Het slachten van Dieren
Gemeente Vlamertinghe
Uitslag van den VeeprijsKamp
4
I' PRIJSKAMP
Stierekalvers ingeschreven in 't geboorteboek
van het veekweeksyndicaat.
(i7 Mededingers).
Ie prijs3o fr. en eeremetaal aan Godfried
Roorijck, Vlamertinghe.
2® prijs 25 fr. en eeremetaal aan Emiel
Steelandt, Vlamertinghe.
3® prijs 20 fr. en eeremetaal aan Em.
Verraes, Vlamertinghe.
4® prijs i5 fr. aan Arthur Deraedt, Dicke
busch.
5® prijs 10 fr. aan Maurice Derijcke,
Elverdinghe.
6l6 prijs 10 fr. aan Emiel Del va, Vlamer
tinghe.
7® prijs 10 fr. aan Emiel Verraes, Vla-
tinghe.
8e prijs 10 fr. aan Emiel Steelandt, Vla
mertinghe.
9* prijs 10 fr. aan. Emiel Delva, Vlamer
tinghe.
ioe prijs 10 fr. aan Michel Boeraeve,
Vlamertinghe.
II' PRIJSKAMP
Stierekalvers hebbende al hunne melktanden.
(7 Mededingers).
i' prijs 40 fr. en eeremetaal aan Syndi
caat Poperinghe.
2® prijs 35 fr. en eeremetaal aan Syndi
caat Dickebusch.
3e prijs 3o fr. en eeremetaal aan Maurice
Derijcke, Elverdinghe.
4e prijs 25 fr. aan Auguste Vermeersch,
Elverdinghe.
5' prijs 20 fr. aan Cyriel Clays, Vlamer
tinghe.
IIP PRIJSKAMP
Stieren met 2 tanden en meer.
(6 Mededingers).
ie prijs 40 fr. en eeremetaal aan Quaghe
beur Henri, Poperinghe.
2e prijs 35 fr. en eeremetaal aan Dochy
Jules, Reninghelst.
3e prijs 3o fr. en eeremetaal aan Monker-
hey Hector, Dickebusch.
4* prijs 25 fr. aan Syndicaat Vlamertinghe.
IVe PRIJSKAMP
Jaarlingvaarzen (16 Mededingers).
l-e prijs 40 fr. en eeremetaal aan Delobel
Maurice, Brielen.
2e prijs 35 fr. en eeremetaal aan Catteeuw
Wed®, Reninghelst.
3e prijs 3o fr. en eeremetaal aan Verraes
Emiel, Vlamertinghe.
4® prijs 25 fr. aan Steelandt Emiel, Vla
mertinghe.
5' prijs 20 fr. aan Hahn Emiel, Vlamer
tinghe.
6® prijs i5 fr. aan Desmedt Camiel,
Vlamertinghe.
7® prijs i5 fr. aan Desmedt Camiel,
Vlamertinghe.
8® prijs 10 fr. aan Desmedt Camiel,
Vlamertinghe.
9® prijs 10 fr. aan Vanhecke Remi,
Vlamertinghe.
V® PRIJSKAMP
Vaarzen met 2 tanden.
15 Mededingers).
i' prijs 40 fr en eeremetaal aan Steelandt
Emiel, Vlamertinghe.
2® prijs 35 fr. en eeremetaal aan Cyriel
Vermeulen, Dickebusch.
3® prijs 3o fr. en eeremetaal aan Remi
Lemabieu, Vlamertinghe.
4® prijs 25 fr. aan Henri Decostere,
Dickebusch.
5® prijs 20 fr. aan Emiel Delva, Vlamer
tinghe.
6® prijs i5 fr. aan Emiel Verraes, Vla
mertinghe.
7® prijs i5 fr. aan Desomer Karei, Renin
ghelst.
8' prijs 10 fr. aan Emiel Steelandt, Vla
mertinghe.
.9® prijs 10 fr. aan Emiel Verraes, Vlamer
tinghe.
VI® PRIJSKAMP
Vaarzen met 4 en 6 tanden.
(11 Mededingers).
1® prijs 40 fr. en eeremetaal aan Catteeuw
W®, Reninghelst.
2® prijs 35 fr. en eeremetaal aan Top
Omer, Vlamertinghe.
3® prijs 3o fr. en eeremetaal aan Catteeuw
W® Reninghelst.
4® prijs 25 fr. aan Verraes Emiel, Vlamer
tinghe.
5' prijs 20 fr. aan Steelandt Emiel, Vla
mertinghe.
6® prijs i5 fr. aan Vanhecke Remi, Vla
mertinghe.
7® prijs 10 fr. aan Steelandt Emiel, Vla
mertinghe.
VII® PRIJSKAMP
Melkkoeien (38 Mededingers).
1® prijs 5o fr. en eeremetaal aan Derijcke
M., Elverdinghe.
2® prijs 45 fr. en eeremetaal aan Mon-
kerhey H., Dickebusch.
3® prijs 40 fr. en eeremetaal aan Delobel
M. Brielen.
4S prijs 3o fr. aan Dochy W®, Poperinghe.
5® prijs 3o fr. aan Catteeuw W®, Renin
ghelst.
6® prijs-25 fr. aan Vanhecke R., Vlamer.
7® prijs 20 fr. aan Vanhecke R.,
8' prijs i5 fr. aan Verraes Em.,
9® prijs i5 fr. aan Steelandt Em.,
10® prijs i5 fr. aan Hahn Em.,
11® prijs i5 fr. aan Delva Jules,
12® prijs: i5 fr. aan Catteeuw W®, Renin
ghelst.
i3® prijs i5 fr. aan Delva Emiel, Vlamer
tinghe.
14" prijs i5 fr. aan Monkerhey Hector,
Dickebusch.
15® prijs i5 fr. aan Steelandt Emiel, Vla
mertinghe.
VIII® PRIJSKAMP
(10 Mededingers).
Loten van minstens 3 vrouwelijke dieren.
i® prijs 60 fr. en eeremetaal aan Catteeuw
W®, Reninghelst.
2® prijs 5o fr. en eeremetaal aan Mon
kerhey H., Dickebusch.
3e prijs 40 fr. en eeremetaal aan Steelandt
Em., Vlamertinghe.
4® prijs 3o fr. aan Em. Steelandt, Vla
mertinghe.
5" prijs 3o fr. aan Em. Verraes, Vlamer
tinghe.
A an den heer Minister van Landbouw werd
door den heer Senator A sou de volgende vraag
gesteld
I. In uitvoering van de wet van 22 MaarfT
1929 op de dierenbescherming heeft het
koninklijk besluit van 28 Juni 1929 de wijze
van slachten geregeld. Het bepaalt dat het
verboden is de slachtdieren te kelen zonder
ze vooraf te hebben bedwelmd en het duidt
aan hoe de bedwelming moet gebeuren, eens
deels voor het grootvee en de paarden, ander
deels voor de kleine dieren. In beide gevallen
moet de bedwelming geschieden door middel
van kolslagen.
De pers bracht verslag uit over proeven die
op i3 April jl. genomen werden in het ge
meentelijk slachthuis te Gent, om de slacht
dieren electrisch te bedwelmen. Deelectrische
bedwelming geschiedt door middel van een
zeer gemakkelijk te hanteeren en niet duur
toestel het verbruik aan stroom is onbe
duidend. Van den anderen kant is deze
methode oneindig menschelijker dan het dol
len. Men verzekert dat de slachthuizen van
de Brusselsche agglomeratie deze toestellen
zullen gebruiken.
Zou de minister er het algemeen gebruik
niet kunnen van voorschrijven, althans in de
openbare slachthuizen Zou hij er zich tevens
niet kunnea van vergewissen of het koninklijk
besluit van 28 Juni 1929 overal wordt nage
leefd Men verzekert mij dat in vele gemeen
ten de kalveren en schapen nog steeds
worden gekeeld zonder voorafgaande bedwel
ming. Is het niet mogelijk hierover een zeker
toezicht in te richten
II. Op 26 Juni 1928 richtte ik tot den minis
ter van landbouw een vraag over de moge
lijkheid het gebruik te regelen van veerklem-
men, die buitengewoon wreed zijn en het
gevangen dier afgrijselijk doen lijden en een
langen doodstrijd bezorgen.
De minister antwoordde mij op 19 Juli dat
hij voornemens was het gebruik van deze
klemmen te regelen.
Welk gevolg werd aan deze goede voor
nemens gegeven
Antwoord I. De bedwelmingsmethoden
bij middel van den electrischen stroom zijn
tot nu toe slechts toepasselijk op kleine
slachtdieren (varkens, kalveren, schapen, gei
ten) en zijn onvoldoende voor groote dieren.
Het koninklijk besluit van 28 Juni 1929, in
zijn artikel 3, laat het gebruik van electrische
apparaten voor bedwelming der kleine dieren
toe. Het schijnt voorbarig het stelsel alge
meen verplichtend te maken, ten eerste om
dat de toepassing ervan nog verbeterd zal
worden en vervolgens omdat de inrichting in
zekere slachthuizen, waar afzonderlijke slacht-
vloeren bestaan, nog al kostelijk is, vermits er
een apparaat in ieder lokaal moet aangebracht
worden.
In 't algemeen wordt het koninklijk besluit
van 28 Juni 1929 goed nagekomen. De inspec
teurs van den veeartsenijkundigen dienst heb
ben opdracht het toepassen der voorschriften
in zake afmaking van slachtdieren streng te
bewaken.
II. Krachtens artikel 11 van het koninklijk
besluit van 25 October 1929, is het ten allen
tijde verboden, om de vogels te vangen, te
dooden of te verdelgen, zich te bedienen van
klemmen die den gevangen vogel kunnen doo
den of kwetsen.
Evenwel mogen de titelhouders van het
jaohtrecht en hunne beêedigde wachters ge
bruik maken van klemmen voor het verdel
gen der schadelijke vogels, vermeld in artikel
3 van dit besluit.
Het gebruik van de paalklem blijft echter
ten allen tijde verboden.
Anderzijds werd de aandacht van den heer
Minister van Financiën gevestigd op de tak
sen die de noodslachtingen van vee treffen,
en waarvan algemeen de afschaffing ge-
wenscht wordt.
Immers, die maatregel kan moeilijk ver-
rechtvaardigd worden, daar ingeval van nood-
slachting van vee, het de landbouwer zelf is
die een groot verlies ondergaat. Hij verkoopt
gedeeltelijk het afgemaakte vleesch en, boven
het verlies, bedraagt de taks tot een vijfde van
de waarde.
Hier volgt het antwoord van den heer Minis
ter.
Men zou de afschaffing willen van de taxe
van fr. 0.242 fr. per kilogram levend gewicht
van het dier, eischbaar ter gelegenheid van de
noodslachting van een slachtbeest.
Ingesteld door artikel 70 der wet van 2 Janua
ri 1926 en door het koninklijk besluit van 26
April 1926, genomen tot uitvoering van arti
kel 71 der wet van 2 Januari 192b (wetboek
der met zegel gelijkgestelde taxes, artikels
20 en 21 algemeene verordening op zelfde
taxes, artikel 34'), heeft die taxe een forfaitair
karakter ze omvat het samenstel der over
drachten waarvan de dieren het voorwerp zijn
geweest of hebben kunnen zijn vanaf hunne
geboorte of hunnen invoer, en waarvan het
vleesch, na slachting, het voorwerp is of kan
zijn. Het bedrag ervan is onveranderlijk, welk
ook het aantal weze der overdrachten waar
van de dieren of het vleesch het voorwerp
geweest zijn of zullen zijn, en de taxe is eisch
baar, zelf bij gemis aan allen overgang.
Dientengevolge, kan er, in den huidigen
stand der wetgeving, niet voldaan worden aan
de door het achtbaar lid geuite vraag. Van
den anderen kant, zou de vestiging eener taxe
afhankelijk hetzij van de werkelijke waarde
der geslachte dieren, hetzij van het waarlijk
getal overgangen waarvan deze laatste of het
vleesch dat ervan voortkomt het voorwerp
kunnen zijn, zulke moeilijkheden bij inning en
toezicht doen ontstaan, dat geenerlei wijzi
ging van het forfaitair regiem in voege schijnt
te kunnen beoogd worden.