Gemeenteraad
van Yper
EEN LASTER
Bewijzen van Herkomst
JPour Grand
Voor Gent Brugge
voor Veekoopmans
Slachters, Landbouwers, enz.
ten bureele dezer, 34, Boterstraat, 34
2
m+rn
IM»/'
Knwmm in
reeds dikwijls handelden, namelijk over het her
stel der vaart leper-Komen. Die vaart dient
hersteld te worden. Een crediet van 10 millioen
is hiervoor voldoende. Welnu, de begrooting van
openbare werken maakt er zelfs geen gewag van.
Overal wordt geld te grabbel gegooid. Voor Zuid-
Vlaanderen wordt echter niets gedaan. De ver
deeling der toelagen dient heden geregeld te
worden. De heer Baels heeft onlangs nog gezegd,
dat de quaestie betreffende de vaart Ieper-Komen
zoo gauw mogelijk zou moeten opgelost worden.
Wij zijn er hem dankbaar voor, ofschoon hij,
toen hij minister was, er niets voor gedaan heeft.
Met beloften zijn wij niet gediend. Wij stellen
enkel vast dat deze vaart niet op de lijst der
groote werken voorkomt. Eens te meer werden
wij belogen en bedrogen
Het zou heel wat moediger zijn te zeggen
wat men met die vaart wil aanvangen. Dan zou
men ten minste weten hoe het met de toekomst
van die vaart gesteld is. Altijd worden dezelfde
redevoeringen uitgesproken, dezelfde beloften
gedaan. En in Mei 11. kwam dit nog duidelijk te
voorschijn in de handelskamer van leper. Van de
beloften zal er wel niet veel in huis komen, vree
zen wij, daar er al te veel en al te lichtzinnig
vanwege de hooge heeren met die schoone woor
den wordt omgesprongen.
De belanghebbenden zullen andere middelen
moeten aanwerven om hun doel te bereiken. Aan
een afvaardiging van Ieperlingen beloofde Ko
ning Albert op 14 November 1933, de zaak wel
willend te zullen doen onderzoeken. Zijn minis
ter, de heer Sap, beloofde kort daarop in den Se
naat, voldoening te geven. Het nut van dit kanaal
wordt dus door de regeering erkend. M. Sap
zegde dat dit werk voor alle andere vaartwerken
in Vlaanderen zou worden uitgevoerd. Het ka
naal zou gereed geweest zijn voor 1940. Ik zal het
eerst gelooven als ik het zie. Het staat evenwel
vast dat het kanaal zou welstand brengen aan de
gansche streek. Men spreekt over nieuwe groote
werken maar zij gelden niet den Vlaamschen
Westhoek ofschoon de bewoners van die streek
er ook voor betalen en onder den oorlog veel heb
ben geleden. leper werd integendeel beroofd van
al wat nering bracht. De rijschool vertrok naar
Brasschaet. Andere legerinrichtingen volgden.
De weldadigheidsschool werd ook afgeschaft.
Door gemis aan een kanaal werden ook nijver
heidsondernemingen naar elders overgebracht.
Wat werd gedaan met de oorlogsschade die de
regeering heeft getrokken om die vaart te doen
herstellen Heeft men dat geld elders besteed
Men had, na 1919, de vaart door den vijand zelf
hebben moeten doen herstellen. Dat zou mil-
lioenen hebben doen besparen. Ik heb jaren moe
ten schudden om den verantwoordelijken wakker
te krijgen, maar de liberale en katholieke minis
ters hebben niets gedaan. Met beloften zijn wij
niet gediend. Nu wij een lid der werkliedenpartij
als minister hebben krijgen wij weer hoop. Moge
die hoop niet bedrogen worden.
leper is prachtig herbouwd, maar heeft ech
ter alle bestaansmiddelen verloren. De inwoners
dezer stad verlangen te werken en te leven. Het
herstel der vaart Ieper-Komen is een geschikt
middel daartoe. De wateren van dit kanaal zul
len ook de vaart Ieper-Yzer ten goede komen.
Door deze verbindingen zouden ook overstroo
mingen vermeden worden.
Ik vraag aan den minister dat hij met dit
kanaal niet zou wachten totdat het Albert-Kanaal
geheel voltooid is. Het is nu meer dan ooit het
gunstig oogenblik om het herstel der vaart Ieper-
Komen uit te voeren. De werken kunnen in zeer
gunstige voorwaarden geschieden. Daarbij zijn
de noodige credieten voorhanden en werden de
onmisbare onteigeningen gedaan om er een aan
vang mede te maken.
Dank zij deze werken zou ook een groot ge
tal werklooze grondwerkers en metsers aan den
arbeid kunnen gesteld worden. Wij zijn er zeker
van, mijnheer de minister, dat gij er aan zult
houden uw naam aan dit grootscheepsche werk
te hechten. Indien gij de herstelling van deze
vaart doordrijft zal heel het Westland u dank
baar zijn en zult gij in de toekomst bij de bevol
king van het Westland als de man van het ka
naal Ieper-Komen staan aangeschreven
In antwoord op deze tusschenkomsten ten voor-
deele van hetgeen ons zoo nauw ter harte ligt,
antwoordde de Heer Minister van Openbare
Werken hetgene volgt
De heer De Man, minister van openbare wer
ken en werkloosheidbestrijding. De heer Goet-
ghebeur heeft gesproken over de haven van
Nieuwpoort. Aanzienlijke credieten werden er
aan besteed. De vlotkom werd in goeden staat
gebracht. De quastie betreffende het kanaal
Ieper-Komen werd door de diensten van mijn
departement bestudeerd. Ik ga er mede ak
koord dat dit werk zoo spoedig mogelijk uitge
voerd worde, niet alleen met het oog op de
scheepvaart, maar tevens om het water af te
leiden naar de Yzer en de Yperlee, die dus niet
meer vol zeewater zullen loopen.
De heer Butaye Kan men dit jaar niet be
ginnen
De heer De Man, minister van openbare wer
ken en werkloosheidbestrijding. Men zal daar
mede beginnen zoodra zulks mogelijk is.
Het is voor ons een aangename plicht de Hee
ren volksvertegenwoordigers Goetghebeur en Bu
taye, alsook de Handelskamer van Nieuwpoort
van harte te bedanken voor hunne zoo gepaste
tusschenkomst, en wij bedanken ook inniglijk
den Heer Minister De Man voor zijne goede
woorden die ons het beste voor de toekomst doen
verhopen en ons bijna de verzekering geven dat
het herstel der vaart Yper-Komen niet lang meer
zal uitblijven.
Dit is hetgeen onze bevolking en allen die het
met de belangen onzer streek goed meenen van
harte wenschen
In een Antwerpsch dagblad, namelijk de Nep
tune», van 17 Mei vinden wij, onder de hoof ding
De misbruiken der werkloosheid een artikel
dat voor onze bevolking en voornamelijk voor
onze werkloozen zekere lasterende aantijgingen
bevat.
Dit blad verwondert er zich over dat het aantal
werkloozen in het bouwbedrijf zoo oneindig ver
schilt van de eene provincie tot de andere en als
staving zijner veronderstellingen deelt het enkele
cijfers mede. Volgens de laatste optelling zou
den er 159 werklooze bouwwerklieden zijn in
Luxemburg, 299 in de provincie Namen en 991
in Limburg, terwijl de provincie Antwerpen er
7517 telt en de beide Vlaanderen er onderschei
denlijk 9.018 en 11.397 bezitten.
De reden dezer onregelmatigheid moet, volgens
gemeld blad, gezocht worden in de vermenigvul
diging van deze toevallige werklieden die men
vooral onder de boeren der Polders, der Ant-
werpsche Kempen en der Vlaanderen aantreft.
Na gedurende enkele dagen het gereedschap
van den plafonneerder, het truweel van den met
ser, de blokschaaf van den timmerman in handen
gehad te hebben, of alleen maar eenige brijken
verhandeld of wat mortel vermorst te hebben,
lieten ze zich als werklooze opschrijven en her
namen den arbeid op het land terwijl ze, met de
medeplichtigheid der syndicaten, hun vergoedin
gen opstrijken.
Dat er misbruiken bestaan is goed mogelijk,
maar het is den plicht van allen die zulke geval
len kennen deze bekend te maken om ze te doen
ophouden.
Het is eveneens mogelijk dat er te Antwerpen
onder de ingeschreven werklooze dokwerkers
velen zijn die slechts toevallig gedurende enkele
uren of eenige dagen aan de dokken werkzaam
waren, doch het gaat toch wat over zijn hout
dit misbruik, wanneer het bestaat, te willen ver-
algemeenen en het vooral hier, voor wat het
bouwbedrijf betreft, op onze bevolking toe te
passen. Dit is als een beschuldiging voor onze
verschillige werkloosheidsdiensten.
Dit Antwerpsch blad weet waarschijnlijk niet
of wil niet weten dat onze arbeiders hier, na den
oorlog, niet een dag, niet een maand, maar jaren
lang gebezigd werden aan den heropbouw der
verwoeste gewesten, dat zij nadien him bedrijf
in Frankrijk gingen uitoefenen van waaruit zij
thans de een na de andere, als slachtoffers eener
enggeestige beschermingspolitiek, verjaagd wor
den en hier de rangen der werkloozen komen
aanvullen.
Thans wachten onze talrijke werkloozen, waar
van wij hier korts geleden voor enkele steden en
gemeenten van het Arrondissement Yper het getal
voor de verloopen maand Maart aanduidden,
met ongeduld op het oogenblik dat... de Heer
Minister van Openbare Werken zich zal gewaar-
digen het herstel der vaart Yper-Komen te be
sluiten en alzoo aan onze geteisterde streek, die
alles verloor voor het heil van gansch het land,
een deel van haar verloren welstand terug te
schenken in plaats van steeds uitsluitend en al
leen de groote steden, zooals Antwerpen, Brussel
en andere, met nieuwe en grootsche werken te
begunstigen en te verrijken
Dat men eens, al ware het maar uit rechtvaar
digheidszin, te Brussel wat meer op onze streek
denke en er begon met haar terug te geven alleen
datgene waarop zij recht heeft, dan zouden wij
hier ook de voldoening hebben het getal onzer
werkloozen te zien verminderen en zou het dag
blad Neptune geen zulke smalende verdenkin
gen meer durven neerpennen.
Le journal Neptune publie, dans son numéro
du 26 Mai 1935, la note suivante
Nos parlementaires au canal de Terneuzen
Gand, 25 mai. Comme on le sait, le vendredi
31 mai prochain, des parlementaires feront, a
bord d'une malle de l'Etat, une excursion sur le
canal de Terneuzen, afin d'examiner les installa
tions maritimes du port de Gand.
Le Collége échevinal a regu a ce jour une cen-
taine de réponses de parlementaires et quelques-
unes de mi nistres, désireux de participer q ce
voyage qui, par mer, se poursuivra jusqu'a
Ostende.
In het nummer van 26 Mei 11. van het dagblad
Neptune lezen wij het volgende
Onze Kamerleden naar het kanaal van
Terneuzen
Gent, 25 Mei. Zooals men weet, zullen,
op Vrijdag 31 Mei aanstaande, kamerleden een
uitstap doen, aan boord eener Staatsmaalboot,
op het kanaal van Terneuzen, ten einde de zee
vaartinrichtingen der haven van Gent te onder
zoeken.
Het schepencollege heeft tot op heden een
honderdtal antwoorden ontvangen van kamerle
den en zelfs enkele van ministers, die begeeren
deze reis mede te maken welke, op zee, tot aan
Oostende zal voortgezet worden.
In Het Nieuws van den Dag lezen wij dat
de Brugsche volksvertegénwoordigers en sena
tors met burgemeester Van Hoestenberghe aan
het hoofd verleden week Vrijdag, in den namid
dag, door den Heer Spaak, minister van Verkeers
wezen, ontvangen werden.
Deze afvaardiging heeft bij den Heer Minister
ten sterkste aangedrongen voor de verplaatsing
der statie van Brugge in Oostelijke richting,
dichtbij de werkhuizen der staalgieterij La
Brugeoise en het verleggen der spoorweglijnen
naar de kustplaatsen buiten de Brugsche bebouw
de kom.
Daarvoor bestaat reeds sedert 35 jaar een over
eenkomst tusschen den Belgischen Staat en de
stad Brugge, doch thans zou de N. M. van Bel
gische Spoorwegen alleen het omleiden der kust
lijnen willen uitvoeren. Het overige zou uitge
steld worden tot betere tijden. Het uitvoeren van
dit voorstel zou de stad Brugge onmiddellijk be-
rooven van 57 dagelijksche treinen naar en uit
Blankenberghe, Knocke en Oostende, wat voor
Brugge als toeristisch centrum uiterst schadelijk
zou zijn. Daartegen hebben de Brugsche volks
vertegenwoordigers en senators zich dan ook
krachtdadig verzet en de uitvoering van gansch
het plan geëischt.
Als gevolg op deze tusschenkomst heeft de
Heer Minister De Man, in de Kamerzitting van
28 Mei, verklaard dat hij overleg gepleegd heeft
met zijn collega van Vervoer en het eens geraakt
is dat de noodige kredieten voor de verplaatsing
der statie van Brugge moeten en zullen gevonden
worden in den Dienst voor Economische Herop
beuring.
Zitting van Maandag 3 Juni 1935, om 18 uur.
1. Proces-verbaal der zitting van den 29
April 1935.
2. Openbare Onderstand Verpachting
uit ter hand van twee huizen.
3. Openbare Onderstand Openbare ver-
kooping van houtgewassen.
4. Openbare Onderstand Verhooging van
500.000 fr. der bestaande kredietopening.
5. Openbare Onderstand Plans, bestek
ken en lastenkohieren betreffende het uitvoeren
van verbeteringswerken op zeven verschillige
hofsteden.
6. Kerkfabriek van St-Maartens Reke
ning over het dienstjaar 1934.
7. Kerkfabriek van St-Jacobs Rekening
over het dienstjaar 1934.
8. Wegen van groot verkeer Onderhouds
werken Lastenboek Bestek.
9. Politieverordening op de openbare dans
feesten en vermakelijkheden.
10. Taksverordening op de openbare bals
Aanvulling.
11. Beiaard Oefeningsklavier Aankoop.
12. Verkeer Ondergeschikte banen.
13. Lastenkohier voor het verhuren der
Standplaatsen op de markten Wijziging.
14. Onderzoek der Stadskas Proces-ver
baal.
15. Mededeelingen.