MERRY
DRIE WEKEN... IN FRANKRIJK
CINEMA «FLORA»
La belle Hongroise
Zooals voorheen
99
99
35, BOTERSTRAAT (Hoek der Pafersïraaï)YPER - Tel. 260
LUXE-, NAT-, DROOG- en KILOWASCH PRESSING
AKTUALITEITEN UFA.
(Einde)
Zaterdag 1 Juni 1940.
e hebben den dag doorgebracht met de vluch
telingen te zien vertrekken. Zoo teneergesiagen
de meesten waren vóór acht dagen, zoo blijge-
zind en stralend zien ze er nu uit. Dat ze thuis
zullen geraken, daarvan is nog niet iedereen
overtuigd, maar het wordt een lastige zaak voor
menschen die met een hoop kinderen op den dool
zijn.
Om den tijd te dooden zijn we gaan visschen in
■de Aa het krioelt er van forellen, maar ze laten
zich niet gemakkelijk vangen. Fin comme une
truite zegt ons lachend Monsieur Vieillard, als
we naar de reden van onze onkans vragen, wat
ongeveer hetzelfde wilde zeggen als Ge hebt
er niet veel verstand van Het was ook zoo
•sedert vijftien jaar had ik alle liefhebberij van
visschen opgegeven en ze had eigenlijk maar een
paar dagen geduurd
Met een half dozijn forelletjes, waarvan drie
of vier die we hadden gekregen, trokken we naar
huis.
Zendag 2 Juni 1940.
Na de hoogmis waarin l'abbé Lannoye, profes-
seur au collége Cardinal Mercier, een deugd
doende preek heeft gehouden, hebben we den
godganschen dag weer geluierd. Nu vertelt men
weer dat de vluchtelingen, bezitters van een auto,
naar huis mogen, maar dat ze in kolommen moe
ten rijden. Zoo een groep vertrekt s namiddags
•omstreeks twee uur...
Maandag 3 Juni 1940.
De voormiddag is voorbijgegaan met de wasch
te slaan. Bij den heer Joly den gemeentesekre-
taris heb ik een bassin gekregen en in de bran
dende zon, op het trapje van de fnairie, heb ik
het werk gedaan preusch lijk een jonge vrouw
heb ik daarna mijn wasch bewonderd, toen ze in
den schooltuin te drogen hing.
De Duitschers zijn rond den middag naar het
zuiden vertrokken...
Met ons drieën hebben we den wandelstaf ge
grepen en een tocht ondernomen naar Walten-
cheux. Eertijds een kasteel, nu hofstede twee
gezusters baten de hoeve uit, maar het prachtige
domein is verkaveld geworden en het gebouw
zelf in twee woningen verdeeld. Toch heeft het
nog zijn grootsch karakter van vroeger behou
den. Boven den ingang van een zijgebouw heb
ben we met veel moeite het jaartal 1721 kunnen
ontcijferen, te midden van het wapen van den
baljuw, die er eertijds woonde.
...Gansch den nacht hooren we op den weg
Fauquembergues Fruges gerij en gerots van
naar het zuiden trekkende troepen.
Dinsdag 4 Juni 1940.
Vandaag werd Madame Sophie van de Mont de
l'Ecu begraven...
We waren daags te voren voor haar huisje ge
stapt een huizeken van plakleem, zooals er
hier bij tientallen nog zijn. Een groot kruis in
stroo hing aan den gevel ten teeken dat er een
doode in huis lag en aan het kruispunt van den
weg. staken in een aarden hoop een tiental hou
ten kruisjes. Vandaag zou er nog een bijkomen,
als Madame Sophie er voor de laatste maal voor
bijkwam...
Toen het zoo wat tegen tienen ging negen
uur zonnetijd trok de dikke ronde pastoor
Monsieur l'abbé Pénin met zijn twee misdie
naars Sophie te gemoet... Na een tijdje kwam
de stoet den steilen weg neer vooraan de koor
knapen, de eerste ernstig met het wit-zilveren
kruis, de andere verstrooid rondkijkend. Achter
den pastoor volgde een vrouw met een zwart
verschoten vaan van het een of ander godvruch
tig genootschap, alsook meerdere vrouwen met
bloemen.
De glanzend geel geverniste kar waarin
Sophie rustte dokkerde knoersend en schurend
over de door de tanks kapotgereden straateen
breede strik in krip hing vooraan de grijze huif,
waarop rechts en links en achterna een groot
zwart kruis was genaaid.
Traagzaam trekt de witte wagen
door de stille strate toen,
en 't is weenen, en 't is klagen
kemt mij onbewust Gezelle te binnen.
Naast den wagen stapte, op zijn Zondagsch, in
't zwart, met zijden pet, pas geschoren, hoekig
van gezicht en bewust van zijn waardigheid le
Grand Calvaire.
En eer de vier, eveneens in het zwart gekleede
mannen, Madame Sophie in de kerk hadden ge
dragen, ruischten reeds de bleeke tonen van het
parochie-orgeltje over het stille kerkplein...
De laatste Duitsche tank die onklaar was ge
raakt, wordt op een zwaren sleeperswagen ge
rold, vastgeschroefd en weggesleept.
Berichten hebben we nog geene, maar er blij
ven slechts luttele vreemdelingen op het dorpje
over het is er veel kalmer, ijler. Naar onze mee
ning moet het in het noorden rustiger geworden
zijn. De aftocht van troepen is als een teeken dat
de strijd in Vlaanderen is afgeloopen. 's Avonds
als we rustig in onze kamer zitten, bespreken we
of het niet geraadzaam zijn zou, ook te vertrek
ken. We zullen Donderdag den aftocht blazen.
Woensdag 5 Juni 1940.
We zijn werkelijk bijna de laatsten cm te ver
trekken. Fluisterend komt men ons nog steeds de
ongelooflijkste dingen vertellen de Engelschen
zouden binnenkort een poging tot doorbraak doen
in de richting van Noord-Frankrijk, Fransche
koloniale troepen houden nog steeds de Duitsche
opmar'sch in bedwang aan de Somme, in Duitsch-
land is de Siegfried-lijn op vijftig km. diepte
doorgebroken, de Krupp-fabrieken te Essen door
de Franschen bezet
Na den middag beginnen we ons boeltje klaar
te maken, maar in den vooravond krijgen we in
onze villa het bezoek van een gevluchten gees
telijke, Pater I., die ons bij alle heiligen bezweert
nog niet te vertrekken, daar er nog gevaar is,
daar er nog verandering kan komen, daar dit en
daar dat...
Maar er was nog wat anders dat ons tegenhield.
In den namiddag stonden Albert en Geraard wat
te praten op het dorpsplein, toen op zijn paard
Monsieur Liévin kwam aangereden, op weg naar
zijn veld. Van uit de hoogte wordt naar nieuws
geinformeerd en dan
«We denken morgen te vertrekken» zegt
Albert.
In minder dan geen tijd is Mr Liévin van zijn
paard.
Demain Mais vous avez encore tout le
temps
«Oui, mais nous croyons pouvoir passer, pour
rentrer chez nous.
Monsieur Liévin sluit zijn rechteroog en denkt
even na. Hij heeft nog een varken te slachten en
hij voelt dat de kans hem gaat ontglippen...
Que je le diche mi-même, si vous pouvez
passer demain, vous pourrez encore beaucoup
mieux passer dans deux, trois jours En met
zijn vérité a la Pallice won Monsieur Liévin
het pleit we zouden nog een paar dagen wach
ten en onze beenhouwers nog een varken slach
ten, het laatste..
Donderdag 6 Juni 1940.
Van het uitstel maken we gebruik om een wan-
delingske te doen naar Fauquembergues. Hier
zijn reeds veel menschen terug aan het werk en
ook de handelaars doen weer zaken. Het lage
stadsgedeelte, de Basse-Boulogne, ligt totaal plat
geschoten.
Veertien dagen zijn we te Renty in de familie
van den heer gemeentesekretaris zijn we intus-
schen als de kinderen van de familie opgenomen
geweest. Eten hebben de vriendelijke dochters
voor ons klaar gemaakt, telkens we er om ver
zochten. We vreezen dat we van hunne goedjons-
Gerant: L. KNOCKAERT - JOOS
VERVEN NIEUWWASSCHEN DROOGKUISCHEN
ROUW IN 24 UREN
STOPPAGE KUISCHEN EN HERVORMEN VAN HEERENHOEDEN
HERMAZEN VAN DAMESKOUSEN
ALLE SOORTEN STOFFEN KNOOPEN PLISSAGE PICOTAGE
Kan liefde U bekoren
Houdt U van humor
En van spanning?...
Laat een charmante vertelling U genieten
Dan moet U een gevaarlijkavontuur beleven met
ZARAH LEANDER in
U kunt WILLY BIRGEL zijn. die de vrouw van z in.
vriend bemint, of die vrouw, ZARAH LEANDER. zeif.
Ofwel PAUL HORBIGER, die zijn vrouw verwaar
loost. U zoudt dit misschien niet gedaan hebben..., doch
hij heeft ook wel een lieve vriendin...
Een lieel mooie liefdescomedie, die toch niet nalaat
ontroerend menschelijk te zijn
Verleidelijk, bedwelmend gezang van ZARAH
LEAN J^E R
Weer een echte succes-film
En om U van Uw jagende belevenissen op verhaal te
helpen, enkele verrassingen in den vorm van bijfilms.
Vrijdag, Zaterdag en Maandag, om 8 ure.
Zondag, vanaf 2 ure, doorgaand.
tigheid misbruik hebben gemaakt.
Vrijdag 7 Juni 1940.
Van "s morgens beginnen we alles klaar te ma
ken. De beenhouwers hebben hun alaam terug
gedragen dan zijn we een bezoek gaan brengen
aan de forellenkweekerij, van waar we er enkele
hebben meegebracht voor ons middagmaal.
Nadat we op de kaart onzen wegwijzer hebben
vastgesteld, zijn we tegen den avond samen af
scheid gaan nemen bij al de kennissen welke we
in het dorp maakten. Het is al na negenen als we
bij de familie Joly aankomen om het avondmaal
te gebruiken. Ons galgemaalsmaakt lekker
en het afscheid is hartelijk. We worden vertroe
teld een gansch taschje met allerlei voorraad
werd voor onze afreis klaar gemaakt. Ik laat een
fota van mijn familie als adreskaartje.
We scheiden noode van deze goede plaats.
Zaterdag 8 Juni 1940.
Te 3 u. 40 nog in den halven donker zijn
we al op en kwart voor vijf staan we met pak en
zak klaar voor het roestige hek van de mairie.
Dan de baan op, vol moed en vol hoop denzelfden
dag thuis te geraken.
Het is heerlijk rijdeh en betrekkelijk snel gaat
het zonder eenige hindernis over Fauquem
bergues, Cléty, Thérouanne... Zoo ver de blik
reikt strekken zich eindeloos de rijke korenvel
den uit, een niet te overschouwen vlakte van
weelderig groeiend graan dat een rijken oogst
belooft.
Terwanen... ééns zetel van roemrijke bisschop
pen, onder wier gezag ook de Iepersche gouwe
eens stond.
Terwanen... sterke vesting van Frans I door
Karei V in 1553 platgebrand tot op haar grond
vestingen...
Nadat we den steilen weg die ons uit het Leier
dal voert, hebben beklommen, overschöuwen we
het grootsche landschap waar midden-in het ver
gane stadje ligt te droomen,
Adiêu Boulogne et Picardie,
Adieu Thérouanne la jolie...
zingt het in ons als in het oude rijmpje.
In de uchtendfrissche reden we dapper door en
dachten terug aan de voorbije dagen, waarin het
lot ons steeds welgevallig was geweest, waarin
we het gevaar vermeden hadden, zooveel het in
onze macht lag, en we het geluk beleefden steeds
bij brave gedienstige menschen te vallen. We
dachten met spijt terug aan de velen, vooral
ouderen van dagen en kinderen, wien het aan het
allernoodigste ontbroken had op hun miserabe
len tocht en wien ook door met-gevóelens-van-
haat bezielde menschen een glas water werd ge
weigerd...
Overal langs den weg ontmoetten we de treu
rige getuigen van den harden kamp die hier nog
niet lang was uitgevochten Ebblingem was deer
lijk gehavend, Hondegem stond met doorschoten
kerktoren, Kaaster kende verscheidene dagen
hardnekkigen Engelschen weerstand.
Te Meteren slaan we af om over den Zwarten
Berg naar huis te rijden het is nog slechts half-
tien. Hier begint het kerkhof der Engelsche
auto's er liggen geen tientallen, maar honder
den vernietigde, omgeworpen, uitgebrande wa
gens van Meteren tot den Rooden Berg, en ver
der nog rechts en links, een ware hecatombe.
Het is elf uur en we hebben nog slechts 15 km.
te rijden. Van onzen overvloedigen voorraad
we hadden voor minstens drie dagen mee
hebben we kostelijk gegeten op den Rooden Berg.
en dan in een trek naar leper.
Thuis vonden we allen gezond terug iedereen
was tevreden ons weer te zien en gansch de rest
van den dag hebben we verteld wat we op onzen
300 km. langen tocht gezien en beleefd hadden