Cinema «Oud Yper» Men gaf hem een Geweer DE KORTRIjKSCHE ONDERLINGE 3 LES FEMMES COLLANTES Algemeene Opxiener OMER ROBYN Mondstraat, 8, YPER Tel. 159. heropgebouwd. De kom der stad, door haar lig ging aan den boord eener haven en riviermon ding, is meer dan welke andere plaats blootge steld en nu dat de gevaren, die de steden bij een gebeurlijken oorlog zouden bedreigen, nog groo- ter zijn dan vroeger, is het aan Nieuwpoort on mogelijk iets voor de bescherming der bevolking te doen. Immers van zoodra de inwoners de stads- kom verlaten of zich slechts een paar hónderd meters van hun woningen verwijderen, bevinden zij zich op het grondgebied van andere gemeen- i en is het stadsbestuur van Nieuwpoort on machtig iets voor hen te doen. Zelfs het kerkhof van Nieuwpoort ligt op het grondgebied der gemeente St Joris. De woning voor den bewaker van het kerkhof moest dan ook op laatstgenoemde gemeente gebouwd worden en het zijn de reglementen van St Joris die op het kerkhof van Nieuwpoort van toepassing zijn. De Nieuwpoortnaars, die een bestaan zoeken in de nijverheid, zijn verplicht hun fabrieken op vreemden bodem op te richten. Zoo hebben we reeds de N. V. Fonderie Ferronnerié du Littoralen de N. V. Métaltwee vooraan staande firma's in de slotennijverheid, alsmede de Sardinerie DuflouDaar de nijverheden een belangrijke bron van inkomsten zijn, betee- kent deze toestand een groot verlies voor Nieuw poort. Een andere anomalie is nog dat Nïeuwpoort- Baden, alhoewel deze badplaats den naam van Nieuwpoort draagt, door deze stad gesticht en vroeger uitgebaat werd, aan Oostduinkerke toe behoort en door deze gemeente beheerd wordt, spijts zij 5 km. ervan verwijderd is en zij reeds vier eigen badplaatsen bezit, namelijk deze van Oostduinkerke zelf en dan nog deze van Duin park, Groenendijk en St André. De toegangsweg tot Nieuwpoort-Baden werd door Nieuwpoort bekostigd en deze laatste stad heeft ook Nieuwpoort-Baden van 1865 tot 1898 uitgebaat. Het is alleen wanneer de badplaats van eenig belang geworden was, dat de gemeente Oostduinkerke bemerkte dat ze op haar grond gebied gelegen was en er de overname van eischte. Nochtans Oostduinkerke als landelijke gemeente kan aan Nieuwpoort-Baden onmogelijk al de voordeelen geven welke deze badplaats van de stad Nieuwpoort zou kunnen verwachten. Te Nieuwpoort immers is een bestendig informatie bureau ingericht dat betrekkingen onderhoudt met alle belgische en buitenlandsche bureau's voor toerisme de stad Nieuwpoort stemt jaar lijks een stevig budget voor publiciteit en fees ten en in 1938, wanneer geen enkele officieele toelage aan Nieuwpoort-Baden voor het inrich ten van feesten toegekend werd, heeft Nieuw poort spontaan een toelage van 7000 fr. geschon ken de stadsdiensten van Nieuwpoort, zoowel administratieve als de technische en deze van de politie, zijn goed ingericht en uitgevoerdde gezondheidsdiensten, zooals het St Janshospitaal en het Rood-Kruis, staan er steeds ter beschik king bij gebeurlijke ongevallen. Deze reeks voor deelen zou nog. kunnen uitgebreid worden, en het is dan ook niet te verwonderen dat de inwo ners van Nieuwpoort-Baden bij voorkeur naar Nieuwpoort-stad komen en spontaan, uit eigen beweging, in 1937 en 1938 verzoekschriften heb ben ingediend om bij Nieuwpoort ingelijfd te worden. De gemeente Oostduinkerke verzet zich daar tegen, doch het gezond verstand, het algemeen belang eischen dat Nieuwpoort-Baden bij Nieuw poort gevoegd worde, en ook alle verslagen, vroeger over deze kwestie opgesteld, besluiten dat deze samenvoeging niet alleen hoogst wen- schelijk, maar zelfs billijk en gegrond is. Deze annexatieplannen zijn niet nieuw. In 1880 en volgende jaren werd de stad Nieuwpoort ont manteld en het is van dan af dat de beweging ten voordeele der uitbreiding van het grondgebied is ontstaan. Den 18 December 1885 nam de gemeen teraad van Nieuwpoort een eerste beslissing strekkende tot het inlijven van Nieuwpoort-Ba den in het grondgebied der stad Nieuwpoort. Later, in 1906, werd een verslag opgemaakt door den Heer ingenieur Martens, die zich gunstig over het ontwerp uitsprak. De eigenlijke werking nochtans werd slechts ingezet onmiddellijk na den oorlog, in het jaar 1920. De Heer Daniel Dehaene, Koninklijk Hoog- commissaris, die met het onderzoek van den bun del belast werd, sprak zich gunstig uit ten voor deele der uitbreiding van Nieuwpoort. Den 22 Juni 1924 werd de zaak door den provincieraad besproken en ook deze raad bracht eenparig een gunstig advies uit omtrent het ontwerp. In zitting van de Kamer van Volksvertegen woordigers van 30 Juni 1927 legde de Heer Vau- thier, de toenmalige Minister van Binnenland- sche Zaken, een wetsvoorstel neder strekkende tot het inlijven van enkele gedeelten van de ge meenten Oostduinkerke, Lombartzijde, St Joris en Ramscappelle bij de stad Nieuwpoort. Het wetsvoorstel werd overgemaakt aan de commissie, bestaande uit de Heeren Boens, Brus selmans, Buyl, Dierckxen, Goetghebeur, Stan- daert en Van Ackere. Deze commissie na de ge meenten Nieuwpoort en Oostduinkerke gehoord te hebben, besliste met 5 stemmen tegen 1 het ontwerp aan te nemen. Het verslag werd opgemaakt door den Heer Volksvertegenwoordiger Boens en het werd op het bureel' der Kamer van Volksvertegenwoor digers nedergelegd den 8 Maart 1928. Het werd echter nooit gestemd. De redenen, die in laatste instantie ingeroepen werden, waren echter van sentimenteelen aard. Er werd be weerd dat de burgemeester van de gemeente Oostduinkerke op het aan te hechten grondge bied woonde, en dat de bewoners van Nieuw poort-Baden zich eenparig tegen het ontwerp hadden verzet. Dit laatste was destijds wel de waarheid, doch nu is dit niet meer het geval ge zien de inwoners van Nieuwpoort-Baden de groot ste voorstanders van de inlijving zijn geworden. Eindelijk, in zitting van 22 December 1928, werd op voorstel van den Heer Minister Carnoy door de Kamers beslist den bundel naar den pro vincieraad van West-Vlaanderen terug te sturen ten einde het ontwerp te wijzigen. Sedertdien is die kwestie onopgelost en de toe stand van Nieuwpoort onveranderd gebleven. De zaak zal echter nu door den provincieraad op nieuw onderzocht worden tijdens den aanstaan den zittijd, en wij hopen stellig dat deze voor Nieuwpoort zoo belangrijke kwestie, waarover men vroeger reeds t'akkoord was, nu spoedig de gewenschte, ja zelfs noodige oplossing zal be komen. Het stadsbestuur van Nieuwpoort heeft een maquette laten maken bestemd voor de tentoon stelling van Luik. Die maquette zal iedereen toe laten zich een juist denkbeeld te geven van het ontwerp dat door Nieuwpoort vooruitgezet wordt en zal ook dadelijk iedereen van de redelijkheid en noodzakelijkheid ervan overtuigen. De bij Nieuwpoort in te lijven grondgebieden bedragen ongeveer 800 ha. (op 2280 ha.) met 400 inwoners van de gemeente Oostduinkerke 20 ha. met een enkele familie van Ramscappelle 58 ha. 50 a. en ongeveer 50 inwoners van St Joris, 't zij het ge deelte waarop het kerkhof van Nieuwpoort gele gen is 76 ha. 85 ca. van Westende, en 113 ha. 85 aren van Lombartzijde. Dit maakt dat de totale oppervlakte van Nieuwpoort, in plaats van 196 hectaren als nu, dan nagenoeg 1264 ha. zou be dragen. Het treft de bezoekers dat Nieuwpoort-Baden een badplaats van zoo weinig belang is gebleven, terwijl al de naburige badsteden in de laatste jaren zoo aanzienlijk zijn vooruitgegaan. Meest alle personen verkeeren in den waan dat Nieuw poort-Baden bij Nieuwpoort-stad behoort. Zij verwonderen zich over de achterlijkheid van voormelde badplaats, en zijn geneigd dezen toe stand toe te schrijven aan de nalatigheid van het Nieuwpoortsch stadsbestuur, doch wanneer men nu den werkelijken toestand kent, dan moet het niemand meer verbazen. Alhoewel een der oudste badplaatsen, heeft Nieuwpoort-Baden om al de hierboven aange haalde redenen denzelfden opgang niet gekend als de andere badsteden. Oostende telde eertijds slechts 10.000 zielen en was nauwelijks tweemaal zoo belangrijk als Nieuwpoort, doch de stad Oostende werd verscheidene malen uitgebreid, enkele kleine dorpen werden bij haar grondge bied gevoegd en dank daaraan was het haar mo gelijk zich te ontwikkelen, zoodanig dat zij nu de eerste onzer badsteden is geworden. Ook de noodzakelijkheid de gronden, welke lig gen langs de waterwegen die leiden naar de ha vens, in te lijven bij de gemeenten die deze ha vens uitbaten, werd reeds meermalen bewezen en erkend. Zoo werden het grondgebied van Zee- brugge en de strooken langs het zeekanaal gele gen bij Brugge gevoegd. Daarom is het ook dat de stad Gent al de gronden bezit die langs beide zijden van het kanaal naar Terneuzen gelegen zijn. Die manier is immers de eenigeom de oevers dier wateringen als nijverheidsgronden uit te baten. Wat voor Oostende, Brugge, Gent en ook nog voor Brussel en Antwerpen reeds sedert lang en met zooveel bijval gedaan werd, moet ook drin gend voor Nieuwpoort verwezenlijkt worden. De middeleeuwsche toestand, waarin Nieuwpoort zich nu nog bevindt, moet een einde nemen, hij is niet meer duldbaar nu vooral niet meer in onze huidige eeuw van economische ontplooiing, van drang naar lucht, ruimte en gezonde wonin gen, van gemechaniseerde nijverheid en gemoto riseerd toerisme. Nieuwpoort mag niet langer meer belemmerd worden in zijne bewegingen, het moet, door de regeling van die territoriale kwestie, zijn haven vrij kunnen beheeren van af de kaaien tot aan het havenhoofd, want dan alleen zal het moge lijk zijn aan de haven een nieuwe en zoo noodige Vrijdag 5, Zaterdag 6 en Maandag 8 Mei, te 8 uur Zondag 7 Mei, te 2 en 5 uur doorloopend. Avondvertooning te 8 uur. Deze week nogmaals een buitengewoon programma. Twee groote fransch sprekende filmen. Een groot meesterwerk verwezenlijkt door W. S. VANDYCKE met Spencer Tracy, Franchot Tone en Gladys George. Even ontroerend als de onvergetelijke film De Weg terug Daarbij een verrukkelijke operette Groote en zeer lustige fransche superproductie met den onvergeetbaren Jeune-Premier Henri Garat. ECLAIR JOURNAL Kinderen NIET toegelaten. stuwkracht te geven, dan alleen zal Nieuwpoort over de noodige «middelen tot leefbaarheid be schikken. Men moet, zooals de Heer Rabau het in zijn verslag schreef wanneer de kwestie een eerste maal door den provincieraad van West-Vlaande ren besproken en goedgekeurd werd, de haven stad Nieuwpoort over de middelen laten beschik ken om door haar ontwikkeling en vooruitgang voor onze provincie West-Vlaanderen een nieuwe bron van voorspoed en welstand te worden. Voor het verwezenlijken van hun rechtmatigen eisch mogen onze Nieuwpoortsche vrienden op den onvoorwaardelijken steun van Yper reke nen. Onze beide steden, wier geschiedenis reeds zooveel gelijkenis vertoont, hebben ook te veel gemeenschappelijke belangen om elkanders po gingen tot uitbreiding en heropleving niet te ondersteunen. Wij weten met welke belangstelling onze vrien den van Nieuwpoort den door ons aangebonden strijd voor het herstel der vaart Yper-Komen volgen, reeds meermalen hebben zij bewezen hoe goed zij begrijpen dat deze verbinding Yzer- Leie niet alleen den voorspoed van Yper zal be werken, maar ook de haven van Nieuwpoort zal ten goede komen door ze met haar hinterland te verbinden,, en alzoo eveneens de bronader moet worden van de economische heropleving van gansch het Westland. Ook wij zijn ervan bewust dat de uitbreiding van Nieuwpoort niet alleen de gunstigste gevol gen voor de stad zelf en haar haven zal teweeg brengen, maar tevens ook het algemeen belang zal dienen en voor de gansche streek de heil zaamste uitwerking zal hebben. Wij hopen dan ook dat de provincieraad van West-Vlaanderen dit belangrijk vraagstuk van Nieuwpoort met al de gewenschte aandacht en den vereischten spoed onderzoeken zal en, het algemeen belang inziende, opnieuw de gunstige beslissing van vroeger zal bekrachtigen opdat die kwestie alsdan spoedig in het Parlement zou kun nen behandeld worden, waar ze, wij twijfelen er niet aan, eveneens de algemeen verwachte op lossing zal bekomen. Wij veroorloven ons de aandacht van de man datarissen onzer streek in den provincieraad te vestigen op dit belangrijk vraagstuk in de over tuiging dat zij, in een beweging van solidariteit, het voorstel van Nieuwpoort met al hun invloed zullen steunen en helpen verwezenlijken. Voor uwe verzekeringen van gelijk welken aard, wendt U bij voorkeur tot de zoo gunstig gekende en voordeelige Naamlooze Vennootschap Gesticht in 1919 Maatschappelijk kapitaal 5.000.000 fr. Reserven 10.000.000 fr. Gemachtigd bij Koninklijk Besluit van 23 De cember 1932, in uitvoering der wet van 25 Juni 1930, betrekkelijk de Levensverzekeringonder nemingen. De voordeeligste tarieven. Klare en uitgebreide Polisvoorwaarden. Thans uitbetaalde rampen MEER DAN 15.000.000 FRANK. Reeds uitgekeerd aan de verzekerden onder vorm van premievermindering MEER DAN 2.000.000 FRANK. MAATSCHAPPELIJKE ZETEL KORTRI.TK Bijkantoren YPER OOSTENDE VEURNE GENT. De Maatschappij stelt belang in elke ernstige aanvraag voor agentschap.

HISTORISCHE KRANTEN

Het Ypersch nieuws (1929-1971) | 1939 | | pagina 3