnebeke-
steenweg, juist over het kerkhof, gelegen en
is dus zoover niet meer af van de Drie Zotten-
straat.
M. Declercq. Dit is voor de openbare
verlichting dat gij dit vraagt
M Vergracht. Ja, want er is daar niet de
minste verlichting in die straat.
M. Declercq. De kabien k in de electrie
ke stroom uitdeelen tot op een afstand van
5oo meters. Ik zal die kwestie eens onderzoe
ken.
M. D'Hiivettere. Wij verkeeren in een
zeer noodlottigen toestand en volgens mij is
het eenige wat wij kunnen doen, beroep ma
ken op de tusschenkomst van de provincie
die veel machtiger is dan wij om de maat
schappij te overhalen ons hetere voorwaarden
toe te staan. Volgens de stelling van de pro
vincie is er niet een gemeente die van het
voordeel der electrificatie mag verstooten blij
ven en ook niet een inwoner van ieder ge
meente die er niet van zou mogen genieten.
Dit plan veroorzaakt groote uitgaven maar
de provincie bekostigde de hooge spanning, en
voor de lage spanning wordt een derde door de
gemeenten betaald, een derde door den con-
cessionnaris van de uitbreiding der lage span
ning, en een derde door de provincie zelf. Wij
zijn echter gebonden door een ongelukkig
contract en kunnen van die voordeelen niet
profiteeren. Ik denk dat de hoogere overheid
meer macht heeft dan wij en misschien erin
zou slagen eer einde te maken aan ons con
tract, opdat de hoofdstad van een arrondisse
ment niet slechter behandeld worde dan de
kleinste gemeente der provincie.
M. Delahaye. Contract is contract en de
provincie zal daar niets kunnen aan doen.
Het is alleen de maatschappij die de ge-
wenschte veranderingen kan toestaan.
M. Leuridan. De heer schepen D'Hu-
vettere zegt ook dat het contract bindt, maar,
en ik ben zijne meening toegedaan, hij denkt
dat de provincie machtiger is dan wij om op
de maatschappij drukking uit te oefenen. De
vraag is nu te weten of per wel zoo gaarne
gezien wordt door de provincie dat zij zou
willen tusscüenkomen.
M. Declercq. Voor de stad Meenen, die
met de maatschappij geen overeenkomst kon
treiieu, is de provincie ook tu3schengekomen.
M. Sobry. Ik denk dat wij zouden moe
ten stemmen over de voorgestelde wijziging
aan artikel xo, om die daarna aan de maat
schappij voor te leggen en aan de provincie
te vragen haar steun te willen verleenen.
Al de raadsleden keuren de voorgestelde
wijziging goed.
M. Declercq Artikel 21 bepaalt de prijs
van de electriciteit op 85 cm. per kilowatt en
op 8o cmeD zoo het jaarlijksch verbruik de
i5 kw. per inwoner te boven gaat. Dit cijfer
is tegenwoordig reeds bereikt, zoodat oe prijs
op 8o cm. gesteld is. Voor het verbruik in de
gemeentegeoouwen is er een vermindering
van prijs van 20 voorzien, de Commissie
stelt voor 5o te vragen. Voor de openbare
verlichting bedraagt de vermindering 40
en nu wordt er voorgesteld insgelijks 5o °/0 te
vragen. Eindelijk was de prijs der drijfkracht
voor de gemeentegebouwen, namelijk voorde
pompstatie, met 5o verminderd en de
Commissie stelt voor nu °/0 te vragen.
M. D' Huvettere. Dit alles is heel wel en
schoon, maar denkt ge niet dat ge, mej te
veel te vragen, niets zult bekomen.
De voorgestelde veranderingen worden
hierop eenparig goedgekeurd.
M. Declercq. Het artikel 22 voorziet een
waarborg door ieder abonnent te storten en
die heel den tijd der aansluiting moet blijven
bestaan. Thans zal men vragen dat die
waarborg een intrest zou opbrengen berekend
op den rentevoet der nationale bank.
M. Vandamme. Het is van af het jaar
1926 dat die waarborg moet gestort worden.
Waarom was dit vroeger zoo niet
M. Lemahieu. Dit heeft altijd zoo ge
weest, maar nu nog zijn er sommigen van
wien er geen waarborg geeischt wordt omdat
de maatschappij op voorhand weet dat zij
veel electriciteit zullen verbruiken.
M .Delahaye. Vroeger werd er wel ge
zegd dat er voor de drijfkracht geen waar
borg moest gestort worden, en ik ken noch
tans personen die hebben moeten bjetaiea.
M. Declercq. Ja.
M. Vandamme. Nochtans heeft de maat
schappij daar reeds een grootere zekerheid
dat de eigenaar niet zal wegloopen.
M. Bonnet. Alswanneer een huis ver
kocht wordt, is men niet gehouden de elec-
triciteitsmaatschappij ervan te verwittigen, zij
zou dus daar ook kunnen verliezen hebben.
De maatschappij heefc reeds hét geval tegen
gekomen dat een huurder er van onder was
getrokkc-n en de electriciteit had laten branden.
M. Lemahieu. Wij zijn er allen mede
t'akkoord dat de gestorte waarborg rixoet
interest opbrengen, maar men zal die waar
borg nooit kunnen afschaffen.
Dit voorstel wordt met algemeene stemmen
goedgekeurd.
M. Vandamme. Zal die onderhandeling
mondelings ofwel schriftelijk gedaan worden
Ware het niet beter dit mondelings te dpen
om het oordeel der maatschappij te kennen
M. Declercq. Dit zal nu schriftelijk ge
schieden. Vroeger reeds heo ik mcutdelings
met de maatschappij ondeihandeld en ik heb
kunnen bestatigen dat het laa.ste voorste},
namelijk het betalen van een interest, het
meest tegenkanting vond.
9. Huishoudklas der MariascJwol Reke
ning ig2g ig3o Begrooting iyóo ig3t.
De rekening 1929-1930 voorziet een gelde
lijke tusschenkomst der stad van 4851 Ir. 40,
en daar er hiervoor in de stadsbegrooting
slechts een som van 35oo fr. ingeschreven
werd, stelt de heer Voorzitter voor die reke
ning mits dit voorbehoud, voor wat het cijfer
der stadsbijdrage betreft, te aanvaarden.
De begrooting der zelfde huishoudklas
voor het jaar 1930-1931 bepaalt het aandeel
der stad op 5o25 fr. 25. De heer Voorzitter
stelt insgelijks voor die begrooting te aan
vaarden mits voorbehoud slechts een toelage
van 35oo fr. te verleenen.
De rekening en begrooting worden, bij
afzonderlijke stemming en mits het gemaakte
voorbehoud, goedgekeurd. Alleen de heeren
Missiaen, Bonnet, Coutelle en Vergracht ont
houden zich.
70. Aanvraag van kredieten.
ij Voor artikel 126 der gewone uitgaven
werd er in de begrooting een som van 5ooo fr.
voorzien als toelage aan den Ouderlingen
Bijstand tegen ziekte. Thans zal er, volgens
de reeds ingediende stukken, nog een som
van 5ooo fr. noodig zijn, zoodat üit krediet op
10.000 fr. moet gebracht worden.
M. Sobry. Ik bestatig dat de bijdragen
der stad aan den Ünderlmgen Bijstand ge
weldig aangroeien, tengevolge der beslissing
van den gemeenteraad waarbij de stad een
toelage verleent bij de geboorte van ieder
kind en voor 5 tusschenkomt in de uitgaven
door de maatschappijen van Onderlingen
Bijstand gedaan.
Dit bijgevoegd krediet wordt eenparig ge
stemd.
2) Wegens ontoereikendheid van artikel 16
der gewone uitgaven, voor het onderhoud der
bebouwde eigendommen, moet er nu een
nieuw krediet van 8000 fr. gestemd worden.
M. Sobry. Dit is het gevolg dat de huis
bewaarder der Staatsmiddelbare School in een
sanatorium is moeten verzorgd worden en
dat men gevraagd heeft zijn werk door een
onzer werklieden te laten verrichten. Doch de
Staat zal ons dit instaan en zoo zal die som
dus eenigszins terugbetaald worden.
Al de raadsleden stemmen ja.
3) Er dient ook nog een aanvullend krediet
van 7ii7fr. 5o gestemd te worden voor den
opslag der wedden van de politiebedienden
gedurende het 4e kwartaal. De raad beslistte
onlangs die wedden te verhoogen, en het kre
diet dat hiervoor noodig is zal in de begrooting
voor 1931 moeten ingeschreven worden.
Dit wordt eenparig goedgekeurd.
ei. Mededeelingen.
1) M. Sobry. Wij hebben verschillige
brieven om geld ontvangen
a) Vanwege het Comiteit der vrije aange-
nomene scholen van de stad, namelijk Sint-
Aloysiusschool, St-Michielsschool en de Ma-
riaschool, dat een verbetering vraagt der ver
leende toelagen en voordeelen.
b) Vanwege de St-Jozefsschool, die ver
scheidene en wel bezochte klassen heeft op den
Meenensteenweg, de Kalfvaart en de Potyze,