De Historische Stoet van 29 Juli Hebt Ge uw biljet Koloniale Loterij La Visite Royale 2 onze afgevaardigden door den heer Fort- homme, Minister van Openbare Werken ia verhoor ontvangen om hem over de zoo be langrijke kwesties der spijzing van de Yzer en het kanaal Yper-Yzer en van het herstel der vaart Yper-Komen te onderhouden Wij hopen daarover goed nieuws te kunnen aan kondigen. Onverpoosd wordt er dus voortgewrocht om het beoogde doel te bereiken. Ons geslacht heeft Yper herbouwd, op ons berust den plicht te zorgen dat het ook leven kunne. En aan dien plicht mogen wrj noch zullen wij met te kort olijven Zij wilden wat teas recht, en wonnen wat zij wilden Zoo was het vroeger en zoo ook moet het nu wezen. De beiaard speelt zoo schoon hij kan De vreugde heerscht alom. T. Sevens Overheerlijke, onvergetelijke dag Dag van zege en blijde hoop in de toekomstl Dag van blijdschap bij Vorstenhulde en Koninklijke belofte. Dag, die immer in het geheugen zal blijven van al de Yperlingen, om al het mooie dat binnen de muren der oude stede voor de verbaasde oogen der duizenden toeschouwers ontrold is geweest. En onder al dat moois stippen we den his torischen stoet aan. Zeker, wij hebben geenszins de pretentie Kortrijk te overtroeven met zijn Guldtnsoo ren stoet van 1902, noch Brussel met zijn Vadeilandschen Jubelstoet van 1905 en iglo, noch Antwerpen met Consciencehulde of Landjuweel, noch zelfs de geschiedkundige Stoet te Yper vóór den oorlog maar we durven stout en vrank beweren dat hetgeen we op 29 Juli te zien kregen, voornamelijk in dezen ongelukkigen krisis'ijd, alle verwach ting heeft overtroffen, zoowel wat de opvat ting, de uitbeelding en de vertolking aangaat Voorwoord In ï383 was Yper belegerd door Engelsche strijdmachten onder het bevel van Henry Spencer, bisschop van Norwich, en het leger der muiters onder het bevel van Frans Acker man, R Vandevoorde en Jacob Schutterlaere. H^t leger van Yper was verdeeld in zestien compagnies cie ieder onder het bevel stonden van een kapitein daarbij had men nog de drie gil len of militaire broederschappen der handboogschutters, der kruisboogschutters en der schermers. Deze vereenigde strijd machten werden aangevoerd door den kasteel heer van Yper, ridder Jean d'Oultre, Heer van Weldene, die te dien tijde den titel van Burggraaf van Yper droeg. Hij was bijgestaan door zijn zoon Boudewijn, Heer van Elver- dinghe, en door den ingenieur Jean de Co- mines, kasteelheer van Komen. Bij deze edellieden waren zich nog komen voegen de Heeren van Iseghem, van Rolleghem, van Staden, van Hollebeke, en de negen burgers die den 6ta dag van het beleg ridders werden geslagen. Wanneer, na negen weken verwoeden strijd/ de hongersnood zich in de stad begon te doen gevoelen, braken de Engelschen het beleg op. Deze gelukkige bevrijding werd toegeschre ven aan de Heilige Maagd, wier hulp geduren de bet beleg door de vrouwen, de kinderen en de gebrekkelijke mannen werd afgesmeekt. Sindsdien blijft zij vereerd onder de aanroe ping van O. L Vrouw van Tuine, t.t.z. van de tuinen of hagen van levende doornen, alzoo zinspelende op de voornaamste verdediging van de stad welke bestond uit een goed dqor- eengevlochte en zoo dikke haag dat zij voor den aanvaller onoverkomelijk was. Dit gezegd zijnde willen we den stoet eens in oogenschouw nemen. Hij bestond uit drie deelen I. Een inleidend deel De groep der Maagd van Yper (Jw Berghman) voorafgegaan door muziek (soc. harm het Vaandel van Yper en den stads- heraut (M. Andries), die met de gekende dreunende stem zijn perkament aflas en ge volgd door een aantal lieve hof knapen. Mooie inzet die de goedkeuring van allen wegdroeg. II. Een historisch deel Triomfantelijke terugkeer der zegevierende milities na het beleg der stad in i383. Eerst hadden we de groep van zingende én dansende straatbengels die' hun vreugde uitjubelen De heer P. Tamboryn haalt er eer van. Zijn offervaardige inspanning behaalde een welverdiend succes. Daar komen de bazuinblazers. Heerlijke tonen der thebaansche trompetten die aan Middeleeuwsche tijden doen denken. Nu volgt de stedelijke standaarddrager en het magistraat van Yper (V'laamsche Ster), gevolgd door Abt en Monniken van Sint- Augustinus (St Vine College) ze zijn de gemeentelijke legerbenden aan de stadspoor ten gaan afhalen en leiden ze in triomf naar de Groote Markt. Gebed, boete en strijd heb ben samen het pleit gewonnen het betaamde dat beiden in den zege deelen. Een pluimke voor de vertolkers Nu komen de ridders van Yper die de bele gering der stad tot een goed einde brachten. De kleeren maken den man» zegt het spreek woord, en zoo ook voor onze liddeis van 29 Juli gansch hun houding was waardig, bewustvol en maakte diepen indruk. En nu hadden we de glorievolle strijders benden de St Sebastiaansgilde met banier dragers, hoofdman en schutters (Kon. Seb. Hrugge) idem voor de St Jorisgilie (Kon. Jor. Brugge) idem voor de sc.iermersgilde van Jacques Ramault. Fier stapten ze voort op de welluidende tonen van een machtig muziekkorps (Ypriana). Zoo moet het in i383 gegaan hebben muziek, gejuich, hosanna's. Treffende weergave, de milities te wapen (Vereenigde Hofbouwliefhebbers, Lustige Vrienden, C S. Y., Vrije Balders, St Michiels Turners) met hun veroverde oorlogstuigen. Treffend kontrast van de gemeentewapens lansen, pijken, zwaarden, bogen, knotsen, goedendags, bijlen, enz. met de huidige moordtuigen te water, te lande en te lucht Menigeen, die de stormrammen, blyde, dek kingschut, werpspies zag voorbijbollen als logge gevaarten, herinnert zich die helsche kanonnen en tanks die door de straten daver den in den grooten oorlog menigeen zal den oorlog gevloekt hebben, die al die moordtui gen in 't leven roept maar ook den wensch uitgedrukt hebben om goed gewapend te zijn om den vijand te keeren evenals Yper was in de Middeleeuwen. Dat deel oogstte grooten bijval het volk ziet gaarne die pakkende tooneelen uit zijn verleden, het gaat er fier op het heeft zija bewondering voor die groepen niet gespaard. We stippen hier een hoofdman aan die op onverbeterlijke wijze met zijn kort zwaard een onbetaalbaar eeresaluut maakte voor de koninklijke tribune de aanwezige officieren zullen vast en zeker jaloersch geweest zijn voor dat majestatisch gebaar van den geken den Coene van Boesinghe. III. Het zinnebeeldig deel Eeredienst van O. L. V. der Halle sedert deze heuglijke gebeurtenissen. Na de bazuin blazers komen poorters en volk (Elisabeths kring, Yzervrienden Brugge) het wonderbeeld bij het spelen van een meeslependcn zege- marsch, naar het Belfort brengen. Indrukwek kende zang, wuivende palmtakken, begeeste ring overal. Onmiddellijk daarop komen de dames van het Broederschap van O. L. V. der Halle met brandende fakkels, en dan de overheerlijke praalwagen, door de Ypersche Centrale Brou werij uitgevoerd, van O. L. V. van Thuyne, (Jufir. G. de Hemptinne), omringd door hof- knapen en bazuinblazers. Op ganscb zijn door tocht was het een gejuich, een gewuif, een bewondering vanaf de koninklijke tribune tot in de kleinste straten. En dan die prinselijke stoet van de graven en gravinnen van Vlaanderen voorafgegaan van het vaandel van Vlaanderen (P. Donck). Wat een groep van edelgeboren vertolkers, wat een pracht aan kleedij en versiering, wat een gratie in houding, wat een hofhouding voor Haar, aan wie de stad haar redding te danken had. We zegden 't reeds Opvatting en uitbeel ding lieten niets te wenschen over. Van den dansenden straatbengel tot den statigen gra venstoet was een klimmende belangstelling, alles zoodanig geschikt en geordend rond het brandpunt de wonderbare redding der stad door Haar, die nu troont op den voorgevel van het hersteld Belfort. Ontwerpers en vertolkers verdienen allen lof en den welgemeenden dank der bevolking Een wensch die naar alle waarschijnlijkheid zal vervuld worden. Brugge, Veurne, Kort rijk, Roeselaere, hebben in hun ommegang, eeii historisch en godsdienstig deel. Er is ffiógélijkhaid onze beroemde processie van O. L. V. van Thuyne in dien zin om te wer ken. Verscheidene groepen en wagens kun nen dienen en aan de dienstwilligheid en offervaardigheid der deelnemers valt er geen oogenblik te twijfelen. Moet al dat moois voor altijd verdwijnen Moet Yper weer zijn dood ingaan Yper's ommegang kan ook tot herleving der stad het zijne meebrengen. Het ware tevens voor de opkomende jeugd, die in deze bange tijden van verslapping en werkloosheid noodlottig wegzinkt een her haalde opbeuring, een gelegenheid om zich het voorbeeld der vaderen te gedenken, zich te spiegelen aan hun grootheid en helden moed, om naar hun voorbeeld zich waardig te toonen als fiere t urgeis van die stad waar voor zooveel bloed gevloeid heeft. En hiermee sluit z.ch weer een glansrijke bladzijze van het gulden geschiedenisboek van Yper. M. HETT. van de 120 miljoen uitgedeeld in 222.440 loten, waarvan 20 van één miljoen elk. Bestel het vandaag nog bij eene bank, een wisselagent of bij het Bestuur der Koloniale Loterij, 56, Guldenvlieslaan, te Brussel, met lOO frank per biljet te storten op post- checkrekening 71.60 en er 2,5o fr. aan toe te voegen voor de aangeleekende verzending. Een enkel biljet kan verschillende loten winnen. La réception triomphale faite au Roi le 29 juillet dernier est encore, comme de juste, l'objet de toutes les conversations en ville. L'affabilité du Roi et sa simpheité ont touché les centaines de personnes qui ont eu l'hon- neur de l'approcher. Pendant tout le trajet qu'Il fi: a pied pour se rendre de 1'Hotel de Ville au Beffroi et de la au Monument Yprois, a la Cathédrale et a l'Ecole Anglaise, II fut follement acclamé par la foule qui ne savait assez exprimer son loyalisme et son admiration. Malheureuse- ment, dans tout le parcours qu'il fit en berline, on ue s'tst apeigu qu'Il se trouvait dans la troisième voiture que lorsque celle ci était déja passée, en sorte qu'on ne le voyait que de dos. Rien d'étonnant que les acclamations ne partaient que lorsque la berline était déja passée a la grande uéception' du monde qui espérait voir le Roi de face. Ah, cette malencontreuse berline dont le devant cachait le Roi au public Combien le Roi n'aurait-il pas été plus en vue 3'II avait pu se montrer dans un carrosse officiel comme II Se l'était proposé de faire Et a propos de cette substitution de la ber line a moitié fermée au carrosse ouvert de la Cour, la population a appris avec étonnement et avec une vive indignation que ce change ment avait été imposé par les représentations des deux villes de Gand et d'Anvers, jalouses de ce que le Roi et la Reine se laissaient voir a Ypres avant d'avoir fait chez elles leur Joyeuse Entrée. On ne se doutait pas que le bonheür de notre petite ville flamande put a ce point por ter ombrage aux personnages officiels dé ces deux villes, flamandes aussi pourtant et-plus grandes qu'Ypres l Ah oui grandes comme étendue, certes, mais bien, biën petites, comme esprit. Ont elles done si vite oublié que l'Yser et Ypres lurent les remparts de la liberté beige Et que si Gand et Anvërs ont encore des bourgmestres élus, et non des ober burgmeisters imposés par le Reichc'est a nous qu'elles le doivent, et qu'il serait élé mentaire qu'elles nous en soient reconnais- santes au lieu de nous jalouser Au reste, Yprois, frappons-nous la poitrine et disons que c'est notre faute Anvers ni Gand n'auraient pu réussir a nous faire une pareille injure, si nous avions encore eu des défenseurs tels que Colaert, Nolf, Vandromme, Glorie, Bruneel De leur temps, non, cela ne se serait pas passé comme 9a Aujourd'hui, ^ur qui pouvons-nous compter danS des cas pareils Et ceci est notre faute, nous n'avons qu'a nous en prendre a nous- ipemes. i;., II n'y a pas le dissimuler non plus, la nou velle, connue an dernier moment, que la Reine ne venait pas, a causé une véritable conster nation en ville. v Du fait qju'oooe verraif pas la Reine, que

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1934 | | pagina 2