Cinema 'Oud Yper'
HET WESTEN
Een Natie in wording
Huis Verfaillie
L'OCCIDENT
UNE NATION EN MARCHE
NAAI MACH I EN EN NECCHI
Juni of ten minste van den Zondag daaropvolgende dat
de beslissing door de weekbladen aan alle belangstel
lenden werd bekend gemaakt. Het is bijgevolg sedert
half Juni dat al degenen, die de bedoeling hebben in
den prijskamp mede te dingen, zich aan het werk heb
ben kunnen zetten. Als gij nu zoo den gril van iemand
die in verlof gaat wilt inwilligen, dan is alles wille
keurig en kan er geen goed werk meer verricht wor
den Ik denk dat gij moet ernstig zijn. Het werd beslo
ten dat de ontwerpen tegen den 15 September moeten
ingediend worden en het is niet omdat een liefhebber
achteraf nog begeert mede te dingen of met verlof gaat,
dat gij aan de beslissing van den gemeenteraad een
deuk moet toebrengen.
M. Vanderghote. Het is den 5 Juni dat het voor
stel van prijskamp besloten werd, doch de ruchtbaar
heid ervoor werd slechts later gedaan.
M. Leuridan. Laat ons zeggen met begin Juli. dit
maakt dus nog- 2 maanden en half tijd die aan de deel
nemers gegeven werd. Ten andere het argument dat de
bepaalde termijn niet lang genoeg is wordt niet inge
roepen, doch alleen maar het argument van het verlof.
M. Seys. Is dit een persoon die de verdaging
vraagt
M. Vanderghote. Wij hebben daarvoor geen brief
ontvangen.
M. Leuridan. Dit voorstel is het gevolg van mee
ningen die door enkele personen aan den Heer burge
meester werden uitgedrukt.
M. Vanderghote. Men heeft ook doen opmerken
dat de samenwerking van beeldhouwer met bouwkun
dige soms moeilijk is en het opmaken van het ontwerp
vertraagt. Daarom stel ik voor den datum voor het in
dienen der ontwerpen op 15 October te brengen.
M. Leuridan. En ik stel voor den 15 September te
behouden
M. Van Alleynnes. Ik vind er geen bezwaar tegen
den termijn een maand later te bepalen. Er is dan nog
tijd genoeg om het ontwerp te verwezenlijken. Daarbij
wij hebben er alle belang bij een zoo schoon mogelijk
ontwerp te hebben.
M. Vanderghote. Ik stel dan voor te stemmen over
mijn voorstel van verdaging van den termijn tot 15
October aanstaande.
Stemmen ja de Heeren Delahaye, Biebuyck, Bergh-
man, Jvr. Cornilliè, en de Heeren Muiier, Seys, Mis-
siaen, Michiel, Vergracht, Van Alleynnes, Lahaye en
Vanderghoteneende Heeren Leuridan en Capoen.
XIV. Roeselarestraat Herstel.
M. Vanderghote. Het schepencollege vraagt dat de
gemeenteraad de herstelling zou willen beslissen van
de Roeselarestraat. werk dat in gemeen overleg met de
gemeente St Jan moet uitgevoerd en waarover deze
gemeente reeds t'akkoord is, gezien zij den 12 Juni 1939
besloot deze straat te verbeteren en den rijweg te bren
gen op een breedte van 5 m. met een veloweg van
1 m. 50 breedte. Het bestek van het ontwerp voorziet
een bedrag van 214.000 fr. Hierop echter zullen wij ver-
schillige toelagen kunnen genieten.
M. Biebuyck. Het ontwerp voorziet niet alleen het
herstel maar de gansche vernieuwing der straat.
M. Leuridan. Er is daar nog een gedeelte dezer
straat, eener lengte van 780 m. geloof is, te herstellen.
Is het nu met de bedoeling dit werk uit te voeren dat
het huidig voorstel gedaan wordt
M. Biebuyck. Ja.
M. Capoen. Dat deel der baan was vóór den oor
log het best, gezien het toen bekalsijd was, en nu is
het juist het slechtste einde.
M. Vanderghote. Dit herstel zal nu uitgevoerd wor
den in samenwerking met de gemeente St Jan.
M. Capoen. Ware er geen middel van deze gele
genheid gebruik te maken om het laatste deel recht te
trekken
M. Biebuyck. Dan zou ook nog de gemeente Lan-
gemarck voor een klein deel moeten tusschenkomen.
Op voorstel van den Heer voorzitter wordt het her
stel der Roeselarestraat eenparig besloten.
XV. Mededeelingen.
M. Vanderghote. Het onderzoek der stadskas werd
op 30 Juni 11. gedaan en hieruit blijkt dat er voor het
tweede kwartaal een overschot is van 260.309 fr. 43.
M. Lahaye. Met het oog op de bevordering van het
toerisme, want het toerisme is een der voornaamste in
komstbronnen van de stad, zou ik een paar opmerkin
gen willen maken. Er zouden enkele veranderingen
moeten gebracht worden aan hetgeen tot hiertoe het
gebruik is ten einde het bezoek onzer museums uit te
breiden. Wanneer een Yperling enkele bezoekers naar
een museum vergezelt, dan moet die persoon daar ook
een inkomgeld betalen en ik vind dat spijtig. Ik denk
dat het best ware dat de Yperlingen in dergelijk geval
vrijen toegang zouden hebben. Dit zou voor gevolg heb
ben dat er meer bezoekers naar de museums geleid
worden en om alle mogelijk misbruik te voorkomen
zou het volstaan de identiteitskaart te eischen. Een
tweede punt is dat de toeristen zelf, die hier in stad
komen, de museums niet genoeg bezoeken. Hoe komt
dat, zal men zich afvragen. Volgens mij is het omdat
die menschen te veel kosten hebben. Doch ook dit kan
verbeterd worden. Om u, Mijnheer de voorzitter, een
gedacht te geven van hetgeen het bezoek der verschil-
lige museums kost, zal ik u een kleine opsomming doen
van de gevraagde prijzen oorlogsmuseum 2 fr., belfort
2 fr., kazematten der Rijselpoort 2 fr., Belle Godshuis
2 fr.. Stadsmuseum 2 fr., stedelijke zwemkom 1 fr. 50.
M. Vanderghote. Is dit ook een museum
M. Leuridan. Ja, een museum van anatomie.
M. Lahaye. Het is, Mijnheer de voorzitter, een
stadsinrichting die druk bezocht wordt. Welnu als de
toeristen de som van 11 fr. 50 moeten betalen alleen
om al die inrichtingen te bezoeken, is het niet te ver
wonderen dat zij niet meer bezocht worden. Ik denk
dat het geraadzaam ware een enkele toegangskaart te
voorzien van 3 fr. bijvoorbeeld die toegang verleent tot
al de museums
M. Vanderghote. Dit kan niet, gezien er ook pri
vate museums zijn.
M. Missiaen. Het ware beter te zorgen dat de mu
seums hier in stad zich zoo niet vermenigvuldigen. Het
is voldoende dat iemand 3 obussen en een oude mitrail
leuse bezit om daarmede een oorlogsmuseum te openen.
M. Lahaye. Ik ben hier in 't bezit van een bro
chure uitgegeven door de Vereeniging voor Vreemde
lingenverkeer te Yper. Ik vind het spijtig dat daarin
benevens het stadsmuseum ook van de andere geen
gewag gemaakt wordt. Slechts een privaat museum
wordt er in aanbevolen, terwijl de andere er niet eens
in vermeld staan.
M. Vanderghote. De Vereeniging voor Vreemdelin
genverkeer is een afzonderlijke dienrt en men kan
hierover toch het schepencollege niet interpelleeren.
Indien benevens het stadsmuseum alleen het oorlogs
museum in de brochure vernoemd wordt, dan is dit
omdat dit museum het bijzonderste is.
M. Missiaen. Hoeveel museums werden er reeds
niet geopend sedert deze brochure verscheen? Men zou
hunne vermenigvuldiging moeten trachten te vermijden.
M. Delahaye. Wat betreft de vraag van kosteloo-
zen toegang voor de Yperlingen die vreemde bezoekers
aanbrengen, is dit reeds toegestaan. De Yperlingen zijn
in dit geval kosteloos toegelaten in het stadsmuseum
en in het museum van het Belfort. De stad heeft alleen
maar toezicht op die twee museums en niet op de pri
vate inrichtingen. De vreemdelingen die lid zijn eener
toeristische vereeniging genieten ook van een vermin
dering. Er kan ook een kaart bekomen worden van
3 fr. voor het bezoek dezer twee verschillige stads-
inrichtingen De maatschappijen die in groep de stads
museums bezoeken genieten van een gunstprijs, terwijl
de vergezelde kinderen slechts 50 centiemen als inkom
geld betalen. Gij ziet dus dat de prijzen niet overdre
ven zijn. Zoo de museums thans als paddestoelen uit
den grond opschieten, zou dit moeten verhinderd wor
den. De museums die op de brochure vermeld staan zijn
alleen deze die de moeite waard zijn. De personen die
de andere museums bezoeken zijn over het algempen
teleurgesteld, zoodat dit een slechte reklaam is voor
Yper.
M. Leuridan. In verband met die kwestie wil ik
hier nog zeggen dat ik mij sedert gister avond wat
leedvermaak gegeven heb op uw rekening. Ik kom
terug van Brugge, van het Vlaamsch nationaal zang
feest dat daar gehouden werd. Heel de markt van
Brugge was stampvol. Men gewaagt van 40.000 personen,
andere bladen schatten de daar aanwezige menigte op
30.000 personen. Ik weet niet welk cijfer het juiste is,
doch wat ik weet is dat daar een ongehoorde massa volk
van uit alle hoeken van het land was samengestroomd.
Het is met zeker leedvermaak dat ik de houding van
den gemeenteraad van Yper herdacht toen ik bij het
einde van het zangfeest hoorde afroepen Wij noodigen
u allen uit toekomende jaar ons zangfeest te St Trui
den bij te wonen. Had de gemeenteraad op 5 Juni 11.
zich tot dat werk willen interesseeren en het door een
kleine toelage van 500 fr. zijn zedelijken steun willen
verleenen, dan had het niet onmogelijk geweest hier
ook te Yper ditzelfde feest zooals te Brugge aan den
voet van ons Belfort te zien plaats hebben en hier 20
25.000 toeschouwers,om niet te overdrijven, te zien toe-
stroomen. Toekomend jaar zal Yper die gelegenheid
niet hebben, want het zangfeest zal plaats hebben te
St Truiden, waar men dit werk meer genegenheid heeft
betoond. Ziedaar hetgeen ik u als een verwijt had mede
te deelen.
M. Lahaye. Zou men mogen weten welke maat
regelen de stad Yper reeds genomen heeft om de be
volking desgevallend tegen de luchtaanvallen te be
schermen
M. Vanderghote. Het schepencollege heeft daar
over reeds vroeger zijn standpunt naar voorgebracht
en is daarvan nog niet afgeweken.
M. Lahaye. Te Brussel is over dit onderwerp een
kleine brochure verschenen die zeer nuttig en interes
sant is.
M. Vanderghote. Wij hebben dit hier ook.
M. Lahaye. Waarom die brochure niet kosteloos
aan de bevolking bezorgen Die brochure kost 40 cen
tiemen en er zijn hier in stad 4000 huisgezinnen, zoodat
zulks een uitgave van 1600 fr. zou beteekenen.
M. Vanderghote. Die lezing zal het gevaar toch
niet afweren.
M. Missiaen. Ik begrijp niet hoe gij dit kunt in
't belachelijke trekken, noch hoe een stad als Yper
voor dergelijke zaak onverschillig kan blijven. Ofwel
bestaat er geen gevaar en dan begrijp ik niet waarom
gij de bevolking soms zekere verplichtingen oplegt,
zooals het uitdooven der lichten, enz. ofwel bestaat er
wel gevaar en dan versta ik niet waarom er niets ge
daan wordt. Gij kunt zeggen dat zulks veel geld zou
kosten, ik weet het niet gezien de kwestie hier nog nooit
onderzocht werd. Ik weet wel dat er iets kan gedaan
worden tot geruststelling der bevolking. De hier be
staande kazematten en kelders kunnen ingericht wor
den en zulks met weinig kosten. Gij beweert dat de ka
zematten niet bomvrij zijn, doch om de personen die
er in schuilen te dooden of te kwetsen moet de bom
juist op de kazematten vallen, terwijl anders, zoo er
geen schuilplaats bestaat, tal van personen tot op hon
derd meters in 't ronde en meer door de schermen van
een bom kunnen getroffen worden. Er bestaan ook een-
mansonderstanden, de menschen die een koerken heb
ben kunnen er ook een put of tranchee graven. Doch
ik moet hierop niet verder aandringen, vooral wanneer
men ziet wat er in dit opzicht elders gedaan wordt.
Het is onmogelijk alle inwoners te beschermen, doch
wanneer de stad Yper maar iets doet, dan zal zij haar
plicht gedaan hebben. Maar tusschen het mogelijke
doen en niets doen is er. een oneindig verschil.
M. Lahaye. Ik voeg mij totaal bij de woorden van
den Heer Missiaen.
M. Vanderghote. Indien gij hierover een debat
wilt houden, dan zitten wij hier morgen nog. Wanneer
iemand een voorstel kan doen. dat hij het ons voor-
legge. Het schepencollege heeft zijn gedacht gezegd en
kan daarop niet steeds terugkeeren.
De Heeren Missiaen en Lahaye schieten hierop te
zamen uit en verheffen zoodanig de stem dat wij hun
opmerking moeilijk begrijpen kunnen. De Heer Lahaye
verwijt den Heer burgemeester dat hij steeds alles
poogt belachelijk te maken, terwijl de Heer Missiaen
zegt dat de Heer burgemeester alle voorstel dat van an
deren uitgaat verwerpt om dan de eer te hebben alles
alleen gedaan te hebben.
M. Vanderghote. Ik heb een ontwerp gezien dat
3 millioen kost en waardoor slechts 300 inwoners bui
ten gevaar kunnen gesteld worden.
M. Missiaen. Ik weet werken die zooveel niet
kosten.
M. Vanderghote. Doet dan een voorstel.
M. Leuridan. Men moet ook oppassen aan de be
volking geen valsche zekerheid te geven, want het zou
soms gevaarlijk kunnen zijn de bevolking in den waan
te laten dat de genomen maatregelen voldoende zijn
om haar veiligheid te verzekeren. Naar mijne meening
is er maar een afdoende maatregel en 't is de ontrui
ming der stad. Het is niet mogelijk het noodige te doen
voor de algeheele beveiliging der bevolking binnen de
stadsmuren. Ik vraag dan ook dat het schepencollege
een plan voor de ontruiming der stad zou opmaken.
M. Missiaen. Door den Staat werd er een som van
75 millioen frank ter beschikking gesteld der steden
om de noodige voorzorgsmaatregelen te nemen en hier
van heeft de stad Yper nogmaals 0 frank 0 centiemen
gekregen.
M. Vanderghote. Dit geld werd niet uitgegeven
onder vorm van toelage, maar besteed aan den aankoop
Vrijdag 4, Zaterdag 5 en Maandag 7 Oogst, te 8 u.
Zondag 6 Oogst, te 2 en 5 uur (doorloopend).
Avondvertooning te 8 uur.
Deze week een buitengewoon programma.
Twee groote fransch gesproken films
Groote fransche superproductie naar het beroemd
meesterwerk van Henry Kistemaekers.
Vertolkt door een reeks groote vedetten
Charles Vanel, Jules Berry, Monique Rolland,
en de nieuwe exotische vedette Rama Tahé.
Een wonderbare liefderoman.
De onmogelijke liefde.
Daarbij nog een groote superproductie
Groote fransch gesproken film.
ECLAIR JOURNAL Enfants admis.
van gasmaskers, enz. Dit hebben wij ook gekregen.
M. Missiaen. De bevolking zou daarvan moeten
voorzien zijn! Moest er ooit gevaar opdagen, in welke
plaats dan zouden de inwoners een gasmasker moeten
halen.
M.Vanderghote. Thans zijn zij in het brandweer-
arsenaal.
M. Missiaen. Het is daar hun plaats niet.
M. Vanderghote. Weet gij dat die maskers na twee
maanden niet meer goed en als verstorven zijn
M. Missiaen. Mijnheer de burgemeester, het zal
uw schuld zijn zoo er iets gebeurt, omdat gij zult ver
zuimd hebben het noodige te doen.
M. Lahaye. Ik ben daarmede nogmaals t'akkoord.
M. Vanderghote. Het verwondert mij niet.
M. Capoen. Ik zou den Heer schepen van Open
bare Werken willen wijzen op den slechten toestand
der landelijke wegen.
M. Biebuyck. Er werd reeds een deel hersteld en
toekomende jaar zullen wij daarvoor nogmaals een kre
diet voorzien.
M. Leuridan. Gij moet denken op het aanstaande
beeten- en suikerijseizoen en de noodige werken zou
den tegen dan moeten gedaan zijn.
M. Missiaen. Ik zou willen vragen waarom het
Tuindagprogramma niet aan den gemeenteraad voor
gelegd werd vooraleer het kenbaar gemaakt wordt. Met
verwondering heb ik Zaterdag laatst van dit program
ma in de plaatselijke weekbladen kennis genomen.
Vroeger moest dit programma altijd eerst door den ge
meenteraad goedgekeurd worden, doch ik weet niet
zoo die gewoonte nu veranderd is sedert ik in den ge
meenteraad niet meer zetelde. Ik zou willen weten wie
die assen zijn die dit programma opgesteld hebben. Gij
moogt u stoutweg de onkosten besparen van dergelijk
programma te laten drukken, want voor zulke feesten
zal er geen enkel persoon naar Yper willen komen.
M. Vanderghote. Het is ook niet voor de vreemde
lingen aan te trekken. Te Brussel is het kermispro-
gramma nog erbarmelijker.
M. Missiaen. Als gij met dit belachelijk program
ma t'akkoord zijt, willen wij de verantwoordelijkheid
ervan niet opnemen maar laten aan degenen die het
opgesteld hebben.
M. Vanderghote. Dit programma werd door de
leden der feestcommissie opgemaakt.
M. Missiaen. Wel dan is hun genie niet groot. Zij
hadden beter te rade gegaan bij deze die de Missie-
kermis ingericht hebben.
M. Lahaye. t'Akkoord.
M. Leuridan. Er is toch een trottinettenkoers.
M. Vanderghote. Verkiest ge het Tuindagfeest af
te schaffen
M. Missiaen. Van mij, ge moogt wanneer ge maar
met zulke programma's voor den dag komt. Tijdens de
laatste zitting werd er ook gesproken over de afschaf
fing van de autobus Yper-Meenen en gevraagd de noo
dige stappen aan te wenden opdat en de tram en de
autobus op de lijn Yper-Meenen zouden blijven voort-
loopen. Op voorstel van den Heer Van Alleynnes werd
besloten dat een afvaardiging van den gemeenteraad
bij de hoogere overheid zou gaan aandringen om de
autobus weer herin te richten. Thans zou ik willen we
ten welke stappen er tengevolge van dit besluit gedaan
werden.
M. Vanderghote. Ik zou dit moeten onderzoeken in
den bundel, want ik heb dit al in mijn hoofd niet. De
motie van den gemeenteraad werd aan de hoogere over
heid overgemaakt en wij hebben hierop antwoord ge
kregen.
M. Missiaen. Het voorstel van den Heer Van Al
leynnes was dat de drie parlementsleden van den ge
meenteraad bij den Heer Minister zouden gaan om die
kwestie te bepleiten. Ik ben een dezer drie parlemen
tairen. doch tot hiertoe werd ik nog niet uitgenoodigd
om samen daarover den Heer minister te gaan spreken.
M. Vanderghote. Die stappen werden nog niet ge
daan. Ik weet dat een afvaardiging van Gheluwe naar
het ministerie is gegaan. Indien gij dit begeert, ben ik
bereid om met u daarvoor naar Brussel mede te gaan.
M. Leuridan. Ik moet u, Mijnheer de voorzitter,
doen opmerken dat ik ook nog steeds in de blijde ver
wachting verkeer die uitnoodiging te ontvangen.
De openbare zitting wordt hierop te 20 u. 40 opgehe
ven.
115A, Meenensteenweg, YPER
OPEN ZON- EN FEESTDAGEN.
