3 AFSCHUWELIJKE MISDAAD TE PASSCHENDAELE Leest en verspreidt HET YPERSCHE Een 17 jarige jongeling door een vader van 8 kinderen laffelijk om het leven gebracht. Maandag 8 dezer, van in den vroegen morgen reeds werd de mooi herbouwde en anders zoo rustige ge meente Passchendaele, wier naam vermaard is geble ven door de bloedige gevechten welke er tijdens den kinderen. Joye arbeidde in een fabriek in Frankrijk en was, daar hij ook nog het ongeluk had aan den drank verslaafd te zijn, om zijn opvliegend karakter en zijne vooruitstrevende gedachten niet al te besi befaamd. In meer dan eene herberg reeds, waar hij, telkens hij bij drank was, over politiek begon te rede twisten en met de andere verbruikers ruzie zocht, had men zich verplicht gezien dien heethoofd buiten te zetten en in vele plaatsen had men liever ifijn gezel schap niet. Op zijne gebuurs Depuydt, die hem nochtans nooit iets misdeden, had hij het ook niet al të goed gezien. Mogelijks is de mededinging van om zeggens twee Het slachtoffer Roger Depuydt De Heeren Van Brusselen, substi uut, Devos, onderzoeksrechter, cn Vanderghote, griffier, aanhoor jn het verhaal van vader Depuydt. oorlog geleverd werden en waar zooveel Engeischen sneuvelden getuige ervan het groocsch en onine.e- lijk kerkhof Tyne Cotgenaamd andermaal in rep en roer gesteld. Als een loopend vuur ;verd hei rondverspreid, van mond tot mond werd het voort ver teld «er is dezen nacht een moord gebeurd», en da delijk las men in ieders cogen de gevoelens van vrees en medelijden waardoor allen bij het vernemen van dit akelig nieuws aangegrepen werden. Velen herinnerden zich ook nog de wreede moord alhier over een paar jaar begaan, waarbij een vrouw door een afgewezen minnaar in haar woning doodge schoten werd. Toen was het de drift eener onwettige liefde die de hand van den moordenaar gewapend had, doch thans is het de ongelukkige drankduivel geweest die langs den eenen kant een brave en werkzame fa milie van 8 kinderen in het verdriet en aan de andere zijde een moeder insgelijks met 8 kleine, onschuldige kinderen in de oneer en de schande dompelt. Op de Mosselmarkt De Mosselmarkt, zoo heet de wijk. een tiental mi nuten over de dorpplaats gelegen, waar de dader en de ouders van het jeugdig slachtoffer wonen, 't Is daar ook, in de Yperstraat, op slechts een goê honderd me ter van de ouderlijke woning dat de doodelijke twist plaats had en het lijk van den vermoorde in de gracht gevonden werd. In de herberg «De Mosselmarkt», links van de baan gelegen, wonen de echtgenooten Depuydt, een gezin met acht kinderen, zes jongens en twee meisjes, waar van het jongste thans-10 jaar oud is en het tweede der meisjes dit jaar haar plechtige communie moet doen. Alleen de oudste zoon is gehuwd, terwijl de andere zeven kinderen nog allen bij vader en moeder inwo nen. Vader Depuydt is aardewerker van beroep en ging, meestal geholpen van zijn 17 jarigen zoon Roger, die thans op zoo wreede wijze om het leven werd ge bracht en die de vijfde was van acht kinderen, nu hier dan daar op een hoeve een handje toe steken. Naar hetgeen vader Depuydt ons verhaalde was zijn zoon Roger verleden jaar naar Frankrijk ge trokken om er het beetenseizoen te doen en was van ginder met een mooi sommetje teruggekeerd, wat wel bewijst dat het een vlijtige en spaarzame jongen was. Wanneer zij, in het doode sei zoen, nergens te werk gevraagd waren dan gingen vader en zoon uit, zooals zooveel anderen het hier op de gewezen frontstreek nog doen, om de eene of andere partij land te diepgronden en er om «buit», t.t.z. ijzer of koperafval te zoeken. De moe der, bijgestaan door haar oudste dochter, houdt zich bezig met het huishouden, met de herberg waar de verkoop, zooals meest overal in de afgelegen ouiten- wijken, althans in de week maar zeer gering is, en ook nog met een kleinen kruideniershandel dien zij in een plaats, aan de ge lagzaal palende, uitbaat. De oudste zonen gaan uit om te werken, een ervan is aan den arbeid te Rousselare en twee anderen zijn reeds sedert ver- schillige jaren bij een groothan delaar in kruidenierswaren te Yper werkzaam. Over 't alge meen is de familie Depuydt van gansch de gebuurte geacht en gaarne gezien. De vader had in zijn jongere jaren steeds goed kunnen meêdoen en was wel eens een haantje vooruit ge weest, doch die tijd is nu reeds De dader Ach. Joye, lang voorbij en op zijn gedrag valt er hoegenaamd niets meer te zeggen. De moeder echter is de goedheid zelf en ziet er een doorbrave vrouw uit die zich gansch haar leven heeft afgesloofd om haar talrijk kroost in eer en deugd groot te bren gen. Wat de kinderen betreft, deze gaan door als goede en naarstige jongens die, zooals alle harde werkers, er aan houden zich 's Zondags eens goed te verzetten en eenige pintjes te drinken, doch die nooit iemand eenig leed zouden aandoen. Zoo leefde deze schoone werkersfamilie gelukkig en tevreden, in de beste ver standhouding met iedereen. Daarnevens en ervan slechts gescheiden door een kleinen aardeweg bevindt zich een andere herberg «De Nieuwe Mosselmarkt» geheeten en bewoond door Joye Achille, 38 jaar oud en vader van 8 minderjarige aanpalende herbergen daaraan niet geheel en gansch vreemd, doch zender twijfel draagt de slechte mbc.-st van Joye daaraan wel meest de schuld. Zoo had hij vroeger eens den oudsten zoon Depuydi bedreigd o ti- dat dezes politieke overtuiging mee de zijne niet over eenstem.. Nooit echter was het tusschen die twee fa milies tot daden gekomen. De echtgenoote Joye kwam zich vroeger regelmatig gerieven in den winkel van Depuydt, en wanneer duiven van Joye op het hox van Depuydt kwamen werden deze aanstonds teruggedre- ge... lot op heden kon dus niets het pijnlijk drama doen voorzien dai thans deze twee families in rouw en droefheid heeft gestort. De misdaad. Zondag namiddag was Roger Depuydt, die eerst van gedacht was naar den Carnavalstoet van Yper te ko men zien, doch tengevolge van het doorslecht weder van deze verplaatsing afzag, naar de dorpplaats ge- gaar. waar hij weldra eenige kameraden ontmoette en verscheidene herbergen bezocht. Tegen den avond had hij nog met een zijner broeders op den vogeipik ge smeten en was dan nog niet het minst bij drank. Tegen alle gewoonte in hield hij zich dien avond wat langer bezig dan naar gewoonte en rond 11 u. 30 bevond hii zich nog bij Pype, waar het juist herbergkermis was. Wat er daarna gebeurd is en hog het drama zich daar te midden den naeht Op dien eenzamen weg af gespeeld heeft, dit zal het in gang zijnde onderzoek moeten uitwijzen. Wat er ook V3n zij, dit staat in alle geval nu reeds vast dat de twee mannen samen huis waarts zijn getrokken en onderweg, op omtrent een honderdtal meter van hunne woning, aan 't vechten zijn gegaan. Waarschijnlijk hebben zij elkander eerst gestampt en geslagen al voortgaande- en dan wat ver der, op den boqrd van den weg, elkander vastgegrepen en zoo beiden, al vechtende en zich verwerende, ne vens een houten telefoonpaal in de kleine, ondiepe gracht gerold waar er een twintigtal centimeter water in s.aat. De 17 jarige Depuydt heeft voor den sterk gespierden Jcye het onderspit mceten delven en werd daar laffelijk vermoord. Na zijne misdaad begaan te hebben, liep de woes- taard met zijn kleederen half nat en gansth besmeurd en bemodderd bij zijn daar dichtbij wonenden broeder werd op de plaats van het drama geleid cn ondervraagd. Camille aankloppen en zegde hem dat er daar een man in de gracht lag. Camille Joye, die het beroep van kolenhandelaar uitoefent en om zijne eerlijkheid en rechtschapenheid niels dan vrienden telt, ziende dat Achille nogmaals bedronken was en, gezien zijn opge wondenheid en bevuilde kleederen, vermoedende da. hij gevochten had, miek zijn broeder er een verwijt van over zijn schandig gedrag, doch werd zelf nog schier bedreigd door den woesteling die hem barsch toesnauwde Gij zult ervoor in het kot niet moeten zitten, 't is ik die er in zal gaan Ook zijne 70 iarise en ziekelijke moeder, die bij haar zoon Camille in woont en er liefderijk verzorgd wordt, sprak hij ru.v toe. Dit groot ongeluk zal voor die oude moeder, met wie allen innig medelijden hebben, een uiterst gevoe- ligen slag zijn. Hierop liep de dader, waarschijnlijk niet meer we tende wat aanvangen, terug naar de dorpplaats en ging den Heer notaris Camerlynck, burgemeester, wek ken aan wien hij, op zijne vraag wat er gaande was, toeriep dat het een kwestie was van leven of dood. Ondertusschen was Joye Camille buiten gekomen om te zien wat er feitelijk gebeurd was en met wien zijn onwaardige broeder zou gevochten hebben. Op enkele stappen van zijne woning, juist nevens de haag van zijnen hof, zag hij in de gracht, half in het water ge dompeld, het lichaam van éen manspersoon roerloos op den rug uitgestrekt liggen. Dadelijk liep hij in de gebuurte hulp halen en trok den ongelukkige, dien hij herkende als zijnde den 17 jarigen Roger Depuydt, uit de gracht en legde hem voorzichtig op den kant aer Daan neder. De Heer dokter Vermeulen, van Pas- scuendaele, werd verwittigd en kwam spoedig ter plaats, er weldra gevolgd door den E. H. onderpas toor en eenige familieleden van het slachtoffer, dat door zijn broeder Georges en eenige andere personen in de nabijgelegen herberg St Jozef verdregen werd. Daar paste de Heer Dokter nog geruimen tijd de kunst matige ademhahng toe, doch alle pogingen bleken vruchteloos. De arme jongen, die tal van kneuzingen m het aangezicht droeg, een erg gezwollen oog had tn ook blauwe plekken aan de keel, lijk sporen van verworging, vertoonde, had reeds opgehouden te leven. De aanhouding van den dader. Ook de Heer veldwachter Bardyn kwam spoedig ter plaats, gevolgd door twee gendarmen der brigade van Mcorslede. om het eerste onderzoek in te stellen. Op de praats, waar het lijk van Depuydt Roger gevonden werd, troffen zij in de gracht nog twee klakken aan, deze van den ongelukkigen Roger en de andere die waarschijnlijk aan den dader toebehoord had. De sjerp van het slachtoffer daarentegen lag op den oever der gracht nevens den telefoonpaal. Uit de eerste inlichtingen die de mannen der wet daar vernamen, vielen hun vermoedens dadelijk op Joye Achille, die ondertusschen reeds huiswaarts ge trokken was. 't Is daar dat hij dan wat later aangehou den werd, doch wanneer men hem poogde op te leiden bood hij zulken heftigen weerstand dat de gerechts dienaars, met hun gedrieën, de meeste moeite hadden om hem te overmeesteren en zich verplicht zagen hem schier voort te slepen tot aan het gemeentehuis, waar hij voorloopig opgesloten werd. Tijdens zijn eerste ondervraging bekende Joye Camille zonder de minste moeite dat hij het was die met Depuydt Roger getwist en gevochten had, zoodat men dus spoedig overtuigd was den waren dader dezer vuige moord in handen te neeben. Terwijl de moordenaar in het gemeentehuis opge sloten zat, speelde zich ginder, op de plaats van het onheil, een ander en hartverscheurend tooneel af. Na een laatste kruiske van de ongelukkige moeder, die naar zcon welvarend en blijgezind had zien vertrekken en wier droefheid thans deerniswekkend om zien is, werd het lijk van den armen jongen naar het oude mannenhuis overgebracht, waar de schouwing ervan door de Heeren wetsdokters Dinsdag morgen gedaan werd. Het Parket ter plaats. Gansch den morgen kwam daar gedurig volk ter plaats zien en die wreede moord was het voorwerp aller gesprekken. Doch vooral na den middag, daar het reeds geweten was dat het Parket van Yper voor de hersamenstelling van de misdaad ter plaats moest komen, was de toeloop overgroot. Bij onze aankomst ginder stond het volk in dichte drommen geschaard rond het gemeentehuis waar de gevangene zich nog altijd bevond. Ook op de plaats waar de misdaad be gaan werd, bevonden zich reeds honderde personen die de komst van het Parket afwachtten en het ge beurde druk bespraken. Te 2 u. 50 kwam het Parket bestaande uit de Heeren Devos, onderzoeksrechter, Van Brusselen, substituut, en Vanderghote, griffier, vergezeld van den Heer bur gemeester daar ter plaats aan. De dader Joye Achille, geboeid tusschen de gendarmen, werd in de autoca- mionnette, aan een chicoreifirma toebehoorende, ver voerd. Ter plaats gekomen, terwijl de Heer veldwachter en de gendarmen de talrijke nieuwsgierigen op afstand hidden, deed de Heer onderzoeksrechter den gevan gene uitstappen om hem te ondervragen. Deze laatste, een kloek gebouwde kerel, met rood en opgezwollen gelaat en een groote schram op een zijner wangen, geenszins bedeesd voor de talrijke blikken op hem ge richt, gaf den schijn niet het minste leedwezen over zijn daad te gevoelen. Onverschillig aan alles, schier met een halfspottenden glimlach beantwoordde hij alle vragen, toonde de plaats aan waar de eerste stooten gewisseld werden en verhaalde het gevecht in den dijk, steeds bewerende dat hij zich enkel had verweerd. Wanneer zijn slachtoffer in de gracht lag heeft hij dan nog zijn arm geschud, doch ziende dat Depuydt niet meer verroerde, is Joye dan, volgens hij beweert, zijn broeder en daarna nog den Heer burgemeester gaan verwittigen. Nadat de dader terug naar de autocamionnette ge bracht was, werden zijn broeder, Joye Camille, en daarna ook nog de vader van het slachtoffer ter plaats ondervraagd. De dader werd vervolgens een tweede maal ter plaats geleid en toonde zonder de minste aarzeling aan welke van de twee daar gevonden klak ken hem toebehoorde. Telkens de plichtige door de gendarmen weggeleid werd. riep de daar aanwezige en ermbarmelijk wee- nende en snikkende moeder Depuydt hem zoo luid zij maar kon het zoo verdiende smaadwoord lafaard naar het hoofd. De ongelukkige vrouw moest door haar naastbestaanden tegengehouden worden, zooniet vloog ze den laffen kerel te lijve. Wat klonken haar kreten droef en pijnlijk, wie begreep er op dit oogen- btiK niet al het leed dat dit gebroken moederhart fol terde Velen der aanwezigen konden niet nalaten een medelijdende traan weg te vagen. De dader Joye Achille werd vervolgens terug in het gemeentehuis opgesloten, doch denzelfden avond nog werd hij naar Yper overgebracht om er opnieuw in het kabinet van den Heer onderzoeksrechter onderhoord en vervolgens naar het gevang van Kortrijk wegge leid te worden, waar hij voortaan al de gevolgen zijner wandaad zal kunnen overwegen. De begrafenisplechtigheid van Depuydt Roger, had Vrijdag morgen te 8 u. 30 plaats en werd, zooals wel te begrijpen, door een groote menigte bijgewoond die eraan gehouden had, in die droeve omstandigheid, hare genegenheid aan de zoo wreed beproefde familie De puydt, te betuigen.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1937 | | pagina 3