kels maakt dit dus een gezamenlijke meerder
ontvangst van 9 36o fr. Het is echter spijtig
om bestatigen dat onze botermarkt steeds
meer en meer achteruit gaat. In 1928 heeft
onze boter- en eiermarkt de som van 77,i54 fr
opgebracht, in 1929 daalde die som op 65.184
fr. 80 en in 1930 hebben wij slechts 54.212 fr.
ontvangen, dit maakt dus een achteruitgang
van meer dan 20.000 fr in drie jaar tijds. De
botermarkt is een onzer inkomsten waarvoor
wij iets kunnen doen, terwijl wij voor de an
dere bronnen van inkomsten, zooals ons aan
deel in de staatsbelastingen, niets vermogen
te doen. Daarom zouden wij alles moeten
aanwenden wat mogelijk is om onze boter
markt meer te doen bloeien, zoo bijvoorbeeld
door het verschaffen van ruime zalen waar
koopers en verkoopers beschut zijn tegen het
slecht wéder, door het verbeteren van alle
vervoermiddelen, door de uitbreiding van de
electriciteit op den buiten, enz. Wij hebben
een der schoonste botermarkten die ievers
besttlan, en zoo wij niets kunnen doen om
haar vooruit te helpen dan kunnen wij toch
ten minste haren achteruitgang stuiten.
De heer Vandamme is intusschen de raads
zaal binnengekomen om 17 u. 3o.
M. Lemahieu. Een der bijzonderste oor
zaken van de vermindering onzer botermarkt,
is de oprichting eener melkerij te Vlamer-
tifighe, langs den steenwég naar Dickebusch,
die aldaar sedert omtrent 1 jaar in gang is.
Zooals de heer schepen D'Huvettere het zeg
de, wij moeten betrachten dat de electriciteit
op de hoeven komt, alsdan zullen er geen
nieuwe melkerijen meer tot stand komen. Het
heeft weinig gescheeld of er kwam een melke
rij hier te Yper langs den Meenensteen weg,
doch dit zal er gelukkiglijk" niet van komen.
Hetgeen thans ontbreekt op den buiten is het
handwerk, men kan maar moeilijk maarten
öf stalknechten vinden, de boeren kunnen al
het werk zeil niet doen en daarom brengen ze
dan de melk naar een melkerij Wij moeten
dus alles doen wat we kunnen om de electri
citeit uit te breiden.
ML Leuridan,. Ik zou een kleine opmer
king willen maken over den geldelijken toe
stand der stadskas. Uit het verslag van den
heer schepen van financiën blijkt dat er op 3i
December laatst nog ^28.000 fr. over was. Ik
weet niet of die som voldoende is voor het be
talen van uwe bedienden, maar we zijn nu
reeds den 12° en uwe bedienden werden nog
maals voor de maand Januari niet betaald.
Moest die som die nog in kas blijft niet vol-
doende zijn, dan vraag ik dat gij hun toch een
voorschot zoudt geven.
M. D'Huvettere Vandaag hebben wij de
toelating gekregen dat wij voorlpopig over de
drie twaalfsten mogen beschikken totdat onze
begrooting is goedgekeurd.
M. Leuridan. Dat is zeer interessant
nieuws dat ge ons daar meedeelt.
M. D'Huvettere. Wij konden U dat niet
vroeger zeggen daar we er zelf slechts van
daag bericht van kregen. Daarbij zullen wij,
voor het betalen onzer gewone uitgaven, een
nieuwe kredietopening hebben bij het Ge
meentekrediet van België.
M. Sobry. - Dit moet eerst nog door den
raad gestemd worden. Wij zullen dus onze
bedienden morgen betalen.
M. Bonnet. De heer Schepen van finan
ciën heeft daarop zooëven onze aandacht op
de botermarkt gevestigd. Doch het is niet
genoeg den achteruitgang der markt te besta
tigen, men moet naar middels zoeken om dit
te beletten. Er werden reeds zekere maat
regelen getroffen die een gelukkigen uitslag
leverden, maar er zijn nog veel personen die
's Zaterdags hunne boter in stad brengen zon
der langs de jnarkt te passeeren. Moest men
daarop nog wat beter toezicht uitoefenen, dan
zou dit onze markt verbeteren. Ik vestig daar
op de aandacht van het hoofd der politie, die
de heer burgemeester is, opdat hij aan den
politiecommissaris zou vragen wat strenger
op te treden.
M. Lemahieu. Het toezicht door de agen
ten uitgeoefend is nog al streng. Zij gaan
overal waar er boter uitgelegd wordt en als-
wanneer ze zien dat er geen marktgeld be
taald werd, maken ze een proces verbaal op.
M. Vermeulen. Men heeft mij ook verze
kerd dat de uren van sommige trams zeer
nadeelig zijn voor Yper. De menschen hebben
juist den tijd om hun markt te doen en kun
nen hunne andere aankoopen in stad niet
meer doen, willen zij niet te laat komen om
met den tram te vertrekken.
2. Stedelijk kerkhof - Gr ondv ergunning en.
Een aantal vragen van grondvergunning op
het stedelijk kerkhof worden, mits de gewone
vergoeding ten voordeele van den Openbaren
Onderstand, eenparig toegestaan.
3. Financiën Kredietopening bij het Ge
meentekrediet Vernieuwing.
De heer Voorzitter zegt dat de kredietope
ning van 600.000 fr., die het Gemeentekrediet
aan de stad voor een jaar had toegestaan,
thans uitgeput is, en geeft lezing van een
nieuwe beraadslaging, die de gemeenteraad
zou moeten nemen, om de kredietopening van
600.000 fr. te vernieuwen van 1 Januari 1931
tot 3o Juni 1932. Deze som zou terugbetaal
baar zijn ten laatste den 3 c December 1932.
M. D'Huvettere. Ik geloof dat er zou kun
nen een misverstaan spruiten uit de benaming
die hier gebruikt wo- dt. Een kredietopening is
een overeenkomst met een derden persoon
over een geld.bezitting waarover we ten allen
tijde, zoolang het bepaalde tijdverloop niet
verstreken is, kunnen beschikken. Dit is het
geval met onze kredietopening in de Bank van
Kortrijk, doch hier is het een heel andere zaak
en daardoor komt het dat wij ons in ig3o ver
gist hebben. Alles wat aan de stad toekomt
wordt door het Gemeentekrediet behouden tot
beloop van hetgeen deze inrichting aan de
stad reeds verschoten heeft. Voor wat mij
betreft, zou ik voorstellen, eens dat de ver
nieuwing der kredietopening is toegestaan,
seffens een groote som uit te trekken en die op
onze rekening bij de Bank van Kortrijk te
plaatsen, waar we een veel grootere vrijheid
hebben om erover te beschikken#
M. Sobry. Volgens mij komt dit overeen
uit. Wij moeten interest betalen zoowel aan
de Bank van Kortrijk als aan het Gemeente
krediet, het eenig verschil is dat het Gemeen
tekrediet alles houdt wat het ontvangt.
M. D'Huvettere. Het is juist dat verschil
dat van belang is. Bij de Bank van Kortrijk
mogen we vandaag bijvoorbeeld een som van
200 000 fr. uithalen, die morgen terugdragen
om ze den volgenden dag 't zij geheel ofwel ge
deeltelijk weer te halen, terwijl het Gemeente
krediet het geld behoudt dat het ontvangt.
M. Sobry. Wij zullen rekening houden
met de bemerking van den heer Schepen en
ik stel thans voor de voorgestelde beraadsla
ging goed te keuren.
Stemmen ja de heeren Lemahieu, D'Hu
vettere, Capoen, Laton, Leuridan, Soete,
Vergracht, Vermeulen, Vandamme, Delahaye
en Sobry onthouden zich de heeren Mis-
siaen, Bonnet en Coutelle.
4. Openbare Onderstand Begrooting
voor igSr.
De heer voorzitter zegt dat hij de begroo
ting van den Openbaren Onderstand, sluitende
met een overschot van 5.499 fr. 26, terug ont
vangen heeft en dat ten gevolge der beslissing
van den gemeenteraad, den 22 December
laatst genomen om die begrooting niet goed te
keuren totdat ze door de nieuwe Commissie
werd onderzocht, zekere moeilijkheden zijn
ontstaan. Zoo heeft de Commissie van Open
baren Onderstand den wekelijkschen steun
aan de behoeftigen niet kunnen uitbetalen
omdat haar begrooting niet was goedgekeurd,
en thans verhoopt de heer voorzitter dat de
raadsleden die begrooting wel zullen willen
stemmen.
M. Missiaen. Thans zijn wij nog juist in
denzelfden toestand als wanneer er besloten
werd de begrooting voorloopig niet goed te
- 3
keuren. De begrooting werd nog niet herzien
en de oude Commissie van Openbaren Onder
stand heeft bevel gegeven niets te betalen
zoolang de begrooting niet werd goedgekeurd.
Men zegt dat men aan den heer Gouverneur
gevraagd heeft bevel te geven tot betaling,
doch daar geloof ik niet veel van. In vele
plaatsen is de begrooting nog niet goedge
keurd en toch wordt er voorts betaald zooals
voorheen. Had men mijn voorstel aangeno
men om op onze eigen verantwoordelijkheid
de betalingen te doen in afwachting dat die
begrooting goedgekeurd werd, dan zouden de
behoeftigen zooals vroeger geholpen geweest
zijn Ik ben dus verplicht mij bij de stemming
nogmaals te onthouden gezien er volstrekt
mets veranderd is. In den loop van het jaar
zullen wij meermalen geroepen worden wijzi
gingen goed te keuren die naderhand aan de
begrooting zullen moeten gebracht worden.
M. Sobry. De vroegere Commissie is ook
bij den heer Gouverneur te rade gegaan, en
deze heeft, den 3i December, geantwoord dat
erin het feit dat sommige leden van de nieuwe
Commissie geen deel meer zullen uitmaken,
geen reden bestaat om de. begrooting door hen
opgemaakt niet goed te keuren, gezien de
nieuwe Commissie er naderhand alle ge-
wenschte veranderingen mag aan brengen. In
die omstandigheden is het dus best nu de
voorgelegde begrooting eenvoudig goed te
keuren.
M. Leuridan. - Wij hebben het voorstel
van verdaging bijgetreden omdat we van oor
deel waren dat het wenschelijk was de begroo
ting door dé nieuwe Commissie te laten her
zien. Wij handelden alzoo omdat wij ons er
dan ook aan verwachtten dat de Commissie
van Openbaren Onderstand zoo logisch zou
geweest zijn die herziening toe te laten. Wat
nut heeft het voorstel van den heer schepen
D'Huvettere als zijn eigen partijgenooten het
ijdel maken We hebben een waardelooze
verdaging gedaan en thans is er aan de beg 00-
ting niets veranderd. Alhoewel we nu een
vertegenwoordiger hebben in de Commissie
van Openbaren Onderstand, is de voorgestel
de begrooting toch nog oud werk en moeten
wij ons dus tot onze vorige houding beperken
en zullen ons dan nu ook onthouden.
M. D'HuvettereDe schepen van finan
ciën krijgt hier op zijn ooren langs alle kanten.
M. Missiaen. Uw gedacht was goed-
M. Leuridan. Gij hadt van uw invloed
moeten gebruik maken.
M. D'Huvettere. Ik gebruik mijn invloed
waar het moet. Ten andere de heer Gouver
neur kon dit niet toelaten dat de begrooting
niet wordt goedgekeurd. Dit is buiten de wet.
De stad heeft weliswaar ook haar begrooting
nog niet. De heer Gouverneur kan zulks ge-
doogen maar niet aanraden.
M. Sobry. Ik stel voor tot de stemming
over te gaan.
M. Lemahieu. Als de Commissie beslist
heeft de begrooting ongewijzigd ter onzer
goedkeuring te onderwerpen...
M. Missiaen. Maar de Commissie heeft
niets beslist, ze heeft zelfs de begrooting niet
gezien. Ik heb gevraagd de begrooting te.her
zien maar de heer Desaegher, die zooeven
door toedoen van de katholieken en den
vlaamschen nationalist tot voorzitter was ge
kozen, heeft geweigerd daaraan gevolg te
geven.
M. Sobry. Gij hebt gevraagd om den
steun aan de behoeftigen uit te betalen.
M. Missiaen. Heb ik den heer Desaegher
niet gevraagd om de begrooting te herzien,
waarop hij mij antwoordde dat hij niets her
zag En heb ik hem dan niet gezegd dat hij
mocht doen wat hem beliefde, dat wij gingen
doen wat ons aanstond
M. Sobry. Wij zouden beter doen thans
de begrooting te stemmen.
M. Leuridan. Waarom hebt gij dan het
voorstel van den heer schepen D'Huvettere
gestemd
M. Sobry. Ik had beter anders gestemd.