Gemeenteraad van Yper 2 particulières. On sait ce qui s'est passé: notre hrnorablc bourgmestre lepr envoya un ukase brusque et inattendu, parait-il pour couper net le sifilet aux émérites maitres chanteurs rhénans. Les noles restèrent dans les gorges des musiciens, de mème que les notes a payer restent dans les poch s de leu's gouverne- mentaux. Incident définitivement clos, après <jue quelques gouttes d'encre, mieux que des pleuis, eurent été versées la dessus. Ce qui ressort de tout cela, c'estce manque absolu de tact et de doigté, bien caracié risiique de cette race, consistant a solliciter l'autorisaiion de venir chanter en pleine place publique Oans une ville sur laquelle la plus foileiagede destruction, enregistrée jamais dans l'his oire, s'est txeicée au long de quatre années. jamais un teuton ne possèdera le sens du tact et de la délicatesse, malgré son talent a iaire les plus obséquieuses courbettes jusqu'a terre. Un exemple uien typique nous en tut lourni peu après l'arinistice. a Aix-la-Chapelle inême. La curiosilé nous ayant poussé a aller voir et entendre ce qui se passait en la ville de Ch irlemagne, nus pas nous conduisir..nt veis le Kü:haus, bien connu de tous. Un employé, que nous reconr.ümes d'avant- gueire, nous fit, trés obligeammeot, visiter les nouveaux salons et leurs superbes aménage- menis. Arrivé a Tangle de je ne sais quel mur ou sous une colonnade, mon cicerone ne put s'empècher de me taire remarquer que les Aoglais, avtc leurs autos, avaient endom magé lts pient s par des éraflures et nsême des éclats. 11 sa van, le buugre, que j'étais Yprois, et ïl avait le culot de ine (aire remarquer ces minimes dégats. Apiès ce que vous avez commis a Ypres, Monsieur, lui répondis-je, oil vous avez détruit systématiquement des monuments compiés parmi les plus beaux de l'Europe. vous avez le droit de vous taire. Et, la rage au coeui, je tournai le dr>s au boche mal embouché. PYRES. Verslag der Zitting ran 16 November 1931 De zitting wordt te 17 uur geopend. Zijn tegenwoordig: deheeren Sobry, burgemeester voorzitter Missiatn, Lemahieu en Delahaye, schepenen D'Huvettere, CapoeD, Laton, Leuridan, Soete, bonnet, Coutelle, Vergrachc en Vandamme, raadsleden Versailles, secre taris. i. Proces verbaal der zitting van iq Octo ber iq3i. De heer secretaris geeft lezing van dit proces-verbaal, waarna het zonder opmerkin gen wordt goedgekeurd. M. Sobry. De heer schepen Lemahieu heeft het woord gevraagd om eenige inlich tingen over de bevolking der stad te geven. M. Lemahieu. Ik denk dat het vcor velen onder u aangenaam zal zijn eens de cijfers der bevolking van de stad Yper te kennen, zooals zij volgens de laatste vulksoptelling werden vastgesteld en zuoals zij, g- zien do verrich tingen dienaangaande in het ministerie ge ëindigd zijn, weldra in het Staatsblad zullen verschijnen. De bevolking van Yper bestaat -uit 7277 mannen en 83gy vrouwen, 't ztj een totaal van 15.676 inwoners. Dienvolgens zul len er i5 gemeenteraadsleden bhjven voor de aanstaande kLzing, omdat er boven de i5.ooo inwoners zijn Hadden er minder dan i5.ooo geweest dan zou de toekomstige gemeente raad slechts uit i3 leden bestaan hebben. Om dezeltde reden zal de aanstaande Commissie van Openbaren Onderstand ook bestaan uit acht leden in plaats van zes, daar dit ook is in evenredigheid der bevolking. Yper telt 3572 mannelijke gezinshoofden en 608 vrou welijke gezinshoofden, 't zij samen 4180 families. De bevolking per canton, want zoo als ge weet is Yper verdeeld in twee cantons waarvan de scheiding begint aan de vaart van Boesinghe, kaai, Dixmudestraat. de helft der Markt, Hondstraat, enz. en een deel der Rijselstraat tot aan de grens van Zillebeke, is de volgende voor het eerste canton 3400 mannen en 3721 vrouwen, 'f zij samen, 7121, en voor het tweede canton 3877 mannen en 4678 vrouwen of 8555, dat maakt dus een totaal, zooals hooger gezegd, van 15.676 in woners. De kiezerslijsten, die voorloopig werden opgemaakt, begrijpen 435g manne lijke pariementskiezers, waaronder 12 vrou wen, echtgenooten of moeders weduwen van gesneuvelde soldaten, en als gemeenteraads kiezers 4296 mannen en 5i8l vrouwen, samen 9477 kiezers. Daar ik meen dat die inlichtingen van nut zijn, heb ik het goed ge vonden ze u mede te deelen. M. Vandamme. - Op 1 November zijn onge veer 600 Duitsche bedevaarders te Yper toe gekomen om bezoek te brengen aan de graven hunner gesneuvelden van den grooten wereld oorlog. Zij stelden, gedreven door eenzeltde gevoel van piëteit, de verhevene daad onze roemrijke dooden te huldigen door het neer leggen van een bloemenkrans aan het Ypersch gedenktetken. Het was nu de stad door ge kend, langs dag- en weekbladen, dat deze groep pelgrims 's namiddags op de Groote Markt een paar liederen zou zingen. Welnu, tot dat doel daar vergaderd zijnde, kwam plots een onverwacht verbod de uit voering ervan beletten. Het zou nu eens oprecht belangrijk wezen, te weten onder wiens drukking dergelijk verbod werd uitge vaardigd. want naar verspreide geruchten was toelating reeds gegeven geweest op schriftelijke aanvraag. De Ypersche bevolking wenscht ten stelligste uitleg daarover. Als wanneer toegang tot ons land door het Ministeiie van buitenlandsche zaken verleend wordt aan de vreemdelingen, om het even van welke natie zij zijn, is het voor ons een allereeisten plicht van wellevendheid deze met beleefdheid en voorkomenheid in onze muren te ontvangen, te meer nog daar iiet hier een pelgrimstocht was naar wat ons ook heilig is en dat wij zelf vereeren de graven van gesneuvelden. Pas twee jaren geleden ben ik in groep Duitschland en Oostenrijk doorge reisd en ik mag u verzekeren dat menig vlaamsch lied er vrij en ongestoord weer galmde en nerger.s aanleiding gaf tot zelfs vijandige en afkeurende blikken, zulks kan de heer schepen Delahaye getuigen. En hier in Yper mogen vreemdelingen hunnen pelgrims tocht niet eens sluiten met een afscheidsgroet door gezang Wat baat het hier moties te stemmen voor ontwapening en ter bevorde ring van den vrede, alswanneer de gemoede ren aanhoudend opgehitst worden door aller hande kleinzielige en prikkelende maatrege len Ik wil hier geenszins de Duitschers ter verdediging nemen, maar ik kan toch de on hoffelijke handelwijze door bovengemeld ver bod niet goedkeuren. Er is hier zoo dikwijls gezegd geweest dat Yper een toeristenstad geworden is. Mag onze stad nu slechts toe gankelijk wezen voor Franschen en Engel schen naar de begeerte van enkelingen Welnu, de bevolking koestert daarover een ander gedacht en alwie de welvaart van Yper wil beheitigen zal wenschen dat vele vreem delingen, van gelijk welke taal of natie, onze stad komen bezoeken en er de gemoedelijke gastvrijheid genieten. De toekomst laat ons doorschijnen dat nog taliijke soortgelijke pel giimstochten zullen plaats grijpen, aan ons dus van zulks ten nut te trekken. Onze goede stad Yper mag zich niet laten bevlekken door kleingeestigheid van eenige onverzoenlqken, maar er steeds op roemen te trachten vrede en liefde en eenheid te stichten onder al hare vreemde bezot kers met de bevolking Handel en nijverheid zullen daarmede or.zeggelijk meer gebaat zijn. M. Lniridan. De buitengewone ijver van burgemeester's partijgenoot is zoo groot dat hu niet heeft kunnen wachten tot aan punt veertien onzer dagorde, namelijk tot aan de mededeelingen, zooals wij het van zin waren te doen, om uitleg te vragen over het verbod aan Duitsche bedevaarders gegeven om hier een paar gelegenheidsgezangen uit te voeren. Deze overhaastige ijver verplicht me dan ook onmiddellijk daarover het woord te nemen. Het is zooals de heer Vandamme het zegt. De gemoederen van eikendeen, 't zij van ge lijk welke politieke denkwijze, zi n geweldig beroerd geweest door die onverklaarbare daad van ons politiehoofd. Wanneer ik, na een paar dagen afwezigheid ter gelegenheid der feesten van Allerheiligen, bij mijn terug komst vernam wat er hier gebeurd was, dan heb ik mij aanstonds een kapittel uit de griek- sche geschiedenis herinnerd, namelijk de wal gelijke practijken der Beotiërs die om hun wanbegrip, hun tegenzin voor kunst en be schaving als de lompste onder de lompsten aanzien worden. Ik heb onmiddellijk aan u gedacht, Mijnheer de Burgemeester, en ik vraag mij af of de stad Yper afzakt tot het evenbeeld dier bekrompen Beotiërs. Iedereen was t'akkoord om u af te keuren. Ik weet wel dat men na een week bezinning u heeft moeten schoon maken en dat de kleinzieligheid van een lokaal blad het boek heeft omgekeerd om u gelijk te geven. Maar dit is slechts de ver guisde, misprezen minderheid van een hand vol hardkoppen die geen gevoel bezitten. Ik stel u thans de vraag waarom deed ge dat Wie is daarvan de verantwoordelijke Ik heb geen vrede met uwen brief aan den inrichter der bedevaart, waarvan een afschrift deze week in een weekblad verscheen, en volgens denwelken gij hem om 7 u. 's morgens het ver bod zoudt kenbaar gemaakt hebben. Hebt ge dit gedaan uit eigen beweging, en in dit geval moet ik u op denzelfden voet stellen als de Beotiërs, of hebt ge u laten opmaken Indien het zoo is, dan zijt ge niets anders dan een ruggegraatloos man, spijts uw naam van zeer koppig te zijn in uw genomen besluiten. Het gevolg nu van deze laakbare daad, is dat gij een slechten naam verworven hebt. Hier te Yper alleen niet, maar overal hebben allen u veroordeeld. G'hebt u aangesteld tegen een uiting van vrome kunstprestatie die aan een groot getal uwer ingezetenen het genoegen moest verschaffen een half uurtje geesteluk muzikaal genot te smaken. Zelfs velen die ver van de Duitschers genegen te zijn hadden zich een verplaatsing getroost om die gelegen- heidslierleten te hooren, al kwamen ze dan ook uit duitsche kelen. Door uw verbod hebt ge blijk gegeven uwer kleinzieligheid. Uw slechte naam is een eerste gevolg daarvan. Het tweede gevolg is het profijt. Ik heb me laten gezeggen dat de platonische wenseh van den heer Vandamme ijdel zal zijn, dat gij voortaan nooit meer de gelegenheid zult heb ben de Duitsche bedevaarders alzoo weg te zenden De inrichters zouden besloten hebben voortaan Rousselare te nemen als midden punt voor de volgende bedevaarten. Volgens hetgeen ik van het gemeentebestuur van Rousselare ken, ben ik overtuigd dat men de Duitschers daar niet zal beletten te zingen en dat zij er dezelfde bekrompenheid als hier niet zullen ontmoeten. Het zal dus de handel en nijveiheid zijn onzer stad die voor uwe onbe grijpelijke handelwijze moet boeten. Alswan neer allen den volksvrede, de verbroedering betrachten, wanneer uw eigen regeering in 't geheim plannen smeedt tot toenadering, wanneer we zien dat tot de fransche ministeis toe naar Berlijn zijn gereisd en er officieel en geestdriftig werden ontvangen, en dat de meeste belgische patriotten reeds sedert 10 ja ren handeldiijven en geld winnen met de Duit schers, dan stellen we vast dat de burge meester van Yper de verafschuwelijke daad begaat een paar duitsche gelegenheidsliederen te verbieden. Is het waar wat in uwen brief geschreven staat dat gij van 's morgens reeds die zanguitvoering verboden hadt En wat is het gedacht van het schepencollege dan in die zaak Hebt gij u dan, post factum, op eigen initiatief toegelaten het besluit van het schepencollege te vernietigen De bevolking wenscht daarop antwoord le ontvangen. De heer Vermeulen is intusschen de raads zaal binnen getreden. M. Bonnet. Namens de socialistische partij treed ik volledig de afkeurende woorden bij die hier naar het politiehoofd der stad ge richt werden. Het is nitt aannemelijk dat het hier aan duitsche bedevaarders verboden werd niet een concert te geven maar eenige gelegen heidsliederen uit te voeren, en ik keur die han delwijze len strengste af. M. Sobry. Indien niemand meer het woord vraagt, is het aan mij te antwoorden op hetgeen door de vorige drie sprekers ge zegd werd. Wanneerik vernam dateen duitsche bedevaart naar Yper kwam op Alleiheiligen, en dat de Duitschers van zin waren ie zingen in de 7 uren Mis, nadien bij het Ypeisch gedenkteeken en 's namiddags op de Groote Markt, heb ik als politieambtenaar besloten hen toe te laten een kroon neer te leggen nabij het monument en daar eerbiedig eenige liederen uit te voeren. Maar ik heb geoor deeld dat het daarbij moest eindigen, dat zij vervolgens de kerkhoven mochten bezoeken en, zoo het hun beliefde, daarna nog naar Yper mochten terugkeeren. Ik heb gevreesd voor de openbare orde en heb alle storingen willen vermijden. Nooit zullen we goedkeuren hier met Allerheiligen op de Groote Markt te laten zingen. Men mag gelooven wat ik aan den inrichter der bedevaart geschreven heb, en 's morgens heb ik hem verwittigd dat het niet paste te zingen in 't belang van den vrede en de rust. Willen of niet, de gedachten zijn hier te Yper verdeeld. Wij zijn te wete geko men dat, zoo die zanguitvoering had moeten doorgaan, er sommige personen gereed waren om de zangers uit te schuifelen, terwijl som mige anderen gereed zouden staan om tegen de schuifelaars te vechten. Dat moest vermeden worden. De Duitschers hebben hier al de vrij heid gehad die ze begeerden. Het is echter spijtig dat zij van een ander gedacht zijn dan de Franschen en de Engelschen, die, wanneer zij hier komen, zich onderwerpen aan de besluiten der hoogere overheid. Zoo ook is het in Duitschland, en niemand van ons zou

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1931 | | pagina 2