BELFORT Inhuldiging van het 15e Jaar, Nü 7 - 19 Mei 1934 15e Année, N° 7 - 19 Mai Chambre de Discipline STAD YPER De Naoorlogsche Jeugd Weekblad bel Arrondissement Yper Journal hebdomadaire de ('Arrondissement d Ypres Wehe r, Opsi l en Aankondigingen 34. Boterstraat, 34, Y-per Tel. 500 35 cl. het nummer 35 ct. Ie numéro Tél. 500 CO DES NOTAIRES de TArrondissement d'Ypres pour l'exercice 1934-1935 ZATERDAG 28 JULI 1934 ZONDAG 29 JULI Beiaardcor eert Koninklijke Hofbouwmaatschappij HET YPERSCHE w der Gstetsterrien. kar Tpamche Clubc, ena. LA REGION D'YPRES Oraanis de l'A«aoclation des Sinistréa^ des Clubs Yprois, etc. Abonnement 18 fr. 00 per jaar Buitenland 32 tv. Men stun tntekrWen in alle Belg tufte aosliantoren ttsmloc** artikels geweigerd Rédactton, Administration etPubliclté 34, rue au Beurre, Ypres. Abonnemsat 18 fr. 00 par an Etranger 32 fr. On ^eut rabonner dam tous les bureaux de paste Beiges Us articles nan slgnis sant re/usés POSITION DE LA Président Me Victor Pieters, Notaire a Reninghe. Syndic Me Ernest De Cock, Notaire a Y pres. Rapporteur Me Evariste Vande Lanoitte, Notaire a Vlamertinghe. Secrétaire M' William De Vos, Notaire a Wervicq. Trésorier M' Jules Vervisch, Notaire a M oorslede. Membres M' Arthur De Tavenier, No taire a Langemarck et Pierre Cas- siers, Notaire a Poperinghe. 's Avonds Blijde intrede van Reus Goliath Wandelconcert. 's Morgens Pontificale Hoogmis door Z. E. Mgr Lamiroy, Bisschop van Brugge. Beiaardconcert. 's Namiddags Inhuldiging van het Belfort door HH. MM. de Koning en de Koningin der Belgen. Historische Stoet. Concert door de Harmonie des Mines de Lens 's Avonds Beiaardconcert Groot Venitiaansch feest op de Majoor gracht. Bij het ter pers leggen deelt ons het Stads bestuur mede dat het ontworpen gelegenheids BeiaardconcertZondag middag geen plaats zal hebbende beiaardier, Jef Denyn, onverwachts belet zijnde. BERICHT De maandelijksche vergadering die moest plaats hebben op Zondag 20 Mei is verscho ven op Zondag 27 Mei 1934. Het Bestuur. Iedereen weet dat sedert den oorlog de vloed der misdaden stijgt. Hier, zoowel in schier alle landen, is er geen remmen aan men komt er niet toe dien vloed in te dijken en wat het droevigst om te bestatigen is, is het lange défilé van jonge boosdoeners, die zich aan de maatschappij vergrijpen, en in veifijnde deugnieterij hoogere troeven uitspe len dan hun ou lere voorgangers. Moeten wij voorbeelden aanhalen Neen, niet waar Al de dagbladen, zonder uitzondering, vor men over dat kapittel een ware bloemlezing. Onze jeugd is verwilderd, wil niet meer aan den band liggen, spot met alle zedelijke princiepen, welke zij als verouderd of als voorlistoiisch aanziet, wil uit het leven alles halen wat er uit te halen is, wil ongebreideld en onbeteugeld genieten, breken en alles om verhalen wat haar in den weg staat. En zoo wordt de eeuw der beschaving, de eeuw der verlichting, een eeuw van verval, van ondergang, van zedelijken en stoftelijken zelfmoord. Wat men te onthouden heeft uit al die be droevende geschiedenissen van een Pauwels, een Lens, een Nathan, een Stavisky en hon derden anderen en wat men aan te stippen heeft als een teeken des tijds, is het gemis of beter het moedwillig achterlaten in de opvoe ding der jeugd van die oude en stevige prin ciepen, die alleen bekwaam zijn die voorthol lende lichtzinnigen tegen te houden op de ge vaarlijke wegen het gemis van een ernstige voorbereiding om te weerstaan aan de hinder lagen des levens het gemis van den werklust en het gevoel der verantwoordelijkheid. Verre van ons hier te veralgemeenen het huidig geslacht, gaande van 18 tot 25 jaar, telt gelukkiglijk genoeg een mooi getal ernstige jongelingen, die streven naar een zeker ideaal. Misschien is die betreurenswaardige toe stand ook toe te schrijven aan het gebrek van algeheele ontwikkeling of een sceptische ge steltenis, dat kan ook het zedelijk peil der hedendaagsche jeugd veel verminderen wan neer men Aan niet veel meer gelooft of zich opsluit in een eng realisme, dan blijft men zit ten met een drooge ziel, waaruit het levens sap, de fut verdwenen is. Zoo er spraak is van een jongeling, die door erfelijkheid, een zekere dosis wilskracht en oordeel heeft, dan kunnen de gevolgen van zulken geestestoestand niet altijd moorddadig zijn. Maar heel anders is het gesteld, zoo de eerste opvoeding in de jeugdige zielen geen krachtzaden heeft gelegd, die, opschietende, een erfelijke karakterzwakte of een neiging tot onverantwoordelijkheid, kunnen verbeteren. Een vadsig bestaan, een overdreven sport, te veel geld te zijner beschikking, een onvol doende bewaking, het slecht voorbeeld der ouders, gevaarlijke omgang, kunnen van een jongen, zonder overgeërfde ondeugd, een nietswaardige, een gevaarlijk sujet, ja zelfs een booswicht maken. Het vernis van een bloote opvoeding zon der meer, het onderwijs zonder opvoeding, brokkelt zoo spoedig af, wanneer het niet stevig door persoonlijke deugden beschut is. Ik weet dat er ouders zijn die hun kinders alles toegaven in den jeugdtijd en tot de besta- tiging komen dat zij, eens volwassen, zoo niet zijn uitgegroeid lijk ze wel wilden en dan aan de tegenwerking beginnen. Somtijds lukken zij in hun pogen, maar dik wijls is het te laat, helaas en dagelijks komen wij van die treurige gevallen tegen. Wanneer een jongen in zijn prilste jeugd geen piinciepen van eerlijkheid en plichtsge voel, van lust tot werk en verantwoorde li k- heid heeft ontvangen, wanneer zijn oordeel niet gevormd is op het oogenblik dat hij het leven ingaat, dan is hij in een minderwaardi gen staat en wordt bij de eerste gelegenheid een gemakkelijke prooi van alle driften En hier valt de laakbare lakschheid van Staat, ouders en meesters in zake eerste op voeding aan te stippen. Men kent de kwaal en men wil niet reageeren. Hoe dikwijls hebt gij, zoowel als ik, niet Verbluft, ja beschaamd gestaan, bij de ge sprekken, welke jongens van 12 a 18 jaar voeren ze te hooren spreken in een gemeene of liederlijke taal van al wat eerbiedwaardig is in het leven of in de samenstelling der maatschappij, over de edelste levensuitingen, over het gezag, over de vrouw, over hun eigen ouders. Is het omdat zij anderen, ouder dan zij, over die zaken gehoord hebben Wat dan gezegd van hun wellevendheid in openbare plaatsen, treinen, herbergen, waar is hun beleefdheid Dat gemis aan wellevend heid is, bij de jeugd, een der zekerste teekens van een verwaarloosde opvoeding. Onze scholen, 't zij lagere, middelbare of hoogere, zijn te veel onderwijsgestichten in plaats van opvoe dirigsinrichtingen de hoof den der studeerende jongens worden als réservoirs volgepompt terwijl hun hart en hun ziel braak blijven liggen, men heeft te veel on derwijzers en te weifiig opvoeders. En hóe wil men met al dien ballast van wetenschap sterk staan tegen de verleiding en zijn man staan in den strijd des levens Men heeft den geest en den zin der studièn op een verkeerd spoor geleid. Men vult de hersenen, maar men polijst niet meer. Men aanziet het hoofd der kleinen en dat der jon gelingen als een soort entrepot, terwijl het slechts een orgaan van verstand, wil, smaak en geestdrift is. Men vergeet te vaak dat de jon geling en de jonge dochter niet het voorwerp maar wel het onderwerp der opvoeding is.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1934 | | pagina 1