Gemeenteraad van Yper 4 Verslag der Zittiig tio 4 Mei 1931. Zitting van Maandag li Mei 1931, om 17 uur 6. Openbare Onderstand Geneeskundige dienst der behoeftigen ten huize. De zitting wordt te 17 u. i5 geopend. Al de raadsleden zijn aanwezig. Een buitengewoon talrijk publiek verdringt zich in de zaal en de latekomers moeten zich vergenoegen buiten in den gang door de openstaande deur te luisteren. 1. Processen-verbaal der zittingen van 20 en 27 April ig3r. De heer Secretaris geeft lezing dier pro cessen verbaal die beide zonder opmerkingen worden goedgekeurd. 2. Verkiezing en eedaflegging van drie Schepenen. M. Sobry. Wij gaan over tot de verkie zing van den eersten schepen. M. Leuridan. Mijnheer de voorzitter, ik meen dat gij er niets zult tegen hebben dat voor dit punt, evenals voor alle andere punten, een algemeene bespreking plaats grijpt en eenieder van ons de kans heeft zijn gedacht te zeggen. Ik wil namelijk het volgende zeg gen, dat het den aard heeft dat het maar pro formaslechts voor den vorm is dat deze stemming gehouden wordt. Alles wijst er op dat het een uitgemaakte zaak is. Na de duidelijke voorstellen der socialisten en nationalisten, na het dubbelzinnig antwoord der katholieken dat daarop volgde en de klare weigering der liberalen blijkt het of er niet de minste notitie werd gehouden met de klare voorstellen door ons gedaan. Het ontslag, dat door de schepenen werd ingediend, lijkt ons een operette tooneel waaruit zij in een hernieuwd harnas zullen terug oprijzen. Ik meen dat er een stilzwijgende overeenkomst bestaat tusschen katholieken en liberalen om daartoe te geraken, doch wij, vlaamsche nationalisten, willen ook onze verantwoorde lijkheid nemen. In 't vooruitzicht van deze verkiezing werd er, zoo het schijnt, door het katholiek schepencollege een interessant reisje naar Brussel gemaakt en de zeer sym pathieke minister baels zal het ongetwijfeld zijn goeden raad gegeven hebben. Vooraleer thans tot de stemming over te gaan, houden wij eraan opnieuw iedereen klaar en duidelijk voor zijne verantwoordelijkheid te stellen en we vragen aan de heeren katholieken en libe ralen of ze nu met het eenig leefbaar voorstel, dat hier vroeger werd gedaan, van de baan kunnen, te weten een vierledig schepen college samen te stellen waarin iedere partij vertegenwoordigd is. We herhalen onze vraag aan de liberalen of ze daaraan thans willen meehelpen, want we willen nadien alle ver rassing vermijden. Indien hun antwoord neen of dubbelzinnig is, dan ook moet men de nationalisten niet meerekenen, daar zij in dit geval in de vernieuwing van het schepencol lege geen belang kunnen stellen. Wij zullen ons dan ook bij de verkiezing onthouden en zoo er dan toch een stemming op onzen naam mocht uitgebracht worden, dan is ons ontslag op voorhand gegeven en gehandhaafd. Wij hebben gemeend die vraag te moeten her nieuwen om te weten of de andere partijen er toch geen weg mee kunnen met de pogingen die gedaan werden om een schepencollege te vormen dat op een meerderheid kan rekenen. M. Lemahieu. Ik wil aan den heer Leuridan een paar woorden antwoorden daar hij spreekt van een reisje dat wij naar Brussel gedaan hebben zoogezegd om over den toe stand, waarin de stad zich thans bevindt, te spreken. Het is waar dat het schepencollege of ten minste twee leden ervan, namelijk de heer Burgemeester en ik, naar Brussel zijn gegaan, doch het was om er nopens een moeilijke kwestie van den heropbouw van het Belfort te onderhandelen. M. Leuridan. Twee vliegen in een slag. M. Lemahieu. Neen, wij hebben nooit den heer minister Baels gezien en zijn zelfs niet in het ministerie van Binnenlandsche Zaken geweest. Het eenig doel onzer reis was, zooals ik het zegde, een zeer moeilijke kwestie in den heropbouw van ons Belfort, en ik denk wel dat wij in 't voordeel der stad het pleit zullen winnen. Gij weet nu dus waarom wij naar Brussel zijn gegaan. Voor wat nu de verkiezing van het schepencollege betreft, wij hebben ons ontslag gegeven niet om herkozen te worden, maar om ervan af te zijn. Wij wachten op de verkiezing van de drie voorname redders der stadsfinanciën en zijn benieuwd te zien wie die heeren zullen zijn. In die kwestie zullen wij ons gansch afzijdig houden en dan ook wit stemmen. Met de liberalen hebben wij evenmin iets over-' eengekomen. M. Missiaen. Getrouw aan de houding die zij tijdens de gemeentekiezing hebben aangenomen, blijven de socialisten bij het voorstel dat zij eerst hebben uiteengedaan en vragen aan dezen die daarover met ons t'ak- koord zijn, dat zij dan ook in dien zin zouden stemmen. Zooals wij het hebben be kend gemaakt zullen wij dus als eerste schepen een nationalist stemmen. Willen zij ons een naam noemen, dan zal deze onze stem bekomen zooniet brengen wij onze stem uit op naam van den woordvoerder hunner partij, den heer Leuridan. Als tweede schepen stem men wij op naam van den woordvoerder der socialistische partij, die uw dienaar is, en als derde schepen kiezen wij een lid der liberale partij. Zoo deze ons den naam van haar candidaat niet kenbaar maakt, dan stemmen wij eveneens voor haar woordvoerder, name lijk den heer Vermeulen. Alsdan zullen dezen hun verantwoordelijkheid dragen en alswan- neer zij daarna hun ontslag indienen, dan kunnen wij het niet helpen. Doch bij iedere verkiezing zullen wij telkens dezelfde stem ming uitbrengen, opdat elke partij hare ver antwoordelijkheid zou hebben. De nationa listen en liberalen hebben de uitgaven gestemd en moeten nu ook de inkomsten helpen stem men. Zoodoende geyen wij aan alle vier de partijen de gelegenheid de middelen op te zoeken om de stadsfin'anciën weer gezond te maken en een bestdür te vormen dat bij machte is de stad ui't haar benarden toestand te redden. M. Vermeulen. Als antwoord op de vraag van den heer Leuridan kan ik hier slechts mijn woorden van vroeger herhalen, namelijk dat de liberalen geen lust gevoelen deel te maken van het schepencollege en dat zij er reeds genoeg van hebben den twist te zien die hier in den gemeenteraad bestaat. M. Leuridan. Na de woorden van de heeren Missiaen en Vermeulen past het dat ik er een zeer bondig slotwoord aan toevoege. Het is een onbegonnen werk hier een stem ming te willen uitbrengen. De heer Missiaen weet immers dat wij willen dat elkeen zijn deel in de verantwoordelijkheid neme, en zoo de heeren liberalen daarvoor den noodigen moed missen, dan zeggen wij dat wij ons niet beschaamd zullen gevoelen niet meer moed te hebben als de machtige liberalen zelf. Alswan- neer zij, die steeds met de belangen der stad zoo bekommerd schijnen te zijn, maar liever geen verantwoordelijkheid dragen, dan zullen wij, de verwenschte nationalisten, hetzelfde doen. Door het neenwoord der liberalen is het dan beslist dat wij ons bij de stemming zullen onthouden, omdat wij hen het kiespro- fïjt niet willen jeunen binnen twee jaar den kiesstrijd in te gaan met te zeggen dat wij het zijn die de nieuwe belastingen hebben gestemd. Wij willen hen het leedvermaak niet geven te kunnen zeggen dat zij de properste zijn en zij alleen de bevolking niet zwaarder hebben belast, en zullen dan ook nu met hen meedoen. M. Vermeulen. De heer Leuridan is ver legen en bevreesd dat wij hem thans het wapen uit de hand willen nemen dat hij vier jaren lang gebezigd heeft om het stadsbe stuur te vernietigen. Wij zijn onze stad te zeer genegen, om ons aan dat kleingeestig werk te bevuilen. Al onze pogingen zijn uit sluitend ten voordeele van Yper, maar niet om uit engen partijgeest alle bestuur onmoge lijk te maken. M. Leuridan. Het is een sophisme dat de heer Vermeulen gebruikt wanneer hij zegt dat hij van het schepencollege geen deel wil maken omdat de warboel nu reeds zoo groot ié. Dit is een drogreden aangezien die warboel in het stadsbestuur alleen kan ophouden door de vierledigheid die de verantwoordelijkheid gemeenschappelijk zou maken en vooruit en vooral voor gevolg zou hebben alle electorale speculatie dood te werken. Doch de liberalen zullen hunne overmatige bezorgdheid voor de stad opnieuw bekrachtigen door een lafhertige onthouding en weigering om het eenig middel, dat de stad nog kan redden, aan te nemen. M. Sobry. Wij gaan over tot de kiezing van den eersten schepen. De heer Secretaris overhandigt aan ieder der raadsleden een wit briefje en 't is de heer Leuridan, jongste lid der vergadering, die ze inzamelt, telt en opent. De uitslag is drie stemmen op naam van den heer Leuridan en twaalf witte briefjes. M. Lemahieu. De heer Leuridan is gekozen. M. Leuridan. Mijnheer de Voorzitter, gij moet mij niet vragen den eed te willen doen, daar ik op voorhand gezegd heb dat de stem ming niet kon geschieden met bindende kracht. Ik moet dus mijn ontslag niet geven, daar ik nooit aanvaard heb. Als uitslag der verkiezing voor den tweeden schepen zijn er drie briefjes die den naam van den heer Missiaen vermelden en nogmaals twaalf witte. M. Sobry. De heer Missiaen is gekozen met drie stemmen als tweeden schepen. Wil hij den eed afleggen M. Missiaen. Zoudt gij eerst tot de derde stemming willen overgaan De bewerking herbegint voor de derde maal en voor de verkiezing van den derden schepen bekomt men nogmaals denzelfden en voorzienen uitslag, te weten drie stemmen op naam van den heer Vermeulen en twaalf witte briefjes. M. Sobry. Is de heer Missiaen nu bereid zijn eed af te leggen M. Missiaen. Het blijkt eens te meer dat alleen de socialistische partij den moed heeft de belangen der stad te redden, doch zij blijft getrouw aan hetgeen zij laatst gezeid heeft en als de eerste schepen den eed aflegt dan ook zal de tweede schepen zijn eed doen. Im mers moest Missiaen nu den eed afleggen en de twee andere schepenen, die nog te kiezen zijn, dit later doen, dan zou Missiaen de eerste schepen zijn en niet de tweede zooals dit volgens het gedane voorstel en volgens de getalsterkte van zijn groep zou moeten zijn. Om die reden is het mij niet mogelijk nu mijnen eed af te leggen, doch ik ben altijd be reid dit te doen wanneer de eerste schepen zal gekozen zijn. De heer Voorzitter verklaart hierop de zit ting opgeheven. DAGORDE 1. Proces-verbaal der zitting van 4. Meiig3i. 2. Nieuw gekozen Schepenen - Eedaflegging. 3. Autobusdienst Zillebeke-Wervick fran- sche grens) over Yper. 4. Openbare Onderstand Jachtverpach- ting Lastenkohier 5. Openbare Onderstand Gesticht Naza reth Reglement van inwendige orde Verandering. 7. Openbare Onderstand Aankoop van 88 a. 80 ca. weide. 8. Kerkfabriek van St-Maartens Reke ning over het dienstjaar iq3o. 9. Kerkfabriek van St-Pieters a) Reke ning over het dienstjaar ig3o b) Begrooting voor ig3i. 10. Dienst voor het lijkenvervoer Lasten kohier Wijziging. 11. Vaart Yper-Yzer Kaaimuur Nieuw ontwerp. 12. Zwemkom Buffet Ver pachting Proces verbaal. 13. Mededeelingen.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1931 | | pagina 4