3 Meer dan negentig gaten werden in de muren gekapt en opgevuld met dynamiet. Gelukkig dat de bondgenooten er bijtijds den vijand wegdreven vóór dat hij zijn noodlottig plan ten uitvoer kon brengen. Een bronzen beeld ter nagedachtenis van het beleg van 1557 vestigde er nog onze aandacht, alsook het gedenkteeken van 1914-18 eenig in zijn soort en dat heel merkwaardig is. De stad Laon,waar we verder aankwamen, bestaat uit een hoog gedeelte en een laag gedeelte In het hoog gelegen gedeelte prijken een groote en prachtige kathedraal met vier torens uit de 13/14 eeuwen en voortkomende van een oude abdij, een gewezen bisschoppelijk paleis, thans gebezigd als rechtbank. De kathedraal bezit een grooten schat van Chasses welke men maar kan bezichtigen in 't bijzijn van een kerkbediende. Drie prachtige Gobelins versieren de muren en een engelsche gedenk plaat, zooals er één te Yper in St Maartens- kathedraal te zien is, herinnert ons aan den harden strijd rond deze stad geleverd. Een electrieke tram brengt de bezoekers naar dit hoogverheven gedeelte der stad vanwaar men een nooit vergeten uitkijk geniet op de gansche streek. Jammer dat de tijd ons ontbreekt, om al het merkwaardige te bewonderen van de oude en zoo vermaarde stad Reims. De prachtige ka thedraal laat nog haar gapende wonden zien door het bombardement teweeggebracht. Een standbeeld van Lodewijk XIV, het stadhuis, het museum en het gedenkteeken 1914 1918 zijn de voornaamste bijzonderheden welke wij in 't voorbijgaan opgemerkt hebben. Zoo kwa men we 's avonds te Troyes aan met 351 km. achter den rug. Weinig of niets te zien daar het reeds laat is enkele vuile straatjes met zeer ouderwetsche gebouwen. De eerste dag was voorbij, eenieder was overvoldaan, prachtig weder, effen banen, wel geëten en goed geslapen om 's anderendaags reeds vroeg te been te zijn en Troyes te verlaten. De tweede dag omvatte een reis van 3oi Km. Troyes - Bjurg langs Bar, Chatillon s/Seine, Dijon, Chalon s/Saóne. Die reis mag verdeeld worden in twee wel afgeteekende deelen 1) van Troyes tot Dijon, 2) Dijon tot Bourg. Dit eerste gedeelte van de reis beschrijven is bijna onmogelijk. Men vindt geen woorden genoeg om al die indrukken weer te geven welke men gevoelt bij het aanschouwen van al dit natuurschoon, 't Is een echte film die zich voor het oog ontrolt. Men waant zich in onze heerlijke Ardennen te reizen. Bergen en dalen volgen elkaar onophoudelijk op en de fraaiste zichten ontplooien zich voor de nooit uitgekeken blikken van de verstomde reisge zellen. Hier in de streek neemt de Seine haar oorsprong. De baan, langs beide zijden met hooge populieren beplant die hun kruinen als een reusachtig dak vereenigen en dit op een lengte van 3a 4 Km., herinnert ons aan de dreef van Gheluvelt van vóór den oorlog Ver scheidene uitgestrekte bosschen worden door reden, onder meer het bosch van Chatillon, le bois de l'Evêque en la tête du Loup. Hier is de vakkennis van onzen chaufteur hard op de proef gesteld. Nu eens een felle hoogte waarop ons voertuig hijgend en trekkend naar boven klautert, een korte draai en dan weer een ijzingwekkende helling die wij in gematig tempo af bollen om verder opnieuw hetzelfde te herbeginnen. Maar de stuurman is zeker van zijn stuk en zoo denken we enkel op a' het schoone dat we overal rondom ons ont waren. Niets is prachtiger, niets streelt meer het oog, dan het aanschouwen van die kleine dorpjes gelegen in de vallei zelf genepen tusschen die machtige hoogten die ze schijnen te beschermen. Te Seine l'Abbaye inde vallei ligt een dorpje en geen 200 meter van daar ai rijst een kerkje met lieven toren op een onzeg- gelijke hoogte. Eigenaardige gedachten van de menschen uit die streek. Het merkwaardigste nochtans van al dit prachtvertoon is ontegensprekelijk de Val Suzon gelegen tusschen de steenrotsen, ïen reeks bergen waa van er één gansch den vorm heeft van onzen Kemmelberg doet ons nog aan den reeds zoo vergelegen geooorte- grond herinneren. De auto heeft goed doorge reden en wij komen vóór het bepaald uur in de schoone stad Dijon aan. Aanstonds maken we er gebruik van om al het merkwaardige te aezichtigen Kerken, Museum en Postpaleis Op den toren van Notre Dame staan twee beelden, een man en een vrouw die met een hamer het uur slaan op den beiaard. Volgens de geschiedenis zou dit gestolen goed zijn, weggenomen aan de stad Kortrijk. Wat nog dient aangestipt te worden is het kasteel van de voor ons vermaarde Hertogen van Bur- gondië En zoo komen wij tot het tweede gedeelte van de reis Dijon Bourg. Alhoewel heel mooi kan men dit toch niet vergelijken met hetgeen we dezen morgen zagen. Hier hebben wij voornamelijk de uitgestrekte wijngaardstreek, iets nieuws voor meestendeel van ons. Te Chalon s/Saóne hebben we een kwartier tijd waartusschen wij de kathedraal bezoeken en de Saónestroom bewonderen. Het einde van den tweeden dag ziet obs te Bourg. Wij komen bijtijds aan om de grootste merkwaar digheden van de streek te bezichtigen,namelijk de kerk van Brou. Het is een juweel in zijn soort. Die kerk bevat het graf van Philibert le Beau, doch wordt niet meer als kerk ge bruikt. Het bezoeken ervan is uitgebaat door den Staat zelf. Middagmaal te Dijon en avonddiner te Bourg waren beide even goed. Een schoone dag was weer voorbij en nu mochten we heer lijk van de rust genieten. Woensdag I7d Mei, derde dag. Iemand die voor de eerste maal de Alpenstreek komt bewonderen is van verbazing stom geslagen bij het aanschouwen van die prachtige en machtige natuur. We vertrokken 's morgens om 7 40 u. uit Bourg, de zon was er weer bij doch werd weldra voor ons verdoken door een lichte nevel die stilaan uit de bergen op dook. Zoohaast buiten de stad ontwaart men links de hooge bergen uit de Jura, waarvan sommige kruinen met sneeuw bedekt. Rechts heeft men voor korten duur het bosch van Sailly. Snel laten wij het Juragebergte achter ons en rijden maar voort naar Grenoble. Op de Pont d'Ain, over de Suran genieten wij over een prachtig panorama. Het school vliegplein Goudron wordt met aandacht bekt ken. Van verre steekt de toren op van S' Denis en Bugey op een hoogte van 624 m. Insgelijks begroeten wij de aloude ronde toren van Vany en smaken genotvol van de gezonde lucht in het bosch de la Serviette. Hier is men volop in de wijngaardstreek, 't zijn al wijn velden waar men het oog ook wendt, zelfs tot op de hooge bergen. Te Lagnie treedt men de Vallei van de Rhóne binnen. Te S' Sorlin rijzen de puinen uit van een oud kasteel op een hoogte gelegen. Langs weers kanten van de baan klimmen de rotsen reu zenhoog de lucht in, terwijl aan hun voet de donkergroene wijngaarden in bloei staan. Te Sault trekken wij de Rhóne over, het Jura gebergte wordt uit het oog verloren om de onbeschrijflijke heerlijkheid van de Alpen binnen te treden. Van af Evreux in het depar tement Isère duiken de eerste Alpenber- gen naar omhoog. Velen ervan zijn nog met sneeuw bedekt en volgen elkaar in verschil lende reeksen op. Te Montferrat, standbeeld van den bekenden vlieger Pégoud, na Mont ferrat komen wij het meer Paladrus tegen. Op dit oogenblik zijn wij hard aan 't klimmen en ons rijtuig trekt ons langzaam naar boven aan 12 km. per uur. Ónze aandacht wordt geves tigd op de Chaine du Grand Irat een echte reuzenrots te midden van veel andere die de 1600 m. hoogte bereiken. Te S' Robert berei ken wij de Casque de Néron zoo genoemd naar den vorm van de kruin die schijnt een helm te verbeelden. Om 11 uur landen we te Grenoble aan die omringd is met sneeuwber gen. Men vindt er weinig schoone gebouwen. Te melden het justitiepaleis, het statue de la libené, statue van Vaucanson rechtover het posthotel. Het standbeeld van Bayard 1476- 1524 met volgende spreuk ingebeiteld Dieu et le Roi, voila nos maitres, on n'en aura d'autres De keik van S' André bevat het grat van Bavard. In Notre Dam 2 is een prach tig ciborium (tabernakel) in uitgesneden steen te bewonderen. Nog te zien de citadel, de Isère stroom. 's Namiddags zetten wij onze reis voort naar Digne, doch daarover een juist gedacht geven is onmogelijk. Gedurende vier lange uren is het een klimmen en dalen, een draaien en zwenken tusschen de rotsen. De weg als een slang krinkelt weg en weer en leidt ons gedurig rond diezelfde dorpen en in diezelfde bergen doch telkens krijgen wij vernieuwde zichten, altijd even lief, altijd even prachtig, nooit vervelend. Wat is de natuur hier grootsch tn hoe steekt de armtierigheid af van die kleine dorpjes waar de menschen zoo armzalig geherbergd zijn. Om 8 u. 's avonds na een nooit te vergeten rit komen we te Digne aan met 3io km. in de wielen. Onvergetelijke dag. De vierde dag ving aan en iedereen was vroeg te been, 's avonds moesten wij te Nice aankomen. Om 7.40 u. trekt Kosmos vooruit met open kap en prachtig weer. Was de rit van gisteren prachtig, deze van vandaag zou overheerlijk zijn wij hadden geen oogen genoeg om te kijken links en rechts, vóór en achter ons, overal rond en telkens kon men zijn bewondering niet bedwingen en moest men het luidruchtig uiten. Welke afwisseling, welke kleurenpracht, welke verscheidenheid van planten Ongenaakbare rotsentoppen en even diepe afgronden er naast nooit geen vijftig meter rechte lijn, altijd maar draaien, klimmen en dalen... oordeelt zelf, autorijders, welk een eerste klasse chauffeur er aan 't stuur moet zitten. Te Charbrières trekken wij door de eeiste Gorge in een afgrond hoorde men de rivier Asse bruisen. Dan klommen wij de Col des Robines op en van aan de rivier Angles hadden wij op de Vallei van S* André les Alpes een der prachtigste zichten die men uitdenken kan. Dit laatste dorpje is heel lief en de bevolking heelt er een handje van om toeristen te ontvangen en te herbergen. Al met eens staan wij daar met onzen grooten Kosmcs voor een aloude smalle brug die wel licht door een nieuwe zal vervangen worden. Juist breed genoeg om erover te tiekken. Gerard, met een kompas in 't oog en meester in 't vak, heel voorzichtig, rolt stil vooruit om zonder slepen dezen moeilijken draai te nemen terwijl Vandenhove voorop met de armen allerhande teekens maakt om die gevaarlijke brug met volle zekerheid over te trekken, 't Ging op zijn eentje en 't was onder 't handgeklap van al de reisgezellen dat de reis werd voortgezet. We rijden door drie, vier gorgen, langs grondelooze afgronden waarvan voor velen het zicht alleen het hart ineenkrimpt. Reusachtige rotsen blokken han gen ons boven het hoofd en dreigen neer te storten. Gelukkig ncchtans dat zij goed vast zijn en ons onverlet laten voorbijgaan. Zoo geraken wij aan den top van Pinadoux 1240 m. en seffens er achter de Col de Aurs 1123 m. hoog. Aan de Glu du Défilé hebben we weêrom de sneeuwbergen. Zoo komen wij aan de brug Scafarnelle waar moteur en reizigers een welverdiend ademtje halen. De herberg rechtover Honnoraty is stormen derhand ingenomen, kaarten koopen en een frisch slokje van 't beste drinken en weinige minuten nadien vliegt Kosmos naar Puget- Théniers waar ons een allerbeste maaltijd te wachten staat en waar eenieder de tafel veel eer aandoet. Smakelijk geëten en hartelijk gelachen, een echte vriendentafel. Puget-Thé- niers, gij zult in ons geheugen blijven. En nu, vooruit naar Nice 1 We trekken de Gorge van Céans door 't is wonderschoon Na Villars ontwaart men hier en daar bruisende watervallen één der bijzonderste is zeker wel deze waar de Mesela zich in de Var werpt. Nog aan te stippen de watervallen van de Vesubie en de berg Arpes 767 m. Wij ver laten het Alpengebergte en komen om 5 uur te Nice aan. ('t vervolgt). De eerstkomende reis naar Rome per auto car, door Kosmos ingericht, gaat bepaald door op 20 September. Getal plaatsen zeer beperkt, gezien de groote belangstelling.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1933 | | pagina 3