THUYNDAGr Crédit Foncier de Belgiqne Prijskamp in het Lijnvisschen STAD YPER 1383 1933 Zondag 20 Oogst 1933 2' 45 7e 10 Uitgifte van Grondobligatiën BANK VAN KORTRIJK EN WEST VLAANDEREN leunde, deed zich het gemis aan theoretische kennis nog zoo weinig gevoelen, dat het on aanzienlijk geachte handwerk reeds vroeg een vrij hooge vlucht kon nemen, terwijl de hoog hartige medicina nog eeuwen lang in de kluisters van gezag en scholastiek bekneld zou blijven." Men behoeft, om dit verschil in ont wikkeling waar te nemen, slechts Yperman's beide geschriften, zijn Medicina en zijn Chi- rurgia, rtaet elkander te vergelijken. Het eerste biedt, afgkzien van het feit dat het in de landstaal afschreven werd, luttel oorspron kelijks en qou, zonder nadeel voor de ont wikkeling der geneeskunde, gevoeglijk onge schreven hebben kunnen blijven uit het tweede spreekt daarentegen de man van er varing, die, met allen eerbied voor de grieksch- arabische overlevering en voor zijne onmid dellijke voorgangers, toch liefst op datgene vertrouwt, wat hij met eigen oogen gezien en met eigen hand getast heeft. De wetenschap heeft dus haren plicht ver vuld na lange jaren heeft zij eindelijk den kunstenaar gevonden die hem ter eere een monument heeft gebouwd. De Cyrurgie van Meester Jan Yperman heeft, dank aan Prof. Van Leersum, de verdiende plaats gevonden in onze boekerijen. De stad Ieperen heeft ook het bewijs gele verd haren grooten burger niet vergeten te hebben. Hare archivarissen, namelijk Diege- rick en De Sagher zochten in de oude oorkon den naar inlichtingen over Jehan Yperman. Toen ik in mijne rede van ig3i had gezeid er werd geen gedenkteeken in ig3i ter eere van Jehan Yperman ingehuldigd, noch te Ieperen, noch elders zal het ooit gebeuren Daartoe zijn rechtvaardigheid, erkentelijkheid en vastberadenheid noodig 1 vestigde de heer Burgemeester van Ieperen mijn aandacht op het feit, mij gansch onbekend, dat onder de standbeelden, welke de muren van de Halle versierden, er in 1874 een van Yperman werd geplaatst, een verdienstelijk werk van den beeldhouwer Eduard Fiers. De oorlog heeft, met de Halle, al de standbeelden, ook het standbeeld van Jehan Yperman, tot gruis geslagen. De tempel van den Vrede, zooals de Halle door Busken Huet wordt genoemd, welke menschen, tus- schen 1201 en i3o4, aldus in i©3 jaren, had den opgebouwd, werd door het onvergetelijke gruwelwerk van igi4 igi8 platgedonderd, met de succesvolle, ellendige, misdadige medewerking van de giftige, dooderide gassen. Menschenbeschavirg Waar rust het stoffelijk overschot van Yperman De eeuwen hebben zijn geraamte tot stof gebracht en met de aarde vermengd. De oorlog heeft zijn geraamte met het gruis van de Halle vereenigd. Zijn geraamte is door Ieperen's grond gansch opgeslorpt. De Stad heeft haar kind letterlijk in haar boezem opgenomen. De menschen van de beschaving waren in igi4 tot igt8 nog niet voldaan: ende het klein standbeeld van de Halle moest ook met Ieperen's grond tot gruizel gekneed worden. Dr Broeckx was, in zijne bekende stu- dieën over de geschiedenis der geneeskunde, steeds vol geestdrift. In 1867 drong hij aan op dat, evenals Brussel een standbeeld aan Vesa lius, ook een aan Van Helmont, oprichtte, evenals Antwerpen op dezelfde wijze Couden- berg, en Mechelen Rembert Dodoens, hadden herdacht, ook Ieperen zonder lang uitstel een blijk van erkentelijkheid en eerbied aan haar roemrijk kind zou geven. La Ville d'Ypres, zei hij, doit sans tarder élever uivmonument a cette grande figure médicale et chirurgicale, qui domine toute la médecine belgddu Moyen- Age Kortrijk heeft haren Jan Palfya niet vergeten en hem met een standbeeld herdacht. Als wij thans de waarde van Yperman kunnen schatten, dan moeten wij bekennen dat de gedachtenis van den grooten heelkun dige, thans internationaal beroemd, zeker meer verdient dan een klein standbeeld tus schen andere aan de muren van de Halle. Ieperen bewaart de graven en de gedenk- steenen van de slachtoffers van den afschuwe lijken oorlog, het werk van eene internationale woekeraarsmaatschappij. Laat ons hopen dat in het midden van de herboren stad, in het midden van de duizenden dooden, wier oogen naar de eeuwigheid zijn gekeerd, een stralend beeld van den genialen Yperman zal oprijzen, als een symbool van den vrede door de duizenden dooden geëischt. In naam van de Koninklijke Vlaamsche Academie en van het Vlaamsch Congres voor Verpleegkunde en Sociale Geneeskunde, buig ik met eerbied en erkentelijkheid voor de gedenkplaat van Jehan Yperman, opgericht door de Commissie van Openbaren Onder stand, aan het Godshuis de Belle. Redevoering van Dr Brutsaert, Voorzitter v. het Syndicaat der Geneesheeren Ik heb de dood van Yper meegeleefd. Ik zag de stille vreedzame woningen, ik zag de openbare gebouwen, ik zag de kerken de eene neerstorten, de andere opbranden onder het losbarsten der Duitsche granaten ik zag ze dag in dag uit een stuk uitbijten uit onze geliefde stad zooals de nuchter waarheid eiken dag een stuk komt wegbijten uit eene schoone begoocheling. Ik heb de dood van Yper meegeleefd ik verheug mij over haai verrijzenis. Een na een rijzen weêr op de oude getui gen van hare eeuwige grootheid de vaart, de kathedraal heden het belfort, morgen de lakenhalle en rondom haar rijzen ten allen kante reusachtige gedenkzuilen van dien reusachtigen oorlog ter eere van Britten, Franschen, Canadeezen, die hier in 't uit hoekje van ons Vaderland in hun bloed de groote bladen kwamen schrijven van hunne geschiedenis. In onze kathedraal, die prachtiger dan vroeger, uit hare puinen is opgerezen, hebben deze onzer bondgenooten, die gelooven aan een hiernamaals en een beter leven dan dit tusschen de wieg en het graf, gedenkplaten gebeiteld om aan de nageslachten hunne helden te herinneren en Gods genade over hen af te smeeken. Heden vieren wij ook de onthulling van een gedenkteeken, niet van een oorlogsman met lauweren omkransd, maar vaneen meester in de geneeskunde, die ruim 600 jaar geleden de lijdende menschheid ter hulpe kwam en door zijne geschriften èn zijn Stad, èn zijn volk èn zijn taal eere en faam heeft bezorgd. Hier leefde de groote Yperling, die onder den naam van Jehan Yperman bekend staat. Hij heeft de halle zien voltooiende halle, een weerloos feodaal kasteel, zonder grachten, zonder ophaalbrugge, zonder schietgatende halle, tempel van den vrede, die in alle boeken der wereld afgeprent staat als een meesterstuk van bouwkunst en onbermhertig door Duit sche kanonnen werd in brand of in stukken geschoten. Hier leefde hij hier, in het hospitaal De Belle dat in 1276 gesticht wierd, fungeerde hij als heelkundige. Hier schreef hij in 't Vlaamsch zijne kennis en zijne ervaring neer, zijn volk ten bate en de wetenschap ter eere, en evenals Ambroise Paré met den titel van vader der Fransche chirurgie bekroond werd, heeft men terecht Jan Yperman de vader der heelkunde in Vlaanderen geheeten. Dr Snellaert schreef over hem Het was in den tijd van Maerlant dat de genees- kundige wetenschappen het meeste licht in Vlaanderen hebben verspreid. Een naam stijgt hoog boven de andere, in die schoone reeks minnen van de wetenschap, de naam van Jan Yperman. Is het dan te verwonderen dat Dr Broeckx in zijne studie over de geneeskunde aandrong opdat, evenals Brussel een standbeeld op richtte aan Vesalius en Van Helmont, evenals Antwerpen op dezelfde wijze Coudenberg en Mechelen Dodoens hebben herdacht, Yper bok eene blijvende en duurzame hulde zou: bewijzen aan den man hier gewonnen- en ge boren en begraven, die door zijne wetenschap zich heeft groot gemaakt. Heden is dien wensch volbracht en wijr geneesheeren van Yper en 't ommeland, wij- verheugen ons om de eere aan een van onze groote voorgangers bewezen, aan J. Yperman,. een man van eigen ervaring en eigen kunst, een man die neerschreef wat hij met eigen oogen gezien en eigen hand getast had en di& door zijn sch-ijven de chirurgische kennis uitbreidde en in een tijd dat latijn de taal der geleerdheid was, evenals Jean Van Helmont en Jan Palfyn, in 't Vlaamsch schreef in de taal van het volk om zijn tijdgenooten van zijne wetenschap te laten genieten. Vlaanderen met zijn machtige gemeenten was toen aan 't groeien, het streed tot ter dood voor zijne onafhankelijkheid. Dat haar Meesters in Dichtkunst, in Wetenschap zich. ook van vreemden taaldwang wilden losruk ken getuigt van hun streven naar vrijheid, naar eigen grootheid en daarom verdienen zij de erkentelijkheid van 't Vlaamsche volk. Wij bedanken allen, die tot den heerlijken dag van heden hebben meêgewrocht en niet het minst den heer Vandevelde, werkend lid van de Koninklijke Vlaamsche Academie van België, die sedert jaren in een droom de gedenkplaat ter eere van J. Yperman, als Vader der Vlaamsche heelkunde, zag oprijzen en verder de Commissie van Openbaren Onderstand, die zoo gulhartig en vol pieteit dien droom verwezenlijkte en zoo de Vlaam sche wetenschap heeft gediend en vereerd. - om 3 ure, in de Majoorgracht, gegeven door de Majoorvisschers, met de medehulp van het Stadsbestuur. 225 fr. prijzen verdeeld als volgt le 60 fr. 6e i5 fr. 3® 3o 8e 10 4e 25 ge 5 5e 20 ioe 5 Inschrijving van 11 tot i3 1/2 ure, in het lokaal der Majoorvisschers, in de Groote Pinte bij Maurice Decheiver, 111, Rijssel- straat. Inleg i,5o fr. Alle visschers toegelaten Ver de Vase uitgesloten. De prijskamp zal stipt op het gestelde uur beginnen. Weging en Prijsdeeling bij Maurice Ver- koutere, Tegelstraat, 5g. Het Bestuur. BELGISCH GRONDKREDIET Naimlooze Maatschappij gesticht in 1135 INTREST 5 0/. ZUIVER VAN ALLE TEGENWOORDIGE EN TOEKOMENDE LASTEN Die obligatiën uitgegeven door deze maatschappij met een bestaan van bijna 160 Jaar, en beschermd deor de SOCIÉTÉ GÉNÉRALE DE BELGIQUE, zijn eene volstrekt zekere plaatsing. Qnder meer zijn zij geklasseerd in de portefeuille van de ALGEMEENE SPAAR- en LIJFRENTKAS en van talrijke maatschappijen. AGENTSCHAP Naamloeze Vennootschap gesticht in 1873 Hypotheekleningen aan voerdeelige voorwaarden.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1933 | | pagina 6