YproiS; Attention 2 - Kog de Vaart YPER - KOMEN Encore le Canal d'Ypres a Com in es Wie heeft Beelden uit het West land' gelezen regen van Zaterdag morgen hadden een oogenblik doen vreezen dat dit bezoek, dat voor 's namiddags was vastgesteld geworden, zou moeten verschoven worden. Doch met den noen klaarde het weder wat op en op het gestelde uur waren verscheidene uitgenoodig den op de aangewezen bijeenkomstplaats aan wezig en besloten zij, na gemeen overleg en wel wetende dat er van een verzet een belet komt, den uitstap toch te wagen. Daar bemerkten wij vooreerst de heeren Van der Ghote,. burgemeester Delahaye, schepen van Openbare Werken Coutelle, gemeenteraadslid Dr H. Brutsaert, gewezen volksvertegenwoordiger, die nog steeds in alle omstandigheden zijn groote belangstel ling weet te betoonen voor alles wat aan Yper en aan gansch de streek nauw ter harte ligt. Dan verders de heeren B. Vermeulen, burge meester van St Jan Pockelé, conducteur van Bruggen en Wegen, oie zich met de meeste bereidwilligheid ten dienste der aanwezige overheden had gesteld om hen tijdens het bezoek alle gewenschte inlichtingen te ver schaffen H. Vermeulen, voorzitter der Han delskamer advokaat A Butaye, voorzitter van de Federatie der Geteisteiden Ed. Toussaert, secretaris, en Julien Tahon, Flor. Vandevoorde, Leon Vandevoorde en Maur. Bagein, bestuursleden der Handelskamer. Verschillige andere overheden hadden zich, uit viees van slecht weder of door andere omstandigheden belet de reis mèe te maken, laten vciontschuldigen. De tocht werd gedaan in de gemakkelijke autocar van Cyr. Vandermeersch en ging eerst tot aan de brug van Elooi over den steenweg naar Waasten, waar de bezoekers uitstapten om vandaar te voet het slechtste gedeelte der vaart, nameluk tot aan de plaats der ingestor te brug van H jllebeke, af te wandelen. Op garsch den weg, en voornamelijk bij de aldaar uitgevoerde en grootendeels nog be staande kunstwerken, zooals het nieuw groot sas aldaar in 1912 gebouwd, heeft de heer Pockelé, met een grondige kennis van zaken, de meest verscheidene en zeer interessante inlichtingen verstrekt, zoodat deze studiereis uiterst leerrijk en aantrekkelijk was. De be zoekers btstatigden dat het kanaal, tot aan dit nieuw sas en nog een groot eind erover, in een veel beteren toestand verkeert dan de panden der Yper- Yzer vaart na den oorlog en dat het herstel ervan dus heel wel mogelijk is. Het door de natuur beschadigde gedeelte is nauwelijks een kilometer lang en het is slechts op dit eindje vaart dat de on iervindtngsgeest onzer ingenieurs op de proet zou gesteld wor den. Met een paar bevuilde schjtnen, doch ook met ee 1 vaste o.eriuigicg dat de tegen woordtge kennissen onzer vakmannen het vraagstuk kunnen oplossen, gerochieu allen gemakktlijk tot aan de plaats waar z'ch vroeger üe vermaarde brug van Ho.Lueke verhief, waar allen zich eens te meer afvroegen waarom men daar vroeger dergelijk kostelijk en zwaar kunstwerk had opgericht. Het gering verkeer op die baan aldaar verrechtvaardigde geenszins het bouwen dezer brug, - waarvan de drukking misschien wel oorzaak was der inzakking van de gronden op die plaats, daar andere nabijgelegen banen de bewoners van die streek naar alle richtingen gemakke- lijken uitweg verleer.en. Van daar ging de tocht verder, in autocar, over Hollebeke naar Houthem en Komen. Onderweg werd er meermaals stilgehouden om de vaart op verschillige plaatsen nog te btzien en zich alzoo meer en meer te over tuigen dat het herstel der vaart Yper Leie niet erger is dan het herstel der vaart Yper- Yzer. Ook werden de groote moerassen aan gewezen langs de ijzerweglijn, en die er na den oorlog gemaakt werden door het uitgra ven der aarde noodig om de ijzerweglijn aldaar aan ta leggen en op te hoogen. Deze groote putten, die thans vol water en onkruid staan, zouden gemakkelijk kunnen gevuld worden bij middel der slechte kléigronden van Hollebeke, hetgeen een uiterst nuttig verbeteringswerk zou uitmaken. Te Houthem. werden de bezoekers opge wacht en verwelkomd door de heeren Ad Six en Demeulenaere, schepenen dezer gemeente. Deze heeren reden vervolgens mede tot aan Komen en verzekerden onderweg hoe de gemeente Houthem er eveneens prijs op stelt de vaart zoo spoedig mogelijk hersteld te zien. Volkomen op de hoogte van den toestand der vaart aldaar, gaven zij nog menigvuldige nuttige wenken en zegden o. m. ook hoe hunne gemeente dikwijls te lijden heeft door overstrooming, veroorzaakt door het niet herstellen van den voedingsgreppel langs de varrtender siphons die door oorlogsfeiten beschadigd werden. Het braakliggen der vaart heeft dus voor de inwoners van Houthem de nadeeligste gevolgen. Tusschen Houthem en de Leie bestaiigden de bezoekers dat het kanaal bijna onbescha digd is en een prachtweik daarsteltsassen voor schepen van 3oo ton, diepgang, x 80 m. tot 1 90 m. en een breedte voldoende om overal de schepen te kiuisen. Allen waren overtuigd dat het eene echte schande ware dit werk te laten te niet gaan om elders de millioenen, bestemd tot dit herstel, te gaan verkwisten in gronden, die juist deztlfde zijn als hier. Te Komen werd de karavaan voor het stad huis ontvangen door den heer bouwkundige Maurice Dujardin, eerste schepen en dienst doen ie burgemeester, en door den heer Van- neste, gemeente secretaris. Deze heeren ver gezelden dan op hunne beurt de bezoekers op hunne wandeling langs de vaart tot aan hare uitmonding in de Leie, en gaven de stellige vei z-kering dat Komen steeds aan de zijde van Yper zou staan om het herstel der vaart te verdedigen Na een klein oponthoud te Komen en ver volgens te Houthem, waar de plaatselijke ge meentelijke overheden beurtelings de Han delskamer van Yper, de Federatie der geteis terden en alle aanwezige overheden voor hunne belangstelling voorde vaart, de levens a ier dezer streek, in welgepaste woorden be dankten en opnieuw bevestigden dat men steeds i p hunne medewerking mag rekenen, ving de terugtocht in de beste voorwaarden aan en warei allen weldra terug te Yper, heel verwonderd dat hel hier opnieuw aan 'c regenen was terwijl men op gansch den uit s'ap door het schoonste weder was begun st'gd geweest. Alwie dit bezoek heeft meegemaakt, heeft met eigen oogen kunnen bestatigen hoe de vaart Yper Komen, op het grootste gedeelte harer lengte in geen erger verwoesten toe stand is als het overige onzer streek zich in 1918 bevond, en dus even zoo goed kan her steld worden en in evenredige prijzen als alles wat hier door den oorlog verwoest werd. In dien er in 1918. bii gemis aan ondervinding, vrees voor mislukking kon bestaan, is deze vrees heden ten dage volkomen ongegrond. M en h°eft zich daar ook kunnen overtuigen dat, spijts al hetgeen sommige zwartziei.ers beweren, de moeilijkheden te Hollebeke zon der veel moeite kunnen overwonnen worden en slechts een kinderspel z:jn in vergelijking met andere wei ken in het oveiige gedetbe van hel land uitgevoerd Allf-n zonder uitzondering hebben van dit bezotk deu besten indruk meegebracht, en ongetwijfeld mogen wij er den heilzaamstcn uitslag van verwachten. Om te eindigen bedanken wij de Handels kamer en de Federatie der geuisterden, die den uitstap ingericht hebben en alzoo de vaart beter heboen doen kennen en heininnin, want onbekend maakt onbemind. Wij bedau ken ook allen die eraan deelnamen en alzoo het bewijs leverden dat zij de belangen van Yper en gar sch de streek ter harte nemen en bereid zijn ze ten gepaste tijde te verdedigen en wij sturen vooral ook nog een hartelijk dankwoord tot den heer Pockelé die met zooveel welwillendheid zijne groote bevoegd heid ten di-mste van allen heeft gesteld om dit bezoek aan de vaart met allen geweDSch ten uitleg te veraangenamen Bij het ter pers gaan vernemen wij dat vier ambtenaars van het Ministerie dezer dagen de vaart te Komen zijn gaan bezoeken en er met vooraanstaande personen over de kwestie dezer vaart gesproken hebben. Dit bewijst ons dat men zich te Brussel met die zaak, die onze streek zoo zeer aanbelangt, bezig houdt. Wij durven verhopen dat die heeren van hun bezoek insgelijks zullen terug gekeerd zijn met de vaste overtuiging dat het herstel der vaart Yper Komen niet alleen geen onmogelijkheid is, maar zelfs de beste oplos sing om het Leiebekken met dit van de Yzer te verbinden, daar de bestaande vaart op het grootste gedeelte harer lengte bijna onbescha digd is en met kleine kosten terug bevaarbaar kan gemaakt worden. Au moment de mettre sous presse, nous apprenons que quatre fonctionnaires du Minis tère sont venus ces jours ci a Comines pour y visiter le canal. lis se sont entretenus assez longuement avec des personnes compétentes au sujet du canal d'Ypres a Comines. Ceci prouve que dans les bureaux ministé- riels on s'occupe de cette question, qui inté resse tant notre tégion. Nous osons croire que ces Messieurs auront pu se convaincre également que la restauration du canal n'est pas une impossibilité, mais qu'au contraire elle serait la meilleure solution pour réali- ser la jonction du bassin de la Lys a celui de 1' Yser, du fait que le canal d' Ypres a Comines, sur la plus grande partie de son parcours, n'est que peu endommagé et pourrait a peu de frais être rendu a la navigation. Nous lisons dans les journaux une inter view de Monsieur Jaspar faite a Londres le 20 courant et nous y trouvons le passage suivant, intéressant tout spécialement Ypres. Les Travaux ublics - hnfin, derntère questionque pense la délé- gation beige de la question des grands travaux publics Depuis plusieurs années, dit VI. Jas- par, le ti. I. T. s'est occupé de la qurstion internationale des travaux public». 11 a publié, ace sujet, de nombreux rapports. D'autre part, lors de la réunion de la conférence piéparatoire des experts, une communication trés chaleureuse et tiès intéressante a été iaite par des repiésentants du comité d'étude dts questions de travaux public» Les projets qui ont été ptésentés revêtentles carac ères les plus vanés Con- struction de routes, de chemins de Ier, de ponts aménagement de ports, de vons navigaoles travaux hydrauliques et d'élec trification; installations de réseaux et rabies téléphmiques, etc. Tous ces pre'jets ont étudies au triple point Je vue de leur productivité, de 1 ur caractère d'inlé.èt international et de la lutte contre le chó mage. A. la conférence, dans la discussion générale, le rept ésentan-t de la France, M. Dala lier, s'en est montié partisan. M.Cham berlain y a fait ui.e allusion plus réservée. Pour le porte parole de la Grande- Bretagne, ce serait une erreur de vouloir édicter en cette matièie des lèghs umformes pour tous les pays et chaque gouvernement etevrait déterminer, d'apiès sa propre situation, l'importai ce et le caraciè e uu programme a établir. La Belgique, depuis toujouts a suivi une politique de grands travaux. Eile l'a pout- suivie, malg les difficuhés nées de la dépressiun. Son budget actuel comprend encore pour prés d'un milliard de travaux publics de grande envergure, sans compter de multiples interventions dans les entre- prises d'urganismes publics. II convient cependant de se montrer cir- cohspect, de ne pas se payer de mots et de ne pas s'exagérer la lépercussion réelle que l'exécution de ces travaux pourrait avoir sur le ckömage Quana ces travaux sont pro duciits, les capitaux et la main d'ceuvre viennent d'eux-mêmes Mais le» grandes entreprises sont mécanisées et absorbent une mair.-d'ceuvre infime. Ce sont les tra- vaux moindres, ou d'itnpartance lo- cale et secondaire, qui sont le mieux en relation avec la question du chö- mage Le canal Ypres Comines rentre précisément dans la catégorie pré^érée par Monsieur Jas par. Ici pas de travail mécanisé et occupation d'un grand nombre de magons et d'aides a la restauration des écluses et de terrassiers a la remise en état des berges. Même la mise en état de la tranchée d'Hollebeke est un travail de beaucoup de main d'oeuvre. C'est en somme un travail modèle pour occuper les chómeurs et répondant entièrement aux projets du gouvernement. Qui se chargera de le prouver au gouverne ment Sont ce nos mandataires Est ce l'ad- ministration communale? Ou bien estce la Chambre de Commeree et ^'Industrie Nous les attendons a l'oeuvre. Een bundeltje puike gedichten door LEO RAEKELBOOM, te koop ten bureele dezer aan den prijs van 5 fr.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1933 | | pagina 2