Alleen in de Wereld KOFFIES en CHICOREI met PREMIEN Christiaens Devolder KortrijK Kosmos Toerisme Te koop in alle goede winkels. - PremiedepotG. Laroye, 20, Boomgaardstraat, Yper. 15-6-1935 Het Ypersche-2e Bijvoegsel-.La Région d'Ypres N° 11 EISGHT ALTIJD EN OVERAL DE Verven Droogkuischen N ieu w wasschen Luxe - Waschdienst Kilowasch Teintures Nettoyages Blanchissage de luxe et au kilo Glagage Américain de Cols Manchettes Bijhuis L. KNOCKAERT - JOOS Dépói t, Diksmudestraat Rue de Dixmude, YPER. Tel. 260 YPRES. Mengelwerk van «Het Ypersche» - N'28 door Dr August SN IEDERS. (Vervolg) De kamer heeft niets akeligs, maar, Dobs die dezen avond erg zenuwachtig en overspannen is, neemt toch het besluit de koperen olielamp te laten branden, en de deur tusschen Chiduc's kamer en de zijne open te laten. Waarom Dat weet hij zelf niet. De student heeft het kort gemaakttwee of drie maal heeft hij deze of gene dwaasheid ge roepen, waarop Dobs geen antwoord gafeinde lijk schreeuwt hij nog eens Goeden nacht, ouween hij ronkt reeds als Dobs nog met ge bogen hoofd en somber op den vloer starend, voor het bed zit. Het slaat vier ure op de hangklok in de her bergkamer Chiduc is wakker en begint bepaalde plannen te maken, om zich niet door den slim- men ouden Dobs te laten afvangenvóór dat Dobs wakker is, moet hij reeds de frissche lucht scheppen, kruidje-roer-me-niet en madeliefjes zoeken. Alles is rustig in de afspanninghet eerste licht dringt, door de slecht gesloten slagvensters, in de kamer van den studiosusbuiten kraait de haan, blaft de bandhond of ratelt met zijne ijzeren ketting over den houten dorpel van zijn hok buiten hoort men soms het doffe gerommel van eene kar of van een hondenwagen op den steenweg een gerommel, dat luidruchtiger wordt en ook allengs weêr wegsterft. Door een der spleten van het venster dringt eene zonnestraal, en in de herbergkamer hoort men gen geschuif en een zacht geklons een enkel der huisgenooten is dus reeds wakker. Chi duc oordeelt het oogenblik gunstig en richt zich hij is ditmaal een man van voorzorg geweest eensklaps gekleèd van zijn bed op zijne schoe nen neemt hij in de hand en zachtjes, op de teenen zelfs, gaat hij doof de kamer van Dobs. Het licht der olielamp is op het punt van uit te dooven de verkoolde lemmet heeft beneden nog wat vlam er stijgt een benauwde smoor van de wiek op. In de kamer heerscht een koud sche merdonker de alkoof staat open het bed is, zou men zeggen, weinig of niet in wanorde. Chiduc staat stilzou de oude schurk hem te vlug zijn geweest Hij nadert het bed en inder daad, Dobs is er niet. Dat maakt hem ongerust. Naast de alkoof is eene kas, wier deur op een spleét staat. De student werpt die deur open, en om zich te kunnen vergewissen of de tooneel- speler daar niet verborgen is, neemt hij de lamp, heft ze op en ziet Dobs, die in de kas tegen den muur staat. Het gezicht van den ouden kameraad is bleek, de oogen staan glazerig en wijd open, en de man steekt de tong uit. Wat gekkernij vangt ge daar aan, Dobs zegt Chiduc eenigszins ontsteld. Dobs antwoordt hem nietdoch blijft Chiduc in dezelfde houding, en den witten vilt op het hoofd, met groote oogen aanstaren. De student trekt de lampwiek een weinig op, en nu de vlam wat meer licht geeft, en hij zijn kijkglas in het oog heeft gezet, ziet hij dat Dobs zich in de kas heeft opgehangen. Chiduc riltdoch de student herstelt zich allengskens en aarzelend de afhangende magere hand van den tooneelspeler aanrakende, voelt hij dat ze reeds niet meer warm is. Dan brengt hij zijne hand op de hoogte van het hart en luis tert het klopt niet meer. De student zet de lamp neêr, blijft een oogen blik voor de kas staan, en al zijne onbeschaamd heid herwinnende, mompelt hij, den mond tot een grijnslach vertrokken Oude schurk, gij zijt mij te rap geweestgij hebt mij voor de on betaalde rekening willen laten zitten Nu, ik zeg niet vaarwel, maar hangwel. Chiduc sluit de kas, verlaat de kamer, trekt de deur behoedzaam tod, en zegt tot den staljongen, die in de huiskamer het vuur'opstookt Maak geen gedruisch mijn vriend heeft rust noodig binnen een paar uren kom ik met hem het ontbijt nemen koffie, brood, vleesch, kaas of wat er voorhanden is. Middelerwijl ga ik mij verlustigen in het grootsche natuurtooneelhet opkomen der zon. De staljongen gaapt den wonderlijken Men heer aan, ziet dezen zijne schoenen aantrekken, een eindje, cigaar van den vorigen avond aanroo- ken, en onder het frazelen van een deuntje, de deur uitgaan. 't Is een heerlijke morgen de zon heeft den hemel in het oosten in gloeiend goud veranderd de lucht is puurblauw de boomen langs de baan, nog klammig door den regen van den nacht, wase men eene verkwikkende frischte uit en glinste ren, tintelen en flikkeren alsof de feeën 's nachts, diamantgruis over ffun groen, strooiden. Chiduc draait ee» oogenblik voor de afspan ning heen en weêr en'wandelt nu den weg op doch langzaam, de Ijapden in de broekzakken, den neus in den wind.rHij schijnt lucht te schep pen, meer niet. Wiéf'hém zóó ziet gaan, zal niet eens denken dat hij jèeiié onbetaalde rekening ontvlucht. 1} 4 «Overigens,,» mor (hij, Dobs is, daar; Dobs heeft mij meegesleeptDobs moet betalen... Men heeft in alle geval een heelen en ongeschonden Dobs, voor een paar lappen Spek en eenige ge broken eieren. Van tijd tot tijd ziet Chiduc eens om of er soms onraad achter hem verschijnt. Naar gelang hij zich van de afspanning verwijdert, gaat hij sneller en aan een zijweg gekomen, slaat hij dezen in en stapt nu snel door, totdat hij denkt buiten schot te zijn. De student bevindt zich eindelijk inderdaad in veiligheid hij rust nu ook eenige oogenblik- ken onder eene groep schaduwrijke beuken en op het gras, dat met veelkleurige bloemekens en gouden lichtschilfers van den zonnegloed bespikkeld is eene recht dichterlijke plek, en die Chiduc ook begeestering schijnt te geven. Als oude vriend van dien schurk,zegt Chi duc nadenkend, zal ik toch wel eene lijkrede op zijn graf moeten houden wel te verstaan als men hem niet in den omtrek der afspanning in den grond stopt. Ja, eene lijkrede, die dan ook in de dagbladen zal worden opgenomen, en waar in mijn naam nogmaals als redenaar schitteren zal... Dat geeft altijd een kleinen stralenkrans! Eene lijkrede, waarin ik zeggen zalDobs be hoorde tot de partij der eerlijkheid, tot het le gioen pioniers des vooruitgangs en der bescha ving, in eene wereld die nog door de zwartrokken der geestelijkheid, als onmetelijke vleermuis vleugelen uitgespreid, verdonkerd wordtDobs is gestorven zooals hij geleefd heeft, niets ver wachtend in de toekomst of het zoogezegd ander leven, maar de belooning van een volbrachten plicht, van een welgeëindigden levensloop in zich-zelven vindende. Dobs was een goed vriend, een eerlijk en beminnelijk man, een groot bur ger, een geniaal schrijver, een edel hart in den vollen zin des woords. Chiduc stapt, luidop declameerend, de lange armen zwaaiend voort, en dacht hij er aan, hij zou het ten zijnen gunste uitgelegd hebben, dat Voor uwe BEZOEKEN AAN DE TENTOONSTELLING WEND U TOT WEKELIJKSCHE AFREIZEN KOSMOS laat hare klienten genieten van de overheerlijke ver lichting, daar het vertrek uit Brussel slechts om 23 uur is. 1 DAAGSCHE REIZEN ieder DONDERDAG EN ZONDAG. Vervoer prijs 38 Fr. 2 DAAGSCHE REIZEN ieder ZONDAG met bezoek aan Hofstaede' Marche-les-Dames Waterloo. Prijs 210 fr. vervoer, hotel, drank en drinkgeld inbegrepen. 3 DAAGSCHE REIZEN ieder ZATERDAG met vertrek langs Luxemburg en bezoek aan het Klein Zwitserland. Prijs 350 fr., vervoer, hotel, drank en drinkgeld inbegrepen. Afzonderlijke reizigers hetzij per spoor of pri vate voituur kunnen hunne hotelaangelegenheid bij KOSMOS bestellen. Voor alle verdere inlichtingen richt U tot KOSMOS Groote Markt, 26, YPER Telef. 515. de vogelen in de takken, bij het hooren zijner holle stem, niet meer zongen, dat de bloemen onder zijnen voet zich nederig bogen, dat de blaê- ren koude tranen, van ontroering lieten vallen XIV. Een nieuwe getuige. Wij keeren tot den vorigen dag en de Sancta Maria terug, op het oogenblik dat moeder en zoon voor den vader verschenen en Dobs, als een overwonnene en doodelijk gekwetste slang, weg sluipt. Na een gedwongen oponthoud te Brugge, is de professor in de badstad aangekomen en spoedt zich naar de villa van zijn buurman, den bewo ner van het oude huis, waar hij zijne dochter Adriana ontmoet, die, niettegenstaande al de tri- bulatiën, er voortreffelijk uitziet en aan wie de zeelucht blijkbaar goed heeft gedaan. Dat ten minste is voor den Pool eene goede tijding, en terwijl hij zijne kinderen omhelst, Adriana gelijk Claudine de kus van de pop was den professor minder aangenaam denkt hij voor het oogenblik aan het overige niet meer. Claudine evenals de pop worden naar buiten, op den zeedijk, gezonden en vader en dochter zitten nu, de handen inniglijk in elkander ge klemd, te spreken over al het wonderlijke dat er .-•av' v^' .- ::a -»■

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1935 | | pagina 9