Het Staatsbudget 1934 De Vaart Yper-Komen 3 Stad Yper - Bericht Vette en Natte Chicorei De wet verplicht den handelaar op 't einde van het jaar zijn inventaris op te maken immers de wet wil weten welke de uitslag van het handelsjaar geweest is. Maar voor den handelaar zelf, is het eer, hoogst noodige zaak, want de inventaris zal hem de middelen aan de hand doen om nauwkeurig evenwicht te brengen tusschen zijn inkomsten en uit gaven Zoo ook heeft de Staat zijn inventaris opgemaakt voor het jaar 1934 op voorhand dus men noemt zulks de begrooting indienen of het budget neerleggen de handelaar kan zijn inventaris juist opmaken, en de Staat kan maar zijn begrooting bij benadering indienen, wat in veel gevallen op begoochelingen uit loopt met Januari is de handelaar met zijn inventaris klaar, zijn handelwijze afgebakend en hij kan het nieuwe jaar met een vastgesteld kapitaal beginnen de Staat, die in alles het goede voorbeeld zou moeten geven, is met Januari met zijn begrooting niet klaar, begint het jaar met voorschotten en begaat dwaas heden. Geneesheer, geneest eerst u zelf 1 Het budget van iq33 moet nog goedge keurd worden en het jaar is ten einde Nu wij hebben dien mageren troost, volgens Mijnheer Jaspar, dat het nu gedaan is met het budgettekort en ig33 ons een boni van 28 458.000 fr. laat dat het budget voor 1934 gereed is met 10.553.763.000 fr. ontvangsten en to.384.206.000 fr. uitgaven met een voor zien boni van 170.000.000 fr. Proficiat Zal het met Januari gestemd zijn Zal men op einde 1934 nog boni hebben Zal het waarschijnlijk tekort weeral niet aangevuld worden door leeningen en belas tin gen In dat schromelijk cijfer van inkomsten staan er voor 8.768.000.000 fr. voortkomende van belastingen die last weegt loodzwaar en nog meer in crisistijd, op handel en nijverheid alsook op heel het economisch leven der natie. Maar, zegt Minister Jaspar, die buitenge wone reddingsmaatregelen zullen niet blijven aanhouden men zal er zoohaast mogelijk veranderingen aanbrengen met de belastingen te verminderen en de voortbrengst te ontlas ten met een belangrijke bestuurshervonning door te drijven met onze uitrustingsuitgaven te dekken zonder onze schuld te vergrooten en de delging onzer leeningen te verhaasten met.... enz. Och ons budget is evenals de hel geplaveid met goede voornemens. Mijnheer Jaspar, neme het ons niet kwalijk het is een crisis budget, zegt hij, t. t. z. dat men den belas tingschuldige nogmaals een geweldige ader lating zal doen ondergaan, juist omdat ze buitengewoon en maar tijdelijk is. In ver staanbaar Vlaamsch wil dat zeggen dat men ons het vel zal aftrekken om ons de beenderen te laten met de stellige belofte dat het de allerlaatste maal zal zijn dat men die operatie doet. Het budget ig33 en 1934 is dus in even wicht men kan dat op twee manieren doen maar er is enkel een manier om niet failliet te gaan, te weten, maar zooveel uitgeven als uw inkomsten toelaten. De naoorlogsche geest doodde die waar heid, welke een gansche beschaving had ver licht. De inflatie deed nog meer dan het bezit te ondermijnen zij schonk het drogbeeld het bezit te vermeerderen, wanneer zij het louter vaneen scheurde. De speculatie heeft het sparen gedood met het belachelijk te maken, alhoewel het sparen de ademhaling is der maatschappij qeemt het sparen of het kapi taal weg en de maatschappij sterft weg. Er is geen maatschappij zonder bezit en de Staat heeft als allereerste plicht zijn bestaan en voortduring te verzekeren. Wij hebben te lang den Staat als laatste doel aanzien, alhoewel hij enkel de toeziener is van het algemeen goed of bezit van zoohaast hij het aantast, treedt hij buiten zijn rol en komt te kort aan zijn zending en, met het kaiptaal aan te randen, vernietigt hij terzelfdertijd zijn eigen bestaan. En hoe komt de Staat er toe, alzoo zijn on dergang te bewerken Door de verleiding van het gemak, het ge brek aan vast karakter, de afstand van de uit voerende macht tegenover de wetgevende, ontstaan de omwentelingen en het bankroet. Wanneer de Staat zoo ver afdaalt dat hij de wet van het getal in zijn finantiên brengt ge lijk in zijn politiek, mag men gerust zeggen dat hij verzaakt heeft aan de hoedanigheid van beide. Want de wet van het getal, door het zuiver algemeen stemrecht in 't leven geroepen, eischt ook- van de rijken de zwaarste offers. Men begon met voor ontegensprekelijk te houden, dat de rijksten voor de armsten moes ten betalen. Hedendaags is het fortuin iets uit de middeleeuwen geworden men huldigde het princiep het geld te nemen, waar het was 1 Die formuul heeft den toer van de wereld gemaakt en den toer der geldbuidels. Want na de vernieling der groote fortuinen, is men gevallen op de mindere en van daar op de kleinste. De schijnrijkdom van den inflatie tijd is de naïeve heerschzacht van het volk ko men aanhitsen, ongeduldig als het was, om zijn levenspeil op te heffen tot dat der «rijken». Welke schoone volksweerwraak Welke schoone volksoverwinning 1 De Staat, meegesleept door de collectieve dwaasheid, gaf maar uit zonder tellen, zonder nazien, zonder berekening maar wanneer de vette koeien maar de schaduw meer waren van de magere, kon de Staat geen afstand doen van zijn bestuursgewoonten. De geiui neerde Staat kon er niet toe besluiten zijn kliënteel af te danken, te meer daar die kliën- teel, kies vee was Omdat het alvermogend getal zich niet wil de plooien en niet wilde toegeven aan de nood zakelijkste besparingen en inkrimpingen, was de Staat onmachtig om die heilzame besnoei ingen aan het getal op te leggen. En is dat niet de plicht van al wie regeert En omdat de Staat niet karaktersterk genoeg was en niet waardig genoeg om zijn wil op te dringen, heeft hij aan de belastingen gevraagd, wat de besparingen alleen hem hadden moeten geven. De Staat, als een nieuwe rijke, kon maar moeilijk afzien van zijn onberedeneerde uitga ven en ijlde wetens en willens naar het bank roet en omdat de overdreven belastingen de belastbare stof uitputte, bracht hij het kapitaal, dat zelfs het zijne niet was, ten onder kapi taal, waarvan hij slechts de rekenplichtige is. Zulke toestanden brengen een gewoon mensch op het bankje van het gerechtshof voor de landen is het de ondergang En sedert tien jaren dragen wij de gevolgen van zulk finantiëel beheer. Alles is nog niet verloren en veel kan nog terecht komen, zoo men wil begrijpen dat men de natie zelf den doodsteek geeft met den belastingsplichtige uit te zuigen tot op het merg. En wanneer de enkeling zijn inkomen met de twee derden verminderd ziet, dan moet ook de Staat den moed hebben zijn uitgaven in dezelfde maat te verminderen. Staat en natie, evenals de eenvoudigste burger, moet op straffe van dood, de wetten van het leven eerbiedigen. Het is hoogst noodig, dat regeeiing en par lement een harmonie verwezenlijken in de instellingen, in de fiskale lasten en in gansch het nationaal leven. Mochten alle partijen zich onthouden van standvastig deze pogin gen te verijdelen enkel en alleen om klasse, stand of partij te bevoordeeligen mochten alle burgers en werklieden verstaan, dat de gemakkelijkheden van hun persoonlijk of hui selijk bestaan in nauw verband zijn met de nationale mogelijkheden, de hulpbronnen van het land, het evenwicht van 's lands begroo ting of budget, den maatschappelijken vrede en de vereenigde krachten van allen. Hoe kan het in ons klein wereldje anders gaan dan in het groote heelal, dat zoo wonderlijk in even wicht is M. HETT. Nu dat er weldra zal moeten beslist wor den welke richting men aan het Albertkanaal tusschen Hasselt en Herenthals zal geven, en dat er een bepaalde keus zal moeten gedaan worden tusschen een der verschillige bestaan de ontwerpen, is er in de provincie Brabant weer spraak over de verbinding der Wille- broeckvaart met het Albertkanaal. De Heer Nens, gouverneur van Brabant, daaroverdoor een reporter van een Brusselscb dagblad ondervraagd, verklaarde dat de groote onkosten dezer verbinding, men spreekt van 3oo millioen, het ontwerp van het graven eener nieuwe vaart, om Brussel en Leuven met een rechtstreekschen waterweg te verbinden, niet zullen tegenhouden. Met de thans bestaande vaarten, moeten de schepen die van Leuven naar de Verbrande Brug willen varen, plaatsen die in vogelvlucht 22 kilometer van elkaar verwijderd zijn, daar voor een omweg van bij de 60 kilometer doen. Zij moeten eerst de Leuvenvaart volgen tot aan de Rupel en dan het kanaal van Willebroeck opvaren. Om dat te vermijden, is men dus ginder be reid een nieuwe vaart te delven die minstens een lengte van 35 kilometer zal hebben zoo het Albertkanaal langs Aerschot loopt, en misschien wel nog 2p kilometer langer zal moeten zijn indien het Albertkanaal langs Diest gegraven wordt. En hier, wat zal men hier doen Wij hebben het verleden week reeds gezegd, om een afstand van 15 kilometer af te leggen moeten de schepen, die van Komen naar Yper willen varen, nu feitelijk een weg, niet van 6o km., maar wel van 187 km. 184, dus meer dan driemaal zooveel, afleggen. Om dezen ontzaglijken omweg te vermijden moet er hier geen nieuwe vaart van 35 km. lengte gegraven, doch alleen maar een be staande vaart van x5 km. hersteld worden. Voor het herstellen dezer vaart, die groote- lijks door den oorlog beschadigd werd, zullen er ook geen 3oo millioen moeten uitgegeven wor den, doch alleen maar, volgers de voorloopige raming van bevoegde ingenieurs, de kleine som van 35millioen, hetgeen onbeduidend is in vergelijking met de sommen welke elders voor andere werken worden uitbesteed. En zeggen dat men hier terugschrikt om dit klein herstellingswerk te doen uitvoeren, ter wijl men Jmt iQ meer bevoordeeligde streken niet ontziet grootsche nieuwe werken aan te vangen. Wanneer zal dezen ongelijken toestand een einde nemen en wanneer zal de bevolking onzer geteisterde steden, voor wat inzonder betreft het uitvoeren van nuttige openbare werken, eens op denzelfden voet behandeld worden als het overige gedeelte van België zooals zij het nu reeds is in zake belastingen en taksen Wanneer Het Stadsbestuur brengt ter kennis der ingezetenen, wier huizen gelegen zijn langs de Staatsbanen in de kom der Stad, en die wenschen hunne eigendommen te verbinden met de waterleiding, het rioolnet, de gaslei ding of de electiiciteitsleiding, ONMID DELLIJK hunne aanvraag moeten doen aan het College van Burgemeester en Sche penen. Na de uitvoering der werken van herstel der Staatsbanen zullen alle aanvragen voor verbindingen gedurende een onbepaalden tijd verworpen worden. Yper, den 26 October ig33. is een bijvoegsel van water toegelaten tot i5 °/o dooreen DOMME WET. - PACHA heeft deze wet altijd bestreden en heeft nooit geleverd, sinds zijn bestaan in 1825, dan UITSTEKENDE DROGE CHICOREI

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1933 | | pagina 3